Etaamb.openjustice.be
Decreet van 19 mei 2006
gepubliceerd op 11 augustus 2006

Decreet betreffende de erkenning en de verspreiding van schoolboeken, schoolsoftware en andere pedagogische hulpmiddelen binnen de inrichtingen voor verplicht onderwijs

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2006202248
pub.
11/08/2006
prom.
19/05/2006
ELI
eli/decreet/2006/05/19/2006202248/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 MEI 2006. - Decreet betreffende de erkenning en de verspreiding van schoolboeken, schoolsoftware en andere pedagogische hulpmiddelen binnen de inrichtingen voor verplicht onderwijs


Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : TITEL I. - ...Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit decreet is van toepassing op het gewoon en gespecialiseerd basis- en secundair onderwijs, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap.

Art. 2.Voor de toepassing van dit decreet wordt verstaan onder : 1° « schoolboek » : een afgedrukt boek dat bestemd is voor de leerling en dat in het kader van het leerproces past. Komen niet in aanmerking als schoolboeken in de zin van dit decreet de bestanden samengesteld uit vermenigvuldigbare bladeren en voorafgedrukte oefeningenboekjes; 2° « reeks schoolboeken » : een geheel van schoolboeken uitgegeven door één (of meer) zelfde uitgever(s) die betrekking hebben op het(de)zelfde vak(ken) en die een pedagogische voortzetting van de schoollessen zijn;3° « schoolsoftware » : een computerprogramma of -toepassing bestemd voor de leerling of de leerkracht, dat/die in het kader past van het leerproces of aangepaste informatie verschaft van pedagogische of informatieve aard;4° « pedagogisch hulpmiddel » : en hulpmiddel voor de leerkracht om deze te helpen zowel in het bedenken of de voorbereiding van pedagogische activiteiten als de invoering ervan, ofwel voor de leerling om deze te begeleiden in het leerproces, met uitsluiting van de schoolboeken bedoeld in 1°;5° « takendecreet » : het decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren;6° « Begeleidingscommissie » : de Begeleidingscommissie van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde onderwijs, opgericht door het decreet van 27 maart 2002 betreffende de begeleiding van het onderwijssysteem van de Franse Gemeenschap. TITEL II. - ...De erkenning en het bijzonder begrotingsprogramma voor de aanschaffing van erkende schoolboeken HOOFDSTUK I. - De erkenning van schoolboeken

Art. 3.Artikel 3 van het decreet van 27 maart 2002 betreffende de begeleiding van het onderwijssysteem van de Franse Gemeenschap wordt aangevuld met een punt 12, luidend als volgt : « 12. de erkenning van overeenstemming te verlenen aan de schoolboeken en reeks schoolboeken die haar worden voorgelegd en waarvoor ze, na een met redenen omkleed advies uitgebracht door de Inspectiediensten, ieder wat hem betreft, het volgende vaststelt : 1° de naleving van de principes van gelijkheid en niet-discriminatie zoals inzonderheid bepaald in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de wetten van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden en van 25 februari 2003 ter bestrijding van discriminatie en tot wijziging van de wet van 15 februari 1993 tot oprichting van een Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding, in het decreet van 19 mei 2004 houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling;2° de overeenstemming met de basisvaardigheden, de bekwaamheden, de kennis en de opleidingsprofielen bedoeld in de artikelen 16, 25, 35, 39, 39bis, 44, 45 en 47 van het takendecreet;3° de inachtneming van de artikelen 6, 8, 12, 13, 15, 16 § 3, 24, 34 en 78 van het takendecreet.In dit kader wordt een bijzondere aandacht geschonken aan de aanwezigheid van strategieën van remediëring, vaststelt. »

Art. 4.De Regering stelt, voor een termijn van minstens vier jaar, op voorstel van de Begeleidingscommissie, de programmering vast per vak en per studiejaar voor de verlening van erkenningen van overeenstemming die toegekend moeten worden op basis van de criteria bedoeld in artikel 3 aan de schoolboeken en reeksen schoolboeken.

In dit kader krijgen de schoolboeken en reeksen schoolboeken Frans en wiskunde die bestemd zijn voor de leerlingen van de eerste twee jaren van het lager onderwijs in een eerste fase de voorkeur.

Art. 5.Een schoolboek of een reeks schoolboeken kan één keer per jaar aan de Begeleidingscommissie worden voorgelegd om in aanmerking te komen voor de erkenning van overeenstemming door : - een auteur of een publieke of privé-uitgever van schoolboeken; - een pedagogische ploeg of één of meer onderwijzers; - een pedagogische dienst van het onderwijsnet georganiseerd door de Franse Gemeenschap; - een inrichtende macht van het onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap of een vertegenwoordigings-en coördinatieorgaan van de inrichtende machten van het onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap; - een andere publieke of privé-organisatie of vereniging die acties in het onderwijs ontwikkelt.

Art. 6.Voor elk schoolboek of elke reeks schoolboeken dat/die haar wordt voorgelegd, vraagt de Begeleidingscommissie het voorafgaand met redenen omkleed advies van de betrokken Inspectiediensten van het onderwijs.

Deze Diensten baseren hun advies op de criteria bedoeld in artikel 3.

De Regering stelt de nadere regels vast volgens dewelke de betrokken Inspectiediensten van het onderwijs hun advies geven aan de Begeleidingscommissie.

Het lid of de leden van de betrokken Inspectiediensten van het onderwijs dat/die eventueel auteur, medeauteur, uitgever, medeuitgever is/zijn van een schoolboek onderzocht door de Inspectiediensten, of dat/die de auteur, medeauteur, uitgever, medeuitgever is/zijn van een schoolboek dat rechtstreeks in concurrentie is met het schoolboek onderzocht door de Inspectiediensten, kan in geen enkel geval deelnemen aan het uitbrengen van het met redenen omkleed advies zoals bedoeld in dit artikel.

Indien zij het nodig acht kan de Begeleidingscommissie ook een bijkomend met redenen omkleed advies vragen aan andere adviesorganen.

Art. 7.Na beraadslaging wordt een erkenning van overeenstemming verleend aan een schoolboek of een reeks schoolboeken door de Begeleidingscommissie - ofwel voor één, meer of het geheel van de cycli van een pedagogisch continuüm bedoeld in artikel 13, § 1, § 2 en § 3 van het takendecreet; - ofwel voor één, meer of het geheel van de maturiteitsgraden van een pedagogisch continuüm bedoeld in artikel 123, § 3bis en § 4 van het takendecreet; - ofwel voor één of de twee graden van de algemene en technologische humaniora bedoeld in artikel 24 van het takendecreet of van de beroeps- en technische humaniora bedoeld in artikel 34 van het takendecreet; - ofwel voor één, meer of het geheel van de fasen bedoeld in artikel 4 van het takendecreet.

De Begeleidingscommissie beschikt over een termijn van vier maanden, te rekenen vanaf de dag waarop haar een schoolboek of een reeks schoolboeken wordt voorgelegd, om te beslissen of ze al dan niet een erkenning van overeenstemming zal verlenen.

In alle gevallen worden de door de Begeleidingscommissie genomen beslissingen met redenen omkleed.

Het lid of de leden van de Begeleidingscommissie dat/die eventueel auteur, medeauteur, uitgever, medeuitgever zou(den) zijn van een schoolboek onderzocht door de Begeleidingscommissie of dat/die auteur, medeauteur, uitgever, medeuitgever van een schoolboek zou(den) zijn dat rechtstreeks in concurrentie is met een schoolboek onderzocht door de Begeleidingscommissie mag(mogen) in geen enkel geval deelnemen aan de beraadslaging zoals bedoeld in dit artikel.

Voorzover het erkende schoolboek of reeks schoolboeken niet gewijzigd wordt in zijn vorm of inhoud, wordt de erkenning van overeenstemming verleend voor een periode van acht jaar behoudens wijziging van de basisvaardigheden, de bevoegdheden, de kennis en de opleidingsprofielen zoals bedoeld in de artikelen 16, 25, 35, 39, 39bis, 44, 45 of 47 van het takendecreet.

Art. 8.Het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek zorgt voor de bekendmaking van de bijgewerkte lijst van schoolboeken en reeks schoolboeken waarvoor een erkenning van overeenstemming wordt gegeven bij de directies en pedagogische ploegen van de schoolinrichtingen, de inrichtende machten en de vertegenwoordigings-en coördinatieorganen van deze. Het houdt ook deze lijst ter beschikking van elke persoon die erom verzoekt.

Art. 9.De Regering stelt de vormen, de voorwaarden en de beperkingen vast van het gebruik dat kan worden gemaakt van de erkenning van overeenstemming verleend aan een schoolboek of een reeks schoolboeken.

In dit kader bepaalt ze het logo of de omschrijving dat/die toegepast kan worden op de schoolboeken met een erkenning van overeenstemming. HOOFDSTUK II. - Het bijzonder begrotingsprogramma voor de aanschaffing van erkende schoolboeken

Art. 10.Er wordt, bij het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, een bijzonder begrotingsprogramma ontwikkeld door de basis- en secondaire onderwijsinrichtingen van de Franse Gemeenschap voor de aanschaffing van schoolboeken met een erkenning van overeenstemming.

Art. 11.§ 1. Om de vier jaar bepaalt de Regering, op basis van het jaarlijkse bedrag van de kredieten toegekend aan het bijzonder begrotingsprogramma voor de aanschaffing van schoolboeken : 1° het bedrag dat jaarlijks voor het lager onderwijs zal worden bestemd, enerzijds;2° het bedrag dat jaarlijks aan de eerste twee jaren van het secundair onderwijs zal worden toegekend, anderzijds. § 2. Het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek bepaalt het jaarlijks indexcijfer met betrekking tot de schoolboeken voor het lager onderwijs door het bedrag bedoeld in § 1, 1) te delen door het totaal aantal leerlingen die regelmatig ingeschreven zijn in het gewoon of gespecialiseerd lager onderwijs, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap op 15 januari. § 3. Het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek bepaalt een jaarlijks indexcijfer met betrekking tot de schoolboeken voor het secundair onderwijs door het bedrag bedoeld in § 1, 2), te delen door het totaal aantal leerlingen die regelmatig ingeschreven zijn in de eerste twee jaren van het gewoon of gespecialiseerd secundair onderwijs, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap op 15 januari. § 4. Elke lagere onderwijsinrichting in het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap en elke inrichtende macht van het lager onderwijs in het onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap kan één keer per kalenderjaar een tegemoetkoming vragen van het bijzonder begrotingsprogramma voor de aanschaffing van schoolboeken met de erkenning van overeenstemming. Voor elke schoolinrichting wordt de maximale financiële tegemoetkoming bepaald en haar ter kennis gebracht door het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek door het aantal leerlingen te vermenigvuldigen die regelmatig ingeschreven zijn voor het lager onderwijs binnen de inrichting op 15 januari met het jaarlijks indexcijfer met betrekking tot de schoolboeken voor het lager onderwijs bedoeld in § 2. § 5. Elke inrichting voor secundair onderwijs in het door de Franse Gemeenschap georganiseerd onderwijs en elke inrichtende macht voor secundair onderwijs in het door de Franse Gemeenschap gesubsidieerd onderwijs kan een maal per kalenderjaar de tegemoetkoming aanvragen van het speciaal begrotingsprogramma voor de aankoop van schoolboeken die de erkenning van overeenstemming verkregen hebben. Voor elke schoolinrichting wordt de maximale financiële tegemoetkoming bepaald en bekendgemaakt door het Algemeen bestuur voor Onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek door het aantal leerlingen die op 15 januari regelmatig ingeschreven zijn voor- de eerste twee schooljaren van het secundair onderwijs van de inrichting te vermenigvuldigen met het Jaarlijks indexcijfer betreffende de schoolboeken voor het in § 3 bedoeld secundair onderwijs. § 6. De nadere regels voor het indienen van aanvragen om tegemoetkoming van het Speciale Begrotingsprogramma voor de aankoop van schoolboeken die de erkenning van overeenstemming verkregen hebben, worden door de Regering vastgelegd.

TITEL III. - ...Erkenning van schoolsoftware en andere pedagogische hulpmiddelen en van het Speciale Begrotingsprogramma voor de aankoop van erkende schoolsoftware HOOFDSTUK I. - Erkenning van schoolsoftware en andere pedagogische hulpmiddelen

Art. 12.Artikel 3 van het decreet van 27 maart 2002 betreffende de begeleiding van het onderwijssysteem van de Franse Gemeenschap wordt aangevuld met een punt 13, luidend als volgt : « 13. de erkenning van overeenstemming toe te kennen aan de schoolsoftware en andere pedagogische hulpmiddelen die haar voorgelegd worden en waarvoor zij na gemotiveerd advies van de Inspectiediensten, elk voor wat hem betreft, het volgende vaststelt : 1° De naleving van de principes van gelijkheid en non-discriminatie zoals inzonderheid bepaald in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en bij de wetten van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden en van 25 februari 2003 ter bestrijding van discriminatie en tot wijziging van de wet van 15 februari 1993 tot oprichting van een Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding, bij het decreet van 19 mei 2004 houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling;2° De overeenstemming met de basisbekwaamheden, de bekwaamheden, de kennis en de opleidingsprofielen bedoeld in de artikelen 16, 25, 35, 39, 39bis, 44, 45 en 47 van het takendecreet;3° De inachtneming van de artikelen 6, 8, 12, 13, 15, 16 § 3, 24, 34 en 78 van het opdrachtendecreet.In dat kader wordt er bijzonder aandacht besteed aan de aanwezigheid van strategieën van remediëring. »

Art. 13.De Regering bepaalt voor een periode van minstens vier jaar, op de voordracht van de Begeleidingscommissie, de programmering per vak en per studiejaar voor de toekenning van de erkenningen van overeenstemming op basis van de criteria bedoeld bij artikel 12 aan de schoolsoftware en andere pedagogische hulpmiddelen.

Art. 14.§ 1. De schoolsoftware en andere hulpmiddelen uitgewerkt door de diensten van de Europese Unie en andere internationale instellingen, alsook de diensten van de Federale regering en de regeringen van de deelstaten, kunnen verspreid worden door het Algemeen Bestuur Leerplichtonderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek ten bate van iedere belangstellende persoon zonder voorafgaande erkenning van overeenstemming. § 2. Een schoolsoftware of elk ander pedagogisch hulpmiddel kan één maal om het jaar aan de Begeleidingscommissie voorgelegd worden om de erkenning van overeenstemming te bekomen door : - een openbare of private auteur of uitgever van schoolsoftware of pedagogische hulpmiddelen; - een pedagogische ploeg of één of meerdere leerkrachten; - een pedagogische dienst van het onderwijsnet ingericht door de Franse Gemeenschap; - een inrichtende macht van het onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap of een vertegenwoordigings- of coördinatieorgaan van de inrichtende machten van het onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap; - een andere openbare of private instelling of vereniging die acties verricht in het onderwijs.

Art. 15.Voor iedere schoolsoftware of ieder pedagogisch hulpmiddel die/dat haar voorgelegd wordt, vraagt de Begeleidingscommissie het voorafgaande met redenen omkleed advies aan van de betrokken Inspectiediensten van het onderwijs.

Ten grondslag aan het advies van deze Diensten liggen de bij artikel 12 bedoelde criteria.

De Regering stelt de nadere regels vast voor de indiening door de betrokken Inspectiediensten van het onderwijs van hun advies bij de Begeleidingscommissie.

Het lid of de leden van de betrokken Inspectiediensten van het onderwijs dat/die eventueel auteur, medeauteur, uitgever, medeuitgever is/zijn van een schoolsoftware of ander pedagogisch hulpmiddel onderzocht door de Inspectiediensten, of dat/die de auteur, medeauteur, uitgever, medeuitgever is/zijn van een schoolsoftware of ander pedagogisch hulpmiddel die/dat rechtstreeks in concurrentie is met een schoolsoftware onderzocht door de Inspectiediensten kan in geen enkel geval deelnemen aan het uitbrengen van het met redenen omkleed advies zoals bedoeld in dit artikel.

Indien zij het nodig acht kan de Begeleidingscommissie ook een bijkomend met redenen omkleed advies vragen aan andere adviesorganen.

Art. 16.Na beraadslaging wordt een erkenning van overeenstemming verleend aan een schoolsoftware of ander pedagogisch hulpmiddel door de Begeleidingscommissie - ofwel voor één, meer of het geheel van de cycli van een pedagogisch continuüm bedoeld in artikel 13, § 1, § 2 en § 3 van het takendecreet; - ofwel voor één, meer of het geheel van de maturiteitsgraden van een pedagogisch continuüm bedoeld in artikel 123, § 3bis en § 4 van het takendecreet; - ofwel voor één of de twee graden van de algemene en technologische humaniora bedoeld in artikel 24 van het takendecreet of van de beroeps- en technische humaniora bedoeld in artikel 34 van het takendecreet; - ofwel voor één, meer of het geheel van de fasen bedoeld in artikel 4 van het takendecreet.

De Begeleidingscommissie beschikt over een termijn van vier maanden, te rekenen vanaf de dag waarop haar een schoolsoftware of ander pedagogisch hulpmiddel wordt voorgelegd, om te beslissen of ze al dan niet een erkenning van overeenstemming zal verlenen.

In alle gevallen worden de door de Begeleidingscommissie genomen beslissingen met redenen omkleed.

Het lid of de leden van de Begeleidingscommissie dat/die eventueel auteur, medeauteur, uitgever, medeuitgever van een schoolsoftware of ander pedagogisch hulpmiddel die/dat zou(den) worden onderzocht door de Begeleidingscommissie of dat/die auteur, medeauteur, uitgever, medeuitgever van een schoolsoftware of ander pedagogisch hulpmiddel zou(den) zijn die/dat rechtstreeks in concurrentie is met een schoolsoftware of ander pedagogisch hulpmiddel onderzocht door de Begeleidingscommissie mag(mogen) in geen enkel geval deelnemen aan de beraadslaging zoals bedoeld in dit artikel.

Voorzover de erkende schoolsoftware of het ander pedagogisch hulpmiddel niet gewijzigd wordt in zijn vorm of inhoud, wordt de erkenning van overeenstemming verleend voor een periode van acht jaar behoudens wijziging van de basisvaardigheden, de bevoegdheden, de kennis en de opleidingsprofielen zoals bedoeld in de artikelen 16, 25, 35, 39, 39bis, 44, 45 of 47 van het takendecreet.

Art. 17.§ 1. Het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek zorgt voor de bekendmaking van de bijgewerkte lijst van schoolsoftware waarvoor een erkenning van overeenstemming wordt gegeven bij de directies en pedagogische ploegen van de schoolinrichtingen, de inrichtende machten en de vertegenwoordigings-en coördinatieorganen van deze. Het houdt ook deze lijst ter beschikking van elke persoon die erom vraagt. § 2. Het Algemeen Bestuur Leerplichtonderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek zorgt voor de verspreiding ten bate van iedere belanghebbende persoon van de pedagogische hulpmiddelen waarvoor een erkenning van overeenstemming wordt gegeven, via een Website.

In functie van de keuze gedaan door de natuurlijke of rechtspersoon die het pedagogisch hulpmiddel heeft uitgewerkt, geschiedt de bij vorig lid bedoelde verspreiding in de vorm : - ofwel van de terbeschikkingstelling van het pedagogische hulpmiddel zelf op voornoemde Website, - ofwel van de mededeling van de refertes van het pedagogische hulpmiddel op dezelfde site.

Art. 18.De Regering stelt de vormen, de voorwaarden en de beperkingen vast van het gebruik dat kan worden gemaakt van de erkenning van overeenstemming verleend aan een schoolsoftware. In dit kader bepaalt ze het logo of de omschrijving dat/die toegepast kan worden op de schoolsoftware met de erkenning van overeenstemming. HOOFDSTUK II. - Het bijzonder begrotingsprogramma voor de aanschaffing van erkende schoolsoftware

Art. 19.Er wordt, bij het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, een bijzonder begrotingsprogramma ontwikkeld door de basis- en secondaire onderwijsinrichtingen van de Franse Gemeenschap voor de aanschaffing van schoolsoftware met een erkenning van overeenstemming.

Art. 20.§ 1. Om de vier jaar bepaalt de Regering, op basis van het jaarlijkse bedrag van de kredieten toegekend aan het bijzonder begrotingsprogramma voor de aanschaffing van schoolsoftware : 1° het bedrag dat jaarlijks forfaitair over het geheel van schoolinrichtingen voor gewoon of gespecialiseerd basis-, lager of secundair onderwijs ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap zal worden verdeeld, enerzijds;2° het bedrag dat jaarlijks proportioneel over het geheel van schoolinrichtingen voor gewoon of gespecialiseerd basis-, lager of secundair onderwijs ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap zal worden verdeeld in functie van een totaal aantal regelmatig ingeschreven leerlingen in de inrichting op 15 januari, anderzijds. § 2. Het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek bepaalt het jaarlijks forfaitair indexcijfer met betrekking tot de schoolsoftware door het bedrag bedoeld in § 1, 1), te delen door het totaal aantal schoolinrichtingen in de Franse Gemeenschap die gewoon of gespecialiseerd onderwijs, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap verstrekken, op 15 januari. § 3. Het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek bepaalt een proportioneel jaarlijks indexcijfer met betrekking tot de schoolsoftware door het bedrag bedoeld in § 1, 2), te delen door het totaal aantal leerlingen die regelmatig ingeschreven zijn voor de eerste twee jaren van het gewoon of gespecialiseerd onderwijs, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, op 15 januari. § 4. Elke onderwijsinrichting in het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap en elke inrichtende macht van het onderwijs in het onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap kan één keer per kalenderjaar de tegemoetkoming vragen van het bijzonder begrotingsprogramma voor het aanschaffen van schoolsoftware met de erkenning van overeenstemming. Voor elke schoolinrichting wordt de maximale financiële tegemoetkoming bepaald en haar medegedeeld door het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, door het aantal leerlingen te vermenigvuldigen die regelmatig ingeschreven zijn voor het lager onderwijs binnen de inrichting op 15 januari met het proportioneel jaarlijks indexcijfer met betrekking tot de schoolsoftware bedoeld in § 3 en door het optellen van de uitkomst van deze vermenigvuldiging en het bedrag dat overeenstemt met het forfaitair jaarlijks indexcijfer met betrekking tot de schoolsoftware bedoeld bij § 2. § 5. De nadere regels voor het indienen van aanvragen om tegemoetkoming van het Speciale Begrotingsprogramma voor de aankoop van schoolsoftware die de erkenning van overeenstemming verkregen heeft, worden door de Regering vastgelegd.

TITEL IV. - ...Overgangsbepalingen

Art. 21.§ 1. Voor het jaar 2006 wordt het geheel van de kredieten bestemd voor het Bijzondere begrotingsprogramma voor het aanschaffen van schoolboeken overeenkomstig artikel 22 voorbehouden voor het aanschaffen van schoolboeken Franse Taal en Wiskunde ter bestemming van leerlingen van de eerste twee jaren van het lager onderwijs.

In dat raam, kunnen de schoolboeken die niet als eensluidend erkend werden toch aangekocht worden door een beroep te doen op de tegemoetkoming van het Bijzonder begrotingsprogramma.

Voor iedere schoolinrichting, wordt de maximale tegemoetkoming bepaald en dan haar medegedeeld door het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek overeenkomstig de bij artikel 11 bedoelde bepalingen. § 2. Voor het jaar 2006 wordt het geheel van de kredieten bestemd voor het Bijzondere begrotingsprogramma voor het aanschaffen van schoolsoftware voorbehouden voor het aanschaffen van schoolsoftware Franse Taal, Wiskunde en Eerste Inwijding in Wetenschap ter bestemming van leerlingen van het lager onderwijs.

De eerste helft van de kredieten wordt forfaitair verdeeld over het geheel van de schoolinrichtingen voor gewoon of gespecialiseerd lager onderwijs, ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap. De tweede helft van de kredieten wordt proportioneel verdeeld over het geheel van de schoolinrichtingen voor gewoon of gespecialiseerd lager onderwijs, ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, in functie van het totaal aantal leerlingen die op 15 januari regelmatig ingeschreven zijn in de inrichting.

In dat kader, kan de schoolsoftware die geen erkenning van overeenstemming bekomen toch aangekocht worden door een beroep te doen op de tegemoetkoming van het Bijzonder begrotingsprogramma.

Voor iedere schoolinrichting, wordt de maximale financiële tegemoetkoming bepaald en dan haar medegedeeld door het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek overeenkomstig de bij artikel 20 bedoelde bepalingen.

Art. 22.In afwijking van de bepaling bedoeld bij artikel 11, § 2, van dit decreet, zolang de programmering bedoeld bij artikel 4 van dit decreet niet betrekking heeft op het geheel van het lager onderwijs, wordt het jaarlijks indexcijfer betreffende de schoolboeken voor het lager onderwijs bepaald door het bedrag bedoeld bij § 1, 1), van artikel 11 te delen door het totaal aantal leerlingen die regelmatig ingeschreven zijn voor de cyclus of cycli lager onderwijs waarvoor erkenningen van overeenstemming werden toegekend.

In afwijking van de bepaling bedoeld bij artikel 11, § 4, van dit decreet, zolang de programmering bedoeld bij artikel 4 van dit decreet niet betrekking heeft op het geheel van het lager onderwijs, rust de maximale tegemoetkoming bedoeld bij § 4 van artikel 11 enkel op het totaal aantal leerlingen die regelmatig ingeschreven zijn in de inrichting voor de cyclus/cycli waarvoor erkenningen van overeenstemming toegekend werden.

TITEL V. - ...Slotbepalingen

Art. 23.Kredieten voor een minimaal jaarlijks bedrag van 1.500.000 euro worden bestemd voor het Bijzonder begrotingsprogramma voor het aanschaffen van erkende schoolboeken.

Binnen de perken van de beschikbare kredieten, vanaf het begrotingsjaar 2007 en tot het begrotingsjaar 2013, wordt het bedrag van deze kredieten jaarlijks met minimum 10 % vermeerderd op basis van het bedrag van de kredieten toegekend voor het voorafgaande jaar.

Binnen de perken van de beschikbare kredieten, vanaf het begrotingsjaar 2014, wordt het bedrag van deze kredieten minimum jaarlijks geïndexeerd en gekoppeld aan het indexcijfer voor de consumptieprijzen van de maand december van het voorafgaande jaar.

Art. 24.Er worden kredieten tegen een minimaal jaarlijks bedrag van 500.000 euro bestemd voor het Bijzonder begrotingsprogramma voor het aanschaffen van erkende schoolsoftware.

Binnen de perken van de beschikbare kredieten, vanaf het begrotingsjaar 2007, wordt het bedrag van deze kredieten minimum jaarlijks geïndexeerd en gekoppeld aan het indexcijfer voor de consumptieprijzen van de maand december van het voorafgaande jaar.

TITEL VI. - ...Inwerkingtreding

Art. 25.Dit decreet treedt in werking op 1 april 2006.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 19 mei 2006.

De Minister-Presidente,belast met het Leerplichtonderwijs en het Onderwijs voor Sociale Promotie, Mevr. M. ARENA De Vice-Presidente, Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET De Vice-President, Minister van Begroting en Financiën, M. DAERDEN De Minister van Ambtenarenzaken en Sport, Cl. EERDEKENS De Minister van Cultuur, de Audiovisuele Sector en Jeugd, Mevr. F. LAANAN De Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en Gezondheid, Mevr. C. FONCK _______ Nota Zitting 2005-2006.

Stukken van de Raad. - Ontwerp van decreet, nr. 244-1.

Commissieamendementen, nr.244-2. Verslag, nr. 244-3.

Integraal verslag. Bespreking en aanneming. Vergadering van 16 mei 2006.

^