Etaamb.openjustice.be
Decreet van 05 mei 2006
gepubliceerd op 21 juni 2006

Decreet inzake rookpreventie en rookverbod op school

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2006201867
pub.
21/06/2006
prom.
05/05/2006
ELI
eli/decreet/2006/05/05/2006201867/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

5 MEI 2006. - Decreet inzake rookpreventie en rookverbod op school (1)


Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.De bepalingen van dit decreet zijn van toepassing op alle inrichtingen van het kleuter-, lager, basis-, gespecialiseerd, kunst- en secundair onderwijs met volledig leerplan en voor sociale promotie die door de Franse Gemeenschap worden georganiseerd of gesubsidieerd. HOOFDSTUK II. - Gezondheidsbescherming en rookverbod

Art. 2.In de schoolinrichtingen bedoeld in artikel 1, is het verboden te roken in de lokalen die door de leerlingen worden bezocht, of deze aanwezig zijn of niet.

Dat verbod strekt zich uit tot alle open plekken die zich binnen de ruimte van de inrichting bevinden of buiten deze en die eronder ressorteren. Het zou nog verder kunnen reiken volgens in het huishoudelijk reglement nader te bepalen regels. HOOFDSTUK III. - Sancties

Art. 3.Onverminderd andere uitdrukkelijk door de inrichtende machten vast te leggen bepalingen, worden op de leerling die dat verbod niet in acht neemt de sancties toegepast die bepaald zijn krachtens de artikelen 86 en 94 van het decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren.

Op de personeelsleden die dat verbod niet in acht nemen worden de tuchtsancties toegepast die in hun respectievelijke statuten bepaald zijn.

In de inrichtingen voor het onderwijs voor sociale promotie, worden de eventuele sancties door de inrichtende macht bepaald op grond van hun huishoudelijk reglement. HOOFDSTUK IV. - Voorlichting en preventie

Art. 4.De Regering van de Franse Gemeenschap neemt alle maatregelen om jaarlijks, voor alle leerlingen en personeelsleden, in alle in artikel 1 bedoelde schoolinrichtingen, een voorlichtingssessie over de gevaren van tabaksgebruik te organiseren.

Die voorlichting wordt toevertrouwd aan het personeel van de psycho-medisch-sociale centra, voor de door de Franse Gemeenschap georganiseerde inrichtingen, en aan het personeel van de diensten voor gezondheidspromotie op school, voor de door de Franse Gemeenschap gesubsidieerde inrichtingen in het kader van de totstandkoming van programma's voor gezondheidspromotie en bevordering van een schoolomgeving die gunstig is voor de gezondheid, zoals bedoeld in de artikelen 2, 1°, en 5, van het decreet van 20 december 2001 betreffende de gezondheidspromotie op school.

In het kader van die opdracht kunnen de psycho-medisch-sociale centra en de diensten voor gezondheidspromotie op school een beroep doen op externe deskundigen die afkomstig zijn uit elke vereniging die als gespecialiseerd in de rookbestrijding wordt erkend.

De participatieraden worden betrokken bij elk project van een inrichting dat past in het kader van het beleid inzake voorlichting en preventie tegen tabaksgebruik.

Art. 5.Na overleg met de psycho-medisch-sociale centra, de diensten voor gezondheidspromotie op school en de bovenvermelde gespecialiseerde verenigingen, bepaalt de Regering van de Franse Gemeenschap het type aanplakbord tegen het roken dat in de schoolinrichtingen moet worden geplaatst.

Art. 6.De Regering van de Franse Gemeenschap, voor het onderwijs dat ze organiseert, en elke inrichtende macht, voor het gesubsidieerd onderwijs, sporen de directies van de schoolinrichtingen ertoe aan deel te nemen aan elke nationale of internationale preventiecampagne in het kader van de strijd tegen het roken. Ze zetten bovendien ertoe aan, bij wijze van preventietechniek, de deelneming van jongeren zelf aan de voorlichting en de bewustmaking van hun gelijken aan te moedigen. HOOFDSTUK V. - Opheffings- en slotbepalingen

Art. 7.De artikelen 2 en 8 van het decreet van 2 december 1982 betreffende de strijd tegen het roken worden opgeheven.

Art. 8.De diensten van de Regering worden belast met de controle op de toepassing van dit decreet.

Art. 9.Deze tekst treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Het in artikel 2 bedoelde verbod alsook de in artikel 3 bedoelde sanctiebepalingen zullen van kracht zijn vanaf 1 september 2006.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 5 mei 2006 De Minister-Presidente, belast met het Leerplichtonderwijs en het Onderwijs voor Sociale Promotie, Mevr. M. ARENA De Vice-Presidente, Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET, De Vice-President, Minister van Begroting en Financiën, M. DAERDEN, De Minister van Cultuur, de Audiovisuele Sector en Jeugd, Mevr. F. LAANAN, De Minister van Ambtenarenzaken en Sport, C. EERDEKENS, De Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en Gezondheid, Mevr. C. FONCK. _______ Nota (1) Zitting 2005-2006. Stukken van de Raad. - Voorstel van decreet, nr. 232-1. - Verslag, nr. 232-2.

Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van dinsdag 2 mei 2006.

^