Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 24 februari 2011
gepubliceerd op 09 maart 2011

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen

bron
waalse overheidsdienst
numac
2011027056
pub.
09/03/2011
prom.
24/02/2011
ELI
eli/besluit/2011/02/24/2011027056/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 FEBRUARI 2011. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/10/1997 pub. 25/12/1997 numac 1997027680 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen sluiten betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 6 april 1995 betreffende de integratie van gehandicapte personen, inzonderheid op artikel 24;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/10/1997 pub. 25/12/1997 numac 1997027680 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen sluiten betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen;

Gelet op het advies van het beheerscomité van het "Agence wallonne pour l'intégration des personnes handicapées" (Waals agentschap voor de integratie van gehandicapte personen), gegeven op 16 december 2010;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 18 februari 2011;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 24 februari 2011;

Gelet op de gecoördineerde wetten op de Raad van State, inzonderheid op artikel 3, § 1;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat aanpassingen nodig zijn voor de vastlegging van het bedrag van de subsidies die voor het jaar 2011 toegekend worden aan de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen en dat die subsidies zo spoedig mogelijk toegekend moeten worden om een efficiënte werking van die diensten mogelijk te maken;

Op de voordracht van de Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet een aangelegenheid bedoeld in artikel 128, § 1, ervan.

Art. 2.Hoofdstuk III, titel II, van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/10/1997 pub. 25/12/1997 numac 1997027680 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen sluiten betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen wordt aangevuld met een afdeling 4, luidend als volgt : « Afdeling 4. - Verplichtingen i.v.m. de tenlasteneming van gehandicapte personen van buitenlandse herkomst

Art. 14bis.§ 1. Onverminderd de bepalingen van artikel 57 van het decreet, maakt de dienst jaarlijks een kadaster van de onthaalde personen van buitenlandse herkomst aan het Agentschap over. § 2. De « kadaster van de onthaalde personen van buitenlandse herkomst » is de lijst van de gehandicapte personen die in de loop van elk boekjaar onthaald worden. Voor elk van hen vermeldt die lijst de naam, de voornaam, de geboortedatum, het geslacht, de nationaliteit, het adres of dat zijn wettelijke vertegenwoordiger, de overheid (overheden) verantwoordelijk voor de plaatsing en de financiering. § 3. De diensten versturen dat kadaster, behoorlijk ingevuld op het door het Agentschap verstrekte formulier, uiterlijk 31 maart na het afgelopen boekjaar. »

Art. 3.Artikel 43 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 43.Als het geheel van de inkomens van de volwassen gehandicapte persoon, na aftrek van het gedeelte waarover hij mag beschikken, niet volstaat om het bedrag van het bijdragegedeelte te betalen, wordt het bijdragegedeelte naar rato van de vastgestelde inkomens verminderd. Bij de bepaling van de inkomens van een volwassen gehandicapte persoon die een echtgeno(o)t(e), een wettelijk samenwonende of kinderen ten laste heeft, wordt rekening gehouden met de gezinslasten.

In uitzonderlijke omstandigheden kan op basis van een maatschappelijk onderzoek dat door het regionaal bureau verricht wordt, beslist worden dat een jonge rechthebbende een kleinere bijdrage zal betalen. »

Art. 4.Artikel 53, laatste lid, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « Voor 2011 wordt de in artikel 24, § 1, 2°, bedoelde aanpassingscoëfficiënt op 101,49 % vastgelegd ».

Art. 5.In hetzelfde besluit wordt bijlage IV vervangen door bijlage 1 die bij dit besluit gaat.

Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2011.

Namen, 24 februari 2011.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. E. TILLIEUX

Bijlage

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 2. De in § 1 van deze bijlage bedoelde toelagen per tenlasteneming werden berekend door optelling van de volgende bedragen : a) Voor andere diensten dan de diensten voor plaatsing in gezinnen en de residentiële overgangsdiensten Bedrag nr.1 (gemiddelde van de werkingslasten)1 : 2.995,58 euro in residentiële diensten < = 60 tenlastenemingen 2.979,85 euro in residentiële diensten > 60 tenlastenemingen 1.473,82 euro in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB < = 60 tenlastenemingen 1.390,14 euro in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB > 60 tenlastenemingen Bedrag nr. 2 (gemiddelde van de lasten van het niet-educatieve personeel) : voor de diensten beheerd door een privé-inrichtende macht 7.962,37 euro in residentiële diensten < = 60 tenlastenemingen 6.388,13 euro in residentiële diensten > 60 tenlastenemingen 5.590,61 euro in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB < = 60 tenlastenemingen 4.171,55 euro in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB > 60 tenlastenemingen Deze bedragen worden verkregen door de in bijlage XIII opgenomen subsidiëringscoëfficiënten te vermenigvuldigen met de volgende gemiddelde schalen, rekening houdend met een gemiddelde geldelijke anciënniteit van tien jaar : 25.766,96 euro voor het administratieve personeel 32.003,63 euro voor de boekhouders 24.168,03 euro voor de arbeiders 33.718,47 euro voor de maatschappelijke assistenten 39.569,05 euro voor de directeurs in de diensten waarvan de GB <= 60 is 48.146,21 euro voor de directeurs in de diensten waarvan de GB > 60 is De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, namelijk : 55,66 % in residentiële diensten 51,89 % in dagonthaaldiensten voor de diensten beheerd door een openbare inrichtende macht 7.794,37 euro in residentiële diensten < = 60 tenlastenemingen 6.257,15 euro in residentiële diensten > 60 tenlastenemingen 5.471,96 euro in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB < = 60 tenlastenemingen 4.085,44 euro in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB > 60 tenlastenemingen Deze bedragen worden verkregen door de in bijlage XIII opgenomen subsidiëringscoëfficiënten te vermenigvuldigen met de volgende gemiddelde schalen, rekening houdend met een gemiddelde geldelijke anciënniteit van tien jaar : 25.328,74 euro voor het administratieve personeel 31.183,29 euro voor de boekhouders 23.640,92 euro voor de arbeiders 33.353,83 euro voor de maatschappelijke assistenten 38.335,64 euro voor de directeurs in de diensten waarvan de GB <= 60 is 46.958,65 euro voor de directeurs in de diensten waarvan de GB > 60 is De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, namelijk : 55,66 % in residentiële diensten 51,89 % in dagonthaaldiensten Bedrag nr. 3 (gemiddelde van de lasten van het educatieve personeel) : voor de diensten beheerd door een privé-inrichtende macht Naargelang van het soort tenlasteneming worden de in punt a) van bijlage XIV bedoelde subsidiëringscoëfficiënten vermenigvuldigd met de volgende schalen, rekening houdend met een gemiddelde geldelijke anciënniteit van tien jaar : 35.326,57 euro voor de psychologen, paramedici en bijzonder personeel 33.390,65 euro voor de opvoeders Cl1, 2A en hoofdopvoeders 25.150,48 euro voor de opvoeders Cl EB, 3e kl., kinderverzorgsters en daarmee gelijkgestelden 37.720,32 euro voor de opvoeders-groepsleiders De bedragen worden aangepast aan de effectieve gemiddelde geldelijke anciënniteit in geval van toekenning van een toeslag voor anciënniteit, zoals bedoeld in artikel 26 van dit besluit.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, namelijk : 59,36 % in residentiële diensten 51,89 % in dagonthaaldiensten voor de diensten beheerd door een openbare inrichtende macht Naargelang van het soort tenlasteneming worden de in punt a) van bijlage XIV bedoelde subsidiëringscoëfficiënten vermenigvuldigd met de volgende schalen, rekening houdend met een gemiddelde geldelijke anciënniteit van 10 jaar : 34.961,37 euro voor de psychologen, paramedici en bijzonder personeel 32.494,85 euro voor de opvoeders Cl1, 2A en hoofdopvoeders 24.738,10 euro voor de opvoeders Kl 2B, Cl 3, kinderverzorgsters en daarmee gelijkgestelden 36.821,16 euro voor de opvoeders-groepsleiders De bedragen worden aangepast aan de effectieve gemiddelde geldelijke anciënniteit in geval van toekenning van een toeslag voor anciënniteit, zoals bedoeld in artikel 26 van dit besluit.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, namelijk : 51,09 % in residentiële diensten 43,62 % in dagonthaaldiensten Voor de gezamenlijke diensten Vervolgens wordt het volgende coëfficiënt toegepast binnen de perken van de begrotingsmiddelen : 82 % in residentiële diensten voor jongeren 100 % in residentiële nachtdiensten voor volwassenen 82 % in residentiële diensten voor volwassenen 100 % in dagonthaaldiensten voor niet-leerplichtige jongeren 85 % in dagonthaaldiensten voor volwassenen Anderzijds wordt de impliciete verdeling van de begeleiding onder de opvoeders van "categorie I" en "categorie II" waarin voorzien wordt door de coëfficiënten onder punt a) van bijlage XIV jaarlijks bijgestuurd door het Agentschap Deze verdeling geeft een overzicht van het gedurende het referentiejaar vastgelegde gemiddelde per instellingscategorie :

76,15 %

EDUC. I

/

23,85 %

EDUC. II

in residentiële diensten voor volwassenen

83,29 %

EDUC. I

/

16,71 %

EDUC. II

in residentiële nachtdiensten voor volwassenen

88,15 %

EDUC. I

/

11,85 %

EDUC. II

in residentiële diensten voor jongeren

88,95 %

EDUC. I

/

11,05 %

EDUC. II

in dagonthaaldiensten voor niet-leerplichtige jongeren

84,48 %

EDUC. I

/

15,52 %

EDUC. II

in dagonthaaldiensten voor volwassenen


b) voor de diensten voor plaatsing in gezinnen : Bedrag nr.1 (gemiddelde van de werkingslasten)1 : 1.511,41 euro Bedrag nr. 2 (gemiddelde van de lasten van het niet-educatieve en educatieve personeel) : De in punt b) van bijlage XIV bedoelde subsidiëringscoëfficiënten worden vermenigvuldigd met de volgende schalen, rekening houdend met een gemiddelde geldelijke anciënniteit van tien jaar : voor privé-instellingen 33.718,47 euro voor de functie van directeur 33.718,47 euro voor de functie van maatschappelijk assistent en/of opvoeder (minimum kl. 2A) 35.326,57 euro voor de psychologen en/of paramedici 24.494,70 euro voor de functie van klerk voor openbare instellingen 33.353,83 euro voor de functie van directeur 33.353,83 euro voor de functie van maatschappelijk assistent en/of opvoeder (minimum kl. 2A) 34.961,37 euro voor de psychologen en/of paramedici 24.049,95 euro voor de functie van klerk De bedragen worden aangepast aan de effectieve gemiddelde geldelijke anciënniteit in geval van toekenning van een toeslag voor anciënniteit, zoals bedoeld in artikel 26 van dit besluit.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, namelijk : 51,89 % voor privé-instellingen 43,62 % voor openbare instellingen c) Voor de residentiële overgangsdiensten Bedrag nr.1 (gemiddelde van de werkingslasten)1 : 390,99 euro Bedrag nr. 2 (gemiddelde van de lasten van het niet-educatieve en educatieve personeel) : De in punt b) van bijlage XIV bedoelde subsidiëringscoëfficiënten worden vermenigvuldigd met de volgende schalen, rekening houdend met een gemiddelde geldelijke anciënniteit van tien jaar : 33.718,47 euro voor privé-instellingen 33.353,83 euro voor openbare instellingen De bedragen worden aangepast aan de effectieve gemiddelde geldelijke anciënniteit in geval van toekenning van een toeslag voor anciënniteit, zoals bedoeld in artikel 26 van dit besluit.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, namelijk : 55,89 % voor privé-instellingen 47,62 % voor openbare instellingen Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 24 februari 2011 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 09/10/1997 pub. 25/12/1997 numac 1997027680 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen sluiten betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen.

Namen, 24 februari 2011.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. E. TILLIEUX

^