Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 27 maart 2009
gepubliceerd op 22 april 2009

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden

bron
waalse overheidsdienst
numac
2009027083
pub.
22/04/2009
prom.
27/03/2009
ELI
eli/besluit/2009/03/27/2009027083/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

27 MAART 2009. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden


De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 87, § 3, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden, gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 15 februari 2007, 13 september 2007 en 29 november 2007;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 24 april en 24 september 2008;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 30 april en 2 oktober 2008;

Gelet op de instemming van de minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 11 december 2008;

Gelet op protocol nr. 523 van Sectorcomité nr. XVI, opgesteld op 9 december 2008;

Gelet op het advies 45.712/2 van de Raad van State, gegeven op 28 januari 2009, overeenkomstig artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Het opschrift van hoofdstuk II van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden wordt vervangen door volgend opschrift: "HOOFDSTUK II. - Categorieën van indienstneming ".

Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1 worden de punten 1° tot 4° vervangen door volgende bepalingen : « 1° in te spelen op uitzonderlijke en tijdelijke behoeften aan personeel, ofwel door de uitvoering van in de tijd beperkte acties, ofwel door een uitzonderlijke werktoename;2° personeelsleden te vervangen in geval van totale of gedeeltelijke afwezigheid, ongeacht of ze in dienstactiviteit zijn;3° hulptaken zoals bedoeld in dit artikel te vervullen;4° specifieke opdrachten zoals bedoeld in dit artikel te vervullen;5° te zorgen voor de uitvoering van opdrachten die bijzondere kennissen of een brede hoogstaande expertise vereisen, die beide relevant zijn voor de uit te voeren opdrachten.»; 2° § 3 wordt vervangen door volgende bepaling : « § 3.Onder specifieke opdrachten worden verstaan : 1° de activiteiten in verband met de ontwikkeling van informatie- en communicatie-instrumenten;2° taken inzake de domaniale ordehandhaving;3° de bewakingsactiviteiten;4° de tolktaken;5° het beroep van fotograaf of cameraman;6° het beroep van archeoloog;7° het beroep van vrachtwagen- of werfvoertuigenbestuurder;8° de taken in verband met de inventaris van de fauna en de flora. Die taken stemmen overeen met de functies van niveau A, B of C. De indienstnemingen die gesloten zijn om die taken uit te voeren, worden ofwel voor een bepaalde duur of voor een duidelijk afgebakende taak, ofwel voor een onbepaalde duur gesloten. »; 3° § 4 wordt vervangen door volgende bepaling: « § 4.De taken omschreven in § 1, 5°, worden aan deskundigen toevertrouwd. Ze komen, wat de taken betreft die een bijzondere kennis behoeven, overeen met functies toegekend aan de niveaus A of B en, wat betreft de taken die een ruime hoogstaande ervaring behoeven, met functies toegekend aan niveau A. De indienstnemingen die gesloten zijn om die taken uit te voeren, worden ofwel voor een bepaalde duur of voor een duidelijk afgebakende taak, ofwel voor een onbepaalde duur gesloten. »

Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde besluit worden de woorden "LI.TII.8., § 1, tweede lid" vervangen door de woorden "11, § 1, tweede lid".

Art. 4.In hetzelfde besluit wordt een artikel 3bis, luidend als volgt, ingevoegd : «

Art. 3bis.Om het percentage bedoeld in artikel 81, eerste lid, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende houdende de Waalse Ambtenarencode te bereiken, kan er een beroep gedaan worden op de indienstneming van gehandicapte personen in de voorwaarden bedoeld in artikel 2 van dit besluit. »

Art. 5.Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepaling : «

Art. 4.§ 1. De bij arbeidsovereenkomst in dienst te nemen personen moeten tijdens de gehele duur van de uitvoering van het contract de volgende voorwaarden vervullen : 1° een gedrag hebben dat overeenstemt met de vereisten van het ambt;2° de burgerlijke en politieke rechten genieten;3° aan de dienstplichtwetten voldaan hebben;4° het bewijs leveren van de lichamelijke geschiktheid vereist om de functie uit te oefenen;5° houder zijn van een diploma of een studiegetuigschrift in verhouding met het niveau van de toe te kennen betrekking. § 2. Voor de niveaus A, B en C zijn de selectiecriteria de volgende : 1° het diploma en de vorming in verband met de toe te kennen betrekking;2° de bekwaamheden;3° de vaardigheden;4° de motivering om de betrekking te bekleden. Voor het niveau D zijn de selectiecriteria: 1° de motivering om de betrekking te bekleden;2° de bekwaamheden;3° de vaardigheden;4° in voorkomend geval, de kwalificatie. § 3. In de zin van dit besluit wordt onder bekwaamheid een geestelijke of lichamelijke, betrekkelijk stabiele instelling verstaan die een individu karakteriseert. De bekwaamheid valt onder de potentialiteiten: hoewel de bekwaamheid vereist is om een welbepaalde taak uit te voeren, kan ze evenwel latent blijven zolang de uitoefening van bepaalde activiteiten haar bestaan niet openbaart. De bekwaamheden worden gemeten aan de hand van test of standaardproeven van het psychometrisch type.

Art. 6.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepaling : «

Art. 5.§ 1. Voor de indienstnemingen bedoeld in artikel 2, § 1, 2° en 3°, kan er een oproep tot de kandidaten uitgeschreven worden via elk communicatiekanaal waardoor elke geïnteresseerde persoon van zich kan laten horen.

De vakminister verricht een eerste selectie van de kandidaten voor de in te vullen betrekkingen op volgende grondslag: 1° bepaling van de functie waarin moet worden voorzien, die minstens het volgende bevat : a) de vermelding van het beroep;b) de taakomschrijving;c) de plaats in het organogram;2° het profiel van de gezochte kandidaat, waarin het volgende wordt aangegeven : a) het diploma en de vorming;b) de bekwaamheden en de vaardigheden. De kandidaten worden gehoord door de hiërarchische verantwoordelijke van de functionele dienst waar de persoon zal moeten werken. Het betrokken directoraat-generaal maakt het verslag van de hoorzitting over aan de vakminister, aan de Minister van Ambtenarenzaken en het overkoepelend directoraat-generaal Personeel en Algemene Zaken.

Voor elke kandidaat wordt in het verslag van de hoorzittting naast de omschrijving van de in te vullen betrekking en het vereiste profiel minstens gewag gemaakt van volgende gegevens : a) naam en persoonsgegevens van de kandidaat;b) motivatie van de kandidaat om de functie te bekleden;c) beroepservaring;d) datum waarop de persoon vrij is om de functie te bekleden;e) adequatie met het gevraagde profiel f) indeling van een kandidaat in één van beide volgende categorieën: geschikt voor de functie of niet geschikt voor de functie. Binnen vijftien dagen na ontvangst van de verhoorverslagen betreffende de aanwerving van het in dienst genomen personeel in afwachting van de aanwerving van een statutair personeelslid of de indienstneming van het personeel bedoeld in artikel 2, § 1, 2°, maakt de vakminister zijn keuze uit de categorie personen die geschikt zijn voor de functie en geeft de nodige instructies aan het overkoepelend Directoraat-generaal Personeel en Algemene Zaken opdat hij zou overgaan tot de aanwerving binnen de vijf dagen na ontvangst van de instructie.

Binnen vijftien dagen na ontvangst van de verhoorverslagen betreffende de indienstneming van het personeel aangeworven om in uitzonderlijke en tijdelijke behoeften te voorzien en betreffende de indienstneming van het personeel belast met het vervullen van hulptaken deelt de vakminister aan de Minister van Ambtenarenzaken zijn keuze mee die hij maakt uit de categorie personen die voor de functie geschikt zijn.

Binnen de vijftien dagen na ontvangst van de keuze van de vakminister geeft de Minister van Ambtenarenzaken de nodige instructies aan het overkoepelend Directoraat-generaal Personeel en Algemene Zaken om tot de indienstneming over te gaan binnen de vijf dagen na ontvangst van de instructie.

Bij uitblijven van de keuze vanwege de vakminister binnen de toegekende termijn maakt de Minister van Ambtenarenzake zelf zijn keuze. § 2. Elke aanwerving van een contractueel personeelslid dat belast is met het vervullen van de specifieke en deskundigentaken behoeft: 1° de bekendmaking van een oproep tot de kandidaten via elk communicatiekanaal waardoor elke geïnteresseerde persoon van zich kan laten horen;2° een functieomschrijving en een bevoegdheidsprofiel met vermelding van de bevoegdheden, de ervaring en de vereiste bekwaamheden;3° de invoering van een selectiecommissie die de vereiste waarborgen inzake onpartijdigheid en objectiviteit bezit;4° een vormelijk gemotiveerde beslissing met het oog op de toelaatbaarheid van de kandidaten en van hun selectie. Voor zover er een termijn van tien dagen bestaat tussen de datum van bekendmaking en de datum van indiening van de kandidaturen worden deze kandidaturen ingediend binnen de vijfentwintig dagen na de beslissing waarbij de Regering de aanwerving toelaat, de functieomschrijving, het profiel van de vaardigheden en de samenstelling van de selectiecommissie aanneemt.

De selectiecommissie bestaat voor een derde uit leden gekozen buiten de administratie die een onbetwistbare bevoegdheid in het betrokken domein moeten hebben.

Voor wat betreft de Waalse Overheidsdienst, bestaat de commissie minstens uit een vertegenwoordiger van de Minister van Ambtenarenzaken en de vakminister. Voor wat de instellingen betreft, bevat de commissie minstens één vertegenwoordiger van de vakminister.

De aan de in te vullen functie aangepaste selectieproeven worden door de selectiecommissie gehouden binnen de twintig dagen te rekenen van de termijn bepaald voor de indiening van de kandidaturen. Die termijn kan verlengd worden door de commissie in functie van het aantal kandidaten.

De commissie wordt belast met de indeling van de kandidaten in één van beide volgende categorieën: geschikt voor de functie of niet geschikt voor de functie. Ze verstrekt de Regering een gemotiveerd advies over de toelaatbaarheid van de kandidaten ten opzichte van de functieomschrijving, het profiel van de vaardigheden, de ervaring, de bekwaamheden en de motivering van laatstgenoemden. »

Art. 7.In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de woorden "LI.TI.2 en 3" vervangen door de woorden "2 en 3" en de woorden "LI.TVII. 1 en 2", vervangen door de woorden "139 en 140".

Art. 8.Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepaling : «

Art. 7.De bepalingen van hoofdstuk II van titel V van Boek I van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode zijn van toepassing op de contractuele personeelsleden bedoeld bij dit besluit.

De bepalingen van hoofdstuk III van titel VI van Boek I van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode zijn van toepassing op de contractuele personeelsleden bedoeld in artikel 2, § 1, 3°, 4° en 5° die met een bepaalde duur in dienst zijn genomen. »

Art. 9.Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepaling : «

Art. 8.De contractuele personeelsleden krijgen dezelfde bezoldiging als de wedde en de tussentijdse verhogingen verbonden aan de wervingsgraad van het niveau dat overeenstemt met het vereiste diploma.

De contractuele personeelsleden bedoeld in artikel 2, § 1, 3°, 4° en 5°, die met een onbepaalde duur in dienst zijn genomen, krijgen, in dezelfde voorwaarden als de vastbenoemde ambtenaren, de bevorderingen bedoeld in de artikelen 49, § 1, en § 2, 56, § 1, lid 1, en, wat betreft niveau A, 56, § 2.

In het niveau A kan de Regering het voordeel van een bezoldiging verbonden aan de graad van eerste attaché, adviseur, en, mits bijzondere, behoorlijk gemotiveerde omstandigheden, van directeur en inspecteur-generaal verlenen aan de contractuele personeelsleden.

In het niveau B kan de Regering, wat betreft de gevallen voorzien in artikel 2, § 1, 5° en, mits bijzondere behoorlijk gemotiveerde omstandigheden, het voordeel van een bezoldiging verbonden aan de graad van eerste gegradueerde en hoofdgegradueerde verlenen aan de contractuele personeelsleden. »

Art. 10.In artikel 9, lid 2, van hetzelfde besluit worden de woorden "LI.TXV.CIII.2" vervangen door de woorden "251".

Art. 11.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepaling : «

Art. 10.De door het Gewest bezoldigde periodes waarin het contract wordt geschorst, komen in aanmerking voor de toekenning van de tussentijdse verhogingen.

Bovendien worden de volgende niet-bezoldigde schorsingsperiodes ook overwogen : 1° de periodes van opschorting wegens ziekte of gebrekkigheid evenals wegens een arbeidsongeval of een beroepsziekte;2° de verlofperiodes of de periodes van arbeidsonderbreking bedoeld in de artikelen 39, 42 tot 43bis van de arbeidswet van 16 maart 1971;3° de periodes van afwezigheid wegens deelname van een overlegde werkonderbreking;4° de periodes van opschorting wegens verlof om een stage of een proefperiode als bedoeld in artikel 377 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode te doorlopen;5° de uitzonderlijke verlofdagen wegens overmacht toegekend overeenkomstig artikel 379 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;6° de periodes van opschorting wegens ouderschapsverlof bedoeld in artikel 400bis van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;7° de periodes van opschorting wegens verlof om dwingende redenen van familiaal belang bedoeld in de artikelen 401 tot en met 404 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;8° de periodes van opschorting wegens verlof voor de onderbreking van de beroepsloopbaan bedoeld in de artikelen 446 tot en met 453 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;9° de periodes van opschorting wegens verlof voor verminderde prestaties om sociale of familiale redenen bedoeld in de artikelen 454 en 455 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;10° de periodes van opschorting wanneer het contractuele personeelslid gekozen heeft voor de vrijwillige vierdagenwerkweek bedoeld in de artikelen 462 tot en met 468 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;11° de periodes van opschorting wegens politiek verlof bedoeld in de artikelen 474 tot en met 482 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;12° de periodes van opschorting wegens verlof om zijn kandidatuur in te dienen voor de verkiezingen voor bepaalde vergaderingen bedoeld in artikel 483 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;13° de periodes van opschorting wegens verlof voor de uitoefening van een ambt in een ministerieel kabinet of een secretariaat, in de algemene beleidscoördinatiecel of in een algemene beleidscel van de leden van de federale Regering of in het kabinet van een plaatselijke mandataris, bedoeld in de artikelen 485 tot en met 490 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;14° de periodes van opschorting wegens verlof voor terbeschikkingstelling van de Koning of een Prins of een Prinses van België bedoeld in de artikelen 479 tot en met 499 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode.»

Art. 12.Hoofdstuk VII van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgend opschrift: « HOOFDSTUK VII. - Evaluatie

Art. 12.De bepalingen van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode betreffende de evaluatie zijn, behoudens de artikelen 152 en 186, 1°, e), van toepassing op de contractuele personeelsleden bedoeld in artikel 2, § 1, 3°, 4° en 5°, die voor een onbepaalde duur in dienst zijn genomen. »

Art. 13.In hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk VIIbis, luidend als volgt, ingevoegd : « HOOFDSTUK VIIbis. - Verloven en andere afwezigheden

Art. 12bis.De bepalingen van Boek III van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode zijn van toepassing op de contractuele personeelsleden wat betreft : 1° het jaarlijks vakantieverlof bedoeld in de artikelen 371 tot 373 : 2° de feestdagen bedoeld in artikel 375;3° het omstandigheidsverlof bedoeld in artikel 376;4° het verlof om een stage of een proefperiode bedoeld in artikel 377 te vervullen, enkel voor de contractuele personeelsleden in dienst genomen om hulptaken te vervullen;5° het uitzonderlijke verlof voor gevallen van overmacht bedoeld in artikel 379;6° het verlof met een menslievend doel bedoeld in de artikelen 380 tot 383;7° de borstvoedingspauzes bedoeld in de artikelen 384 tot 386;8° de bescherming van het moederschap bedoeld in de artikelen 392 tot en met 395;9° het vaderschapsverlof bedoeld in artikel 397;10° het verlof voor de opvang met het oog op adoptie bedoeld in de artikelen 398 en 399;11° het ouderschapsverlof in de vorm van een onderbreking van de beroepsloopbaan bedoeld in artikel 400;12° het ouderschapsverlof bedoeld in artikel 400bis ;13° het verlof om dwingende redenen van familiaal belang bedoeld in artikelen 401 tot 404;14° de dienstvrijstelling wegens preventief geneeskundig onderzoek bedoeld in artikel 419;15° het verlof wegens opdracht, behalve in het kader van opdrachten die als nationaal deskundige worden uitgeoefend krachtens de beslissing van 7 januari 1998 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, evenals de opdrachten uitgeoefend in het kader van het Europese programma "Institution Building" ingesteld bij Verordening nr.622/98 van de Raad van de Europese Gemeenschappen betreffende de bijstand aan de kandidaat-lidstaten bedoeld in artikel 437, lid 2; 16° de terbeschikkingstelling bedoeld in artikel 445;17° het verlof wegens onderbreking van de beroepsloopbaan bedoeld in de artikelen 446 tot 453;18° de verloven wegens verminderde prestaties verantwoord door sociale of familiale redenen bedoeld in de artikelen 454 en 455, behalve voor de contractuele personeelsleden in dienst genomen in het kader van een vervangende arbeidsovereenkomst of in het kader van meerdere opeenvolgende vervangende arbeidsovereenkomsten;19° de vrijwillige vierdagenweek bedoeld in de artikelen 462 tot en met 468;20° het politiek verlof bedoeld in de artikelen 474 tot 482;21° het verlof om zich kandidaat te stellen bij verkiezingen voor sommige vergaderingen bedoeld in artikel 483;22° het verlof voor de uitoefening van een ambt in een ministerieel kabinet of een secretariaat, in de algemene beleidscoördinatiecel of in een algemene beleidscel van de leden van de federale Regering, bedoeld in de artikelen 485 tot 490;23° het verlof om een activiteit uit te oefenen bij een erkende politieke groep van een wetgevende vergadering van de Federale Staat, een Gemeenschap of een Gewest, of bij de voorzitter van één van die groepen, bedoeld in de artikelen 491 tot en met 496;24° het verlof wegens terbeschikkingstelling van de Koning of een Prins of Prinses van België, bedoeld in de artikelen 497 tot en met 499.

Art. 12ter.De nadere regels van de artikelen 370bis en 370ter van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode zijn van toepassing op de contractuele personeelsleden.

Art. 12quater.De arbeidsprestaties van het contractuele personeelslid worden gelijkgesteld met periodes van dienstactiviteit.

De periodes van opschorting van de arbeidsovereenkomst waarvoor de werknemer recht heeft op zijn vergoeding en de volgende periodes waarvoor hij geen recht heeft op zijn vergoeding worden eveneens gelijkgesteld met periodes van dienstactiviteit: 1° de periodes van opschorting wegens ziekte of gebrekkigheid evenals wegens een arbeidsongeval of een beroepsziekte;2° de periodes van verlof of arbeidsonderbreking waarvan sprake in de artikelen 39, 42 tot 43bis van de wet van 16 maart 1971 op de arbeid;3° de periodes van afwezigheid wegens deelname aan een overlegde werkonderbreking;4° de periodes van opschorting wegens verlof om een stage of een proefperiode als bedoeld in artikel 377 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode te doorlopen;5° de uitzonderlijke verlofdagen wegens overmacht toegekend overeenkomstig artikel 379 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;6° de periodes van opschorting wegens ouderschapsverlof bedoeld in artikel 400bis van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;7° de periodes van opschorting wegens verlof om dwingende redenen van familiaal belang bedoeld in de artikelen 401 tot en met 404 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;8° de periodes van opschorting wegens verlof voor de onderbreking van de beroepsloopbaan bedoeld in de artikelen 446 tot en met 453 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;9° de periodes van opschorting wegens verlof voor verminderde prestaties om sociale of familiale redenen bedoeld in de artikelen 454 en 455 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;10° de periodes van opschorting wanneer het contractuele personeelslid gekozen heeft voor de vrijwillige vierdagenwerkweek bedoeld in de artikelen 462 tot en met 468 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;11° de periodes van opschorting wegens politiek verlof bedoeld in de artikelen 474 tot en met 482 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;12° de periodes van opschorting wegens verlof om zijn kandidatuur in te dienen voor de verkiezingen voor bepaalde vergaderingen bedoeld in artikel 483 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;13° de periodes van opschorting wegens verlof voor de uitoefening van een ambt in een ministerieel kabinet of een secretariaat, in de algemene beleidscoördinatiecel of in een algemene beleidscel van de leden van de federale Regering of in het kabinet van een plaatselijke mandataris, bedoeld in de artikelen 485 tot en met 490 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode;14° de periodes van opschorting wegens verlof voor terbeschikkingstelling van de Koning of een Prins of een Prinses van België bedoeld in de artikelen 479 tot en met 497 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode.»

Art. 14.Artikel 16, lid 1, van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 15.De contractuele personeelsleden die in dienst genomen waren met een onbepaalde duur op 1 januari 2004 genieten, behoudens het contractuele personeel in dienst genomen ter vervanging van afwezige personeelsleden of in afwachting van een statutaire aanwerving, de bepalingen bedoeld in de artikelen 7, lid 2, en 8, lid 2, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden.

Art. 16.In afwijking van de artikelen 13, lid 2, en 15 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode wordt het contractuele personeelslid dat reeds in dienst genomen is met een onbepaalde duur op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, aangeworven indien het voldoet aan de volgende voorwaarden : 1° de algemene toelaatbaarheidsvoorwaarden bedoeld in artikel 19, 1° tot 5°, en 8°, van voornoemd besluit vervullen;2° geslaagd zijn voor een vergelijkend wervingsexamen dat georganiseerd wordt door SELOR voor het Waalse Gewest en de instellingen van openbaar nut die ervan afhangen, en afgesloten voor 31 december 2009;3° in nuttige orde zijn om aangeworven te worden voor de betrekking die het bekleedt of een andere betrekking van hetzelfde niveau en hetzelfde beroep, vacant verklaard en onbezet in dezelfde personeelsformatie. Deze bepaling is niet van toepassing op de laureaten van de vergelijkende examens waarvan de oproep tot de kandidaten verricht is na 31 december 2010.

Art. 17.De contractuele wetenschappelijke personeelsleden die een weddeschaal A5S toegewezen kregen, behouden het voordeel van die schaal op het ogenblik van hun aanwerving.

Art. 18.Dit besluit treedt in werking op 1 mei 2009.

Art. 19.De Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 27 maart 2009.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, Ph. COURARD

^