Etaamb.openjustice.be
Decreet van 09 juli 2010
gepubliceerd op 30 augustus 2010

Decreet met het oog op het omzetten van de Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende de diensten op de interne markt

bron
franse gemeenschapscommissie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2010031360
pub.
30/08/2010
prom.
09/07/2010
ELI
eli/decreet/2010/07/09/2010031360/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

9 JULI 2010. - Decreet met het oog op het omzetten van de Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende de diensten op de interne markt (1)


De vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie heeft aangenomen : HOOFDSTUK I. - Voorafgaande bepalingen

Artikel 1.Dit decreet regelt krachtens artikel 138 van de Grondwet een aangelegenheid als bedoeld in de artikelen 127 en 128 van de Grondwet.

Het voert gedeeltelijk de bepalingen uit van de Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt.

Art. 2.Voor de toepassing van dit decreet en zijn uitvoeringsbesluiten, wordt verstaan onder : 1° « College » : het College van de Franse Gemeenschapscommissie;2° « dienst » : elke economische activiteit, anders dan in loondienst, die gewoonlijk tegen vergoeding geschiedt, zoals bedoeld in artikel 57 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;3° « dienstverrichter » : iedere natuurlijke persoon, onderdaan van een lidstaat van de Europese Unie of rechtspersoon in de zin van artikel 54 van het verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, gevestigd in een lidstaat van de Europese Unie die een dienst aanbiedt of verricht;4° « vestiging » : de daadwerkelijke uitoefening van een economische activiteit door de dienstverrichter voor onbepaalde tijd en vanuit een duurzame infrastructuur, van waaruit daadwerkelijk diensten worden verricht;5° « afnemer » : iedere natuurlijke persoon die onderdaan is van een lidstaat van de Europese Unie of die rechten heeft die hem door communautaire besluiten zijn verleend, of iedere rechtspersoon die in een lidstaat van de Europese Unie is gevestigd en, al dan niet voor beroepsdoeleinden, van een dienst gebruik maakt of wil maken;6° « gereglementeerd beroep » : een beroepswerkzaamheid of een geheel van beroepswerkzaamheden waartoe de toegang of waarvan de uitoefening of één van de wijzen van uitoefening krachtens wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen direct of indirect afhankelijk wordt gesteld van het bezit van bepaalde beroepskwalificaties;met name het voeren van een beroepstitel die door wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen beperkt is tot personen die een specifieke beroepskwalificatie bezitten, geldt als een wijze van uitoefening; 7° « beoefenaar van een vrij beroep » : elke onderneming die geen koopman is in de zin van artikel 1 van het wetboek van koophandel en die onderworpen is aan een bij wet opgericht tuchtorgaan;8° « vergunningstelsel » : elke procedure die voor een dienstverrichter of afnemer de verplichting inhoudt bij een bevoegde autoriteit stappen te ondernemen ter verkrijging van een formele of stilzwijgende beslissing over de toegang tot of de uitoefening van een dienstenactivititeit;9° « eis » : elke verplichting, verbodsbepaling, voorwaarde of beperking uit hoofde van de wettelijke of reglementaire bepalingen of in administratieve bepalingen, in het reglement of voortvloeiend uit de rechtspraak, de administratieve praktijk, de regels van beroepsorden of de collectieve regels van beroepsverenigingen of andere beroepsorganisaties, die deze in het kader van de hun toegekende juridische bevoegdheden hebben vastgesteld;10° « dwingende redenen van algemeen belang » : redenen zoals in het bijzonder de openbare orde, de openbare veiligheid, de staatsveiligheid, de volksgezondheid, de handhaving van het financiële evenwicht van het sociale zekerheidsstelsel, de bescherming van consumenten, afnemers van diensten en werknemers, de eerlijkheid van handelstransacties, de fraudebestrijding, de bescherming van het milieu en het stedelijke milieu, dierenwelzijn, de intellectuele eigendom, het behoud van het nationaal historisch en artistiek erfgoed en doelstellingen van het sociaal beleid en het cultuurbeleid;11° « beroepsaansprakelijkheidsverzekering » : een door de dienstverrichter afgesloten verzekering ter dekking, jegens afnemers en, in voorkomend geval, derden, van zijn eventuele aansprakelijkheid in het geval van schade voortvloeiend uit de verrichting van de dienst;12° « geografisch adres » : de plaats waar een onderneming fysiek aanwezig is of gecontacteerd kan worden;13° « bevoegde autoriteit » : elke autoriteit of instantie die een toezichthoudende of regelgevende rol vervult ten aanzien van dienstenactiviteiten.Zijn met name bevoegde autoriteiten in de zin van deze definitie : de administratieve autoriteiten, met inbegrip van de rechtbanken die in die hoedanigheid optreden, de beroepsorden of andere professionele organen die in het kader van hun juridische autonomie de toegang tot de dienstenactiviteiten of de uitoefening ervan collectief regelen; 14° « bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie » : elke administratieve autoriteit, met name de diensten en instellingen van openbaar nut die afhangen van het College, die, benoemd door of krachtens de wet of een decreet instaat voor het controleren of regelen van de dienstactiviteiten in de zin van de richtlijn, krachtens artikel 138 van de Grondwet onder de bevoegdheid valt van de Franse Gemeenschapscommissie;15° « lidstaat » : een lidstaat van de Europese Unie;16° « lidstaat van vestiging » : de lidstaat op wiens grondgebied de betrokken dienstverrichter is gevestigd;17° « werkdag » : het geheel van alle kalenderdagen met uitsluiting van de zondagen en wettelijke feestdagen.Als de termijn op een zaterdag afloopt, wordt hij verlengd tot de eerstvolgende werkdag; 18° « persoonsgegevens » : informatie over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon in overeenstemming met de definitie van artikel 1, § 1, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens;19° « elektronisch systeem voor de uitwisseling van informatie » : elektronisch systeem voor de uitwisseling van informatie tussen de bevoegde administraties van de lidstaten, ontwikkeld en beheerd door de Europese Commissie met het oog op het vergemakkelijken van de administratieve samenwerking, met name onder het toepassingsgebied van Richtlijn 2006/123;20° « federale coördinator » : de natuurlijke persoon benoemd binnen de Federale Overheidsdienst Economie, om in het kader van de administratieve samenwerking, bepaald in Hoofdstuk VI, het aanspreekpunt te zijn tussen de Europese Commissie en de bevoegde Belgische autoriteiten;21° « waarschuwingscoördinator » : de natuurlijke persoon of personen die op federaal niveau is of zijn aangewezen om de andere lidstaten en de Europese Commissie in kennis te stellen van ernstige specifieke handelingen of omstandigheden met betrekking tot een dienstenactiviteit, die ernstige schade aan de gezondheid of veiligheid van personen of aan het milieu kunnen veroorzaken;22° « coördinator van de Franse Gemeenschapscommissie » : de natuurlijke persoon die door het College is aangewezen om in het kader van de administratieve samenwerking, bepaald in hoofdstuk VII, via de federale coördinatie het aanspreekpunt te zijn tussen de Europese Commissie en de bevoegde Belgische autoriteiten.

Art. 3.§ 1. Dit decreet is van toepassing op diensten die worden geleverd door dienstverrichters die in een lidstaat zijn gevestigd, onverminderd de bevoegdheden van de federale overheid, de Gewesten en de Gemeenschappen en met uitzondering van : 1° de diensten van algemeen belang van niet-economische aard, met inbegrip van de sociale diensten die niet onder punt 3 van dit artikel vallen;2° de diensten van de gezondheidszorg, al dan niet verleend door gezondheidszorgfaciliteiten en ongeacht de wijze waarop zij zijn georganiseerd en worden gefinancierd en ongeacht of zij openbaar of particulier van aard zijn;3° zonder afbreuk te doen aan hun kwalificatie als diensten van algemeen belang van niet-economische aard als bedoeld in paragraaf 1 van dit artikel of de kwalificatie als diensten van algemeen belang van economische aard, sociale diensten betreffende sociale huisvesting, kinderzorg en bijstand aan gezinnen en personen die permanent of tijdelijk in nood verkeren die worden verleend door de Franse Gemeenschapscommissie, door dienstverrichters die zijn gemachtigd door de Franse Gemeenschapscommissie of door liefdadigheidsinstellingen die als dusdanig zijn erkend, voor zover deze diensten onder de bevoegdheid van de Franse Gemeenschapscommissie vallen; § 2. Indien de bepalingen van dit decreet strijdig zijn met wettelijke of reglementaire bepalingen ter omzetting van Gemeenschapsrecht die betrekking hebben op de specifieke aspecten van de toegang tot of de uitoefening van een dienstenactiviteit in specifieke sectoren of voor specifieke beroepen, dan hebben deze laatste bepalingen voorrang. HOOFDSTUK II. - Vrijheid van vestiging

Art. 4.Indien voor de toegang tot en de uitoefening van een dienstenactiviteit een vergunning vereist is, moet deze vergunning aan de volgende voorwaarden voldoen : 1° het vergunningstelsel heeft geen discriminerende werking jegens de betrokken dienstverrichter;2° de behoefte aan een vergunningstelsel is gerechtvaardigd om een dwingende reden van algemeen belang;3° het nagestreefde doel kan niet door een minder beperkende maatregel worden bereikt, met name omdat een controle achteraf te laat zou komen om werkelijk doeltreffend te zijn. Het eerste lid is niet van toepassing op vergunningstelsels die direct of indirect door het Gemeenschapsrecht zijn geregeld.

Art. 5.Vergunningstelsels moeten op criteria gebaseerd zijn die beletten dat de bevoegde autoriteiten hun beoordelingsbevoegdheid op willekeurige wijze uitoefenen.

Deze criteria zijn : 1° niet-discriminerend;2° gerechtvaardigd om een dwingende reden van algemeen belang;3° evenredig met die reden van algemeen belang;4° duidelijk en ondubbelzinnig;5° objectief;6° vooraf openbaar bekendgemaakt;7° transparant en toegankelijk.

Art. 6.De vergunningsprocedures en -formaliteiten moeten gemakkelijk toegankelijk zijn en de lasten die zij voor de aanvragers kunnen voortbrengen moeten redelijk zijn en evenredig met de kosten van de vergunningsprocedures.

Art. 7.De vergunningsvoorwaarden voor een nieuwe vestiging mogen gelijkwaardige, of gezien hun doel in wezen vergelijkbare, eisen en controles waaraan de dienstverrichter al in België of een andere lidstaat van de Europese Unie onderworpen is, niet overlappen. De coördinator van de Franse Gemeenschapscommissie en de dienstverrichter staan de bevoegde autoriteit bij door over deze eisen de nodige informatie te verstrekken.

Art. 8.Wanneer een dienstverrichter zich in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vestigt, mag geen beroepsaansprakelijkheidsverzekering of waarborg geëist worden indien de dienstverrichter in België of in een andere lidstaat van de Europese Unie waar hij een vestiging heeft, al gedekt is door een waarborg die gelijkwaardig is of die, met betrekking tot het doel en de dekking die hij biedt wat het verzekerde risico, de verzekerde som, de maximale waarborg en de mogelijke uitzonderingen van de dekking betreft, in wezen vergelijkbaar is.

Indien de waarborg slechts ten dele gelijkwaardig is, kan voor de nog niet gedekte elementen een aanvullende waarborg geëist worden.

Wanneer een beroepsaansprakelijkheidsverzekering of een andere vorm van waarborg opgelegd wordt aan een in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gevestigde dienstverrichter, worden attesten betreffende de dekking, afgegeven door een in België of in een andere lidstaat van de Europese Unie gevestigde kredietinstelling of verzekeraar, als bewijs toegelaten.

Art. 9.De vergunning biedt de dienstverrichter op het gehele grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het recht op toegang tot of uitoefening van de dienstenactiviteit, mede door de oprichting van agentschappen, dochterondernemingen, kantoren of bijkantoren.

Het vorige lid is niet van toepassing, wanneer een vergunning eigen aan elke vestiging of een beperking van de vergunning tot een specifiek deel van het nationale grondgebied is gerechtvaardigd door dwingende redenen van algemeen belang.

Art. 10.De ontvangst van elke vergunningsaanvraag wordt binnen tien werkdagen bevestigd.

De ontvangstbevestiging bevat : 1° de datum waarop de aanvraag is ontvangen;2° de termijn waarbinnen de beslissing moet genomen worden;3° de beschikbare rechtsmiddelen, de bevoegde instanties die er kennis van nemen alsook de te respecteren formaliteiten en termijnen;4° indien van toepassing, de vermelding dat bij het uitblijven van een beslissing binnen de voorziene termijn, de vergunning geacht wordt te zijn verleend. Wanneer een aanvraag onvolledig is, wordt de aanvrager zo snel mogelijk geïnformeerd over de noodzaak tot het verstrekken van aanvullende stukken, de termijn waarover hij beschikt om dit te doen alsook de gevolgen voor de in het tweede lid bedoelde termijn.

Wanneer een aanvraag wordt geweigerd omdat deze niet aan de vereiste procedures of formaliteiten voldoet, wordt de betrokkene hier zo snel mogelijk van in kennis gesteld.

Art. 11.De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie verleent de vergunning nadat een passend onderzoek heeft uitgewezen dat aan de vergunningsvoorwaarden is voldaan.

Indien door de reglementering geen termijn wordt voorzien, moet de beslissing over de vergunningsaanvraag worden genomen ten laatste dertig werkdagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangstbevestiging of, als het dossier onvolledig is, vanaf het tijdstip waarop de aanvrager de vereiste bijkomende documenten heeft ingediend.

Deze termijn gaat slechts in vanaf het moment dat alle nodige documenten zijn geleverd. Indien gerechtvaardigd door de complexiteit van het dossier, mag de termijn éénmaal voor een beperkte duur worden verlengd. De verlenging en de duur ervan worden vóór het verstrijken van de oorspronkelijke termijn ter kennis van de aanvrager gebracht en moeten het voorwerp uitmaken van een formele motivering.

Bij het ontbreken van een ontvangstbevestiging, conform aan artikel 10, gaat deze termijn in op de dag waarop de aanvraag werd verzonden.

Deze dag wordt vastgesteld per aangetekende brief of e-mail.

Onverminderd de decreten, besluiten of bijzondere reglementen gerechtvaardigd door een dwingende reden van algemeen belang, wordt de vergunning geacht te zijn verleend bij het uitblijven van een antwoord binnen de door het decreet of het besluit bepaalde termijn.

Art. 12.§ 1. De aan een dienstverrichter verleende vergunning heeft een onbeperkte geldigheidsduur, met uitzondering van de volgende gevallen : 1° de vergunning wordt automatisch verlengd;2° de vergunning is alleen afhankelijk van de voortdurende vervulling van de voorwaarden;3° het aantal beschikbare vergunningen is beperkt omwille van een dwingende reden van algemeen belang;4° een beperkte duur is gerechtvaardigd door een dwingende reden van algemeen belang. § 2. Paragraaf 1 laat de mogelijkheid onverlet om een vergunning in te trekken wanneer niet meer aan de vergunningsvoorwaarden wordt voldaan. § 3. Paragraaf 1 is niet van toepassing op de maximale termijn waarbinnen de dienstverrichter na ontvangst van de vergunning daadwerkelijk met zijn activiteit moet beginnen.

Art. 13.Wanneer het aantal beschikbare vergunningen voor een activiteit beperkt is door schaarste van de beschikbare natuurlijke hulpbronnen of de bruikbare technische mogelijkheden, wordt een selectie gemaakt uit de gegadigden volgens een selectieprocedure die alle waarborgen voor onpartijdigheid en transparantie biedt, met name een toereikende bekendmaking van de opening, uitvoering en afsluiting van de procedure.

In de in het eerste lid bedoelde gevallen wordt de vergunning voor een passende beperkte duur verleend en wordt zij niet automatisch verlengd, evenmin wordt enig ander voordeel toegekend aan de dienstverrichter wiens vergunning zojuist is verlopen of aan personen die een bijzondere band met die dienstverrichter hebben.

De regels voor de selectieprocedure kunnen rekening houden met overwegingen die betrekking hebben op de volksgezondheid, met doelstellingen van sociaal beleid, de gezondheid en de veiligheid van werknemers of zelfstandigen, de bescherming van het milieu, het behoud van het cultureel erfgoed en andere dwingende redenen van algemeen belang.

Art. 14.§ 1. De toegang tot of de uitoefening van een dienstenactiviteit in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest mag niet afhankelijk gemaakt worden van de volgende eisen : 1° discriminerende eisen die direct of indirect verband houden met de nationaliteit of, voor ondernemingen, met de plaats van de statutaire zetel, waaronder met name : a) nationaliteitseisen voor de dienstverrichter, zijn personeel, de aandeelhouders of de leden van het toezichthoudend of het bestuursorgaan van de dienstverrichter;b) de eis dat de dienstverrichter, zijn personeel, de aandeelhouders of de leden van het toezichthoudend of het bestuursorgaan hun verblijfplaats hebben op Belgisch grondgebied;2° een verbod op het hebben van een vestiging in meer dan één lidstaat of op inschrijving in registers of bij beroepsorden of -verenigingen in meer dan een lidstaat;3° beperkingen van de vrijheid van de dienstverrichter om tussen een hoofd- of een nevenvestiging te kiezen, met name de verplichting dat de hoofdvestiging van de dienstverrichter zich op hun grondgebied moet bevinden, of beperkingen van de vrijheid om voor vestiging als agentschap, bijkantoor of dochteronderneming te kiezen;4° wederkerigheidsvoorwaarden ten aanzien van de lidstaat waar de dienstverrichter al een vestiging heeft, behalve in het geval dat dergelijke voorwaarden in een communautair instrument op energiegebied zijn vastgelegd;5° de toepassing per geval van economische criteria, waarbij de verlening van de vergunning afhankelijk wordt gesteld van het bewijs dat er een economische behoefte of marktvraag bestaat, van een beoordeling van de mogelijke of actuele economische gevolgen van de activiteit of van een beoordeling van de geschiktheid van de activiteit in relatie tot de door de bevoegde autoriteit vastgestelde doelen van economische planning;6° de directe of indirecte betrokkenheid van concurrerende marktdeelnemers, ook binnen raadgevende organen, bij de verlening van vergunningen of bij andere besluiten van de bevoegde autoriteiten, met uitzondering van beroepsorden en van beroepsverenigingen of andere organisaties die in de hoedanigheid van bevoegde autoriteit optreden; dit verbod heeft geen betrekking op de raadpleging van organisaties zoals kamers van koophandel of sociale partners over andere aangelegenheden dan individuele vergunningsaanvragen, noch op een raadpleging van het grote publiek; 7° een verplichting tot het stellen van of deelnemen in een financiële waarborg of het afsluiten van een verzekering bij een op Belgisch grondgebied gevestigde dienstverrichter of instelling.Dit belet niet dat een verzekering of financiële garanties als zodanig kunnen verlangd worden noch dat eisen inzake de deelname in een collectief waarborgfonds worden gesteld, bijvoorbeeld voor leden van een beroepsorde of -organisatie; 8° een verplichting al gedurende een bepaalde periode ingeschreven te staan in de registers die in België worden bijgehouden of de activiteit al gedurende bepaalde tijd in België te hebben uitgeoefend. § 2. Het in § 1, 5°, vervatte verbod heeft geen betrekking op planningeisen waarmee geen economische doelen worden nagestreefd, maar die voortkomen uit dwingende redenen van algemeen belang. HOOFDSTUK III. - Vrijheid van dienstverlening

Art. 15.§ 1. De toegang tot of de uitoefening van een dienstenactiviteit mag niet afhankelijk worden gemaakt van de naleving van eisen die niet voldoen aan de beginselen van niet-discriminatie, noodzakelijkheid en proportionaliteit. § 2. Het vrij verrichten van diensten door een in een andere lidstaat gevestigde dienstverrichter mag niet beperkt worden door één van de volgende eisen : 1° een verplichting voor de dienstverrichter een vestiging in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te hebben;2° een verplichting voor de dienstverrichter bij de in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegde autoriteit een vergunning te verkrijgen, daaronder inbegrepen de inschrijving in een register of bij een beroepsorde of vereniging in België, behalve in de in dit decreet voorziene of door het Gemeenschapsrecht geregelde gevallen;3° een verbod voor de dienstverrichter om in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een bepaalde vorm of soort infrastructuur, met inbegrip van een kantoor of kabinet, op te zetten om de betrokken diensten te verrichten;4° de toepassing van een specifieke contractuele regeling tussen de dienstverrichter en de afnemer die het verrichten van diensten door zelfstandigen verhindert of beperkt;5° een verplichting voor de dienstverrichter om specifiek voor de uitoefening van een dienstenactiviteit een door de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie afgegeven identiteitsdocument te bezitten;6° eisen, andere dan die welke noodzakelijk zijn voor de gezondheid en veiligheid op het werk, die betrekking hebben op het gebruik van uitrusting en materiaal die een integrerend deel van de dienstverrichting vormen;7° beperkingen van het vrij verrichten van diensten zoals bedoeld in artikel 23.

Art. 16.Artikel 15 is niet van toepassing op diensten van algemeen economisch belang.

Art. 17.§ 1. In afwijking van artikel 15 en alleen in uitzonderlijke omstandigheden kan het College, ten aanzien van een in een andere lidstaat gevestigde dienstverrichter, maatregelen nemen betreffende de veiligheid van diensten, en dit overeenkomstig de voorwaarden en procedures die van toepassing zijn voor het nemen van soortgelijke maatregelen ten opzichte van dienstverrichters die hun vestiging in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hebben. Deze maatregelen kunnen alleen worden genomen wanneer de in hoofdstuk 7 bedoelde adminstratieve samenwerking in acht genomen is, en aan volgende voorwaarden is voldaan : 1° de bepalingen overeenkomstig welke de maatregelen worden genomen, vallen niet onder een communautaire harmonisatiemaatregel op het gebied van de veiligheid van diensten;2° de maatregelen bieden de afnemer meer bescherming dan de maatregelen die de lidstaat van vestiging overeenkomstig zijn nationale bepalingen zou nemen;3° de lidstaat van vestiging heeft geen maatregelen genomen of heeft maatregelen genomen die ontoereikend zijn in vergelijking met de in artikel 36 bedoelde maatregelen;4° de maatregelen zijn evenredig. § 2. Paragraaf 1 doet geen afbreuk aan bepalingen van het Gemeenschaprecht of op het Gemeenschapsrecht berustende bepalingen die het vrije verkeer van diensten waarborgen of afwijkingen daarop toestaan. HOOFDSTUK IV. - Kwaliteit van die diensten, informatie en transparantie

Art. 18.§1. Onverminderd de andere wettelijke en reglementaire eisen op het gebied van de informatie, stelt elke dienstverrichter, op de wijze voorzien in artikel 19, de volgende gegevens ter beschikking van de afnemer : 1° zijn naam of zijn maatschappelijke benaming;2° zijn rechtsvorm;3° het geografisch adres waar de dienstverrichter is gevestigd;4° zijn adresgegevens, met inbegrip van zijn eventueel e-mailadres, die een snel contact en een rechtstreekse en effectieve communicatie met hem mogelijk maken;5° het ondernemingsnummer;6° zijn maatschappelijke zetel;7° wanneer voor de activiteit een vergunningstelsel geldt, de adresgegevens van de bevoegde autoriteit of het ondernemingsloket;8° wat betreft de gereglementeerde beroepen : a) de handelsvereniging of beroepsorganisatie waarbij de dienstverrichter is ingeschreven;b) de beroepstitel en de lidstaat waar die is verleend;9° in voorkomend geval, de algemene voorwaarden en bepalingen die de dienstverrichter hanteert;10° het eventuele bestaan van door de dienstverrichter gehanteerde contractbepalingen betreffende het op het contract toepasselijke recht en/of betreffende de bevoegde rechter;11° het eventuele bestaan van een niet bij wet voorgeschreven garantie na verkoop;12° de prijs van de dienst wanneer de dienstverrichter de prijs van een bepaalde soort dienst vooraf heeft vastgesteld;13° de belangrijkste kenmerken van de dienst;14° de in artikel 8 bedoelde verzekering of waarborgen, met name de adresgegevens van de verzekeraar of de borg en de geografische dekking. § 2. Wanneer de dienstverrichters in een informatiedocument hun diensten in detail beschrijven, nemen zij hierin informatie op over hun multidisciplinaire activiteiten en partnerschappen die rechtstreeks verband houden met de betrokken dienst en over de maatregelen genomen ter voorkoming van belangenconflicten.

Art. 19.Op initiatief van de dienstverrichter worden de gegevens bedoeld in artikel 18, § 1 : 1° hetzij verstrekt aan de afnemer;2° hetzij voor de afnemer gemakkelijk toegankelijk gemaakt op de plaats waar de dienst wordt verricht of het contract wordt gesloten;3° hetzij voor de afnemer gemakkelijk elektronisch toegankelijk gemaakt op een door de dienstverrichter meegedeeld adres;4° hetzij opgenomen in elk door de dienstverrichter verstrekte informatiedocument waarin zijn diensten in detail worden beschreven.

Art. 20.Op verzoek van de afnemer verstrekt de dienstverrichter de volgende aanvullende informatie : 1° wanneer de dienstverrichter de prijs van een bepaalde soort dienst niet vooraf heeft vastgesteld, de prijs van de dienst of, indien de precieze prijs niet kan worden gegeven, de manier waarop de prijs wordt berekend, zodat de afnemer de prijs kan controleren, of een voldoende gedetailleerde kostenraming;2° voor gereglementeerde beroepen, een verwijzing naar de geldende beroepsregels en de wijze waarop hierin inzage kan worden verkregen;3° informatie over zijn multidisciplinaire activiteiten en partnerschappen die rechtstreeks verband houden met de betrokken dienst, en over de maatregelen genomen ter voorkoming van belangenconflicten;4° de gedragscodes die op de dienstverrichter van toepassing zijn, alsmede het adres waar zij elektronisch kunnen worden geraadpleegd en de beschikbare talen waarin deze codes kunnen worden geraadpleegd.

Art. 21.De informatie bedoeld in de artikelen 18 en 20 wordt op heldere wijze, ondubbelzinnig en tijdig voor de sluiting van het contract of, indien er geen schriftelijk contract is, voor de verrichting van de dienst, meegedeeld of beschikbaar gesteld.

Art. 22.De bepalingen van dit hoofdstuk doen geen afbreuk aan de bijkomende informatievereisten die van toepassing zijn op dienstverrichters die in België hun vestiging hebben. HOOFDSTUK V. - Eisen die niet aan de afnemers mogen gesteld worden

Art. 23.De afnemers worden niet onderworpen aan eisen die het gebruik van een dienst van een in een andere lidstaat gevestigde dienstverrichter beperken, met name niet : 1° een verplichting bij hun bevoegde autoriteiten een vergunning te verkrijgen of een verklaring af te leggen;2° discriminerende beperkingen op het verkrijgen van financiële bijstand vanwege het feit dat de dienstverrichter in een andere lidstaat is gevestigd of vanwege de plaats waar de dienst wordt verricht. Het eerste lid is niet van toepassing op de vergunningstelsels die ook van toepassing zijn op het gebruik van een dienst die door een in België gevestigde dienstverlener wordt verricht.

Art. 24.De afnemers worden niet onderworpen aan discriminerende eisen op grond van nationaliteit of verblijfplaats.

De algemene voorwaarden voor toegang tot een dienst, die door de dienstverrichter voor het publiek toegankelijk worden gemaakt, bevatten geen discriminerende bepalingen in verband met de nationaliteit of verblijfplaats van de afnemer, zonder evenwel de mogelijkheid uit te sluiten om verschillende toegangsvoorwaarden te stellen wanneer die verschillen rechtstreeks door objectieve criteria worden gerechtvaardigd. HOOFDSTUK VI. - Geschillenbeslechting

Art. 25.De dienstverrichters verstrekken hun adresgegevens, met name een postadres, een faxnummer of e-mailadres alsook een telefoonnummer, waar alle afnemers, ook deze die in een andere lidstaat van de Europese Unie verblijven, rechtstreeks een klacht kunnen indienen of informatie over de verrichte dienst kunnen vragen.

De dienstverrichters verstrekken het adres van hun woonplaats of hun maatschappelijke zetel indien dit niet hun gebruikelijke correspondentieadres is.

Art. 26.De dienstverrichters reageren zo snel mogelijk op de in artikel 25 bedoelde klachten en stellen alles in het werk om bevredigende oplossingen te vinden.

Art. 27.Wanneer een gedragscode, een handelsvereniging of een beroepsorde voorziet in een regeling voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting, stellen de hieraan onderworpen dienstverrichters de afnemer hiervan op de hoogte en vermelden dit in elk document waarin hun diensten in detail worden beschreven en geven daarbij aan hoe toegang kan worden verkregen tot gedetailleerde informatie over de kenmerken en toepassingsvoorwaarden van deze regeling.

Art. 28.De dienstverrichters hebben de plicht aan te tonen dat aan de eisen voorzien in de artikelen 18 tot 21 en 25 tot 27 is voldaan en dat de verstrekte informatie juist is. HOOFDSTUK VII. - Administratieve samenwerking

Art. 29.§ 1. De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommisie verstrekt, binnen de grenzen van haar bevoegdheden, aan de bevoegde autoriteit van een andere lidstaat die een met redenen omkleed verzoek doet, iedere relevante informatie waarover ze beschikt in verband met een dienstverrichter en/of zijn diensten.

Ze verstrekt de gevraagde informatie met name betreffende de vestiging en de wettelijkheid van de verrichte diensten. § 2. De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie voert, binnen de grenzen van haar bevoegdheden, de verificaties, inspecties en onderzoeken uit die haar door de bevoegde autoriteit van een andere lidstaat via een met redenen omkleed verzoek aangevraagd worden betreffende een dienstverrichter of zijn diensten.

Zij beordeelt de aard en de omvang van de uit te voeren verificaties, inspecties en onderzoeken.

Art. 30.§ 1. De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie verstrekt binnen de grenzen van haar bevoegdheid aan de bevoegde autoriteit van een andere lidstaat die een met redenen omkleed verzoek doet de definitieve beslissingen betreffende de tuchtrechtelijke of administratieve sancties van professionele aard, voor zover er hiertegen geen beroep meer kan worden aangetekend, in overeenstemming met de regels bepaald door de bijzondere wetgevingen of reglementeringen voor een zulke verstrekking.

Ze verstrekt ook binnen de grenzen van haar bevoegdheden en in overeenstemming met Boek II, Titel VII, Hoofdstuk I van het Wetboek van strafvordering informatie over definitieve strafrechtelijke sancties van professionele aard, voor zover er hiertegen geen beroep meer kan worden aangetekend, evenals elk definitief vonnis betreffende de insolventie in de zin van bijlage A van de EG-Verordening 1346/2000, of het faillissement waarin sprake is van frauduleuze praktijken van een dienstverrichter.

In de mededeling worden de overtreden wettelijke of reglementaire bepalingen vermeld. § 2. Nopens de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens en zijn uitvoeringsbesluiten, bepaalt het College : 1° de gegevens die worden behandeld;2° de wijze van vergaren van de gegevens;3° de gespreksduur;4° aan wie de gegevens worden gecommuniceerd;5° de veiligheidsmaatregelen voor de behandeling van de gegevens. § 3. De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie die zulke informatie meedeelt, stelt de dienstverrichter daarvan in kennis.

Art. 31.De in uitvoering van de artikelen 29 en 30 gevraagde informatie of de resultaten van de verificaties, inspecties of onderzoeken worden zo snel mogelijk verstrekt via het elektronische systeem voor de uitwisseling van informatie.

Art. 32.De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie die om wettelijke of praktische redenen geen gevolg kan geven aan een verzoek om informatie, verificaties, inspecties of onderzoeken, brengt de bevoegde autoriteit van de andere lidstaat daarvan zo snel mogelijk op de hoogte en vermeldt de redenen die zich tegen deze aanvraag verzetten. Indien na kennisgeving van deze weigering, deze laatste zich niet bij het standpunt van de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie kan neerleggen en geen enkele oplossing kan gevonden worden, wordt dit ter informatie meegedeeld aan de federale coördinator.

Art. 33.De bevoegde autoriteit van een andere lidstaat kan toegang verkrijgen tot de registers die toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie en op dezelfde voorwaarden.

Art. 34.§ 1. De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie die wenst dat een bevoegde autoriteit van een andere entiteit of van een andere lidstaat haar informatie verstrekt of verificaties, inspecties of onderzoeken voert betreffende een dienstverrichter of zijn diensten, stuurt haar een met redenen omkleed verzoek via het elektronische systeem voor de uitwisseling van informatie. § 2. Indien de bevoegde autoriteit van de andere entiteit of van de andere lidstaat niet aan de aanvraag voldoet en geen enkele oplossing kan gevonden worden, brengt de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie de federale coördinator en de coördinator van de Franse Gemeenschapscommissie daarvan op de hoogte.

Art. 35.De uitgewisselde informatie kan alleen gebruikt worden voor de aangelegenheden waarvoor ze gevraagd werd.

Art. 36.§ 1. De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie oefent controle uit ten opzichte van dienstverrichters die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn gevestigd. § 2. Deze verplichting geldt niet voor : 1° de controle van de naleving van specifieke eisen die opgelegd worden door de lidstaat waar de dienst geleverd wordt, ongeacht de plaats van vestiging van de dienstverrichter;2° de uitoefening van controles op het grondgebied van de lidstaat waar de dienst verricht wordt. Deze controles worden in overeenstemming met artikel 34 op verzoek van de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie verricht door de lidstaat waar de dienstverrichter tijdelijk actief is.

Art. 37.§ 1. De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie voert haar controlemissies uit ten overstaan van de dienstverleners die een dienstactiviteit leveren op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, conform de artikelen 15 en 16 van het huidig decreet.

De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie : 1° neemt alle nodige maatregelen teneinde te verzekeren dat de dienstverlener zich schikt naar de vereisten die worden gesteld voor de toegang tot de dienstenactiviteit en de uitoefening ervan, 2° gaat over tot verificaties, inspecties en onderzoeken die nodig zijn om de geleverde dienst te controleren. § 2. Voor wat betreft de andere vereisten dan die die worden beoogd in paragraaf 1, wanneer de dienstverlener zich tijdelijk naar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest begeeft om er een dienst te leveren zonder er te zijn gevestigd, neemt de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie deel aan de controle van de dienstverlener conform paragraaf 3. § 3. Op vraag van de vestigingslidstaat, gaat de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie op wiens grondgebied de dienst werd geleverd over tot de verificaties, inspecties en onderzoeken die nodig zijn voor de effectieve controle door de vestigingslidstaat. Ze komen tussenbeide binnen de grenzen van de competenties die aan hen zijn toegewezen in hun lidstaat. De bevoegde autoriteiten kunnen de meest aangewezen te nemen maatregelen bepalen in elk afzonderlijk geval om te beantwoorden aan de vraag van de vestigingslidstaat.

Art. 38.De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie kan slechts overgaan tot verificaties, inspecties en onderzoeken ter plaatse wanneer deze laatsten niet-discriminerend van aard zijn, niet gemotiveerd zijn door het feit dat het gaat om een dienstverlener die gevestigd is in een andere lidstaat en wanneer ze in verhouding zijn tot de gecontroleerde dienst.

Art. 39.§ 1. Wanneer de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie kennis neemt van een gedraging, ernstige en specifieke handelingen of omstandigheden met betrekking tot een dienstverrichter of een dienstenactiviteit, die ernstige schade aan de gezondheid of veiligheid van personen of aan het milieu kunnen veroorzaken, stelt ze via een waarschuwingscoördinator via het elektronische systeem voor de uitwisseling van informatie de lidstaten en de Europese Commissie hiervan onverwijld in kennis, evenals de federale coördinator en de coördinator van de Franse Gemeenschapscommissie. § 2. Wanneer een waarschuwing gewijzigd moet worden of niet meer gerechtvaardigd is, stelt de gewestelijke coördinator de Europese Commissie en de lidstaten hiervan in kennis via het elektronische systeem voor de uitwisseling van informatie evenals de federale coördinator en de coördinator van de Franse Gemeenschapscommissie. § 3. De hierboven beschreven procedure geldt onverminderd gerechtelijke procedures.

Art. 40.§ 1. De bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie, die in toepassing van artikel 17, § 1, voornemens is maatregelen te nemen om de veiligheid van diensten die op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest worden verricht te waarborgen, stuurt via het elektronische systeem voor de uitwisseling van informatie een aanvraag om maatregelen te nemen aan de lidstaat van vestiging, met verstrekking van alle relevante informatie over de betrokken dienst en de omstandigheden ter zake. § 2. In voorkomend geval stelt de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie, na ontvangst van het antwoord van de lidstaat van vestiging of bij gebrek van antwoord binnen een redelijke termijn, de Europese Commissie en de lidstaat van vestiging via het elektronische systeem voor de uitwisseling van informatie in kennis van zijn voornemen om maatregelen te nemen, evenals de federale coördinator en de coördinator van de Franse Gemeenschapscommissie.

De mededeling vermeldt : 1° de redenen waarom de door de lidstaat van vestiging genomen of beoogde maatregelen naar het oordeel van de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie ongepast zijn;2° de reden waarom de door hem beoogde maatregelen naar zijn oordeel aan de in artikel 17, § 1 bedoelde voorwaarden voldoen. § 3. De maatregelen kunnen niet eerder dan vijftien werkdagen na het sturen van een kennisgeving, conform § 2, aan de lidstaat van vestiging en aan de Europese Commissie genomen worden. § 4. In spoedeisende gevallen kan de bevoegde autoriteit van de Franse Gemeenschapscommissie van de paragrafen 1, 2 en 3 afwijken. In dit geval worden de Europese Commissie en de lidstaat van vestiging van de genomen maatregelen in kennis gesteld, met opgave van de redenen waarom er volgens de autoriteit sprake is van een spoedeisend karakter. § 5. De hierboven beschreven procedure geldt onverminderd gerechtelijke procedures. HOOFDSTUK VIII. - Inwerkingtreding

Art. 41.Het huidige decreet treedt in werking op de dag van zijn publicatie in het Belgisch Staatsblad.

Brussel, 9 juli 2010.

C. DOULKERIDIS, Minister-Voorzitter van het College.

Ch. PICQUE, Lid van het Collège.

B. CEREXHE, Lid van het Collège.

Mevr. E. HUYTEBROECK, Lid van het Collège.

E. KIR, Lid van het Collège. _______ Nota (1) Parlementaire Handelingen...

^