Etaamb.openjustice.be
Decreet van 16 november 2017
gepubliceerd op 07 december 2017

Decreet tot wijziging van de artikelen D.II.23, D.II.64, D.VI.17, D.VI.49 en D.VII.1 van het Wetboek van Ruimtelijke Ontwikkeling en waarin een artikel D.II.25bis wordt ingevoegd

bron
waalse overheidsdienst
numac
2017206317
pub.
07/12/2017
prom.
16/11/2017
ELI
eli/decreet/2017/11/16/2017206317/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

16 NOVEMBER 2017. - Decreet tot wijziging van de artikelen D.II.23, D.II.64, D.VI.17, D.VI.49 en D.VII.1 van het Wetboek van Ruimtelijke Ontwikkeling en waarin een artikel D.II.25bis wordt ingevoegd (1)


Het Waals Parlement heeft aangenomen en Wij, Waalse Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.In artikel D.II.23, tweede lid, van het Wetboek van Ruimtelijke Ontwikkeling wordt een artikel 2°bis ingevoegd, "2°bis groene woongebieden;"

Art. 2.In hetzelfde Wetboek wordt een artikel D.II.25bis ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.DII.25bis. Groene woongebieden Het groen woongebied is voornamelijk bestemd voor het verblijf dat voldoet aan de voorwaarden bepaald in dit artikel : 1° elk perceel dat voor een verblijf bestemd is, moet een minimale oppervlakte van netto tweehonderd vierkante meter hebben;2° het over het gehele gebied berekend aantal percelen per hectare mag niet lager zijn dan vijftien en niet hoger dan vijfendertig;3° de verblijven zijn bouwwerken van maximum 60 vierkante meter van bruto-vloeroppervlakte, zonder verdieping, met uitzondering van de gebieden die over een bestaande verkavelingsvergunning of bebouwingsvergunning beschikken en die een grotere woonoppervlakte toelaten.4° bij wijze van uitzondering en voor zover het daarvoor bestemd aantal percelen niet 2 % overschrijdt van het aantal percelen van het gebied, kunnen bouwwerken of installaties worden toegelaten die het alternatief toerisme bevorderen en waarbij aan de voorwaarden bedoeld in 3° wordt voldaan met inbegrip van de joerten en de boomhutten. De uitvoering van het groen woongebied is onderworpen aan de aanneming van een lokaal beleidsontwikkelingsplan goedgekeurd door de Regering dat de totaliteit van het gebied dekt en aan het verstrekken van een bebouwingsvergunning of een vergunning voor gegroepeerde bouw die het geheel of een gedeelte van het uitgevoerde gebied dekt.

Het groen woongebied kan toeristisch verblijf bevatten, alsook ambachtelijke activiteiten, activiteiten van de sociaal-culturele voorzieningen, van de inrichtingen van openbare diensten en gemeenschappelijke uitrustingen, voor zover dit toeristisch verblijf en deze activiteiten elkaar aanvullen en onderworpen zijn aan de hoofdbestemming van het gebied bedoeld in het eerste lid.

Het groen woongebied moet openbare groengebieden bevatten die minstens 15 % van de oppervlakte van het gebied bedekken.".

Art. 3.Artikel D.II.64 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt "Art. D.DII.64. § 1. Artikel D.II.25bis is van toepassing op de recreatiegebieden bedoeld in artikel D.II.27 en op een lijst gezet door de Regering voor zover : 1° ze gedekt is door een vergunning voor groepen van bouwwerken of een bebouwingsvergunning, verstrekt vóór de inwerkingtreding van dit Wetboek;2° de wegen en de openbare of gemeenschappelijke ruimten van het gebied onder het publiek domein vallen;3° het toeristisch verblijf alsook de ambachtelijke activiteiten, de activiteiten van de sociaal-culturele voorzieningen, de inrichtingen van openbare diensten en gemeenschappelijke uitrustingen elkaar aanvullen en onderworpen zijn aan de hoofdwoonbestemming De gebieden aangewezen overeenkomstig het eerste lid worden onderworpen aan een omkeerbaarheidsclausule van de bestemming als binnen de vijf jaar van de inwerkingtreding van de lijst die hen aanwijst: 1° de gemeente de wegen van het gebied niet heeft overgenomen;2° de gemeente het gebied niet met water en elektriciteit heeft uitgerust en voldaan heeft aan de voorwaarden inzake zuivering van afvalwater van het Waterwetboek. § 2. De Regering neemt een ontwerp-lijst van de recreatiegebieden aan dat aan de voorwaarden van paragraaf 1 voldoet. Deze ontwerp- lijst bepaalt kleine gebieden op plaatselijk niveau in de zin van artikel D.VIII.31, § 2.

Binnen zes maanden van de kennisgeving van de ontwerp-lijst aan de betrokken gemeenten, richten laatstgenoemden een dossier aan de Regering dat het volgende bevat : 1° de verbintenis van de gemeente om de wegen over te nemen en om ze te rangschikken in het netwerk van gemeentewegen overeenkomstig het decreet;2° de verbintenis van de gemeente om het gebied met water en elektriciteit uit te rusten en om te voldoen aan de voorwaarden inzake zuivering van afvalwater van het Waterwetboek;3° het technisch dossier betreffende de wegen en hun uitrusting bedoel in 2°. Bij gebrek is de gemeente geacht af te zien van de opneming van het betrokken gebied als groen woongebied.

De Regering legt de lijst vast van de recreatiegebieden bedoeld in paragraaf 1.

Binnen de maand van de kennisgeving van de lijst aan de betrokken gemeenten, delen laatstgenoemden aan de betrokken eigenaars of bewoners het volgende mee : 1° de nieuwe bestemming van het gebied; 2° de verplichting om, in voorkomend geval, een aanvraag voor een regularisatievergunning in te dienen overeenkomstig de artikelen D.IV.32 en volgende. ".

Art. 4.Artikel D.VI.17, § 1, eerste lid, van hetzelde Wetboek wordt aangevuld met een punt 12°, luidend als volgt : "12° een groen woongebied aangewezen overeenkomstig artikel D.II.64.".

Art. 5.In artikel D.VI.49 van hetzelfde Wetboek, in de punten 1° tot 7°, worden de woorden "tot groen woongebied," ingevoegd tussen de woorden "tot woongebied met een landelijk karakter," en de woorden "tot gebied van gemeentelijk belang".

Art. 6.Artikel D.VII.1, § 2, van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met het volgend lid : "De instandhouding van een woning opgericht zonder de vergunning die was vereist maakt geen overtreding uit na de inwerkingtreding van het groen woongebied aangewezen overeenkomstig artikel D.II.64.".

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 16 november 2017.

De Minister-President, W. BORSUS De Minister van Sociale Actie, Gezondheid, Gelijke Kansen, Ambtenarenzaken en Administratieve vereenvoudiging A. GREOLI De Minister van Economie, Industrie, Onderzoek, Innovatie, Digitale Technologieën, Tewerkstelling en Vorming, P.-Y. JEHOLET De Minister van Leefmilieu, Ecologische Overgang, Ruimtelijke Ordening, Openbare Werken, Mobiliteit, Vervoer, Dierenwelzijn en Industriezones, C. DI ANTONIO De Minister van Begroting, Financiën, Energie, Klimaat en Luchthavens, J.-L. CRUCKE De Minister van Landbouw, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme, Erfgoed en afgevaardigd bij de Grote Regio, R. COLLIN De Minister van Plaatselijke Besturen, Huisvesting en Sportinfrastructuren, V. DE BUE _______ Nota (1) Zitting 2017-2018. Stukken van het Waals Parlement, 790 (2016-2017) Nrs. 1 tot 7.

Volledig verslag, plenaire vergadering van 16 november 2017.

Bespreking.

Stemming.

^