Etaamb.openjustice.be
Decreet van 10 maart 2006
gepubliceerd op 07 juni 2006

Decreet houdende de oprichting van de strategische adviesraad Ruimtelijke Ordening. - Onroerend Erfgoed

bron
vlaamse overheid
numac
2006035816
pub.
07/06/2006
prom.
10/03/2006
ELI
eli/decreet/2006/03/10/2006035816/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

10 MAART 2006. - Decreet houdende de oprichting van de strategische adviesraad Ruimtelijke Ordening. - Onroerend Erfgoed (1)


Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : Decreet houdende de oprichting van de strategische adviesraad Ruimtelijke Ordening. - Onroerend Erfgoed. HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit decreet regelt een gewest- en gemeenschapsaangelegenheid.

Art. 2.Er wordt een strategische adviesraad Ruimtelijke Ordening - Onroerend Erfgoed, afgekort "SARO", opgericht als vermeld in artikel 3 van het decreet van 18 juli 2003 tot regeling van strategische adviesraden.

De SARO heeft rechtspersoonlijkheid. De bepalingen van het decreet van 18 juli 2003 tot regeling van strategische adviesraden zijn van toepassing op de SARO. HOOFDSTUK II. - Taakomschrijving

Art. 3.§ 1. De SARO heeft de volgende opdrachten : 1° uit eigen beweging of op verzoek advies uitbrengen over de hoofdlijnen van het beleid inzake ruimtelijke ordening en onroerend erfgoed;2° bijdragen tot het vormen van een beleidsvisie over de ruimtelijke ordening en de zorg voor het onroerend erfgoed;3° de maatschappelijke ontwikkelingen op het vlak van de ruimtelijke ordening en de zorg voor het onroerend erfgoed volgen en interpreteren;4° advies uitbrengen over voorontwerpen van decreet met betrekking tot ruimtelijke ordening en onroerend erfgoed;5° uit eigen beweging of op verzoek advies uitbrengen over ontwerpen van besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot ruimtelijke ordening en onroerend erfgoed, met uitzondering van de ontwerpen van besluit inzake de individuele beschermingsdossiers met betrekking tot onroerend erfgoed;6° reflecties leveren over de bij het Vlaams Parlement ingediende beleidsnota's inzake ruimtelijke ordening en onroerend erfgoed;7° uit eigen beweging of op verzoek advies uitbrengen over ontwerpen van samenwerkingsakkoord van strategisch belang met betrekking tot de ruimtelijke ordening en de zorg voor het onroerend erfgoed die de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest wil sluiten met de staat, met andere gemeenschappen of gewesten of in internationaal verband. § 2. De Vlaamse Regering is verplicht om advies te vragen van de SARO over : 1° de voorontwerpen van decreet, vermeld in § 1, 4°;2° de ontwerpen van reglementair of organiek besluit van de Vlaamse Regering, die de Vlaamse Regering beschouwt als basisuitvoeringsbesluiten inzake ruimtelijke ordening of onroerend erfgoed en die daarom van strategisch belang zijn;3° de ontwerpen van samenwerkingsakkoord, vermeld in § 1, 7°, die de Vlaamse Regering van strategisch belang acht. § 3. De Vlaamse Regering kan de SARO machtigen Vlaanderen te vertegenwoordigen in federale of internationale adviesorganen. HOOFDSTUK III. - Samenstelling en organisatie

Art. 4.§ 1. De SARO wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van het maatschappelijke middenveld die actief zijn in het beleidsveld ruimtelijke ordening of het beleidsveld onroerend erfgoed, uit onafhankelijke deskundigen en uit vertegenwoordigers van provincies, steden en gemeenten.

Namens het maatschappelijk middenveld kunnen in de SARO vertegenwoordigers worden benoemd van : 1° organisaties die maatschappelijke belangen behartigen in de sectoren met ruimtebehoeften economie, toerisme en recreatie, cultuur, jeugd en sport, landbouw, leefmilieu en natuur, huisvesting en mobiliteit;2° representatieve organisaties, opgericht op particulier initiatief en zonder winstoogmerk, met zetel in het Vlaamse Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, met als belangrijkste doelstelling hetzij het duurzame ruimtegebruik, de kwaliteit van de stedenbouw, de ruimtelijke ordening en de ruimtelijke planning;hetzij de promotie, het behoud, het onderhoud en de verspreiding van kennis over monumenten, landschappen, archeologisch en varend erfgoed.

Alle organisaties die vertegenwoordigd zijn in de SARO moeten hoofdzakelijk het grondgebied van het Vlaamse Gewest als actieterrein hebben. De Vlaamse Regering kan aanvullende voorwaarden voor de voordracht stellen en kan de lijst van sectoren, vermeld in het tweede lid, 1°, uitbreiden.

Als onafhankelijke deskundigen kunnen in de SARO worden benoemd : academici, deskundigen op het vlak van ruimtelijke ordening en onroerend erfgoed die werken voor een onafhankelijk adviesbureau of als zelfstandige of andere personen die op grond van hun ervaring, engagement of deskundigheid gezag verworven hebben wat betreft de ruimtelijke ordening of de zorg voor het onroerend erfgoed. § 2. De SARO bestaat uit twintig leden, door de Vlaamse Regering benoemd voor een termijn van vier jaar. Hiervan zijn er twaalf vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld, vijf onafhankelijke deskundigen, een vertegenwoordiger voor de provincies en twee vertegenwoordigers voor de steden en gemeenten.

Een besluit van de Vlaamse Regering regelt de samenstelling van de SARO wat de vertegenwoordiging van het maatschappelijk middenveld betreft en stelt vast of er plaatsvervangende leden moeten worden benoemd voor de vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld, de provincies en de steden en gemeenten.

De vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld worden op dubbeltallen voorgedragen door de organisaties, vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering dat de samenstelling van de SARO regelt. De vertegenwoordigers van de provincies en van de steden en gemeenten worden respectievelijk voorgedragen door de Vereniging van Vlaamse Provincies en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten, eveneens op dubbeltallen.

De onafhankelijke deskundigen worden aangeduid na een openbare oproep tot kandidaatstelling.

Art. 5.De voorzitter van de SARO is een van de onafhankelijke deskundigen. Hij wordt benoemd door de Vlaamse Regering. De voorzitter vertegenwoordigt de raad in rechte, onverminderd de mogelijkheid tot delegatie van die bevoegdheid.

Art. 6.De SARO kan, voor het onderzoek van bijzondere vraagstukken en mits ze de Vlaamse Regering ervan op de hoogte brengt, een beroep doen op : 1° de Vlaamse Commissie voor Ruimtelijke Ordening, vermeld in het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening;2° de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, vermeld in het decreet van 3 maart 1976 houdende bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten, of een van haar afdelingen. Hij kan te allen tijde vragen aan de leidend ambtenaren van het departement en de intern of extern verzelfstandigde agentschappen van het beleidsdomein waartoe het beleid inzake ruimtelijke ordening en onroerend erfgoed behoort, om technische toelichtingen te verschaffen over de aangelegenheden waarover hij advies moet of wil uitbrengen. HOOFDSTUK IV. - Overgangs- en slotbepalingen

Art. 7.§ 1. De Vlaamse Regering regelt de toewijzing van de personeelsleden, de goederen, de rechten en verplichtingen, van de diensten, instellingen en rechtspersonen die afhangen van de Vlaamse Gemeenschap of van het Vlaamse Gewest, aan de SARO, met het oog op de uitoefening van de toegewezen taken.

De besluiten die krachtens het eerste lid worden vastgesteld, kunnen de van kracht zijnde decretale bepalingen wijzigen, vervangen of opheffen. § 2. De bevoegdheid die bij § 1 aan de Vlaamse Regering wordt opgedragen, vervalt op de datum van de toewijzing van het personeel, van de goederen en van de rechten en plichten.

De besluiten die krachtens § 1 zijn vastgesteld, houden op uitwerking te hebben indien zij niet bij decreet bekrachtigd zijn binnen twaalf maanden na de datum van hun inwerkingtreding. De bekrachtiging werkt terug tot deze laatste datum. Na de in het eerste lid vermelde data kunnen de besluiten die krachtens § 1 zijn vastgesteld en bekrachtigd alleen bij decreet worden gewijzigd, vervangen of opgeheven.

Art. 8.De Vlaamse Regering bepaalt de datum waarop dit decreet in werking treedt.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 10 maart 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN _______ Nota's (1) Zitting 2005 - 2006. Stukken. - Ontwerp van decreet : 653, nr. 1. - Amendement : 653, nr. 2. - Verslag : 653, nr.3. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 653, nr. 4.

Handelingen. - Bespreking en aanneming : Vergadering van 22 februari 2006.

^