Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 09 juli 1999
gepubliceerd op 15 juli 1999

Ministerieel besluit houdende delegatie van het bestuur en de vertegenwoordiging van de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
1999035966
pub.
15/07/1999
prom.
09/07/1999
ELI
eli/besluit/1999/07/09/1999035966/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

9 JULI 1999. - Ministerieel besluit houdende delegatie van het bestuur en de vertegenwoordiging van de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest


De Vlaamse minister van Leefmilieu en Tewerkstelling, Gelet het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, zoals gewijzigd, inzonderheid artikel 38 ervan;

Gelet de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, zoals gewijzigd, inzonderheid artikel 1, A en artikel 8, eerste lid ervan;

Gelet het koninklijk besluit van 30 juli 1981 houdende vaststelling van de statuten van de « Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaamse Gewest », zoals gewijzigd, inzonderheid het artikel 3 ervan;

Gelet het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1997 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering, zoals gewijzigd, inzonderheid de artikelen 6, 14, 15, 4° en 22 ervan;

Gelet, voor zover nodig, artikel 3 van de gecoördineerde wetten van 12 januari 1973 op de Raad van State, zoals gewijzigd;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Aangezien uit de met het dictum van de door de Raad van State verleende arrest nr. 81.375 van 28 juni 1999, betekend, ingevolge brief van de griffie van de Raad van 7 juli 1999, op 8 juli 1999 verbonden overwegende blijkt dat het besluit van de Vlaamse regering van 12 juni 1995 houdende organisatie van de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaamse Gewest en de regeling van de rechtspositie van het personeel, minstens zolang dat besluit niet in extenso gepubliceerd is in het Belgisch Staatsblad, geen geldige rechtsgrond kan vormen voor de regelen terzake het gedelegeerd bestuur en de gedelegeerde vertegenwoordiging van de O.V.A.M.;

Aangezien met name de dagdagelijkse werking van de O.V.A.M., zo intern als extern, ten alle prijze moet worden gevrijwaard en elke discontinuïteit in de werking van deze openbare dienst, gelet het belang en de veelzijdigheid van de opdrachten, al was het maar voor één dag, absoluut moet worden vermeden, Besluit :

Artikel 1.De leidend ambtenaar van de O.V.A.M. is verantwoordelijk voor de organisatie en het bestuur van de instelling. Hij coördineert de werkzaamheden en is belast met het toezicht op de werking ervan.

Daartoe worden hem alle bevoegdheden van interne orde en dagelijks bestuur, met inbegrip van de vertegenwoordiging van de instelling in en buiten recht, en met uitzondering van de in artikel 2 opgesomde handelingen, gedelegeerd.

De leidend ambtenaar kan deze taken en bevoegdheden, mits kennisgeving aan de functioneel bevoegde Vlaamse minister, op algemene wijze delegeren aan de adjunct-leidend ambtenaar en aan de ambtenaren van rang A2, die op hun beurt delegaties kunnen verlenen aan ambtenaren van rang A1. Voor specifieke materies kan de leidend ambtenaar tevens taken en bevoegdheden rechtstreeks aan ambtenaren van rang A1 delegeren.

De adjunct-leidend ambtenaar van de O.V.A.M. is medeverantwoordelijk voor het bestuur van de instelling. Hij rapporteert periodiek aan de leidend ambtenaar over het gebruik van de aan hem gedelegeerde bevoegdheden. Dat doen ook de andere ambtenaren van niveau A.

Art. 2.Volgende handelingen moeten aan de functioneel bevoegde Vlaamse minister, ter voorafgaandelijke goedkeuring of ondertekening, worden voorgelegd : - alle briefwisseling met federale ministers of staatssecretarissen en met gewest- of gemeenschapsministers; - zendingsopdrachten van de leidend ambtenaar van meer dan drie dagen naar het buitenland.

Art. 3.De leidend ambtenaar wordt bij zijn afwezigheid vervangen door de adjunct-leidend ambtenaar, zoniet door een plaatsvervanger die hij aanduidt.

Art. 4.Dit besluit treedt onmiddellijk in werking. Het houdt op uitwerking te hebben de dag van de publicatie in het Belgisch Staatsblad van het besluit van de Vlaamse regering in toepassing van artikel 38 van het decreet van 2 juli 1981 aangaande de regeling van de rechtspositie van de leidend ambtenaar en de adjunct-leidend ambtenaar en van het overige personeel van de O.V.A.M. en uiterlijk op 31 oktober 1999.

Brussel, 9 juli 1999.

Th. KELCHTERMANS

^