5 JULI 2000. - Decreet tot instelling van de nieuwe opleidingen in de hogescholen die zijn ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap vanaf het academiejaar 2000-2001 (1)

De Raad van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen wat volgt : HOOFDSTUK I. - Het hoger technisch onderwijs van het korte type Afdeling 1. - De afdeling infografische technieken

Artikel 1.De afdeling « infografische technieken » wordt ingesteld en ondergebracht in het hoger technisch onderwijs van het korte type. Na drie studiejaren worden de graad van gegradueerde in infografische technieken verleend en het bijbehorend diploma uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van het decreet van 5 augustus 1995 betreffende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van het decreet van 5 augustus 1995 betreffende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen.

Art. 2.De studies die leiden tot de graad en het diploma van gegradueerde in infografische technieken omhelzen, naast 350 à 560 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Deze uren worden gespreid over de drie studiejaren. Afdeling 2. - De afdeling technisch beheer van de gebouwen - domotica

Art. 3.De afdeling « technisch beheer van de gebouwen - domotica » wordt ingesteld en ondergebracht in het hoger technisch onderwijs van het korte type. Na drie studiejaren worden de graad van gegradueerde in technisch beheer van de gebouwen - domotica verleend en het bijbehorend diploma uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 4.De studies die leiden tot de graad en het diploma van gegradueerde in technisch beheer van de gebouwen - domotica omhelzen, naast 350 à 560 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Deze uren worden gespreid over de drie studiejaren. Afdeling 3. - De afdeling warmtemotoren

Art. 5.De afdeling warmtemotoren en de graad van gegradueerde in warmtemotoren worden ingesteld. Zij vervangen respectievelijk de afdeling « warmtemotoren - automobielexpertise » en de graad van gegradueerde in warmtemotoren - automobielexpertise.

De afdeling warmtemotoren wordt ingesteld en ondergebracht in het hoger technisch onderwijs van het korte type. Na drie studiejaren worden de graad van gegradueerde in warmtemotoren verleend en het bijbehorend diploma uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 6.Binnen de afdeling warmtemotoren worden twee opties ingevoerd : auto-electronica en automobielexpertise. Beide opties bestaan elkeen uit minstens 300 uren.

Art. 7.De studies die leiden tot de graad en het diploma van gegradueerde in warmtemotoren omhelzen, naast 350 à 560 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Deze uren worden gespreid over de drie studiejaren. Afdeling 4. - De afdeling bouwkunde

Art. 8.De afdeling bouwkunde en de graad van gegradueerde bouwkunde worden ingesteld.

Binnen deze afdeling worden de opties « gebouw » en « civiele bouwkunde » ingevoerd. Beide opties bestaan elkeen uit minstens 300 uren.

Na drie studiejaren worden de graden van gegradueerde bouwkunde optie gebouw en van gegradueerde bouwkunde optie civiele bouwkunde verleend en de bijbehorende diploma's uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 9.§ 1. De studies die leiden tot de graad en het diploma van gegradueerde in bouwkunde met optie gebouwen en van gegradueerde in bouwkunde met optie civiele bouwkunde omhelzen, naast 350 à 510 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Deze uren worden gespreid over de drie studiejaren. § 2. De onderwijsactiviteiten eigen aan de optie "gebouwen" zijn : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 3. De activiteiten eigen aan de optie `civiele bouwkunde' zijn : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Afdeling 5. - De specialisatie luchtvaart- en luchthaventechnieken

Art. 10.De specialisatie luchtvaart- en luchthaventechnieken wordt ingesteld en ondergebracht in het hoger technisch onderwijs van het korte type. Het bijbehorend diploma wordt op het einde van één studiejaar uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 11.De studies die leiden tot het diploma specialisatie gegradueerde luchtvaart- en luchthaventechnieken omhelzen, naast 100 à 170 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK II. - Het hoger landbouwonderwijs van het korte type

Art. 12.De afdeling « beheer van het stedelijk leefmilieu » wordt ingesteld en ondergebracht in het hoger landbouwonderwijs van het korte type. Na drie studiejaren worden de graad van gegradueerde in beheer van het stedelijk leefmilieu verleend en het bijbehorend diploma uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 13.§ 1. De studies die leiden tot de graad en het diploma van gegradueerde in het beheer van het stedelijk leefmilieu omhelzen, naast 360 à 420 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK III. - Het hoger sociaal onderwijs van het korte type Afdeling 1. - De afdeling multimediaal schrift

Art. 14.De afdeling `multimediaal schrift' wordt ingesteld en ondergebracht in het hoger sociaal onderwijs van het korte type. Na drie studiejaren worden de graad van gegradueerde in multimediaal schrift verleend en het bijbehorend diploma uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 15.De studies die leiden tot de graad en het diploma van gegradueerde in multimediaal schrift omhelzen, naast 390 à 495 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Deze uren worden gespreid over de drie studiejaren. Afdeling 2. - De specialisatie multimediale documentaire hulpbronnen

Art. 16.De specialisatie multimediale documentaire hulpbronnen wordt ingesteld en ondergebracht in het hoger sociaal onderwijs van het korte type. Het bijbehorend diploma wordt op het einde van één studiejaar uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 17.De studies die leiden tot het specialisatiediploma van gegradueerde in multimediale documentaire hulpbronnen omhelzen, naast 120 à 155 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK IV. - Het hoger kunstonderwijs van het korte type Afdeling 1. - De afdeling kunstnijverheid

Art. 18.De afdeling kunstnijverheid en het diploma van gegradueerde in kunstnijverheid worden ingesteld. Ze vervangen respectievelijk de afdeling kunstnijverheid : grafische kunsten, en het diploma van gegradueerde in kunstnijverheid : grafische kunsten.

De afdeling kunstnijverheid wordt ondergebracht in het hoger kunstonderwijs van het korte type. Na drie studiejaren worden de graad van gegradueerde in de kunstnijverheid verleend en het bijbehorend diploma uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 19.De opties `grafische kunsten' en `grafische kunsten en infografie' worden ingesteld binnen de afdeling kunstnijverheid. Beide opties bestaan ieder uit minstens 300 uren.

Art. 20.§ 1. De studies die leiden tot de graden en de diploma's van gegradueerde in kunstnijverheid en van gegradueerde in kunstnijverheid met optie grafische kunsten en infografie omhelzen, naast 90 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 2. De onderwijsactiviteiten eigen aan de optie `grafische kunsten' zijn : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 3. De onderwijsactititeiten eigen aan de optie `grafische kunsten en infografie' zijn : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Afdeling 2. - De specialisatie mode-accessoires

Art. 21.De specialisatie mode-accessoires wordt ingesteld en ondergebracht in het hoger kunstonderwijs van het korte type. Na één studiejaar wordt het bijbehorend diploma uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 22.De studies die leiden tot het diploma van specialisatie in mode-accessoires bestaan uit de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK V. - Het hoger economisch onderwijs van het korte type

Art. 23.De specialisatie beheer van rusthuizen wordt ingesteld en ondergebracht in het hoger economisch onderwijs van het korte type. Na één studiejaar wordt het bijbehorend diploma uitgereikt : 1° ofwel door een hogeschool die is ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en van titel II van voornoemd decreet van 5 augustus 1995;2° ofwel door een jury ingesteld door de Franse Gemeenschapsregering, overeenkomstig artikel 43 van voornoemd decreet van 5 augustus 1995.

Art. 24.De studies die leiden tot het diploma van specialisatie in het beheer van rusthuizen omhelzen, naast 130 à 200 onderwijsuren die de inrichtende macht van de hogeschool vrij invult, de volgende opleiding : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK VI. - Wijzigings- en slotbepalingen

Art. 25.Aan artikel 3 van het koninklijk besluit van 20 september 1978 tot uitvoering van artikel 2, §1, 2°, 3° en 4°, van de wet van 18 februari 1977 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs en meer bepaald van het hoger technisch en agrarisch onderwijs van het lange type worden de volgende wijzigingen aangebracht : de woorden « electromechanische afdeling : nihil » worden vervangen door de woorden « electromechanische afdeling : optie automatisering ».

Art. 26.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : «

Artikel 10.De studies die leiden tot de graad en het diploma van industrieel ingenieur in de afdeling « electromechanica » bevatten, naast de in artikel 7 voorziene lesuren, minstens 750 verplichte lesuren die als volgt worden verdeeld : 1° Gemeenschappelijke cursussen in de richting « Electromechanica » en de optie « Automatisering » : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2° Cursussen eigen aan de richting « Electromechanica » : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3° Cursussen eigen aan de optie « Automatisering » : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Art.27. In artikel 1, § 3, eerste lid, van de wet van 18 februari 1977 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs en meer bepaald van het hoger technisch en agrarisch onderwijs van het lange type, worden de woorden « 5. Kernenergie : » vervangen door de woorden « 5. Fysische en nucleaire technologie; ».

Art. 28.Artikel 13 van het koninklijk besluit van 20 september 1978 tot uitvoering van artikel 2, § 1, 2°, 3° en 4°, van de wet van 18 februari 1977 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs en meer bepaald van het hoger technisch en agrarisch onderwijs van het lange type wordt vervangen door de volgende bepaling : «

Artikel 13.De studies die leiden tot de graad en het diploma van industrieel ingenieur in de afdeling « Fysische en nucleaire technologie » bevatten, naast de in artikel 7 voorziene lesuren, minstens 750 verplichte lesuren die als volgt zijn verdeeld : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 29.Dit decreet treedt in werking op 1 september 2000.

Verkondigen dit decreet, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad moet verschijnen.

Brussel, 5 juli 2000.

De Minister-President, belast met Internationale Betrekkingen, H. HASQUIN De Minister van Begroting, Cultuur en Sport, R. DEMOTTE De Minister van Kinderwelzijn, belast met Lager Onderwijs, het Onthaal en de Opdrachten aan ONE, J.-M. NOLLET De Minister van Secundair Onderwijs, Kunsten en Letteren, P. HAZETTE De Minister van Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS De Minister van de Audiovisuele Sector, Mevr. C. DE PERMENTIER De Minister van Jeugdzaken, Openbaar Ambt en Onderwijs voor Sociale Promotie, W. TAMINIAUX De Minister van Jeugdzorg en Gezondheid, Mevr. N. MARECHAL _______ Nota (1) Zitting 1999-2000. Documenten van de Raad. - Ontwerpdecreet, nr. 91-1. - Amendementen van de commissie, nr. 91-2. - Verslag, nr. 91-3. - Amendement tijdens de zitting, nr. 91-4.

Integraal verslag. - Bespreking en stemming. Zitting van 27 juni 2000