Etaamb.openjustice.be
Decreet van 18 mei 1999
gepubliceerd op 23 juli 1999

Decreet houdende wijziging van het bosdecreet van 13 juni 1990

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
1999035925
pub.
23/07/1999
prom.
18/05/1999
ELI
eli/decreet/1999/05/18/1999035925/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

18 MEI 1999. - Decreet houdende wijziging van het bosdecreet van 13 juni 1990 (1)


Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid.

Art. 2.In artikel 2 van het bosdecreet van 13 juni 1990 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° tussen het woord "bescherming," en de woorden "de aanleg", worden de woorden "het beheer, het herstel van de bossen en van hun natuurlijk milieu en" ingevoegd;2° de woorden "en het beheer" worden geschrapt.

Art. 3.In artikel 4 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in 1.wordt de zinsnede die begint met de woorden "die de in artikel 11" en eindigt met de woorden "heeft afgelegd" geschrapt; 2° een 1bis.wordt ingevoegd, dat luidt als volgt : « 1bis. administratieve overheden : het Vlaamse Gewest, de openbare instellingen die ervan afhangen, de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke instellingen die belast zijn met taken van openbaar nut en de andere besturen die onderworpen zijn aan het administratief toezicht van het Vlaamse Gewest; »; 3° 2.wordt vervangen door wat volgt : « 2. ambtenaar : elk personeelslid van het Bosbeheer behorende tot het niveau A. Heeft de ambtenaar als ambtsgebied een houtvesterij en heeft hij overwegend terreinbeherende opdrachten, dan wordt hij houtvester genoemd. Wordt de ambtenaar binnen een ambtsgebied belast met de algemene coördinatie over het naleven van de richtlijnen, omzendbrieven en andere dienstinstructies en/of de strafvordering, teneinde de doelstellingen van dit decreet en het bosbeleid in het algemeen te realiseren, dan wordt hij woudmeester genoemd. Om te kunnen aangesteld worden als houtvester of woudmeester is een diploma van landbouwkundig ingenieur, Waters en Bossen of van bio-ingenieur in het Land- en Bosbeheer vereist; »; 4° een 2bis.wordt ingevoegd, dat luidt als volgt : « 2bis. autochtone boom- of struiksoort : boom- of struiksoort die, sinds zijn spontane vestiging na de laatste ijstijd, zich ter plaatse altijd slechts natuurlijk heeft verjongd of kunstmatig verjongd is met strikt lokaal uitgangsmateriaal; »; 5° in 5.worden de woorden "aangepaste behandeling" vervangen door de woorden "aangepast beheer"; 6° een 5bis.wordt ingevoegd, dat luidt als volgt : « 5bis. bijzondere wachter : wachter aangesteld door bijzondere personen en gelijkgesteld met de veldwachters zoals bedoeld in artikel 61 van het Veldwetboek; »; 7° een 6bis.wordt ingevoegd, dat luidt als volgt : « 6bis. bosbeheerders : de boseigenaar of mede-eigenaar, de houder van andere zakelijk rechten of de houder van een persoonlijk recht aan wie het beheer van het bos toekomt; »; 8° 7.wordt opgeheven; 9° 8.en 9. worden vervangen door wat volgt : « 8. bosgroep : een duurzaam samenwerkingsverband tussen bosbeheerders binnen een bepaald gebied, teneinde de realisatie van de door dit decreet opgelegde doelstellingen door een rationeler beheer mogelijk te maken; 9. bosweg : alle wegen of gedeelten van wegen gelegen in het bos, met uitzondering van de openbare wegen die ingericht zijn voor het gewone, gemotoriseerde verkeer en die in hoofdzaak bestemd zijn als doorgangsweg.Paden waarop slechts één voetganger tegelijkertijd kan passeren worden niet als boswegen beschouwd, tenzij ze deel uitmaken van het toegankelijke wegennet opgenomen in het beheersplan of in het toegankelijkheidsreglement zoals bepaald in artikel 12 van dit decreet; »; 10° een 11bis.wordt ingevoegd, dat luidt als volgt : « 11bis. inheemse boom- of struiksoort : boom- of struiksoort, die van nature voorkomt in een bepaalde streek of regio; »; 11° 12.wordt vervangen door wat volgt : « 12. kaalslag : het kappen van het bosbestand zonder aan de grond een ander gebruik te geven; »; 12° 13.en 14. worden opgeheven; 13° een 14bis.tot 14quinquies. worden ingevoegd, die luiden als volgt : « 14bis. kavel : een bestand, deel van een bestand of een groep bestanden waarin de bomen al dan niet geveld en/of andere bosproducten dan hout te koop worden aangeboden; 14ter. lot : vastgelegde en gemerkte hoeveelheid te vellen of gevelde bomen in één of meerdere kavels, of opgestapeld in het bos, die gezamenlijk te koop worden aangeboden; 14quater. natuurvereniging : erkende terreinbeherende vereniging, zoals bedoeld in artikel 2, 16° van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu. »; 14° 15.wordt vervangen door wat volgt : « 15. ontbossen : iedere handeling waardoor een bos geheel of gedeeltelijk verdwijnt en aan de grond een andere bestemming of gebruik wordt gegeven; »; 15° in 17.worden de woorden "één of meer" vervangen door het woord "uitsluitend"; 16° 18.wordt opgeheven; 17° een 21.en 22. worden toegevoegd, die luiden als volgt : « 21. vertegenwoordiger van de bosgroep : afgevaardigde aangewezen door de Raad van Bestuur van de bosgroep; 22. voetganger : met de gewone voetganger wordt gelijkgesteld, de rolstoelgebruikers en de fietsers jonger dan 9 jaar.».

Art. 4.In hetzelfde decreet wordt een artikel 4bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 4bis.§ 1. De Vlaamse regering kan, in afwijking van de bepalingen van artikel 3, § 3, 2., parken aanwijzen of erkennen, waardoor die onder de voorwaarden van dit decreet vallen. Parken in eigendom van of gehuurd door de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest kunnen aangewezen worden. Zij worden aangewezen parken genoemd en beheerd door het Groenbeheer. Parken in eigendom van privé-eigenaars of openbare eigenaars andere dan de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest kunnen, op voordracht van de eigenaars, erkend worden. Zij worden erkende parken genoemd. De Vlaamse regering bepaalt de criteria voor de erkenning en aanwijzing van parken. § 2. In dit artikel wordt verstaan onder : 1. park : een groene ruimte waar bij de aanleg, de inrichting en het beheer sociaalrecreatieve en/of esthetische overwegingen overheersen en waar gelijktijdig verschillende andere functies kunnen worden vervuld, zoals recreatieve, educatieve, economische, cultuurhistorische, landschappelijke, wetenschappelijke, ecologische, organismebeschermende, en milieubeschermende functies.Zij bestaan naast uit open gedeelten waaronder waterpartijen, grasvelden, bloemperken, wandelwegen en andere infrastructuren, uit een afwisseling van bosgedeelten en/of gedeelten begroeid met bomen, heesters en kruidachtige gewassen; 2. groenbeheer : functionele dienst die door de Vlaamse regering wordt belast met de beleidsvoorbereiding en de beleidsuitvoering inzake de parken in het algemeen en het beheer van de aangewezen parken in het bijzonder. § 3. In afwijking van § 1 kan de Vlaamse regering voor aangewezen en erkende parken bij algemeen besluit afwijkingen toestaan op de bepalingen van dit decreet. § 4. Individuele afwijkingen, andere dan die vermeld in § 3, zijn slechts toegestaan mits zij uitdrukkelijk zijn opgenomen in een goedgekeurd beheersplan. § 5. De Vlaamse regering kan, onder de voorwaarden door haar te bepalen : 1. subsidies verlenen aan provincies, gemeenten, andere openbare besturen en aan privé-eigenaars met het oog op de erkenning van de parken in eigendom;2. subsidies verlenen aan provincies, gemeenten en andere openbare besturen voor het verwerven van parken en gronden bestemd voor de inrichting van parken met het oog op erkenning.De subsidiëring met betrekking tot het verwerven van gronden bestemd voor de inrichting van nieuwe parken met het oog op erkenning kan enkel wanneer die gronden gelegen zijn in zones met bestemming groengebied, parkgebied, buffergebied, bosgebied en volrood gekleurd woongebied volgens de geldende plannen van aanleg; 3. subsidies verlenen aan provincies, gemeenten en andere openbare besturen voor de inrichting van parken met het oog op erkenning of voor de herinrichting van erkende parken.».

Art. 5.In artikel 5 van hetzelfde decreet worden de woorden "fauna- en florabeherende" vervangen door het woord "organismebeschermende" en het woord "schermfuncties" door de woorden "milieubeschermende functies".

Art. 6.Artikel 6 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 6.De Vlaamse regering stelt na advies van de Raad, de Vlaamse Hoge Raad voor Natuurbehoud, de Vlaamse Hoge Jachtraad en de Minaraad langetermijnplannen op.

Binnen het raam van deze langetermijnplannen stelt het Bosbeheer, rekening houdend met de ruimtelijke planning, het ruimtelijk beleid en het algemeen milieu- en natuurbeleid, uitvoeringsplannen op. Deze plannen worden na advies van de Raad, de Vlaamse Hoge Raad voor Natuurbehoud, de Vlaamse Hoge Jachtraad en de Minaraad, goedgekeurd door de Vlaamse regering.

De langetermijnplannen en de uitvoeringsplannen worden voor zij worden goedgekeurd door de Vlaamse regering, meegedeeld aan het Vlaams Parlement. ».

Art. 7.In hetzelfde decreet wordt een artikel 6bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 6bis.In uitvoering van de in artikel 6 voorziene uitvoeringsplannen, kan de Vlaamse regering ondersteunende maatregelen nemen ter bevordering van de gebiedsgerichte uitbreiding van het bosareaal die gericht is op duurzaam bosbeheer. Daartoe kan het Vlaamse Gewest, op voorstel van het Bosbeheer, onder meer overeenkomsten afsluiten met gemeenten, provincies en andere openbare besturen om bebossingprojecten voor te bereiden en uit te voeren.

De Vlaamse regering neemt de nodige maatregelen om zoveel mogelijk doelgroepen te betrekken bij de voorbereiding en bij de uitvoering van deze bebossingprojecten, om het draagvlak van die projecten te vergroten. ».

Art. 8.Artikel 7 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 7.Om beter te voldoen aan de aan het bos toebedeelde functies kan de Vlaamse regering, na advies van de Raad en de Vlaamse Hoge Raad voor het Natuurbehoud, volgens de voorwaarden en de normen die ze zelf bepaalt, de uitvoeringsmaatregelen die overeenkomstig dit decreet worden genomen, afstemmen op de door het natuurbeleid en/of ruimtelijk beleid vooropgestelde gebiedscategorieën evenals op de gebiedsgerichte werking van andere beleidssectoren zoals, onder meer, het algemene milieubeleid en de werkgelegenheid. ».

Art. 9.In artikel 10 van hetzelfde decreet worden §§ 2 en 3 vervangen door wat volgt : « § 2. Behoudens in de gevallen vermeld in het volgende lid, zijn alle bossen voor het publiek, aangeduid in § 3 van dit artikel, steeds toegankelijk. Zij zijn evenwel enkel toegankelijk op de boswegen. De Vlaamse regering kan echter, voor zover dit het voortbestaan van het bos niet bedreigt en de vervulling van de andere bosfuncties niet verhindert, bij besluit toestaan dat voor bepaalde activiteiten de boswegen worden verlaten. De Vlaamse regering kan de uitoefening van deze activiteiten afhankelijk stellen van het verkrijgen van een machtiging van het Bosbeheer.

Bossen kunnen voor bepaalde of onbepaalde duur, geheel of gedeeltelijk ontoegankelijk worden. Het ontoegankelijk stellen van openbare bossen is slechts toegestaan na een machtiging van het Bosbeheer.

De eventuele ontoegankelijkheid van een bos of een gedeelte van een bos dient langs de boswegen te worden aangeduid op een duidelijk zichtbare wijze. De Vlaamse regering legt de vorm en de wijze vast waarop die aanduiding moet gebeuren. De eventuele ontoegankelijkheid van een bos of een gedeelte van een bos kan niet wettig in een andere vorm of op een andere wijze worden aangeduid. § 3. De voetgangers hebben steeds toegang tot alle bossen die voor het publiek toegankelijk zijn overeenkomstig § 2 van dit artikel.

De Vlaamse regering kan bij besluit, zonder afbreuk te doen aan de bepaling van artikel 14, op de boswegen andere categorieën van weggebruikers toelaten voor zover die het voortbestaan van het bos niet bedreigen en de vervulling van de andere bosfuncties niet verhinderen.

De Vlaamse regering regelt bij besluit de toegang tot de boswegen van alle in beide voorgaande leden bedoelde categorieën van weggebruikers.

De toegang tot de boswegen kan slechts wettig worden aangeduid in de vorm en op de wijze zoals bepaald door de Vlaamse regering. ».

Art. 10.In artikel 12 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° §§ 1 tot 3 worden opgeheven;2° § 4 wordt vervangen door wat volgt : « § 4.De toegankelijkheid van een bos wordt geregeld door een reglement dat niet strijdig is met de inhoud van het beheersplan of met de bepalingen van dit decreet en zijn uitvoeringsbesluiten. De Vlaamse regering bepaalt de inhoud en de procedure voor de goedkeuring van dit reglement. ».

Art. 11.In artikel 13 van hetzelfde decreet wordt het eerste lid vervangen door wat volgt : « Om de bescherming, de ontwikkeling, het herstel en het behoud van het bosareaal te garanderen, de openstelling van de bossen en de educatie van het publiek te bevorderen en de bosrecreatie te verbeteren, kan de Vlaamse regering onder de voorwaarden die ze zelf bepaalt, subsidies verlenen aan bosbeheerders. Voor openbare besturen en openbare instellingen kunnen deze subsidies betrekking hebben op de aankoop en de huur van bossen of gronden voor bosaanleg, op bosaanleg door aanplanting, door bezaaiing of op spontane wijze, op het onderhoud van bossen en op de aanleg en het onderhoud van de bosinfrastructuur. Voor natuurlijke personen of privaatrechtelijke rechtspersonen kunnen de subsidies betrekking hebben op het onderhoud en de aanleg van de infrastructuur van bossen die voor het publiek toegankelijk zijn. ».

Art. 12.In artikel 14 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de zinsnede "In de voor het publiek toegankelijke bossen is, behoudens op de openbare wegen en op daartoe speciaal aangewezen doorgangen", wordt vervangen door de zinsnede "In de bossen en op de boswegen is";2° het woord "eigenaar" wordt vervangen door het woord "bosbeheerder".

Art. 13.Artikel 15 van hetzelfde decreet wordt opgeheven.

Art. 14.In hetzelfde decreet wordt in het opschrift van afdeling 3 en in artikel 16, tweede lid, het woord "schermfunctie" vervangen door de woorden "milieubeschermende functie".

In artikel 16 van hetzelfde decreet wordt het woord "schermbossen" vervangen door de woorden "milieubeschermende bossen".

Art. 15.In artikel 17 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "eigenaar van openbaar bos of aan de eigenaar van privé-bos" worden vervangen door het woord "bosbeheerder";2° het woord "schermbos" wordt vervangen door de woorden "milieubeschermend bos".

Art. 16.Artikel 18 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 18.De zorg voor het behoud, de ontwikkeling of het herstel van de ecologische functie van de bossen bestaat onder meer uit : 1. het bevorderen van de autochtone boom- of struiksoorten;2. het stimuleren van uit zichzelf functionerende processen;3. het bevorderen van een gevarieerde bosstructuur door onder meer ongelijkjarigheid en ongelijkvormigheid na te streven en te streven naar een voldoende aanwezigheid van oude bomen en dood hout;4. een gepast beheer van alle natuurelementen en van alle landschapsecologisch en cultuurhistorisch waardevolle elementen;5. het beheer ten behoeve van het behoud, de ontwikkeling of herstel van de biologische diversiteit, van populaties van zeldzame soorten of ondersoorten en ten behoeve van de instandhouding, de ontwikkeling of het herstel van natuurlijke of deels natuurlijke habitats of ecosystemen;6. het behoud of herstel van de natuurlijke waterhuishouding;7. het beheer gericht op het tegengaan van alle nadelige externe beïnvloeding.».

Art. 17.In artikel 19 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° na het woord "beheersplan" worden de woorden "van alle bossen" ingevoegd;2° voor het eerste lid wordt het volgende lid ingevoegd : « Bij het beheer van openbare bossen dient steeds rekening te worden gehouden met de ecologische functie, zoals die in artikel 18 werd vastgelegd.».

Art. 18.In artikel 20 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "andere verbodsbepalingen, de wetgeving op de ruimtelijke ordening en de stedenbouw, de jacht, het natuurbehoud, de diergeneeskundige politie, de plantenbescherming, het afvalstoffendecreet en het beheersplan" vervangen door de woorden "de verbodsbepalingen opgenomen in wetten, decreten, reglementen en de ontheffingen opgenomen in het beheersplan";2° in 3.wordt het woord "waterafvloeiing" vervangen door het woord "waterhuishouding" en worden de woorden "flora en fauna" vervangen door het woord "organismen"; 3° een 8.en 9. worden toegevoegd, die luiden als volgt : « 8. bestrijdingsmiddelen te gebruiken; 9. meststoffen te gebruiken, behalve het opbrengen van stalmest in het kader van de bemesting van de plantput bij bosaanplanting.».

Art. 19.In artikel 21 van hetzelfde decreet wordt het woord "biociden" vervangen door het woord "bestrijdingsmiddelen".

Art. 20.In hetzelfde decreet wordt het opschrift van hoofdstuk II, afdeling 5 vervangen door wat volgt : "De bosreservaten".

Art. 21.In artikel 22 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden "typische bosplantengemeenschappen, bosbestandtypes en groeivormen" vervangen door de woorden "natuurlijke bosgemeenschappen en bijzondere bostypes";2° het tweede lid wordt opgeheven;3° in het derde lid worden de woorden "bij voorrang een wetenschappelijke functie in verband met de bosbouw te vervullen hebben" vervangen door de woorden "een ecologische en wetenschappelijke functie vervullen";4° in het vierde lid wordt tussen het woord "erkenning" en het woord "vast" de woorden "en aanwijzing" ingevoegd.

Art. 22.In artikel 23 van hetzelfde decreet worden in het eerste lid de woorden "de bosreservaten" vervangen door de woorden "de aangewezen bosreservaten".

Art. 23.In artikel 24 van hetzelfde decreet worden de woorden "eigenaar van openbaar of privé-bos" vervangen door het woord "bosbeheerder".

Art. 24.In artikel 25 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden na het woord "erkenning" de woorden "of aanwijzing" toegevoegd;2° aan het tweede lid worden de volgende woorden toegevoegd : "conform de bepalingen van artikel 22";3° het derde lid wordt opgeheven.

Art. 25.In artikel 26 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° vóór het eerste lid wordt het volgend lid ingevoegd : « De bosbeheerder van een bos dat erkend wordt als bosreservaat, kan het beheer van dat bosreservaat overdragen aan het Bosbeheer.»; 2° in het tweede lid wordt tussen het woord "elk" en het woord "bosreservaat" het woord "aangewezen" ingevoegd.

Art. 26.In artikel 27 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt : « De Vlaamse regering stelt één of meer adviescommissies in voor de begeleiding van het beheer van de bosreservaten.»; 2° het derde lid wordt opgeheven.

Art. 27.Artikel 28 van hetzelfde decreet wordt opgeheven.

Art. 28.In artikel 29 van hetzelfde decreet wordt het woord "biociden" vervangen door het woord "bestrijdingsmiddelen".

Art. 29.In artikel 30 van hetzelfde decreet worden in het eerste lid de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "andere verbodsbepalingen, de wetgeving op de ruimtelijke ordening en de stedenbouw, de jacht, het natuurbehoud, de dierengeneeskundige politie, de plantenbescherming, het afvalstoffendecreet en het beheersplan" worden vervangen door de woorden "de verbodsbepalingen opgenomen in wetten, decreten, reglementen en de ontheffingen opgenomen in het beheersplan,";2° in 1.worden de woorden "tenzij hiervoor machtiging door het Bosbeheer werd verleend" geschrapt; 3° in 3.wordt het woord "waterafvloeiing" vervangen door het woord "waterhuishouding"; 4° in 4.worden de woorden "tenzij een machtiging door het Bosbeheer werd uitgereikt, de commissie gehoord" geschrapt; 5° een 9., 10., 11. en 12. worden toegevoegd, die luiden als volgt : « 9. te jagen, tenzij daarvoor machtiging werd verleend door het Bosbeheer, na de adviescommissie gehoord te hebben; 10. bestrijdingsmiddelen te gebruiken;11. meststoffen te gebruiken;12. keten, loodsen, tenten of andere constructies te plaatsen, zelfs als die slechts tijdelijk zijn.».

Art. 30.In artikel 31 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "de bosregeling" worden vervangen door de woorden "dit decreet";2° aan het artikel, waarvan de bestaande tekst § 1 zal vormen, worden een § 2 en een § 3 toegevoegd, die luiden als volgt : « § 2.Volgens de voorwaarden door de Vlaamse regering vast te leggen, kunnen personeelsleden van de administratieve overheden specifieke taken met betrekking tot het beheer en/of toezicht op bossen in uitvoering van dit decreet uitoefenen.

Zij volgen, wat de in het eerste lid vermelde opdrachten betreft, de algemene richtlijnen van het Bosbeheer. In die hoedanigheid worden zij buitengewone leden van het Bosbeheer genoemd. § 3. Voor privé-bossen en openbare bossen andere dan domeinbossen, waarvan de aaneengesloten oppervlakte kleiner is dan een halve hectare en die gelegen zijn in zones met de bestemming woongebied, industriegebied, dienstverleningsgebied, gebied voor verblijfsrecreatie, ontginningsgebied of een met voormelde gebieden gelijk te stellen bestemming, volgens de geldende plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen die overeenkomstig de wetgeving op de ruimtelijke ordening werden opgemaakt en in goedgekeurde en niet vervallen verkavelingen, kan de Vlaamse regering, de Raad gehoord, volgens de nadere regels die ze zelf bepaalt, op verzoek van de gemeente de bevoegdheid van het Bosbeheer met betrekking tot artikelen 43, 44, 81, 83, 90, 91, 94 tot en met 97, 99, 104 tot en met 106 van dit decreet toewijzen aan de gemeente, op wiens grondgebied voormelde bossen gelegen zijn. ».

Art. 31.Artikel 33 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 33.De Vlaamse regering legt de normen vast voor de aanwijzing van het aantal personen dat voor het beheer en de bewaking van de bossen vereist is. ».

Art. 32.In artikel 34 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de zinsnede die begint met de woorden "De Vlaamse regering" en eindigt met de woorden "uit te oefenen" wordt het woord "personeelsleden" vervangen door het woord "personen";2° in de zinsnede die begint met de woorden "zij stelt" en eindigt met de woorden "politiefunctie" wordt het woord "personeelsleden" vervangen door de woorden "gewone leden van het Bosbeheer en aan de buitengewone leden zoals bedoeld in artikel 31, § 2";3° een tweede lid wordt toegevoegd, dat luidt als volgt : « Aan de aangestelden, de ambtenaren en aan de in artikel 31, § 2, bedoelde buitengewone leden van het Bosbeheer kan op voordracht van het hoofd van het Bosbeheer een politionele bevoegdheid worden gegeven, mits zij de eed hebben afgelegd, voorgeschreven in artikel 11 van de wet van 19 december 1854 houdende het Boswetboek.Het hoofd van het Bosbeheer kan met een met redenen omklede nota de intrekking van de politionele bevoegdheid aanbevelen bij de procureur des Konings. ».

Art. 33.Artikel 35 van hetzelfde decreet wordt opgeheven.

Art. 34.In artikel 37 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "aanverwante produkten" worden vervangen door de woorden "andere bosproducten";2° aan het artikel wordt de volgende bepaling toegevoegd : "Het is hen ook verboden beheersplannen van privé-bossen op te maken, tenzij ambtshalve voor bossen waarvan de bosbeheerder in gebreke werd gesteld of op verzoek van de bosbeheerder van een erkend bosreservaat.».

Art. 35.In artikel 38 van hetzelfde decreet worden in het derde lid de woorden "groeperingen van eigenaars zoals bepaald in artikel 7" vervangen door de woorden "vertegenwoordigers van bosgroepen".

Art. 36.In artikel 41 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "elk afzonderlijk bos" worden vervangen door het woord "het";2° aan het artikel wordt een tweede lid toegevoegd dat luidt als volgt : « De Vlaamse regering stelt, na advies van de Raad, van de Vlaamse Hoge Raad voor het Natuurbehoud en van de Minaraad, criteria voor duurzaam bosbeheer vast.De Vlaamse regering bepaalt, overeenkomstig de bepalingen van artikel 7, voor welke bossen die criteria gelden. ».

Art. 37.In hetzelfde decreet wordt een artikel 41bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 41bis.§ 1. De Vlaamse regering legt, de Raad en de Vlaamse Hoge Raad voor het Natuurbehoud gehoord, de nadere regels vast voor de erkenning van de bosgroep.

De doelstellingen van de bosgroep dienen het volgende te omvatten : 1. het stimuleren van een duurzaam bosbeheer;2. het op elkaar afstemmen en coördineren van de beheersdoelstellingen en -maatregelen voor de bossen van de verschillende bosbeheerders;3. de samenwerking inzake bosbeheerwerken verbeteren en het op elkaar afstemmen van deze werken;4. de organisatie van de houtwinning, de verkoop van hout en het verkrijgen van alternatieve inkomsten verbeteren;5. het recreatieve medegebruik verbeteren door de openstelling van de bossen op elkaar af te stemmen;6. de organisatie van de bosarbeid verbeteren, met inbegrip van het welzijn op het werk en van werkgelegenheidsinitiatieven;7. het op elkaar afstemmen, wat de bossen betreft, van de gebiedsgerichte terreinvisies uit andere beleidsdomeinen, zoals onder meer de jacht, het visbeheer, het natuurbehoud, de landschapszorg, de waterbeheersing en de waterwinning;8. het stimuleren van de responsabilisering van de bosbeheerders;9. het invullen en het verbeteren van de ecologische functie op het niveau van de bosgroep;10. bij de functie-invulling van de betrokken bossen, rekening houden met de behoeften van de lokale gemeenschap en de bosgebruikers;11. het nemen van bijzondere initiatieven die de toetreding van de bosbeheerders van kleine boseigendommen bevorderen;12. in voorkomend geval, zich actief richten op de realisatie van de doelstellingen en maatregelen van het natuurrichtplan, conform de artikelen 48 en 50 van het decreet van 21 oktober 1997 inzake het natuurbehoud en het natuurlijk milieu.Het beheer is daarvoor verantwoordelijk. § 2. De Vlaamse regering kan, na, advies van de Raad, volgens de voorwaarden en de normen die ze zelf bepaalt, binnen de beperkingen van de begrotingskredieten, aan de erkende bosgroep subsidies verlenen voor de ondersteuning van de algemene werking van de erkende bosgroep, zoals onder meer het stimuleren van een gemeenschappelijk beheer, de coördinatie van de beheerswerken, van de houtverkoop en van de bosarbeid, het op elkaar afstemmen van de beheersplannen en van de toegankelijkheid van de bossen, alsook het bevorderen van de toetreding van de bosbeheerders tot de bosgroep, mits instemming van de eigenaar is verleend. § 3. De Vlaamse regering bepaalt tevens op welke wijze de evaluatie van de werking van elke erkende bosgroep zal gebeuren. Zo dient elke erkende bosgroep op de vastgelegde tijdstippen aan het Bosbeheer te rapporteren over de realisatie van de in § 1 vastgelegde doelstellingen.

Het Bosbeheer evalueert de voorgelegde rapporten en voert de controle uit. Het Bosbeheer maakt hierover een evaluatieverslag op, waarin wordt aangegeven op welke wijze de erkende bosgroep haar functie vervult en beantwoordt aan de erkenningscriteria, die door de Vlaamse regering worden vastgelegd.

Dit evaluatieverslag wordt samen met het werkverslag van de erkende bosgroep voor advies voorgelegd aan de Vlaamse Hoge Raad voor het Natuurbehoud en aan de Raad en na het bekomen van deze adviezen doorgezonden aan de Vlaamse regering.

Op grond van dit evaluatieverslag en de adviezen van beide Hoge Raden, kan de Vlaamse regering overgaan tot het geven van aanbevelingen of in voorkomend geval het intrekken of opschorten van de erkenning.

In het geval beheerders van natuurreservaten, die overeenkomstig het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijke milieu, werden aangewezen of erkend, deelnemen aan de werking van een erkende bosgroep, kunnen de percelen van de betrokken natuurreservaten, niet in rekening gebracht worden bij de evaluatie van de realisatie van de in § 1 opgelegde doelstelling 1. en 9. ».

Art. 38.In hetzelfde decreet wordt een artikel 41ter ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 41ter.§ 1. Het Vlaamse Gewest wordt gemachtigd om bosgroepen mee op te richten die voldoen aan de in artikel 41bis vermelde doelstellingen en om toe te treden tot de erkende bosgroepen. § 2. De statuten van de bosgroepen waartoe het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse regering, wil toetreden, worden vooraf goedgekeurd door de Vlaamse regering. Deze bosgroepen delen hun statuten mee aan het Vlaams Parlement. § 3. Alle eigenaars van een openbaar bos, andere dan de domeinbossen, worden gemachtigd om toe te treden tot een bosgroep om de doelstellingen van het bosbeleid zoals bepaald in dit decreet te verwezenlijken. § 4. De Vlaamse regering bepaalt de nadere regels voor de wijze waarop de leden van het Bosbeheer, in afwijking van artikel 37, kunnen meewerken in erkende bosgroepen. ».

Art. 39.In hetzelfde decreet wordt een artikel 41quater ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 41quater.§ 1. Het Bosbeheer houdt een inventaris bij van alle bossen gelegen in het Vlaamse Gewest. De inventaris heeft tot doel het bosbeleid te ondersteunen op het vlak van de bosbescherming, de bosuitbreiding en het bosbeheer. De bosinventaris bestaat uit statistische gegevens over de verspreiding en de aard van de bossen en heeft onder meer betrekking op de kwantitatieve en kwalitatieve aspecten van het natuurlijk milieu in de bossen. § 2. Voor alle bossen, openbare bossen en privé-bossen, wordt met een tussenperiode van ten minste vijf jaar en maximaal om de tien jaar, door het Bosbeheer een inventarisatie uitgevoerd op basis van steekproeftechnieken. Die wordt de gewestelijke bosinventaris genoemd.

In afwijking van artikel 10, § 2, hebben alle personen die door het Bosbeheer worden aangesteld voor het uitvoeren van de gewestelijke bosinventaris, toegang tot alle bossen voor het uitvoeren van die opdracht. § 3. Elke bosbeheerder kan worden verplicht om met een tussenperiode van minimum vijf jaar een inventaris van zijn bossen op te maken.

Het Bosbeheer kan toezicht uitoefenen op de inventaris, en desgevallend zijn medewerking verlenen of de inventaris ambtshalve uitvoeren. Bij ambtshalve uitvoering van de inventaris, kunnen de kosten volgens de voorwaarden door de Vlaamse regering vastgelegd, de Raad gehoord, van de bosbeheerder gevorderd worden. § 4. De Vlaamse regering bepaalt, de Raad gehoord, de nadere regels voor het opmaken, het bijhouden, het uitvoeren van de inventarissen overeenkomstig §§ 2 en 3 en voor het bekendmaken van de bij deze inventarissen verzamelde gegevens. Ze kan daarbij eveneens de wijze waarop andere administratieve overheden hun medewerking dienen te verlenen voor het verzamelen van de gegevens van de bosinventaris bepalen. ».

Art. 40.Artikel 43 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij decreet van 21 oktober 1997, wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 43.§ 1. Voor alle domeinbossen wordt door het Bosbeheer een beheersplan opgesteld. Dat wordt goedgekeurd door de Vlaamse regering. § 2. Voor alle andere openbare bossen wordt door de eigenaar een beheersplan opgesteld.

Het Bosbeheer kan in de plaats treden van de eigenaars van een openbaar bos, indien zij geen beheersplan voorleggen binnen een termijn van zes maanden na de ingebrekestelling door het Bosbeheer.

Het Bosbeheer kan daarvoor een beroep doen op derden. De kosten voor het opmaken van het beheersplan worden verhaald op de eigenaars van het openbare bos. § 3. Voor elk privé-bos van ten minste vijf hectare wordt door de bosbeheerder een beheersplan opgesteld. Voor bossen kleiner dan vijf hectare kan eveneens een beheersplan worden opgesteld.

Het Bosbeheer kan in de plaats treden van de bosbeheerders, indien zij geen beheersplan indienen binnen een termijn van zes maanden na de ingebrekestelling door het Bosbeheer. Het Bosbeheer kan hiervoor beroep doen op derden. De kosten voor het opmaken van het beheersplan worden verhaald op de bosbeheerders. § 4. De Vlaamse regering, de Raad en de Vlaamse Hoge Raad voor Natuurbehoud gehoord, bepaalt de vorm, de inhoud, de termijn, het inzagerecht en de procedure voor de consultatie en voor de indiening en goedkeuring van een beheersplan en de beroepsprocedure.

Ten behoeve van de beroepsprocedure wordt een comité van beroep ingesteld, dat is samengesteld uit een magistraat-voorzitter, twee ambtenaren en twee vertegenwoordigers van boseigenaars en hun vervangers. De leden worden benoemd door de Vlaamse regering. De vertegenwoordigers van de boseigenaars worden, voor beroepen met betrekking tot privé-bossen, vertegenwoordigd door privé-boseigenaars, en voor beroepen met betrekking tot openbare bossen, vertegenwoordigd door openbare boseigenaars, voorgedragen door de Raad.

Indien het voorgelegde beheersplan niet voldoet, geeft het Bosbeheer of, bij toepassing van de beroepsprocedure, het comité van beroep aan, welke onderdelen ervan moeten worden gewijzigd. Wanneer het gewijzigde beheersplan niet binnen een termijn van zes maanden na de afkeuring van het beheersplan door het Bosbeheer of bij toepassing van de beroepsprocedure door het comité van beroep aan het Bosbeheer wordt voorgelegd, kan het Bosbeheer in de plaats treden van de openbare eigenaar of van de bosbeheerder van een privé-bos om een beheersplan op te maken. Het Bosbeheer kan daarvoor een beroep doen op derden. De kosten voor het opmaken van het beheersplan worden verhaald op de openbare eigenaar of de bosbeheerder van het privé-bos.

De Vlaamse regering bepaalt voor welke aanplantingen geen beheersplan moet worden opgesteld en/of welke kappingen niet aan een machtiging zijn onderworpen. § 5. Het beheersplan bindt de opeenvolgende bosbeheerders zolang geen gewijzigd beheersplan werd ingediend en goedgekeurd. Het wordt opgenomen in een register dat berust bij het Bosbeheer. Het beheersplan van een openbaar bos is een openbaar document en kan op verzoek kosteloos worden ingezien. § 6. Als een openbaar bos in het Vlaams Ecologisch Netwerk ligt, zoals bedoeld in het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, wordt het beheersplan voor advies voorgelegd aan de administratie bevoegd voor het natuurbehoud.

Wanneer het advies niet binnen dertig dagen wordt uitgebracht, kan het beheersplan goedgekeurd worden. Na goedkeuring van het beheersplan wordt de administratie bevoegd voor het natuurbehoud periodiek ingelicht over de voorgenomen uitvoeringsmaatregelen van het plan.

Het beheersplan dient de concrete beheersmaatregelen te bevatten, die nodig zijn om de doelstellingen in het kader van de ecologische functie van de bossen, zoals vastgelegd in artikel 18 van dit decreet, te verwezenlijken. ».

Art. 41.Artikel 45 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 45.§ 1. Onverminderd artikel 34, § 2, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, worden alle openbare bossen beheerd door het Bosbeheer.

In de openbare bossen, andere dan de domeinbossen, omvat dat beheer enkel de technische aspecten van het bosbeheer, die de praktische uitvoering van het beheersplan betreffen. De Vlaamse regering bepaalt wat onder die technische aspecten moet worden verstaan.

De eigenaar van een openbaar bos kan het volledige of gedeeltelijke beheer door een overeenkomst aan het Bosbeheer overdragen. § 2. Onverminderd de bepalingen van § 1, kan de eigenaar van een openbaar bos het uitvoeren van beheersmaatregelen, in uitvoering van een goedgekeurd beheersplan of wanneer ze gemachtigd zijn door het Bosbeheer, toevertrouwen aan een natuurvereniging.

In afwijking van de bepalingen in § 1, kan de eigenaar van een openbaar bos het beheer aan een natuurvereniging overdragen ten behoeve van het beheer van het bos als bosreservaat of als natuurreservaat. De eigenaar zendt onverwijld een afschrift van de overeenkomst aan het Bosbeheer. De bedoelde bossen behouden het statuut van openbaar bos en het beheer wordt gevoerd overeenkomstig de bepalingen van dit decreet, tot op het ogenblik dat het bos wordt erkend als natuurreservaat overeenkomstig de procedure van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en het beheersplan, dat overeenkomstig artikel 47 van dit decreet werd opgemaakt, wordt goedgekeurd. Vanaf dat ogenblik wordt het bos beheerd overeenkomstig de bepalingen in het beheersplan dat overeenkomstig artikel 47 van dit decreet werd opgemaakt en zijn voor de erin voorziene werken en beheersmaatregelen geen machtigingen van het Bosbeheer vereist. Wanneer binnen een periode van drie jaar na het afsluiten van de overeenkomst het bos niet als bosreservaat of als natuurreservaat wordt erkend, vervalt de overeenkomst tussen de openbare eigenaar en de natuurvereniging en wordt het beheer van de betrokken bossen opnieuw gevoerd overeenkomstig § 1 van dit artikel. § 3. Onroerende goederen die onder de toepassing van dit decreet vallen en die in uitvoering van de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van wet, aangevuld door de wet van 11 augustus 1978 houdende bijzondere bepalingen eigen aan het Vlaamse Gewest, verworven werden, kunnen aan een ander openbaar bestuur overgedragen worden of het zakelijk recht op deze goederen kan hun toegekend worden, zonder machtiging in afwijking van artikel 90, eerste lid. § 4. De bossen die, overeenkomstig het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, door de Vlaamse regering werden aangewezen als Vlaams natuurreservaat, worden in overeenstemming met de bepalingen van artikel 34, § 2, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu beheerd. ».

Art. 42.In artikel 46, eerste lid, van hetzelfde decreet wordt het woord "privé-eigenaar" vervangen door het woord "bosbeheerder".

Art. 43.Aan artikel 47, eerste lid, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij decreet van 21 oktober 1997, wordt de volgende bepaling toegevoegd : « Een afschrift van het goedgekeurd beheersplan wordt aan het Bosbeheer overgezonden. ».

Art. 44.Artikel 48 van hetzelfde decreet wordt opgeheven.

Art. 45.In artikel 50 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede lid worden de woorden "deze beslissing" vervangen door de woorden "de weigering van deze machtiging";2° in het derde lid worden de woorden "de overheid" vervangen door de woorden "het Bosbeheer".

Art. 46.In artikel 54 van hetzelfde decreet worden de woorden "door bosgroeperingen" geschrapt.

Art. 47.In artikel 55 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, tweede lid, worden de woorden "op de daartoe bestemde plaatsen door aanplakking" geschrapt; 2° in § 2, eerste lid, wordt in 1., 2. en 6. het woord "kappingen" telkens vervangen door het woord "loten" en in 2. wordt het woord "kappen" vervangen door het woord "kavel"; 3° in § 2, tweede lid, worden de woorden "bossen van het Vlaamse Gewest" vervangen door het woord "domeinbossen" en wordt de volgende bepaling toegevoegd : "Voor de anderen openbare bossen worden deze prijzen vastgesteld door de eigenaar, op voorstel van het Bosbeheer. »; 4° in § 2, derde lid, worden de woorden "Personeelsleden van het Bosbeheer" vervangen door het woord "Zij";5° in § 2 wordt het vierde lid opgeheven.

Art. 48.In artikel 56 van hetzelfde decreet worden vóór het eerste lid de volgende leden ingevoegd : « De openbare verkoping van hout en andere bosproducten uit de domeinbossen wordt georganiseerd en voorgezeten door het Bosbeheer. Op vraag van het openbaar bestuur of van een erkende bosgroep, overeenkomstig artikel 41ter, kan een afgevaardigde van het Bosbeheer als voorzitter optreden van de openbare verkoping van hout en andere bosproducten uit bossen van deze openbare boseigenaars of van bosbeheerders die lid zijn van deze erkende bosgroep.

Op vraag van het Bosbeheer of van andere openbare boseigenaars, kan de medewerking van de erkende bosgroep ingeroepen worden voor de organisatie van de houtverkoping, wat het hout uit deze openbare bossen betreft. ».

Art. 49.Aan artikel 57, eerste lid, van hetzelfde decreet wordt de volgende bepaling toegevoegd : « Met uitzondering van kopen van gering belang, waarvan het maximumbedrag door de Vlaamse regering wordt vastgesteld, stelt de koper vóór de sluiting van de zitting een betalingswaarborg die de gehele aankoopsom dekt, wat ook de betalingswijze is, om aan de financiële en contractuele verplichtingen te voldoen. ».

Art. 50.Artikel 61 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 61.De verkopen in de openbare bossen, andere dan de domeinbossen, geschieden door de zorg van de eigenaar, in aanwezigheid van het Bosbeheer en met inachtneming van artikel 54. ».

Art. 51.In artikel 75 van hetzelfde decreet wordt in het eerste lid het woord "kap" vervangen door het woord "kavel".

Art. 52.In artikel 76 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid wordt het woord "perceel" vervangen door het woord "kavel";2° het tweede lid wordt opgeheven;3° in het derde lid worden de woorden "een maand" vervangen door de woorden "deze twee maanden".

Art. 53.Artikel 79 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 79.Niemand kan zonder voorafgaande, schriftelijke erkenning beroepsmatig als koper of exploitant optreden in de openbare bossen.

De Vlaamse regering stelt de voorwaarden en de procedure van de erkenning, na de Raad gehoord te hebben, vast.

De bepalingen van dit artikel zijn ook van toepassing op natuurlijke personen of rechtspersonen van wie de zetel of de domicilie in het buitenland is gevestigd, ongeacht de nationaliteit en de verblijfplaats van het tewerkgestelde personeel. ».

Art. 54.Artikel 80 van hetzelfde decreet wordt opgeheven.

Art. 55.In artikel 81 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt : « Indien onverwijld moet worden overgegaan tot kapping om veiligheidsredenen moet de kapping en de motivering ervan ten laatste 24 uur na het aanvangen van de kapping schriftelijk worden medegedeeld aan het Bosbeheer, op straffe van geldboete van zesentwintig tot honderd frank.Indien dringend moet worden overgegaan tot kapping om sanitaire redenen, moet de kapping en de motivering ervan minstens veertien dagen voor het aanvangen van de kapping aan het Bosbeheer schriftelijk worden meegedeeld. ». 2° tussen het tweede en het derde lid wordt een nieuw lid ingevoegd, dat luidt als volgt : « Binnen een termijn van zes maanden na het uitvoeren van de voormelde kappingen dient de bosbeheerder een voorstel van herstelmaatregelen, gaande van de herbebossing van de gekapte of beschadigde percelen tot een gelijkwaardige oppervlakte, met inbegrip van spontane herbebossing, ter goedkeuring aan het Bosbeheer voor te leggen. Wanneer de bosbeheerder geen herstelmaatregelen voorlegt binnen die termijn of wanneer hij in gebreke blijft om de goedgekeurde herstelmaatregelen uit te voeren binnen een termijn van één jaar na de goedkeuring van het al dan niet gewijzigde voorstel of wanneer binnen deze termijn de spontane herbebossing geen of onvoldoende resultaten opgeleverd heeft, kan het Bosbeheer de werken op kosten van de bosbeheerders laten uitvoeren. De kosten worden verhaald door toezending via een aangetekende zending van de kostenstaat aan de bosbeheerder. ».

Art. 56.Artikel 84 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 84.De bosbeheerder van privé-bossen kan een beroep doen op het Bosbeheer om hem advies te verlenen. Onder de voorwaarden die door de Vlaamse regering worden bepaald, kan desgevallend een kostendekkende vergoeding worden gevraagd. ».

Art. 57.In artikel 85, eerste lid, van hetzelfde decreet worden de woorden "of na een samenvoeging overeenkomstig artikel 7" geschrapt.

Art. 58.Artikelen 86 en 89 van hetzelfde decreet worden opgeheven.

Art. 59.In artikel 90 van hetzelfde decreet wordt het zesde lid opgeheven.

Art. 60.Artikel 91 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 91.Voor onroerende goederen waarop dit decreet van toepassing is, neemt de instrumenterende ambtenaar, op straffe van nietigheid, in de akten betreffende de overdracht van elk zakelijk recht of bij de verdeling van het onroerend goed, een verklaring op erewoord op van de overdrager dat de verwerver vóór het sluiten van de overeenkomst op de hoogte werd gebracht van alle verplichtingen op grond van artikelen 13, 16, 22 tot en met 25, 43, 81, 85, 87, 88, 90bis., 105 en 107 van dit decreet en zijn respectievelijke uitvoeringsbesluiten. De instrumenterende ambtenaar neemt, naast die verklaring, ook de inhoud van deze verplichtingen in de akte op. De verwerver van de zakelijke rechten kan over die verplichtingen informatie inwinnen bij de provinciale dienst van het Bosbeheer van de provincie waarin het onroerend goed gelegen is.

Uiterlijk 60 dagen na de datum van de ondertekening van de in het eerste lid bedoelde akte, zendt de instrumenterende ambtenaar, op straffe van nietigheid, een kopie over aan het Bosbeheer.

De verwerver van de zakelijke rechten en het Bosbeheer kunnen de nietigheid van de overdracht of de verdeling van het onroerend goed, die plaatsvond in strijd met de bepalingen van dit artikel, vorderen. ».

Art. 61.In artikel 92 van hetzelfde decreet wordt het woord "schermfunctie" vervangen door de woorden "milieubeschermende functie".

Art. 62.In artikel 95 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede lid worden de woorden "onrechtmatige kapping" vervangen door de woorden "Diegene die onrechtmatige kappingen uitvoert of daartoe opdracht heeft gegeven,";2° het derde lid wordt vervangen door wat volgt : « Bij elke onrechtmatig uitgevoerde kapping, hetzij een ontbossing, hetzij een afwijking van het goedgekeurde beheersplan, hetzij een kaalslag, hetzij andere onrechtmatige handelingen die schade veroorzaken aan de bossen, beveelt de rechtbank, op vordering van de Vlaamse regering of van de bevoegde ambtenaar of aangestelde, maatregelen tot herstel gaande tot herbebossing van de ontboste, kaalgekapte of beschadigde percelen of van een soortgelijke oppervlakte inhouden volgens een door het Bosbeheer goedgekeurd ontwerp.».

Art. 63.Artikel 96 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 96.Behoudens machtiging van het Bosbeheer of in de gevallen en onder de voorwaarden voorzien in een goedgekeurd beheersplan, zijn ingrijpende wijzigingen en beschadigingen van de bodem, de strooisel-, kruid-, of boomlaag verboden, op straffe van geldboete van tweehonderd tot duizend frank, onverminderd schadevergoeding of herstel volgens de procedure bepaald in artikel 95, indien daartoe aanleiding bestaat. ».

Art. 64.In artikel 97 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in §§ 1 en 2 worden de woorden "de bepalingen van dit decreet, de jachtwet, de wet op het natuurbehoud en de plantenbescherming, de wet op de ruimtelijke ordening en de stedenbouw en het afvalstoffendecreet" vervangen door de woorden "de verbodsbepalingen opgenomen in wetten, decreten en reglementen";2° in § 2 wordt het woord "eigenaar" vervangen door het woord "bosbeheerder";3° in § 1 wordt 9.vervangen door wat volgt : « 9. dieren te houden binnen omheiningen"; 4° aan § 2 worden een 8.en 9. toegevoegd die luiden als volgt : « 8. het strooisel te verwijderen; 9. dieren te houden binnen omheiningen, met uitzondering van vee in bestaande graasweiden met aanplantingen van bomen op grote plantafstand.Omvorming van bestaande bossen tot graasweide, wordt gelijkgesteld met ontbossing. »; 5° §§ 3 en 4 worden opgeheven.

Art. 65.Artikel 98 van hetzelfde decreet wordt opgeheven.

Art. 66.In artikel 99 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "de bomen, de levende bodemvegetatie, de dode plantenresten, het strooisel, het afval van de exploitatie, het verzamelde vuilnis in brand te steken" worden vervangen door de woorden "vuur te maken in de open lucht";2° tussen het woord "behoudens" en het woord "machtiging" worden de woorden "in uitvoering van een goedgekeurd beheersplan of behoudens een" ingevoegd;3° de woorden "verleend, onder de voorwaarden en in de omstandigheden door het Bosbeheer bepaald" worden vervangen door het woord "en".

Art. 67.In de artikelen 100, 102, 104, 105 en 106 van hetzelfde decreet worden de woorden "eigenaar" of "boseigenaar" vervangen door het woord "bosbeheerder".

Art. 68.In artikel 104, derde lid, van hetzelfde decreet wordt na de eerste zin de volgende zin toegevoegd : « Het niet laten uitvoeren van deze werken door tussenkomst van het Bosbeheer ontslaat de bosbeheerder niet van aansprakelijkheid in geval van brand. ».

Art. 69.In artikel 107 van hetzelfde decreet worden de woorden "flora en van de fauna" vervangen door de woorden "organismen van het natuurlijk milieu".

Art. 70.In hetzelfde decreet wordt het opschrift van Hoofdstuk IX vervangen door wat volgt : "Het opsporen en vaststellen van bosmisdrijven en de strafbepalingen".

Art. 71.In artikel 108 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden tussen het woord "door" en het woord "de" de woorden "de bevoegde ambtenaren, aangestelden en door de ambtenaren en natuurwachters van de administratie bevoegd voor het natuurbehoud, door de bijzondere wachters en door" ingevoegd;2° in het tweede lid wordt tussen het woord "de" en het woord "ambtenaren" het woord "bevoegde" ingevoegd en wordt het woord "boswachters" vervangen door het woord "aangestelden";3° in het tweede lid wordt het woord "jachtwet" telkens vervangen door het woord "jachtwetgeving".

Art. 72.In artikel 109 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid wordt tussen het woord "de" en het woord "ambtenaren" het woord "bevoegde" ingevoegd en wordt het woord "boswachters" vervangen door het woord "aangestelden";2° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt : « Deze ambtenaar zendt binnen een termijn van dertig dagen na de vaststelling aan de overtreders een afschrift van het procesverbaal. »; 3° in het derde lid wordt het woord "Zij" vervangen door de woorden "De in artikel 108 vermelde overheidspersonen";4° een vierde lid wordt toegevoegd, dat luidt als volgt : « Bij de uitoefening van hun opdracht mogen de in artikel 108 vermelde overheidspersonen fabrieken, magazijnen, bergplaatsen, kantoren, boten, bedrijfsgebouwen, stallen, stapelhuizen, stations, wagons, voertuigen en de in open lucht gelegen bedrijven alsook alle gronden en wateren betreden en mogen zij daartoe boten, wagons en voertuigen tegenhouden.».

Art. 73.Artikel 111 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 111.De in artikel 108 vermelde overheidspersonen zijn, met betrekking tot de toepassing van dit decreet en zijn uitvoeringsbesluiten, bevoegd om : 1. bij de uitoefening van hun opdracht de bijstand van de openbare macht te vorderen;2. inzage en afschrift te nemen van de bescheiden, documenten en andere informatiedragers waarvan inzage voor de vervulling van hun opdracht nodig is, een kopie ervan te maken en ze tegen ontvangstbewijs in beslag te nemen voor de tijd die vereist is voor hun onderzoek;3. elk onderzoek, elke controle of enquête te doen, alsook alle inlichtingen in te winnen die zij nodig achten voor de uitoefening van hun opdracht;4. zonder kosten, voorwerpen en stoffen voor onderzoek mee te nemen of ter plekke monsters te nemen. Eenieder is verplicht de in artikel 108 aangewezen personen bij de uitoefening van hun opdracht desgevraagd medewerking te verlenen en hen alle inlichtingen te verstrekken. ».

Art. 74.In hetzelfde decreet wordt een artikel 111bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 111bis.Bij elke kapping of andere werkzaamheden en handelingen die niet in overeenstemming zijn met de bepalingen van dit decreet of van zijn uitvoeringsbesluiten, kunnen de in artikel 108 van dit decreet bedoelde overheidspersonen ter plaatse mondeling of schriftelijk gelasten het kappen of de andere handelingen of werkzaamheden te stoppen.

De woudmeester moet het bevel, op straffe van verval, binnen vijf dagen bekrachtigen. Deze ambtenaar stelt de uitvoerder van het werk en de opdrachtgever daarvan in kennis bij aangetekende brief met bericht van ontvangst.

De bovenbedoelde overheidspersonen mogen alle maatregelen treffen om het bevel tot staking of de bekrachtigingsbeslissing onmiddellijk te doen toepassen.

De betrokkene kan in kort geding voor de bevoegde rechtbank de opheffing van de maatregel vorderen. ».

Art. 75.Aan hetzelfde decreet wordt een artikel 112bis toegevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 112bis.Alle geldboetes en/of straffen, opgenomen in artikelen 9, 14, 20, 21, 30, 44, 55, 62, 63, 65 tot en met 72, 75, 81, 87, 93, 95, 96, 97, 99, 104 worden opgeheven en vervangen door de volgende strafbepalingen : « Wie maatregelen of voorschriften, vastgesteld in of ter uitvoering van artikelen 10, §§ 2 en 3, 12, 42bis en 65 overtreedt en het toezicht op deze maatregelen of voorschriften verhindert en bemoeilijkt, wordt gestraft met een geldboete van 10 tot 25 frank. De organisatoren van activiteiten die overtredingen van maatregelen of voorschriften vastgesteld in of ter uitvoering van artikel 10 inhouden, kunnen daarenboven worden gestraft met een geldboete van 26 tot 1.000 frank.

Wie maatregelen of voorschriften, vastgesteld in of ter uitvoering van artikelen 9, § 2, 14, 20, 21, 30, 43, 44, 46, 50, 57, 58, 62, 64, 66 tot en met 72, 81, 93, 97, 99, 100, 101 en 104 overtreedt en het toezicht op deze maatregelen of voorschriften verhindert en bemoeilijkt, wordt gestraft met een geldboete van 50 tot 300 frank.

Dezelfde straffen gelden voor de overtreding van de voorschriften vastgesteld in artikel 87, tweede lid, onverminderd de toepassing van artikel 36bis van het Veldwetboek en voor de overtreding van artikel 63 onverminderd de bepalingen van artikel 184 van het Strafwetboek.

Wie maatregelen of voorschriften, vastgesteld in of ter uitvoering van artikelen 51, 61 en 91 overtreedt of het toezicht op deze maatregelen of voorschriften verhindert en bemoeilijkt, wordt gestraft met een geldboete van 300 tot 1.000 frank. Dezelfde straffen gelden voor de overtreding van de voorschriften vastgesteld in artikel 75, onverminderd de strengere straffen die in het strafwetboek zijn bepaald en voor de overtreding van de voorschriften vastgesteld in artikel 95, onverminderd teruggave, schadevergoeding of herstel indien daartoe aanleiding bestaat. Indien het een onrechtmatige toe-eigening van openbare bossen of gedeelten ervan betreft, kan onverminderd voorgaande bepalingen, ook een gevangenisstraf van acht dagen tot vijftien dagen worden opgelegd. Blijven de overtreders in gebreke de maatregelen tot herstel uit te voeren binnen een termijn van een jaar te rekenen van de aanmaning die het Bosbeheer krachtens het vonnis heeft gedaan, dan voorziet het Bosbeheer daarin op hun kosten. Deze kosten worden verhaald door eenvoudige toezending van de kostenstaat aan de overtreders.

Wie maatregelen of voorschriften, vastgesteld in of ter uitvoering van artikel 96 overtreedt en het toezicht op deze maatregelen of voorschriften verhindert en bemoeilijkt, wordt eveneens gestraft met een geldboete van 300 tot 1.000 frank, onverminderd schadevergoeding of herstel volgens de procedure geldend bij overtreding van artikel 95 indien daartoe aanleiding bestaat.

Wie maatregelen of voorschriften, vastgesteld in of ter uitvoering van artikelen 37 en 55, § 2 overtreedt en het toezicht op deze maatregelen of voorschriften verhindert en bemoeilijkt, wordt gestraft met een geldboete van 1.000 tot 3.000 frank.

Wie maatregelen of voorschriften, vastgesteld in of ter uitvoering van artikelen 90, 90bis en 111bis overtreedt en het toezicht op deze maatregelen of voorschriften verhindert en bemoeilijkt, wordt gestraft met een geldboete van 1.000 tot 10.000 frank. Het niet-naleven van het bevel tot staking of van de bekrachtigingsbeslissing in uitvoering van artikel 111bis wordt tevens gestraft met een verbeurdverklaring van de gebruikte voorwerpen. ».

Art. 76.Aan hetzelfde decreet wordt een artikel 112ter toegevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 112ter.Wie maatregelen of voorschriften, vastgesteld in of ter uitvoering van andere artikels dan deze vermeld in artikel 112bis overtreedt en het toezicht op deze maatregelen voorschriften verhindert of bemoeilijkt, wordt gestraft met een geldboete van 10 tot 25 frank. ».

Art. 77.In hetzelfde decreet wordt het opschrift van Hoofdstuk X vervangen door wat volgt : "Slotbepalingen".

Art. 78.Aan hetzelfde decreet wordt een artikel 114 toegevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 114.Artikel 145 van titel XI van de wet van 19 december 1854 houdende het boswetboek wordt opgeheven. ».

Art. 79.Aan hetzelfde decreet wordt een artikel 115 toegevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 115.De reglementaire bepalingen genomen ter uitvoering van de bij decreet van 18 mei 1999 opgeheven bepalingen van dit decreet blijven van kracht voorzover zij niet door de Vlaamse regering worden opgeheven, gewijzigd of aangevuld. ».

Art. 80.Aan hetzelfde decreet wordt een artikel 116 toegevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 116.Onverminderd de bepalingen van het tweede lid van artikel 46 van dit decreet, blijven de reglementair goedgekeurde beheersplannen, goedgekeurd voor de inwerkingtreding van dit decreet, onverminderd rechtsgeldig voor de volle duur van de periode waarvoor zij zijn goedgekeurd. ».

Art. 81.Aan hetzelfde decreet wordt een artikel 117 toegevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 117.De reglementaire bepalingen getroffen ter uitvoering van dit decreet blijven geldig zolang zij niet door de Vlaamse regering worden opgeheven, gewijzigd of aangevuld. ».

Art. 82.Aan artikel 253 van het Wetboek van de inkomstenbelasting 1992 wordt een 4° toegevoegd, dat luidt als volgt : « 4° onroerende goederen die onder de toepassing van het bosdecreet van 13 juni 1990 vallen en die overeenkomstig artikel 16 van dat decreet als milieubeschermend bos werden erkend of die overeenkomstig artikel 22 van dat decreet als bosreservaat werden erkend of aangewezen of die overeenkomstig artikel 42 van dat decreet erkend werden voor de productie van bosbouwkundig teeltmateriaal. ».

Art. 83.In artikel 12 van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu wordt tussen het woord "Raad" en het woord ",gelijktijdig" de woorden "en de Vlaamse Hoge Bosraad" ingevoegd. ».

Art. 84.In de artikelen 25 en 26 van hetzelfde decreet wordt telkens tussen het woord "Raad" en het woord "en" de woorden ", de Vlaamse Hoge Bosraad" ingevoegd. ».

Art. 85.In artikel 37, § 1, voorlaatste lid van hetzelfde decreet wordt na het woord "bosgroeperingen" de volgende bepaling toegevoegd : "die voor 20 januari 1998 overeenkomstig artikel 85 van het bosdecreet van 13 juni 1990 werden erkend, voor zover het bovenvermelde goed deel uitmaakt van de kadastrale percelen waarop de erkenning betrekking heeft en de koper reeds onroerende goederen in eigendom of mede-eigendom heeft binnen de omschrijving van de bosgroepering. ».

Art. 86.De Vlaamse regering kan de bepalingen van dit decreet coördineren met de bepalingen van het bosdecreet van 13 juni 1990, en met de bepalingen die deze op het tijdstip van de coördinatie uitdrukkelijk of impliciet zouden gewijzigd hebben.

Daartoe kan zijn : 1° de volgorde, de nummering van de te coördineren bepalingen en in het algemeen de teksten naar de vorm wijzigen;2° de verwijzingen die voorkomen in de te coördineren bepalingen, met de nieuwe nummering overeenbrengen;3° zonder afbreuk te doen aan de beginselen die in de te coördineren bepalingen vervat zijn, de redactie ervan wijzigen teneinde ze onderling te doen overeenstemmen en een eenheid in de terminologie te brengen;4° het opschrift van de coördinatie bepalen. Bovendien kan de Vlaamse regering de verwijzingen naar in de coördinatie opgenomen bepalingen, die in andere decreten voorkomen, naar de vorm aanpassen.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 18 mei 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Leefmilieu en Tewerkstelling, T. KELCHTERMANS _______ Nota (1) Zitting 1998-1999. Stukken. - Voorstel van decreet : 1311 - Nr. 1. - Amendementen : 1311 - Nr. 2. - Verslag : 1311 - Nr. 3.

Handelingen. - Bespreking en aanneming : vergaderingen van 4 en 5 mei 1999.

^