Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit
gepubliceerd op 17 oktober 2008

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 april 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf, betreffende het conventioneel brugpensioen op 56 jaar

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2008012860
pub.
17/10/2008
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 JULI 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 april 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf, betreffende het conventioneel brugpensioen op 56 jaar (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 april 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf, betreffende het conventioneel brugpensioen op 56 jaar.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 juli 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 26 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 1 april 1999.

Koninklijk besluit van 7 december 1992, Belgisch Staatsblad van 11 december 1992.

Koninklijk besluit van 16 januari 1975, Belgisch Staatsblad van 31 januari 1975.

Bijlage Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 april 2007 Conventioneel brugpensioen op 56 jaar (Overeenkomst geregistreerd op 11 juli 2007 onder het nummer 83826/CO/113)

Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf ressorteren, met uitzondering van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de pannenbakkerijen.

Art. 2.In uitvoering van afdeling VI van hoofdstuk III van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, en onverminderd de bepalingen van het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen, wordt het principe van de toepassing van een stelsel van conventioneel brugpensioen toegestaan in deze sector voor het personeel dat kiest voor deze formule en dat de leeftijd van 56 jaar bereikt tussen 1 januari 2007 en 31 december 2008.

Art. 3.Het toepassingsgebeid van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 gesloten in de Nationale Arbeidsraad is uitgebreid tot de werklieden van 56 jaar en meer, ontslagen met het oog op conventioneel brugpensioen.

De ontslagen werknemer moet 33 jaar beroepsverleden als loontrekkende kunnen aantonen en 20 jaar in een stelsel van nachtarbeid.

Art. 4.Overgang van tijdskrediet of van vermindering van de arbeidsprestaties (+ 50 jaar) naar brugpensioen : a) De aanvullende vergoeding brugpensioen wordt na halftijds tijdskrediet en 4/5e loopbaanvermindering in het kader van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.77bis berekend op basis van het voltijds loon dat van toepassing zou geweest zijn op het ogenblik van de overgang naar het brugpensioen indien de arbeider geen tijdskrediet of loopbaanvermindering zou genomen hebben. b) De aanvullende vergoeding brugpensioen wordt na een vermindering van de arbeidsprestaties in het kader van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.77bis van de leeftijd van 50 jaar naar een halftijdse of een 4/5e tewerkstelling berekend op basis van het voltijds loon dat van toepassing zou geweest zijn op het ogenblik van de overgang naar het brugpensioen indien de werkman zijn arbeidsprestaties niet zou verminderd hebben.

Art. 5.De algemene maatregelen van toepassing in dit regime zijn deze voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17.

Art. 6.De aanvullende vergoeding boven de werkloosheidsuitkeringen bedraagt in ieder geval de maximale bedrijfstussenkomst; het bedrag van de aanvullende vergoeding wordt gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, volgens de toepassingsmodaliteiten inzake de werkloosheidsuitkeringen. Bovendien wordt het bedrag van de vergoeding jaarlijks door het Nationale Arbeidsraad herzien, op 1 januari, naargelang de algemene loonsevolutie.

Elke andere tussenkomst toegekend aan de bruggepensioneerden op grond van reglementaire, wettelijke of conventionele maatregelen, huidige of toekomstige, zal in vermindering komen van de werkgeverstussenkomst.

Het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van het bedrijf is gebonden aan de voorwaarde dat zij recht hebben en genieten van werkloosheidsuitkeringen. De uitbetaling van de aanvullende vergoeding eindigt bij het overlijden van de rechthebbenden.

De modaliteiten van de maandelijkse uitbetaling van de aanvullende vergoeding zijn bepaald door de directie, in overleg met de betrokkene en de vakbondsafvaardiging.

De bruggepensioneerde is verplicht zijn bedrijf op de hoogte te houden van alle veranderingen inzake zijn statuut van bruggepensioneerde. Hij moet in het bijzonder : - driemaandelijks het bewijs leveren dat hij werkloosheidsuitkeringen geniet; - de maatschappij op de hoogte stellen van de herneming van beroepsbezigheid.

Art. 7.Met toepassing van de artikelen 4bis, 4ter en 4quater van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals gewijzigd door collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006, wordt het recht op de aanvullende vergoeding toegekend aan de werknemers die ontslagen werden in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst behouden ten laste van de vorige werkgever, wanneer deze werknemers het werk als loontrekkende hervatten bij een andere werkgever dan die welke hen ontslagen heeft en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.

Het recht op de aanvullende vergoeding toegekend aan de werknemers die ontslagen zijn in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt eveneens behouden ten laste van de vorige werkgever in geval van uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit, op voorwaarde dat deze activiteit niet uitgeoefend wordt voor rekening van de werkgever die hen ontslagen heeft of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.

De werknemers bedoeld in dit artikel behouden het recht op de aanvullende vergoeding zodra een einde werd gemaakt aan hun tewerkstelling in het kader van een arbeidsovereenkomst of van de uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit. Zij leveren in dit geval aan hun vorige werkgever (in de zin van de eerste paragraaf van dit artikel) het bewijs van hun recht op werkloosheidsuitkeringen.

In het geval beoogd in de vorige paragraaf mogen werknemers geen twee of meer aanvullende stelsels cumuleren. Wanneer zij zich in de omstandigheden bevinden om verscheidene aanvullende stelsels te genieten, behouden zij het recht op het stelsel dat toegekend werd door de werkgever die hen ontslagen heeft (in de zin van de eerste paragraaf van dit artikel).

Art. 8.In uitvoering van de wettelijke bepalingen en de diverse bepalingen betreffende het sociaal overleg, wordt het voltijds brugpensioen toegekend aan de ontslagen werknemers van 56 jaar en meer op voorwaarde dat zij 33 jaar beroepsverleden hebben als loontrekkende, 20 jaar bewijzen in een stelsel met nachtarbeid.

Art. 9.De vervangingsplicht van een voltijds bruggepensioneerde blijft behouden behalve wettelijke en ministeriële uitzonderingen.

Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten op nationaal niveau, en treedt in werking op 1 januari 2007 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2008.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 juli 2008.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET

^