Etaamb.openjustice.be
Document
gepubliceerd op 04 december 2009

Voor gebruik in gewasbeschermingsmiddelen toegelaten werkzame stoffen Deze lijst is een aanvulling van de eerder in het Belgisch Staatsblad gepubliceerde lijsten met werkzame stoffen (...) Nummer, richtlijn tot opneming in bijlage I van Ri(...)

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2009024363
pub.
04/12/2009
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU


Voor gebruik in gewasbeschermingsmiddelen toegelaten werkzame stoffen Deze lijst is een aanvulling van de eerder in het Belgisch Staatsblad gepubliceerde lijsten (laatste aanvulling : Belgisch Staatsblad van 3 maart 2009) met werkzame stoffen opgenomen in bijlage I van Richtlijn 91/414/EEG betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, waarnaar wordt verwezen in het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik.

Nummer, richtlijn tot opneming in bijlage I van Richtlijn 91/414/EEG {/Title}

Benaming, identificatienummers

IUPAC-benaming

Zuiverheid

Inwerkingtreding

Geldigheidsduur

Specifieke bepalingen

276 2009/11/EG

Bensulfuron CAS-nr. 83055-99-6 CIPAC-nr. 502.201

alpha-[(4,6-(Dimethoxypyrimidine-2-ylcarbamoyl)sulfamoyl]-o-toluylzuur (bensulfuron) Methyl-alpha-[(4,6-dimethoxypyrimidine-2-ylcarbamoyl)sulfamoyl]-o-toluaat (bensulfuron-methyl)

=> 975 g/kg

1 november 2009

31 oktober 2019

DEEL A Alleen voor gebruik als herbicide.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over bensulfuron dat op 8 december 2008 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de bescherming van in het water levende organismen; ten aanzien van deze risico's moeten zo nodig risicobeperkende maatregelen, zoals bufferzones, worden toegepast; - de bescherming van het grondwater, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever bij de Commissie de volgende informatie indient : - verdere studies naar de specificatie van de werkzame stof; - informatie voor de verdere beoordeling van de snelheid waarmee en de weg waarlangs afbraak van bensulfuron-methyl plaatsvindt in natte aerobe bodem; - informatie ter beoordeling van de relevantie van metabolieten ten behoeve van de inschatting van het risico voor de consument. Zij moeten ervoor zorgen dat dergelijke studies uiterlijk op 31 oktober 2011 aan de Commissie worden verstrekt.

277 2009/11/EG

Natrium-5-nitroguaiacolaat CAS-nr. 67233-85-6 CIPAC-nr. : niet toegewezen

Natrium-2-methoxy-5-nitrofenolaat

=> 980 g/kg

1 november 2009

31 oktober 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als groeiregulator voor planten.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over natrium-5-nitroguaiacolaat, natrium-o-nitrofenolaat en natrium-p-nitrofenolaat dat op 2 december 2008 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de specificatie van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, die bevestigd en met passende analytische gegevens onderbouwd moet worden. Het in de toxiciteitsdossiers gebruikte materiaal moet worden vergeleken met deze specificatie van het technische materiaal en aan de hand daarvan worden gecontroleerd; - de bescherming van de toedieners en de veiligheid van de werknemers.

De toegelaten gebruiksvoorwaarden moeten de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen en risicobeperkende maatregelen ter vermindering van de blootstelling voorschrijven; - de bescherming van het grondwater, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De toelatingsvoorwaarden moeten indien nodig risicobeperkende maatregelen omvatten. De betrokken lidstaten verzoeken om aanvullende studies ter bevestiging van de risicobeoordeling voor het grondwater. Zij moeten ervoor zorgen dat dergelijke studies uiterlijk op 31 oktober 2011 aan de Commissie worden verstrekt.

278 2009/11/EG

Natrium-o-nitrofenolaat CAS-nr. 824-39-5 CIPAC-nr. : niet toegewezen

Natrium-2-nitrofenolaat; natrium-o-nitrofenolaat

=> 980 g/kg.

De volgende onzuiverheden zijn in toxicologisch opzicht van belang : Fenol maximumgehalte : 0,1 g/kg. 2,4-dinitrofenol maximumgehalte : 0,14 g/kg. 2,6-dinitrofenol maximumgehalte : 0,32 g/kg.

1 november 2009

31 oktober 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als groeiregulator voor planten.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over natrium-5-nitroguaiacolaat, natrium-o-nitrofenolaat, natrium-p-nitrofenolaat dat op 2 december 2008 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de specificatie van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, die bevestigd en met passende analytische gegevens onderbouwd moet worden. Het in de toxiciteitsdossiers gebruikte materiaal moet worden vergeleken met deze specificatie van het technische materiaal en aan de hand daarvan worden gecontroleerd; - de bescherming van de toedieners en de veiligheid van de werknemers.

De toegelaten gebruiksvoorwaarden moeten de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen en risicobeperkende maatregelen ter vermindering van de blootstelling voorschrijven; - de bescherming van het grondwater, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De toelatingsvoorwaarden moeten indien nodig risicobeperkende maatregelen omvatten.

De betrokken lidstaten verzoeken om aanvullende studies ter bevestiging van de risicobeoordeling voor het grondwater. Zij moeten ervoor zorgen dat dergelijke studies uiterlijk op 31 oktober 2011 aan de Commissie worden verstrekt.

279 2009/11/EG

Natrium-p-nitrofenolaat CAS-nr. 824-78-2 CIPAC-nr. : niet toegewezen

Natrium-4-nitrofenolaat; natrium p-nitrofenolaat

=> 998 g/kg.

De volgende onzuiverheden zijn in toxicologisch opzicht van belang : Fenol maximumgehalte : 0,1 g/kg 2,4-dinitrofenol maximumgehalte : 0,07 g/kg 2,6-dinitrofenolmaximumgehalte : 0,09 g/kg

1 november 2009

31 oktober 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als groeiregulator voor planten.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over natrium-5-nitroguaiacolaat, natrium-o-nitrofenolaat en natrium-p-nitrofenolaat dat op 2 december 2008 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de specificatie van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, die bevestigd en met passende analytische gegevens onderbouwd moet worden. Het in de toxiciteitsdossiers gebruikte materiaal moet worden vergeleken met deze specificatie van het technische materiaal en aan de hand daarvan worden gecontroleerd; - de bescherming van de toedieners en de veiligheid van de werknemers.

De toegelaten gebruiksvoorwaarden moeten de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen en risicobeperkende maatregelen ter vermindering van de blootstelling voorschrijven; - de bescherming van het grondwater, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De toelatingsvoorwaarden moeten indien nodig risicobeperkende maatregelen omvatten.

De betrokken lidstaten verzoeken om aanvullende studies ter bevestiging van de risicobeoordeling voor grondwater. Zij moeten ervoor zorgen dat dergelijke studies uiterlijk op 31 oktober 2011 aan de Commissie worden verstrekt.

280 2009/11/EG

Tebufenpyrad CAS-nr. 119168-77-3 CIPAC-nr. 725

N-(4-tert-butylbenzyl)-4-chloor-3-ethyl-1-methylpyrazool-5-carboxamide

=> 980 g/kg

1 november 2009

31 oktober 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als acaricide en insecticide.

DEEL B Bij het beoordelen van aanvragen voor toelating van gewasbeschermingsmiddelen die tebufenpyrad bevatten in andere formuleringen dan in water oplosbare zakken, moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de criteria in artikel 10, 2° van het koninklijk besluit van 28/02/94, en ervoor zorgen dat de benodigde informatie en gegevens worden verstrekt voordat de toelating wordt verleend. Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over tebufenpyrad dat op 2 december 2008 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de veiligheid van de toedieners en de werknemers en ervoor zorgen dat de gebruiksvoorwaarden de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven; - de bescherming van in het water levende organismen en ervoor zorgen dat de toelatingsvoorwaarden indien nodig risicobeperkende maatregelen omvatten, zoals bufferzones; - de bescherming van insectenetende vogels en ervoor zorgen dat de toelatingsvoorwaarden indien nodig risicobeperkende maatregelen omvatten.

De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever de volgende informatie bij de Commissie indient : - verdere informatie waaruit blijkt dat er geen relevante onzuiverheden aanwezig zijn; - informatie voor de verdere beoordeling van het risico voor insectenetende vogels. Zij moeten ervoor zorgen dat dergelijke studies uiterlijk op 31 oktober 2011 aan de Commissie worden verstrekt.

281 2009/37/EG

Chloormequat CAS-nr. 7003-89-6 (chloormequat) CAS-nr. 999-81-5 (chloormequat-chloride) CIPAC-nr. 143 (chloormequat) CIPAC-nr. 143.302 (chloormequat-chloride)

2-chloorethyltrimethyl-ammonium (chloormequat) 2-chloorethyltrimethyl-ammoniumchloride (chloormequatchloride)

=> 636 g/kg. Onzuiverheden : 1,2-dichloorethaan : max. 0,1 g/kg (droog chloormequatchloridegehalte).

Chlooretheen (vinylchloride) : max. 0,0005 g/kg (droog chloormequatchloridegehalte).

1 december 2009

30 november 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als groeiregulator op granen.

DEEL B Bij het beoordelen van aanvragen voor toelating van gewasbeschermingsmiddelen die chloormequat bevatten voor andere toepassingen dan voor rogge en triticale, met name wat de blootstelling van de consumenten betreft, moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de criteria in artikel 10, 2° van het koninklijk besluit van 28/02/94, en ervoor zorgen dat de vereiste informatie en gegevens worden verstrekt voordat de toelating wordt verleend. Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over chloormequat dat op 23 januari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de veiligheid van de toedieners, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat in de gebruiksvoorwaarden de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen wordt voorgeschreven; - de bescherming van vogels en zoogdieren.

De toelatingsvoorwaarden moeten indien nodig risicobeperkende maatregelen omvatten.

De betrokken lidstaten moeten verzoeken om overlegging van nadere informatie over het gedrag en de lotgevallen (uit te voeren adsorptiestudies bij 20 °C, herberekening van de voorspelde concentraties in grondwater, oppervlaktewater en sediment), de monitoringmethoden voor de bepaling van de stof in dierlijke producten en water, en het risico voor waterorganismen, vogels en zoogdieren.

Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever op wiens verzoek chloormequat in deze bijlage is opgenomen, deze informatie uiterlijk op 30 november 2011 bij de Commissie indient.

282 2009/37/EG

Koperverbindingen : koperhydroxide CAS-nr. 20427-59-2 CIPAC-nr. 44.305 koperoxychloride CAS-nr. 1332-65-6 of 1332-40-7 CIPAC-nr. 44.602 koperoxide CAS-nr. 1317-39-1 CIPAC-nr. 44.603 Bordeauxse pap CAS-nr. 8011-63-0 CIPAC-nr. 44.604 tribasisch kopersulfaat CAS-nr. 12527-76-3 CIPAC-nr. 44.306

Koper(II)hydroxide Dikoperchloridetrihy-droxide Koperoxide Niet toegekend Niet toegekend

=> 573 g/kg => 550 g/kg => 820 g/kg => 245 g/kg => 490 g/kg.

De volgende onzuiverheden zijn uit toxicologisch oogpunt van belang en mogen de onderstaande niveaus niet overschrijden : lood : max. 0,0005 g/kg (kopergehalte). cadmium : max. 0,0001 g/kg (kopergehalte). arseen : max. 0,0001 g/kg (kopergehalte).

1 december 2009

30 november 2016

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als bactericide en fungicide.

DEEL B Bij het beoordelen van aanvragen voor toelating van gewasbeschermingsmiddelen die koper bevatten voor andere toepassingen dan voor tomaten in kassen, moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de criteria in artikel 10, 2° van het koninklijk besluit van 28/02/94, en ervoor zorgen dat de vereiste informatie en gegevens worden verstrekt voordat de toelating wordt verleend. Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over koperverbindingen dat op 23 januari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de specificatie van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, die bevestigd en met passende analytische gegevens onderbouwd moet worden. Het in de toxiciteitsdossiers gebruikte testmateriaal moet worden vergeleken met deze specificatie van het technische materiaal en aan de hand daarvan worden gecontroleerd; - de veiligheid van de toedieners en werknemers, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat de gebruiksvoorwaarden indien nodig de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven; - de bescherming van in het water levende en niet tot de doelsoorten behorende organismen. Ten aanzien van deze risico's moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen, zoals bufferzones, worden toegepast; - de hoeveelheid toegediende werkzame stof, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat, wat dosering en aantal toedieningen betreft, zo gering mogelijke hoeveelheden worden toegelaten om het gewenste effect te bereiken.

De betrokken lidstaten moeten verzoeken om overlegging van informatie voor de verdere beoordeling van : - het risico van inhalering; - het risico voor niet tot de doelsoorten behorende organismen en voor bodem en water. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever op wiens verzoek koperverbindingen in deze bijlage zijn opgenomen, deze informatie uiterlijk op 30 november 2011 bij de Commissie indient.

De lidstaten moeten monitoringprogramma's opzetten in kwetsbare gebieden waar de verontreiniging van de bodem met koper een probleem vormt om, zo nodig, beperkingen vast te stellen, zoals maximale toedieningsdoses.

283 2009/37/EG

Propaquizafop CAS-nr. 111479-05-1 CIPAC-nr. 173

2-isopropylideenamino-oxyethyl-(R)-2-[4-(6-chloorchinoxaline-2-yloxy)fenoxy]propionaat

=> 920 g/kg. Tolueen : maximaal gehalte 5 g/kg

1 december 2009

30 november 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over propaquizafop dat op 23 januari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan :de specificatie van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, die bevestigd en met passende analytische gegevens onderbouwd moet worden. Het in de toxiciteitsdossiers gebruikte testmateriaal moet worden vergeleken met deze specificatie van het technische materiaal en aan de hand daarvan worden gecontroleerd : - de veiligheid van de toedieners, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat in de gebruiksvoorwaarden de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen wordt voorgeschreven; - de bescherming van in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende planten, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat de toelatingsvoorwaarden, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten, zoals bufferzones; - de bescherming van niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat de toelatingsvoorwaarden, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten.

De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever de volgende informatie bij de Commissie indient : - nadere informatie over de relevante onzuiverheid Ro 41-5259; - informatie voor de verdere beoordeling van het risico voor in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen.

Zij moeten ervoor zorgen dat deze informatie uiterlijk op 30 november 2011 aan de Commissie wordt verstrekt.

284 2009/37/EG

Quizalofop-P : Quizalofop-P-ethyl CAS-nr. 100646-51-3 CIPAC-nr. 641.202 Quizalofop-P-tefuryl CAS-nr. 119738-06-6 CIPAC-nr. 641.226

ethyl-(R)-2-[4-(6-chloorchinoxaline-2-yloxy)fenoxy]propionaat (RS)-tetrahydrofurfuryl- (R)-2-[4-(6-chloorchinoxaline-2-yloxy)fenoxy]propionaat


=> 950 g/kg => 795 g/kg

1 december 2009

30 november 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over quizalofop-P dat op 23 januari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan :de specificatie van het technische materiaal zoals commercieel vervaardigd, die bevestigd en met passende analytische gegevens onderbouwd moet worden. Het in de toxiciteitsdossiers gebruikte testmateriaal moet worden vergeleken met deze specificatie van het technische materiaal en aan de hand daarvan worden gecontroleerd : - de veiligheid van de toedieners en de werknemers en ervoor zorgen dat de gebruiksvoorwaarden de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven; - de bescherming van niet tot de doelsoorten behorende planten, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat de toelatingsvoorwaarden, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten, zoals bufferzones. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever bij de Commissie nadere informatie over het risico voor niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen indient. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever deze informatie uiterlijk op 30 november 2011 aan de Commissie verstrekt.

285 2009/37/EG

Teflubenzuron CAS-nr. 83121-18-0 CIPAC-nr. 450

1-(3,5-dichloor-2,4-difluorfenyl)-3-(2,6-difluorbenzoyl)ureum

=> 970 g/kg

1 december 2009

30 november 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als insecticide in kassen (op artificieel substraat of in gesloten substraatteeltsysteem).

DEEL B Bij het beoordelen van aanvragen voor toelating van gewasbeschermingsmiddelen die teflubenzuron bevatten voor andere toepassingen dan voor tomaten in kassen, moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de criteria in artikel 10, 2° van het koninklijk besluit van 28/02/94, en ervoor zorgen dat de vereiste informatie en gegevens worden verstrekt voordat de toelating wordt verleend. Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over teflubenzuron dat op 23 januari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de veiligheid van de toedieners en werknemers, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat de gebruiksvoorwaarden, indien nodig, de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven; - de bescherming van in het water levende organismen. Bij toediening in kassen moet het vrijkomen van de stof zoveel mogelijk worden beperkt en moet in elk geval worden vermeden dat de stof in significante niveaus in wateroppervlakken in de nabijheid terechtkomt; - de bescherming van bijen, waarvan de toegang tot de kassen moet worden voorkomen; - de bescherming van in de kassen uitgezette bestuiverkoloniën; - de veilige verwijdering van condenswater, afvoerwater en substraat ter voorkoming van risico's voor niet tot de doelsoorten behorende organismen en de verontreiniging van oppervlakte- en grondwater. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten.

286 2009/37/EG

Zèta-cypermethrin CAS-nr. 52315-07-8 CIPAC-nr. 733

Mengsel van de stereo-isomeren (S)-alpha-cyaan-3-fenoxybenzyl- (1RS,3RS;1RS,3SR)-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2 dimethylcyclopropaan-carboxylaat waarbij de verhouding tussen het isomerenpaar (S);(1RS,3RS) en het isomerenpaar (S);(1RS,3SR) in het bereik 45-55 respectievelijk 55-45 ligt

=> 850 g/kg. Onzuiverheden : tolueen : max. 2 g/kg. teer : max. 12,5 g/kg.

1 december 2009

30 november 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als insecticide.

DEEL B Bij het beoordelen van aanvragen voor toelating van gewasbeschermingsmiddelen die zèta-cypermethrin bevatten voor andere toepassingen dan voor granen, met name wat betreft de blootstelling van de consumenten aan 3-fenoxybenzaldehyd, een afbraakproduct dat bij de verwerking kan worden gevormd, moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de criteria in artikel 10, 2° van het koninklijk besluit van 28/02/1994, en ervoor zorgen dat de vereiste informatie en gegevens worden verstrekt voordat de toelating wordt verleend. Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over zèta-cypermethrin dat op 23 januari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de veiligheid van de toedieners, waarbij er zo nodig voor moet worden gezorgd dat de gebruiksvoorwaarden de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven; - de bescherming van vogels, in het water levende organismen, bijen, niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen en niet tot de doelsoorten behorende, in de grond levende macro-organismen.

De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten.

De betrokken lidstaten moeten verzoeken om overlegging van nadere informatie over het gedrag en de lotgevallen (aerobe afbraak in de bodem) en het langetermijnrisico voor vogels, in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever op wiens verzoek zèta-cypermethrin in deze bijlage is opgenomen, deze informatie uiterlijk op 30 november 2011 bij de Commissie indient.

287 2009/77/EG

Chloorsulfuron CAS-nr. 64902-72-3 CIPAC-nr. 391

1-(2-chloorfenylsulfonyl)-3-(4-methoxy-6-methyl-1,3,5-triazine-2-yl)ureum

=> 950 g/kg. Onzuiverheden : 2-chloorbenzeen- sulfonamide (IN-A4097) niet meer dan 5 g/kg en 4-methoxy-6-methyl-1,3,5-triazine-2-amine (IN-A4098) niet meer dan 6 g/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over chloorsulfuron dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij de algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de bescherming van in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende planten; ten aanzien van deze risico's moeten zo nodig risicobeperkende maatregelen, zoals bufferzones, worden toegepast; - de bescherming van het grondwater, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever vóór 1 januari 2010 verdere studies over de specificatie bij de Commissie indient. Als chloorsulfuron wordt ingedeeld als kankerverwekkend van categorie 3 overeenkomstig punt 4.2.1 van bijlage VI bij Richtlijn 67/548/EEG, moeten de betrokken lidstaten voorschrijven dat nadere informatie over de relevantie van de metabolieten IN-A4097, IN-A4098, IN-JJ998, IN-B5528 en IN-V7160 ten aanzien van kanker wordt ingediend en ervoor zorgen dat de kennisgever die informatie aan de Commissie verstrekt binnen zes maanden na de kennisgeving van het indelingsbesluit betreffende die stof.

288 2009/77/EG

Cyromazine CAS-nr. 66215-27-8 CIPAC-nr. 420

N-cyclopropyl-1,3,5-triazine-2,4,6-triamine

=> 950 g/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als insecticide in kassen.

DEEL B Bij het beoordelen van aanvragen voor toelating van gewasbeschermingsmiddelen die cyromazine bevatten voor andere toepassingen dan voor tomaten, met name wat de blootstelling van de consumenten betreft, moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de criteria in artikel 10, 2° van het koninklijk besluit van 28/02/94, en ervoor zorgen dat de vereiste informatie en gegevens worden verstrekt voordat de toelating wordt verleend. Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over cyromazine dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij de algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de bescherming van het grondwater, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden; - de bescherming van in het water levende organismen; - de bescherming van bestuivers. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten. De betrokken lidstaten moeten voorschrijven dat nadere informatie wordt verstrekt over de lotgevallen en het gedrag van de bodemmetaboliet NOA 435343 en over het risico voor in het water levende organismen. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever op wiens verzoek cyromazine in deze bijlage is opgenomen, deze informatie uiterlijk op 31 december 2011 bij de Commissie indient.

289 2009/77/EG

Dimethachloor CAS-nr. 50563-36-5 CIPAC-nr. 688

2-chloor-N-(2-methoxyethyl)aceet-2',6'-xylidide

=> 950 g/kg. Onzuiverheid 2,6-dimethylaniline : niet meer dan 0,5 g/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A De stof mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide, waarbij slechts elke drie jaar op hetzelfde perceel max. 1,0 kg/ha mag worden toegepast.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over dimethachloor dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij de algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de veiligheid van de toedieners, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat in de gebruiksvoorwaarden de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen wordt voorgeschreven; - de bescherming van in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende planten; ten aanzien van deze risico's moeten zo nodig risicobeperkende maatregelen, zoals bufferzones, worden toegepast; - de bescherming van het grondwater, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De toelatingsvoorwaarden moeten risicobeperkende maatregelen omvatten en er moeten zo nodig monitoringprogramma's worden opgezet om mogelijke grondwaterverontreiniging met de metabolieten CGA 50266, CGA 354742, CGA 102935 en SYN 528702 in kwetsbare gebieden te controleren. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever vóór 1 januari 2010 verdere studies over de specificatie bij de Commissie indient. Als dimethachloor wordt ingedeeld als kankerverwekkend van categorie 3 overeenkomstig punt 4.2.1 van bijlage VI bij Richtlijn 67/548/EEG, moeten de betrokken lidstaten voorschrijven dat nadere informatie over de relevantie van de metabolieten CGA 50266, CGA 354742, CGA 102935 en SYN 528702 ten aanzien van kanker wordt ingediend en ervoor zorgen dat de kennisgever die informatie aan de Commissie verstrekt binnen zes maanden na de kennisgeving van het indelingsbesluit betreffende die stof.

290 2009/77/EG

Etofenprox CAS-nr. 80844-07-1 CIPAC-nr. 471

2-(4-ethoxyfenyl)-2-methylpropyl-3-fenoxybenzylether

=> 980 g/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als insecticide.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over etofenprox dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij de algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de veiligheid van de toedieners en de werknemers en ervoor zorgen dat de gebruiksvoorwaarden de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven; - de bescherming van in het water levende organismen; ten aanzien van deze risico's moeten zo nodig risicobeperkende maatregelen, zoals bufferzones, worden toegepast; - de bescherming van bijen en niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen; ten aanzien van deze risico's moeten zo nodig risicobeperkende maatregelen, zoals bufferzones, worden toegepast. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat : - de kennisgever aan de Commissie nadere informatie verstrekt over het risico voor in het water levende organismen, inclusief het risico voor sedimentbewoners en biomagnificatie; - verdere studies worden verstrekt naar de mogelijkheid van hormoonontregeling bij in het water levende organismen (studie naar de volledige levenscyclus van vissen). Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever deze studies uiterlijk op 31 december 2011 aan de Commissie verstrekt.

291 2009/77/EG

Lufenuron CAS-nr. 103055-07-8 CIPAC-nr. 704

(RS)-1-[2,5-dichloor-4-(1,1,2,3,3,3-hexafluor-propoxy)fenyl]-3-(2,6-difluorbenzoyl)ureum

=> 970 g/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten als insecticide voor indoortoepassingen of gebruik in outdoor-aasstations.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over lufenuron dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij de algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de hoge persistentie in het milieu en het hoge risico van bioaccumulatie en ervoor zorgen dat het gebruik van lufenuron geen schadelijke effecten op de lange termijn voor niet tot de doelsoorten behorende organismen heeft; - de bescherming van vogels, zoogdieren, niet tot de doelsoorten behorende bodemorganismen, bijen, niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen, oppervlaktewateren en in het water levende organismen in kwetsbare situaties. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever vóór 1 januari 2010 verdere studies over de specificatie bij de Commissie indient.

292 2009/77/EG

Penconazool CAS-nr. 66246-88-6 CIPAC-nr. 446

(RS)-1-[2-(2,4-dichloor-fenyl)-pentyl]-1H-1,2,4-triazool

=> 950 g/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als fungicide in kassen.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over penconazool dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij de algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de bescherming van het grondwater, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten. De betrokken lidstaten moeten voorschrijven dat nadere informatie wordt verstrekt over de lotgevallen en het gedrag van de bodemmetaboliet U1. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever op wiens verzoek penconazool in deze bijlage is opgenomen, deze informatie uiterlijk op 31 december 2011 bij de Commissie indient.

293 2009/77/EG

Triallaat CAS-nr. 2303-17-5 CIPAC-nr. 97

S-2,3,3-trichloorallyl diisopropyl (thiocarbamaat)

=> 940 g/kg.

NDIPA (nitroso-diisopropylamine) maximaal 0,02 mg/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over triallaat dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij de algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de veiligheid van de toedieners, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat in de gebruiksvoorwaarden de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen wordt voorgeschreven; - de blootstelling van de consumenten via het voedsel aan residuen van triallaat in behandelde gewassen alsook in volg- en wisselbouwgewassen en in producten van dierlijke oorsprong; - de bescherming van in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende planten, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat de toelatingsvoorwaarden, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten, zoals bufferzones; - de mogelijke verontreiniging van het grondwater met afbraakproducten TCPSA, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever de volgende informatie bij de Commissie indient : - nadere informatie ter beoordeling van het primaire plantmetabolisme; - nadere informatie over de lotgevallen en het gedrag van de bodemmetaboliet diisopropylamine; - nadere informatie over de mogelijkheid van biomagnificatie in watervoedselketens; - informatie voor de verdere beoordeling van het risico voor visetende zoogdieren en het langetermijnrisico voor regenwormen. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever deze informatie uiterlijk op 31 december 2011 aan de Commissie verstrekt.

294 2009/77/EG

Triflusulfuron CAS-nr. 126535-15-7 CIPAC-nr. 731

2-[4-dimethylamino-6-(2,2,2-trifluorethoxy)-1,3,5-triazine-2-ylcarbamoylsulfamoyl]-m-toluylzuur

=> 960 g/kg.

N,N-dimethyl-6-(2,2,2-trifluorethoxy)-1,3,5-triazine-2,4-diamine max. 6 g/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A De stof mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide voor suiker- en voederbiet, waarbij slechts elke drie jaar op hetzelfde perceel max. 60 g/ha mag worden toegepast. Het loof van behandelde gewassen mag niet aan vee worden vervoederd.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over triflusulfuron dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij de algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de blootstelling van de consumenten via het voedsel aan residuen van de metabolieten IN-M7222 en IN-E7710 in volg- en wisselbouwgewassen en in producten van dierlijke oorsprong; - de bescherming van in het water levende organismen en waterplanten tegen het risico dat uitgaat van triflusulfuron en de metaboliet IN-66036, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat de toelatingsvoorwaarden, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten, zoals bufferzones; - de mogelijke verontreiniging van het grondwater met de afbraakproducten IN-M7222 en IN-W6725, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten. Als triflusulfuron wordt ingedeeld als kankerverwekkend van categorie 3 overeenkomstig punt 4.2.1 van bijlage VI bij Richtlijn 67/548/EEG, moeten de betrokken lidstaten voorschrijven dat nadere informatie over de relevantie van de metabolieten IN-M7222, IN-D8526 en IN-E7710 ten aanzien van kanker wordt ingediend. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever die informatie aan de Commissie verstrekt binnen zes maanden na de kennisgeving van het indelingsbesluit betreffende die stof.

295 2009/70/EG

Difenacum CAS-nr. 56073-07-5 CIPAC-nr. 514

3-[(1RS,3RS;1RS,3SR)-3-bifenyl-4-yl-1,2,3,4-tetrahydro-1-naftyl]-4-hydroxycumarine

=> 905 g/kg

1 januari 2010

30 december 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als rodenticide in de vorm van kant-en-klaar aas, geplaatst in speciaal gebouwde, veilige en niet te openen lokdozen. De nominale concentratie van de werkzame stof in de producten mag niet meer bedragen dan 50 mg/kg. Toelatingen moeten worden beperkt tot professionele gebruikers.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over difenacum dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de bescherming van vogels en niet tot de doelsoorten behorende zoogdieren tegen primaire en doorvergiftiging.

Indien nodig moeten risicobeperkende maatregelen worden toegepast. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever bij de Commissie nadere informatie indient over de methoden voor de bepaling van residuen van difenacum in lichaamsvloeistoffen. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever deze informatie uiterlijk op 30 november 2011 aan de Commissie verstrekt. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever bij de Commissie nadere informatie indient over de specificatie van de werkzame stof zoals vervaardigd. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever deze informatie uiterlijk op 31 december 2009 aan de Commissie verstrekt.

296 2009/70/EG

Didecyldimethyl-ammoniumchloride CAS-nr. : niet toegewezen CIPAC-nr. : niet toegewezen

Didecyldimethyl-ammoniumchloride is een mengsel van alkylquaternaire ammoniumzouten met typische alkylketenlengten van C8, C10 en C12, met meer dan 90 % C10

=> 70 % (technisch concentraat)

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor indoortoepassingen als bactericide, fungicide, herbicide en algicide voor sierplanten.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over didecyldimethylammoniumchloride dat op 12 maart 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de bescherming van de veiligheid van de toedieners en de werknemers. De toegelaten gebruiksvoorwaarden moeten de toepassing van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen en risicobeperkende maatregelen ter vermindering van de blootstelling voorschrijven; - de bescherming van in het water levende organismen. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten. De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever uiterlijk op 1 januari 2010 respectievelijk 31 december 2011 bij de Commissie nadere informatie indient over de specificatie van de werkzame stof zoals vervaardigd respectievelijk over het risico voor in het water levende organismen.

297 2009/70/EG

Zwavel CAS-nr. 7704-34-9 CIPAC-nr. 18

Zwavel

=> 990 g/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als fungicide en acaricide.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over zwavel dat op 12 maart 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de bescherming van vogels, zoogdieren, in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten.

De betrokken lidstaten moeten ervoor zorgen dat de kennisgever bij de Commissie nadere informatie indient ter bevestiging van het risico voor vogels, zoogdieren, in het sediment levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever op wiens verzoek zwavel in deze bijlage is opgenomen, deze informatie uiterlijk op 30 juni 2011 bij de Commissie indient.

298 2009/82/EG

Tetraconazool CAS-nr. 112281-77-3 CIPAC-nr. 726

(RS)-2-(2,4-dichloorfenyl)-3-(1H-1,2,4-triazool-1-yl)-propyl-1,1,2,2-tetrafluorethylether

=> 950 g/kg (racemisch mengsel).

Onzuiverheid tolueen : niet meer dan 13 g/kg

1 januari 2010

31 december 2019

DEEL A De stof mag alleen worden toegestaan voor gebruik als fungicide voor veldgewassen, waarbij slechts elke drie jaar op hetzelfde perceel maximaal 0,100 kg/ha mag worden toegepast. Gebruik van de stof voor appelen en druiven mag niet worden toegestaan.

DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over tetraconazool dat op 26 februari 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij de algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de bescherming van in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende planten; ten aanzien van deze risico's moeten zo nodig risicobeperkende maatregelen, zoals bufferzones, worden toegepast; - de bescherming van het grondwater, wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden. De betrokken lidstaten moeten de volgende informatie verlangen : - nadere informatie over een verfijnde evaluatie van de risico's voor de consumenten; - nadere informatie over de specificatie betreffende ecotoxicologie; - nadere informatie over de lotgevallen en het gedrag van potentiële metabolieten in alle relevante compartimenten; - nadere informatie over de verfijnde evaluatie van de risico's van dergelijke metabolieten voor vogels, zoogdieren, in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen; - nadere informatie over de mogelijke hormoonontregelende effecten op vogels, zoogdieren en vissen. Zij moeten ervoor zorgen dat de kennisgever deze informatie uiterlijk op 31 december 2011 aan de Commissie verstrekt.

299 2009/115/EG

Methomyl CAS-nr. 16752-77-50 CIPAC-nr. : 264

S-methyl-(EZ)-N- (methylcarbamoyloxy) thioaceetimidaat

=> 980 g/kg

1 september 2009

31 augustus 2019

DEEL A Mag uitsluitend worden gebruikt als insecticide op groenten in dosissen die niet meer bedragen dan 0,25 kg werkzame stof per hectare per toediening en voor maximaal 2 toedieningen per seizoen.

Toelatingen moeten worden beperkt tot professionele gebruikers. DEEL B Voor de toepassing van de uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over methomyl (en met name met de aanhangsels I en II), dat op 12 juni 2009 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd. Bij deze algemene evaluatie moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan : - de veiligheid van de toedieners : de gebruiksvoorwaarden moeten het gebruik van geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen voorschrijven.

Er moet bijzondere aandacht worden besteed aan de blootstelling van toedieners die gebruikmaken van rugspuiten of andere handgedragen toedieningsapparatuur; - de bescherming van vogels; - de bescherming van in het water levende organismen : de toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten, zoals bufferzones, beperking van de lozing van regen- en afvalwater en driftreductiedoppen; - de bescherming van niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen, met name bijen : er moeten risicobeperkende maatregelen worden genomen om elk contact met bijen te vermijden. De lidstaten moeten ervoor zorgen dat op methomyl gebaseerde formuleringen doeltreffende afstotende en/of braakmiddelen bevatten. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, verdere risicobeperkende maatregelen omvatten.

^