Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 01 april 1998
gepubliceerd op 09 juni 1998

Koninklijk besluit tot regeling van de eigendomsoverdracht, van de Staat naar het Vlaamse Gewest, van het Gravensteen te Gent

bron
diensten van de eerste minister, ministerie van financien en ministerie van ambtenarenzaken
numac
1998021107
pub.
09/06/1998
prom.
01/04/1998
ELI
eli/besluit/1998/04/01/1998021107/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 APRIL 1998. - Koninklijk besluit tot regeling van de eigendomsoverdracht, van de Staat naar het Vlaamse Gewest, van het Gravensteen te Gent


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 3 en 39 van de Grondwet;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, zoals gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988, inzonderheid op de artikelen 3, 6 en 12;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 december 1936 tot rangschikking als monument van het Oud-Gravensteen te Gent;

Op de voordracht van Onze Eerste Minister, van Onze Minister van Financiën, van Onze Minister van Wetenschapsbeleid, van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De Staat draagt aan het Vlaamse Gewest de volle eigendom over van haar aandeel : - dat de helft bedraagt in de onroerende goederen gekadastreerd Gent, 1e afdeling, sectie A, nrs. 327G (7 a 8 ca) - 327H (2 a 12 ca) - 372B (2 a 37 ca), en - in de volgende onroerende goederen gekadastreerd Gent, 1e afdeling, sectie A, nrs. 330B (9 a 25 ca) - 330C (5 a 6 ca) - 332B (80 ca) - 338A (1 a 97 ca) - 339A (84 ca) - 324B (34 a 68 ca) - 368A (2 a 18 ca) - 383B (13 a 2 ca).

Art. 2.Het in artikel 1 vermelde goed wordt overgedragen in de staat waarin het zich bevindt, met de actieve en passieve erfdienstbaarheden, de bijzondere lasten en verplichtingen verbonden aan zijn verwerving, evenals de gebeurlijk aan derden toegestane rechten.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4.Onze Eerste Minister, Onze Minister van Financiën, Onze Minister van Wetenschapsbeleid en Onze Minister van Ambtenarenzaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 april 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, J.-L. DEHAENE De Minister van Financiën, Ph. MAYSTADT De Minister van Wetenschapsbeleid, Y. YLIEFF De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT

^