Etaamb.openjustice.be
Decreet van 23 januari 2014
gepubliceerd op 10 februari 2014

Decreet betreffende de erkenning en de subsidiëring van de milieuverenigingen en tot wijziging van Boek I van het Milieuwetboek en van het decreet van 6 november 2008 houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie

bron
waalse overheidsdienst
numac
2014200854
pub.
10/02/2014
prom.
23/01/2014
ELI
eli/decreet/2014/01/23/2014200854/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 JANUARI 2014. - Decreet betreffende de erkenning en de subsidiëring van de milieuverenigingen en tot wijziging van Boek I van het Milieuwetboek en van het decreet van 6 november 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/11/2008 pub. 18/12/2008 numac 2008204571 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie type decreet prom. 06/11/2008 pub. 19/12/2008 numac 2008204572 bron waalse overheidsdienst Kaderdecreet houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet type decreet prom. 06/11/2008 pub. 19/12/2008 numac 2008204573 bron waalse overheidsdienst Decreet ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie, met inbegrip van de discriminatie tussen vrouwen en mannen inzake economie, tewerkstelling en beroepsopleiding sluiten houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie (1)


Het Waalse Parlement heeft aangenomen en Wij, Waalse Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.In artikel D.25 van Boek I van het Milieuwetboek worden de woorden "artikel 29" vervangen door de woorden "artikel D.28-1".

Art. 2.Artikel D.29 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : "Art. D.28-1. Er wordt een begeleidingscomité opgericht dat moet zorgen voor de samenhang en de evaluatie van de binnen de " CRIE " uitgeoefende activiteiten en dat de Regering advies moet geven in het kader van de erkenningsprocedure.

De samenstelling en de werkingsmodaliteiten van dit comité worden door de Regering bepaald.".

Art. 3.In Deel III van hetzelfde Wetboek wordt een titel II/1 ingevoegd met als opschrift "Erkenning en structurele subsidiëring van de milieuverenigingen".

Art. 4.In Deel III, titel II/1, van hetzelfde Wetboek wordt een hoofdstuk I ingevoegd met als opschrift "Algemene bepalingen".

Art. 5.In hoofdstuk I, ingevoegd bij artikel 4, wordt een artikel D.28-2 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-2. Deze titel beoogt de ontwikkeling van de verenigingsactie op het gebied van de milieubescherming, de verbetering van de staat van het leefmilieu, de milieuopvoeding en de bewustmaking voor het leefmilieu.

Er wordt een systeem voor de erkenning en de structurele subsidiëring van de milieuverenigingen ingevoerd.".

Art. 6.In hoofdstuk I, ingevoegd bij artikel 4, wordt een artikel D.28-3 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-3. In de zin van deze titel wordt verstaan onder : 1° "vereniging" : groepering van natuurlijke of rechtspersonen die niet bestemd is voor de verrijking van haar vennoten;2° "milieuactieplan"' : plan dat het geheel van de door de milieuvereniging overwogen acties bevat en dat de milieubescherming, de verbetering van de staat van het leefmilieu, de milieuopvoeding en de bewustmaking voor het leefmilieu beoogt; 3° "begeleidingscomité" : het overeenkomstig artikel D.28-18 opgerichte begeleidingscomité.".

Art. 7.In Deel III, titel II/1, van hetzelfde Wetboek wordt een hoofdstuk II ingevoegd met als opschrift "Erkenning van de milieuverenigingen".

Art. 8.In Deel III, titel II/1, hoofdstuk II, van hetzelfde Wetboek, wordt een afdeling 1 ingevoegd met als opschrift "Voorwaarden betreffende de toekenning of de verlenging van de erkenning".

Art. 9.In afdeling 1, ingevoegd bij artikel 8, wordt een artikel D.28-4 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D. 28-4. De erkenning wordt voor zes jaar door de Regering toegekend voor één van de volgende categorieën : 1° verbond of net;2° gewestelijke vereniging; 3° plaatselijke vereniging.".

Art. 10.In afdeling 1, ingevoegd bij artikel 8, wordt een artikel D.28-5 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D. 28-5. Alleen de verenigingen die aan de volgende algemene voorwaarden voldoen, mogen door de Regering erkend worden als milieuvereniging : 1° de milieubescherming, de verbetering van de staat van het leefmilieu, de milieuopvoeding en de bewustmaking voor het leefmilieu als hoofddoel hebben;2° haar operatiecentrum in België hebben en regelmatig acties uitoefenen die de milieubescherming, de verbetering van de staat van het leefmilieu, de milieuopvoeding en de bewustmaking voor het leefmilieu op het grondgebied van het Waalse Gewest als doel hebben;3° niet veroordeeld zijn krachtens een in kracht van gewijsde getreden rechterlijke beslissing omdat ze een vijandige houding heeft gehad tegen de democratische principes zoals vermeld in het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, en niet strafrechtelijk veroordeeld zijn krachtens een in kracht van gewijsde getreden rechterlijke beslissing omdat ze de democratische principes heeft overtreden, zoals vermeld in de Grondwet, in de wet van 30 juli 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/07/1981 pub. 20/05/2009 numac 2009000343 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot bestraffing van bepaalde door racisme en xenofobie ingegeven daden, in het decreet van het Waalse Gewest van 6 november 2008 betreffende de bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie en in het decreet van de Franse Gemeenschap van 12 december 2008 betreffende de bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie;4° sinds minstens drie jaar actief zijn op het gebied van het hoofddoel op het moment waarop de erkenningsaanvraag wordt ingediend;5° een boekhouding houden om de financiële controle op de bestemming van de subsidies te waarborgen. De Regering kan een boekhoudplan en bijzondere boekhoudsregels terzake opleggen. 6° een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid aangaan, die het geheel van de schade die uit haar activiteit, uit de activiteit van haar personeel of vrijwilligers kan voortvloeien, dekt.".

Art. 11.In afdeling 1, ingevoegd bij artikel 8, wordt een artikel D.28-6 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-6. Om als "Verbond of Net" erkend te worden, voldoet de vereniging aan de volgende bijkomende voorwaarden : 1° diensten aan haar leden of aan het publiek verlenen en minstens 30 acties per jaar organiseren die de milieubescherming, de verbetering van de staat van het leefmilieu, de milieuopvoeding en de bewustmaking voor het leefmilieu beogen en die voor haar leden of het publiek open zijn;2° een opdracht ter vertegenwoordiging van de verenigingen uitoefenen, met name in de door het Waalse Gewest opgerichte adviescommissies en -raden;3° samengesteld zijn uit minstens 30 verenigingen die erkend worden als milieuverenigingen en die actief zijn op het grondgebied van het Waalse Gewest; 4° acties uitoefenen op het hele grondgebied van het Waalse Gewest.".

Art. 12.In afdeling 1, ingevoegd bij artikel 8, wordt een artikel D.28-7 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-7. Om als "gewestelijke vereniging" erkend te worden, voldoet de vereniging aan de volgende bijkomende voorwaarden : 1° minstens 20 acties per jaar organiseren die de milieubescherming, de verbetering van de staat van het leefmilieu, de milieuopvoeding en de bewustmaking voor het leefmilieu beogen en die voor haar leden of het publiek open zijn;2° acties uitoefenen op het hele grondgebied van het Waalse Gewest; 3° haar acties richten op één of meer identificeerbare thematieken die door de Regering worden bepaald.".

Art. 13.Afdeling 1, ingevoegd bij artikel 8, wordt een artikel D.28-8 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-8. Om als "plaatselijke vereniging" erkend te worden, voldoet de vereniging aan de volgende voorwaarden : 1° minstens 5 acties per jaar organiseren die de milieubescherming, de verbetering van de staat van het leefmilieu, de milieuopvoeding en de bewustmaking voor het leefmilieu beogen en die voor haar leden of het publiek open zijn; 2° acties uitoefenen op het grondgebied van één of verschillende gemeenten van het Waalse Gewest.".

Art. 14.In Deel III, titel II/1, hoofdstuk II, van hetzelfde Wetboek, wordt een afdeling 2 ingevoegd met als opschrift "Procedure voor de toekenning of de verlenging van de erkenning".

Art. 15.In afdeling 2, ingevoegd bij artikel 14, wordt een artikel D.28-9 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-9. § 1. De Regering erkent als milieuvereniging de vereniging die daarom verzoekt en die aan de voorwaarden bedoeld in afdeling 1 voldoet.

Deze erkenningsaanvraag kan volgens de door de Regering bepaalde modaliteiten gezamenlijk door verschillende verenigingen ingediend worden.

De minimale inhoud van de aanvraag en het aanvraagformulier worden door de Regering bepaald. § 2. De Regering bepaalt de procedure voor de toekenning, de weigering en de verlenging van de erkenning met inachtneming van de volgende principes : 1° de erkenningsaanvraag wordt via het in artikel D.28-10 bedoelde eenheidsloket ingediend; 2° de erkenningsaanvraag wordt in de loop van het eerste kwartaal van elk jaar ingediend;3° de Regering bepaalt de vereiste voorafgaande adviezen;4° de Regering beslist ofwel een erkenning voor zes jaar toe te kennen aan de vereniging, ofwel de erkenning te weigeren.Na afloop van het derde erkenningsjaar maakt de milieuvereniging een verklaring op erewoord over waaruit blijkt dat de erkenningsvoorwaarden worden gehandhaafd; 5° een beroep, dat in voorkomend geval wordt heroverwogen, wordt tegen de beslissing tot weigering van de erkenning bij de Regering ingesteld. De Regering bepaalt de modaliteiten en de beroepsprocedure die met name een verhoor van de verzoekende vereniging omvat.".

Art. 16.Afdeling 2, ingevoegd bij artikel 14, wordt aangevuld met een artikel D.28-10, luidend als volgt : "Art. D. 28-10. Een geïnformatiseerd eenheidsloket wordt opgericht om de aanvragen m.b.t. de erkenning van de milieuverenigingen, de verlenging van hun erkenning en hun subsidiëring te beheren.

Het geïnformatiseerd eenheidsloket gebruikt informaticatechnieken die : 1° de oorsprong en de integriteit van de inhoud van de zending waarborgen door middel van aangepaste beveiligingstechnieken;2° het mogelijk maken om de verzender nauwkeurig te identificeren en om het zendingsmoment nauwkeurig te bepalen;3° erin voorzien dat de verzender, in voorkomend geval op eigen verzoek, een bewijs van de indiending en/of afgifte van de zending aan de ontvanger ontvangt. De Kruispuntbank voor de Uitwisseling van Gegevens bedoeld in het samenwerkingsakkoord van 23 mei 2013Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 23/05/2013 pub. 23/07/2013 numac 2013204168 bron waalse overheidsdienst Samenwerkingsakkoord tussen het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschap over het opstarten van een gemeenschappelijk initiatief om gegevens te delen en over het gemeenschappelijk beheer van dit initiatief sluiten tussen het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschap over het opstarten van een gemeenschappelijk initiatief om gegevens te delen en over het gemeenschappelijk beheer van dit initiatief keurt deze informaticatechnieken goed.

De mededeling die aan de in het derde lid bedoelde voorwaarden voldoet, heeft dezelfde bewijskracht als een aangetekende brief.

De modaliteiten voor de uitvoering van het eenheidsloket kunnen door de Regering nader bepaald worden.".

Art. 17.In Deel III, titel II/1, van hetzelfde Wetboek wordt een hoofdstuk II ingevoegd met als opschrift "Structurele subsidiëring van de milieuverenigingen".

Art. 18.In hoofdstuk III, ingevoegd bij artikel 17, wordt een artikel D.28-11 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-11. § 1. Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten kan de Regering een meerjarige structurele subsidie toekennen aan de verenigingen die als milieuverenigingen erkend zijn en die opgericht zijn in de vorm van verenigingen in de zin van de wet van 27 juni 1921Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1921 pub. 19/08/2013 numac 2013000498 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten over de verenigingen zonder winstgevend oogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen of in de vorm van vennootschappen met een maatschappelijk doel in de zin van de artikelen 661 en volgende van het Wetboek van vennootschappen. De Regering baseert haar beslissing tot toekenning of tot weigering van de toekenning op de volgende criteria : 1° de kwaliteit van het milieuactieplan of van het gecoördineerd milieuactieplan;2° de overeenstemming van de aangevraagde subsidie met het milieuactieplan of met het gecoördineerd milieuactieplan;3° de bekwaamheid van de vereniging om het milieuactieplan uit te voeren of de bekwaamheid van de verenigingen om het gecoördineerd milieuactieplan uit te voeren. De toekennings- of weigeringcriteria kunnen door de Regering aangevuld of nader bepaald worden. § 2. De subsidie dekt de werkingskosten gebonden aan de uitvoering van een milieuactieplan of van een gecoördineerd milieuactieplan. De werkingskosten bestaan met name uit kosten inherent aan de aanwerving en het beheer van het personeel, aan de vorming, het bestuur- en boekhoudbeheer, de informaticakosten, de kosten voor de evaluatie, de documentatie, de logistiek, de communicatie, de kantooruitrusting en de opmaking van het activiteitenverslag en van het algemene uitvoeringsverslag.

De subsidie mag geen werkingskosten dekken, die reeds door een andere subsidie gedekt worden.

Het bedrag van die subsidie kan jaarlijks op grond van het indexcijfer van de consumptieprijzen geïndexeerd worden.

De Regering bepaalt de berekeningswijze van de subsidie op een forfaitaire basis.".

Art. 19.In hoofdstuk III, ingevoegd bij artikel 17, wordt een artikel D.28-12 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-12. § 1. De Regering bepaalt de procedure voor de toekenning en de weigering van subsidies met inachtneming van de volgende principes : 1° de subsidieaanvraag wordt via het in artikel D.28-10 bedoelde eenheidsloket ingediend; 2° de in 1° bedoelde subsidieaanvraag kan door de als verbond of net erkende vereniging ingediend worden voor haar zelf alsook voor de als milieuverenigingen erkende verenigingen waaruit ze bestaat, mits de toestemming van laatstgenoemden;3° de Regering bepaalt de vereiste voorafgaande adviezen;4° de Regering beslist ofwel een subsidie voor drie jaar aan de vereniging toe te kennen, ofwel de subsidiëring te weigeren;5° een beroep, dat in voorkomend geval wordt herbeschouwd, wordt tegen de beslissing betreffende de structurele subsidiëring bij de Regering ingesteld. § 2. De minimale inhoud van de aanvraag en het aanvraagformulier worden door de Regering bepaald met inachtneming van de bepalingen van de leden 2 tot en met 5.

De subsidieaanvraag omvat een milieuactieplan. Het milieuactieplan identificeert minstens de doelstellingen die de vereniging voor de door de subsidie gedekte periode wil bereiken, en omvat een omschrijving en de aard van de overwogen acties, een kalender van de uitvoering van de activiteiten, een verdeling van de lasten tussen de leden van het personeel en een voorbegroting. De inhoud van het milieuactieplan kan door de Regering nader bepaald en aangevuld worden.

Het gecoördineerde milieuactieplan vervangt het in het tweede lid bedoelde milieuactieplan wanneer een als verbond of net erkende vereniging een subsidieaanvraag krachtens § 1, 2°, indient.

Het gecoördineerde milieuactieplan identificeert minstens de doelstellingen inzake de milieubescherming, de verbetering van de staat van het leefmilieu, de milieuopvoeding en de bewustmaking voor het leefmilieu die elke vereniging betrokken bij de aanvraag wil bereiken voor de door de subsidie gedekte periode. Voor elke vereniging betrokken bij de krachtens § 1, 2°, ingediende aanvraag omvat het een omschrijving van de overwogen acties en hun aard, een kalender van de uitvoering van de activiteiten, een verdeling van de lasten tussen de leden van het personeel en een voorbegroting.

De inhoud van het gecoördineerde milieuactieplan kan door de Regering nader bepaald en aangevuld worden De subsidieaanvraag bepaalt de milieuthematieken waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.".

Art. 20.In hoofdstuk III, ingevoegd bij artikel 17, wordt een artikel D.28-13 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-13. De Regering bepaalt de uitbetalingsmodaliteiten van de meerjarige structurele subsidie en voorziet met name in : 1° een eerste schijf van 30 % op 1 januari na de datum van kennisgeving van de beslissing tot toekenning van de subsidies (jaar n);2° een tweede schijf van 30 % op z'n vroegst op 1 januari van het jaar n+1 en op grond van een activiteitenverslag en van bewijsstukken van het gebruik van 70 % van de eerste schijf;3° een derde schijf van 30 % op z'n vroegst op 1 januari van het jaar n+2 en op grond van een activiteitenverslag en van bewijsstukken van het gebruik van 70 % van het geheel van het reeds geïnde bedrag;4° het saldo, namelijk 10 %, op grond van een algemeen uitvoeringsverslag, van een deugdelijk en onvergolden verklaarde schuldvordering, evenals van een juiste staat van inkomsten en uitgaven vergezeld van de bewijsstukken en betalingsbewijzen. Voor de subsidies kleiner dan 2.500 euro worden de milieuverenigingen vrijgesteld van de overmaking van de in het eerste lid, 2° en 3° bedoelde bewijsstukken en van de in het eerste lid, 4°, bedoelde bewijsstukken en betalingsbewijzen, mits de overmaking van een verklaring op erewoord waarvan de inhoud door de Regering wordt bepaald. De milieuvereniging die haar uitgaven via een verklaring op erewoord rechtvaardigt, is gehouden alle bewijsstukken gedurende vijf jaar te behouden. De Regering wordt ertoe gemachtigd om het bedoelde bedrag aan te passen en de modaliteiten betreffende deze vrijstelling nader te bepalen.".

Art. 21.In Deel III, titel II/1, van hetzelfde Wetboek wordt een hoofdstuk IV ingevoegd met als opschrift "Evaluatie van en controle op de erkende en gesubsidieerde verenigingen en intrekking van de erkenning of van de subsidiëring".

Art. 22.In Deel III, titel II/1, hoofdstuk IV, van hetzelfde Wetboek, wordt een afdeling 1 ingevoegd met als opschrift "Evaluatie van en controle op de erkende en gesubsidieerde verenigingen".

Art. 23.Afdeling 1, ingevoegd bij artikel 22, wordt aangevuld met een artikel D.28-14, luidend als volgt : "Art. D.28-14. De Regering bepaalt de procedure en de modaliteiten betreffende de controle op de verenigingen die als milieuverenigingen erkend zijn en die krachtens dit decreet een subsidie genieten.

Jaarlijks wordt een controle uitgeoefend op basis van het activiteitenverslag zoals bepaald door de Regering en van de boekhoudbalans overgemaakt door de erkende en gesubsidieerde vereniging.

De controle slaat op : 1° de naleving van de algemene en bijzondere erkenningsvoorwaarden door de vereniging die als milieuvereniging wordt erkend en die een subsidie krachtens dit decreet geniet. 2° de uitvoering van het milieuactieplan of van het gecoördineerd milieuactieplan.".

Art. 24.Afdeling 1, ingevoegd bij artikel 22, wordt aangevuld met een artikel D.28-15, luidend als volgt : "Art. D.28-15. Na afloop van het milieuactieplan richt de vereniging die als milieuvereniging wordt erkend en die een subsidie krachtens dit decreet geniet, een algemeen uitvoeringsverslag bestemd voor de evaluatie van het milieuactieplan ter goedkeuring aan de Regering voor.

Na afloop van het gecoördineerd milieuactieplan richt de vereniging die als verbond of net wordt erkend en die een subsidie krachtens dit decreet geniet, een algemeen uitvoeringsverslag bestemd voor de evaluatie van het milieuactieplan ter goedkeuring aan de Regering voor.

Het goedgekeurde algemene uitvoeringsplan wordt aan het Begeleidingscomité en aan het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique" (Waals Instituut voor Evaluatie, Toekomstverwachting en Statistiek) overgemaakt.

De vorm en de minimale inhoud van het verslag en de procedure m.b.t. de goedkeuring van het verslag worden door de Regering bepaald.".

Art. 25.In Deel III, titel II/1, hoofdstuk IV, van hetzelfde Wetboek, wordt een afdeling 2 ingevoegd met als opschrift "Intrekking en schorsing van de erkenning of van de subsidiëring".

Art. 26.In afdeling 2, ingevoegd bij artikel 25, wordt een artikel D.28-16 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-16. § 1. Wanneer de Regering vaststelt dat een vereniging de voorwaarden voor de toekenning van de erkenning of de subsidiëring niet of niet meer naleeft, richt ze bij aangetekend schrijven of op elke wijze waarbij een vaststaande datum aan de zending en aan de ontvangst van de door de Regering bepaalde akte wordt verleend, een waarneming aan de vereniging en deelt ze haar de termijn mee waarin ze aan de voorwaarden voor de toekenning van de erkenning of de subsidiëring moet voldoen.

De Regering kan de toekenning van de subsidies tijdens die periode opschorten.

Vóór elke beslissing tot schorsing wordt de erkende vereniging erom verzocht haar verweermiddelen te laten gelden. § 2. Indien de vereniging zich na afloop van de voorgeschreven termijn niet heeft aangepast, trekt de Regering de erkenning of de subsidie in. De intrekking van de erkenning heeft de intrekking van de structurele subsidie als gevolg onverminderd het reeds uitbetaalde bedrag van de structurele subsidie. Vóór elke beslissing tot intrekking wordt de erkende vereniging erom verzocht haar verweermiddelen te laten gelden.

De beslissing tot intrekking van de erkenning of van de subsidiëring wordt bij aangetekend schrijven of op elke wijze waarbij een vaststaande datum aan de zending en aan de ontvangst van de akte aan de vereniging meegedeeld. De Regering wordt ertoe gemachtigd om de intrekkingsmodaliteiten en -procedure nader te bepalen.".

Art. 27.In Deel III, titel II/1, van hetzelfde Wetboek wordt een hoofdstuk V ingevoegd met als opschrift "Evalutatie en Begeleidingscomité".

Art. 28.In hoofdstuk V, ingevoegd bij artikel 27, wordt een artikel D.28-17 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-17. § 1. Het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique" is voor het Begeleidingscomité belast met de uitvoering van : 1° indicatoren inzake de evaluatie van de uitvoering van het decreet;2° een globale evaluatie van de milieuactieplannen en van de gecoördineerde milieuactieplannen van de verenigingen die als milieuverenigingen erkend zijn en die krachtens dit decreet een subsidie genieten. De voor die opdracht vereiste financiële middelen worden in aanmerking genomen in de subsidie bedoeld in artikel 17, 2°, van het decreet van 4 december 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 04/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027785 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de oprichting van het « Institut wallon de l'évaluation, de la prospective et de la statistique » (1) sluiten betreffende de oprichting van het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique". § 2. Er wordt bij de Regering een begeleidingscomité opgericht.

Op grond van de door het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique" geleverde instrumenten wordt dit comité ermee belast : 1° de globale evaluatie van de uitvoering van het decreet uit te voeren;2° de dialoog aan te gaan tussen de bij het decreet betrokken partijen;3° op eigen initiatief of op verzoek van de Regering elk advies, aanbeveling of voorstel betreffende de uitvoering van het decreet te formuleren. De Regering kan de aan het Begeleidingscomité toevertrouwde opdrachten aanvullen. § 3. Het Begeleidingscomité telt tien gewone en plaatsvervangende leden alsmede vijf waarnemers die de erkende verenigingen vertegenwoordigen; laatstgenoemden worden door de Regering benoemd. De leden zijn : 1° een vertegenwoordiger van het Operationeel directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu belast met respectievelijk de thematieken leefmilieu, landbouw, natuur en bossen;2° een vertegenwoordiger van het Operationeel directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie belast met respectievelijk de thematieken ruimtelijke ordening en energie;3° een vertegenwoordiger van het Operationeel directoraat-generaal Mobiliteit en Waterwegen belast met mobiliteit;4° een vertegenwoordiger van het Operationeel directoraat-generaal Plaatselijke besturen, Sociale actie belast met milieugezondheid;5° een vertegenwoordiger van het Departement Duurzame Ontwikkeling binnen het Secretariaat-generaal van de Waalse Overheidsdienst;6° een vertegenwoordiger van de "Conseil wallon de l'Environnement pour le Développement durable" (Waalse Milieuraad voor Duurzame Ontwikkeling);7° vier vertegenwoordigers van de academische wereld gespecialiseerd in de milieubescherming, de verbetering van de staat van het leefmilieu, de milieuopvoeding en de bewustmaking voor het leefmilieu. § 4. De Regering wijst een voorzitter en een ondervoorzitter onder de leden van het Begeleidingscomité.

De in § 3, 7°, bedoelde waarnemers en leden worden aangewezen na een openbare oproep tot de kandidaten die minstens drie maanden vóór de vervaldatum van de te bekleden mandaten volgens de door de Regering bepaalde modaliteiten gelanceerd wordt.

Niemand mag als waarnemer aangewezen worden, indien hij lid is van de Kamer van Vertegenwoordigers, van de Senaat, het Europees Parlement of één van de gewestelijke en gemeenschappelijke parlementen.

Niemand mag als waarnemer aangewezen worden indien hij veroordeeld is of lid is van een organisme of vereniging veroordeeld krachtens een in kracht van gewijsde getreden rechterlijke beslissing wegens niet-naleving van de democratische principes zoals vermeld in het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, in de Grondwet, in de wet van 30 juli 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/07/1981 pub. 20/05/2009 numac 2009000343 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot bestraffing van bepaalde door racisme en xenofobie ingegeven daden, of in de wet van 23 maart 1995 tot bestraffing van het ontkennen, minimaliseren, rechtvaardigen of goedkeuren van de genocide die tijdens de Tweede Wereldoorlog door het Duitse nationaal-socialistische regime is gepleegd. Dit verbod houdt op tien jaar na de beslissing van bovenvermelde rechterlijke beslissing, als kan worden bewezen dat de vereniging publiekelijk afgezien heeft van haar vijandige houding tegen de democratische principes verwoord in de in het vorige lid bedoelde bepalingen.

Het houdt op 1 jaar na de beslissing van bovenvermelde rechterlijke beslissing, als de persoon uitgetreden is uit de vereniging wegens en onmiddellijk na de veroordeling van laatstgenoemde voor niet-naleving van de democratische principes.

De duur van het mandaat van de leden en van de waarnemers wordt op zes jaar bepaald.

De waarnemers beschikken over dezelfde stukken m.b.t. de vergaderingen van het Begeleidingscomité als de gewone leden. Die stukken worden gelijktijdig aan de plaatsvervangende leden, de waarnemers en aan de gewone leden toegestuurd.

De waarnemers hebben een raadgevende stem.

Wat betreft de reiskosten, genieten de waarnemers, net zoals de leden, de vergoedingen die krachtens de Waalse Ambtenarencode voor de personeelsleden van de Regeringsdiensten voorzien zijn.

De minimale inhoud van het huishoudelijk reglement, zoals bepaald in artikel 2, 19°, van het decreet van 6 november 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/11/2008 pub. 18/12/2008 numac 2008204571 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie type decreet prom. 06/11/2008 pub. 19/12/2008 numac 2008204572 bron waalse overheidsdienst Kaderdecreet houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet type decreet prom. 06/11/2008 pub. 19/12/2008 numac 2008204573 bron waalse overheidsdienst Decreet ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie, met inbegrip van de discriminatie tussen vrouwen en mannen inzake economie, tewerkstelling en beroepsopleiding sluiten tot rationalisering van de adviesfunctie, kan door de Regering aangevuld worden. § 5. Het begeleidingscomité wordt gevestigd op de zetel van het Operationeel directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu. Het secretariaat wordt waargenomen door het Operationeel directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu en wordt er met name mee belast de vergaderingen van het Begeleidingscomité te organiseren, een ontwerp van jaarlijks activiteitenverslag en een ontwerp van huishoudelijk reglement voor te bereiden. § 6. Jaarlijks richt het Begeleidingscomité vóór 30 september een activiteitenverslag aan de Regering.".

Art. 29.In Deel III, titel II/1, van hetzelfde Wetboek wordt een hoofdstuk VI ingevoegd met als opschrift "Evaluatie van de bepalingen van titel II/I".

Art. 30.In hoofdstuk VI, ingevoegd bij artikel 29, wordt een artikel D.28-18 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. D.28-18. De Regering gaat tot een evaluatie van deze titel binnen vijf jaar na zijn inwerkingtreding en daarna om de tien jaar over.

De modaliteiten van deze evaluatie worden door de Regering bepaald.

Deze evaluatie wordt door de Regering aan het Parlement meegedeeld.

De Regering zorgt via haar diensten voor de bekendmaking van deze evaluatie.".

Art. 31.Artikel 1, 2°, van het decreet van 6 november 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/11/2008 pub. 18/12/2008 numac 2008204571 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie type decreet prom. 06/11/2008 pub. 19/12/2008 numac 2008204572 bron waalse overheidsdienst Kaderdecreet houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet type decreet prom. 06/11/2008 pub. 19/12/2008 numac 2008204573 bron waalse overheidsdienst Decreet ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie, met inbegrip van de discriminatie tussen vrouwen en mannen inzake economie, tewerkstelling en beroepsopleiding sluiten houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie wordt aangevuld als volgt : "- het Begeleidingscomité ingesteld bij het decreet van 23 januari 2014 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de milieuverenigingen en tot wijziging van Boek I van het Milieuwetboek.".

Art. 32.In artikel 2, 8°, van hetzelfde decreet worden de woorden "en op het Begeleidingscomité ingesteld bij artikel D28-17, § 2, van Boek I van het Milieuwetboek" toegevoegd na de woorden "decreet van 1 juli 1993 tot oprichting van een Hoge Raad voor Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest".

Art. 33.Dit decreet treedt in werking op een door de Regering bepaalde datum en uiterlijk op 1 januari 2015 met uitzondering van artikel 16.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 23 januari 2014.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Minister van Begroting, Financiën, Tewerkstelling, Vorming en Sport, A. ANTOINE De Minister van Economie, K.M.O.'s, Buitenlandse Handel en Nieuwe Technologieën, J.-Cl. MARCOURT De Minister van de Plaatselijke Besturen en de Stad, P. FURLAN De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. E. TILLIEUX De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY De Minister van Openbare Werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Natuur, Bossen en Erfgoed, C. DI ANTONIO _______ Nota (1) Zitting 2013-2014. Stukken van het Waals Parlement, 925 (2013-2014). Nrs 1 tot 4.

Volledig verslag, plenaire vergadering van 22 januari 2014.

Bespreking.

Stemming.

^