Etaamb.openjustice.be
Decreet van 28 april 2006
gepubliceerd op 16 juni 2006

Decreet houdende de oprichting van de Vlaamse Adviesraad voor Bestuurszaken

bron
vlaamse overheid
numac
2006035835
pub.
16/06/2006
prom.
28/04/2006
ELI
eli/decreet/2006/04/28/2006035835/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 APRIL 2006. - Decreet houdende de oprichting van de Vlaamse Adviesraad voor Bestuurszaken (1)


Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : Decreet houdende de oprichting van de Vlaamse Adviesraad voor Bestuurszaken. HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

Art. 2.In dit decreet wordt verstaan onder ontwerpen van besluit van de Vlaamse Regering die van strategisch belang zijn : ontwerpen van reglementair of organiek besluit die uitvoering geven aan de inhoud van een decreet en door de Vlaamse Regering worden beschouwd als basisuitvoeringsbesluiten.

Art. 3.§ 1. Er wordt een strategische adviesraad "Vlaamse Adviesraad voor Bestuurszaken" opgericht, zoals bedoeld in artikel 3 van het decreet van 18 juli 2003 tot regeling van strategische adviesraden, hierna de Raad te noemen. Hij heeft rechtspersoonlijkheid. De Vlaamse Regering bepaalt tot welk beleidsdomein de strategische adviesraad behoort. § 2. De bepalingen van het decreet tot regeling van strategische adviesraden van 18 juli 2003 zijn van toepassing op de Raad. HOOFDSTUK II. - Taakomschrijving

Art. 4.§ 1. Inzake aangelegenheden die betrekking hebben op het beleid inzake personeels- en organisatieontwikkeling, ICT, e-government, wetsmatiging, facilitaire dienstverlening en vastgoedbeheer, binnenlandse aangelegenheden, stedenbeleid en inburgeringsbeleid, heeft de Raad de volgende opdrachten : 1° uit eigen beweging of op verzoek advies uitbrengen over de hoofdlijnen van het beleid;2° bijdragen tot het vormen van een beleidsvisie;3° de maatschappelijke ontwikkelingen volgen en interpreteren;4° advies uitbrengen over voorontwerpen van.decreet; 5° uit eigen beweging of op verzoek advies uitbrengen over voorstellen van decreet;6° uit eigen beweging of op verzoek advies uitbrengen over ontwerpen van besluit van de Vlaamse Regering;7° reflecties leveren over de bij het Vlaams Parlement ingediende beleidsnota's;8° uit eigen beweging of op verzoek advies uitbrengen over ontwerpen van samenwerkingsakkoord van strategisch belang die de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest wil sluiten met de Staat of met andere Gemeenschappen en Gewesten, en over ontwerpen van Europese en internationale samenwerkingsakkoorden van strategisch belang. § 2. De Vlaamse Regering is verplicht om advies te vragen over : 1° de in § 1, 4°, bedoelde voorontwerpen van decreet die uitgaan van de Vlaamse ministers bevoegd voor Binnenlands Bestuur en Bestuurszaken;2° de in § 1, 6°, bedoelde ontwerpen van besluit van de Vlaamse Regering die van strategisch belang zijn en die uitgaan van de Vlaamse ministers bevoegd voor Binnenlands Bestuur en Bestuurszaken. § 3. De Vlaamse Regering kan gemotiveerd afwijken van de in § 2 bedoelde adviezen van de strategische adviesraad en informeert de Raad hierover. § 4. De adviezen uitgebracht door de strategische adviesraad zijn openbaar. HOOFDSTUK III. - Samenstelling en organisatie

Art. 5.§ 1. De Raad wordt samengesteld uit onafhankelijke deskundigen en uit vertegenwoordigers van de lokale en provinciale besturen. § 2. Volgende organisaties zijn in de Raad vertegenwoordigd : de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten en de Vereniging van Vlaamse Provincies.

Art. 6.§ 1. De Raad bestaat uit 14 leden, door de Vlaamse Regering benoemd voor een termijn van 4 jaar. Hiervan zijn er vier vertegenwoordigers van de lokale en provinciale besturen en tien onafhankelijke deskundigen. De vertegenwoordigers van de lokale en provinciale besturen worden voorgedragen door de in artikel 5 opgesomde organisaties, op dubbele lijsten die in een evenwichtige vertegenwoordiging man/vrouw voorzien. De onafhankelijke deskundige leden worden aangeduid na een openbare oproep tot kandidaatstelling. § 2. De Raad duidt onder zijn leden een voorzitter en een ondervoorzitter aan. De voorzitter vertegenwoordigt de Raad in en buiten rechte, onverminderd de mogelijkheid tot delegatie van deze bevoegdheid. § 3. De mandaten van de leden van de Raad zijn verlengbaar. § 4. De leden voorgedragen door de in artikel 5, § 2, opgesomde organisaties kunnen niet ontslagen worden.

Art. 7.De leden van de Raad oefenen hun functie uit in volledige onafhankelijkheid ten opzichte van de Vlaamse overheid.

De onverenigbaarheden bepaald in artikel 8 van het decreet tot regeling van de strategische adviesraden van 18 juli 2003 zijn van toepassing op de Raad. HOOFDSTUK IV. - Werking

Art. 8.Inzake de werking van de Raad, is het hoofdstuk IV van het decreet tot regeling van de strategische adviesraden van 18 juli 2003 van toepassing. HOOFDSTUK V. - Programmering en verslaggeving

Art. 9.Inzake de programmering en de verslaggeving van de werkzaamheden van de Raad, is het hoofdstuk V van het decreet tot regeling van de strategische adviesraden van 18 juli 2003 van toepassing. HOOFDSTUK VI. - Overgang van personeel, goederen, rechten en verplichtingen

Art. 10.§ 1. De Vlaamse Regering regelt de toewijzing van de personeelsleden, de goederen, de rechten en verplichtingen, van de diensten, instellingen en rechtspersonen die afhangen van de Vlaamse Gemeenschap of van het Vlaamse Gewest, aan de strategische adviesraad, met het oog op de uitoefening van de toegewezen taken.

De besluiten die krachtens het eerste lid worden vastgesteld, kunnen de van kracht zijnde decretale bepalingen wijzigen, vervangen of opheffen. § 2. De bevoegdheid die bij § 1 aan de Vlaamse Regering wordt opgedragen, vervalt op de datum van de toewijzing van het personeel, van de goederen en van de rechten en plichten.

De besluiten die krachtens § 1 zijn vastgesteld, houden op uitwerking te hebben indien zij niet bij decreet bekrachtigd zijn binnen de 12 maanden na de datum van hun inwerkingtreding. De bekrachtiging werkt terug tot deze laatste datum. Na de in het eerste lid bedoelde data kunnen de besluiten die krachtens § 1 zijn vastgesteld en bekrachtigd alleen bij decreet worden gewijzigd, vervangen of opgeheven. HOOFDSTUK VII. - Machtigingsbepaling

Art. 11.§ 1. De Vlaamse Regering wordt ermee belast de bestaande wets- en decreetsbepalingen betreffende de Vlaamse Adviesraad voor Bestuurszaken te wijzigen, aan te vullen, te vervangen of op te heffen, om ze in overeenstemming te brengen met de bepalingen van dit decreet en van het decreet van 18 juli 2003 tot regeling van strategische adviesraden.

De besluiten die krachtens deze paragraaf worden vastgesteld, houden op uitwerking te hebben indien zij niet bij decreet zijn bekrachtigd binnen de negen maanden na de datum van hun inwerkingtreding. De bekrachtiging werkt terug tot deze laatste datum.

De in deze paragraaf aan de Vlaamse Regering opgedragen bevoegdheid vervalt negen maanden na de inwerkingtreding van dit decreet. Na die datum kunnen de besluiten die krachtens deze paragraaf zijn vastgesteld en zijn bekrachtigd alleen bij decreet worden gewijzigd, aangevuld, vervangen of opgeheven. § 2. De Vlaamse Regering wordt ermee belast de bepalingen van de wetten en decreten betreffende de Vlaamse Adviesraad voor Bestuurszaken, alsook de bepalingen die daarin uitdrukkelijk of stilzwijgend wijzigingen hebben aangebracht tot het tijdstip van de coördinatie, te coördineren. Te dien einde kan de regering : 1° de te coördineren bepalingen anders inrichten, inzonderheid opnieuw ordenen en vernummeren;2° de verwijzingen in de te coördineren bepalingen dienovereenkomstig vernummeren;3° de te coördineren bepalingen met het oog op onderlinge overeenstemming en eenheid van terminologie herschrijven zonder te raken aan de erin neergelegde beginselen;4° de verwijzingen naar de in de coördinatie opgenomen bepalingen die in andere niet in de coördinatie opgenomen bepalingen voorkomen, naar de vorm aanpassen. De coördinatie treedt pas in werking nadat zij bekrachtigd is door het Vlaams Parlement. HOOFDSTUK VIII. - Wijzigings- en slotbepalingen

Art. 12.Het decreet van 30 maart 1999 houdende de oprichting van een Hoge Raad voor Binnenlands Bestuur wordt opgeheven.

Art. 13.De Vlaamse Regering bepaalt de datum waarop dit decreet in werking treedt.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 28 april 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, M. KEULEN _______ Nota (1) Zitting 2005-2006. Stukken. - Ontwerp van decreet, 735 - Nr. 1. - Verslag, 735 - Nr. 2. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering, 735 - Nr. 3.

Handelingen. - Bespreking en aanneming : Vergadering van 19 april 2006.

^