Etaamb.openjustice.be
Decreet van 17 juli 2002
gepubliceerd op 13 september 2002

Decreet tot bevordering van de gelijke vertegenwoordiging van mannen en vrouwen in de adviesorganen

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2002029464
pub.
13/09/2002
prom.
17/07/2002
ELI
eli/decreet/2002/07/17/2002029464/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

17 JULI 2002. - Decreet tot bevordering van de gelijke vertegenwoordiging van mannen en vrouwen in de adviesorganen (1)


De Raad van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen wat volgt :

Artikel 1.In dit decreet verstaan we onder "adviesorganen", hierna "organen" genoemd, de raden, commissies, comités en andere instanties, ongeacht hun benaming, die bij wet, decreet of besluit zijn ingesteld en als voornaamste taak hebben, op eigen initiatief of op verzoek, adviezen uit te brengen bij de Raad van de Franse Gemeenschap, bij een of meerdere van zijn leden of zijn diensten.

De Regering kan een orgaan om functionele redenen of omwille van zijn aard uitsluiten uit het toepassingsgebied van dit decreet.

Art. 2.Telkens er in een orgaan een of meerdere mandaten van werkend of plaatsvervangend lid voorzien zijn naar aanleiding van een voordrachtsprocedure, moet iedere instantie die de kandidaten moet voordragen, minstens de kandidatuur van een man en een vrouw voordragen.

Wanneer de in het eerste lid bedoelde verplichting niet werd nagekomen, stuurt de benoemingsinstantie de kandidaturen terug naar de instantie die deze moet voordragen en blijft het te begeven mandaat vacant. Het feit dat één of meerdere mandaten vacant zijn, belet de instantie die een niet naar behoren opgemaakt advies heeft ontvangen niet geldig te beslissen over het (de ) ter advies voorgelegd(e) kwestie(s).

Wanneer het onmogelijk is de in het eerste lid bedoelde verplichting na te komen, kan hiervan worden afgeweken mits een geschreven motivatie op te nemen in het document van de voordracht en geviseerd in de benoemingsakte.

Art. 3.§ 1. Ieder orgaan bestaat minstens voor vijfendertig procent uit leden van ieder geslacht.

Wanneer de in het eerste lid bedoelde verplichting niet in acht is genomen, zijn de adviezen van het betrokken orgaan niet geldig, behalve : - als de minister(s) waaronder laatstgenoemd orgaan ressorteert of als het (de) benoemingsorga(a)n(en) aan de Regering een mededeling richt waarin de motieven vermeld staan waarom het onmogelijk is de in het eerste lid bedoelde regel te volgen; - en als de motivatie door de Regering gepast wordt bevonden.

De motivatie wordt gepast bevonden behoudens andersluidende beslissing van de Regering binnen de twee maand na de mededeling.

Het feit dat het door het orgaan uitgebracht orgaan ongeldig is belet de instantie die dit advies ontvangt niet geldig te beslissen over het (de) ter advies voorgelegd(e) kwestie(s). § 2. De in § 1 bedoelde mededeling geschiedt vóór de benoeming van de leden van het betrokken orgaan. § 3. De Regering legt de procedure vast inzake de mededeling bedoeld in § 1. § 4. De adviezen uitgebracht door een orgaan die een afwijking werd toegestaan op de regel bedoeld in § 1, eerste lid, maken melding van deze afwijking.

Art. 4.De Regering legt om de twee jaar een evaluatieverslag over dit decreet voor aan de Raad van de Franse Gemeenschap.

Art. 5.De benoemingsinstantie past de samenstelling van de organen die zijn ingesteld vóór de inwerkingtreding van dit decreet aan overeenkomstig artikel 3, § 1, eerste lid, bij de volgende vernieuwing van de mandaten.

De adviezen van de in het eerste lid bedoelde organen blijven geldig tot de volgende vernieuwing van de mandaten, zelfs als de drempel bedoeld in artikel 3, § 1, eerste lid, niet wordt nageleefd.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad moet verschijnen.

Brussel, op 17 juli 2002.

De Minister-President, belast met Internationale Betrekkingen, H. HASQUIN De Minister van Cultuur, Begroting, Openbaar Ambt, Jeugdzaken en Sport, R. DEMOTTE De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de opdrachten toegewezen aan de « ONE », J.-M. NOLLET De Minister van Secundair en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS De Minister van Kunsten en Letteren en van de Audiovisuele Sector, R. MILLER De Minister van Jeugdbijstand en Gezondheid, Mevr. N. MARECHAL _______ Nota's (1) Zitting 2001-2002. Documenten van de Raad. - Ontwerpdecreet, nr. 278-1. - Verslag voorgelegd namens het Adviescomité belast met de vraagstukken inzake de gelijke kansen bij mannen en vrouwen, nr. 278-2. - Amendement van de Commissie, nr. 278-3. - Verslag, nr. 278-4.

Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 16 juli 2002.

^