Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 01 oktober 2003
gepubliceerd op 19 november 2003

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de bestaanszekerheid

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2003201044
pub.
19/11/2003
prom.
01/10/2003
ELI
eli/besluit/2003/10/01/2003201044/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 OKTOBER 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de bestaanszekerheid (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de bestaanszekerheid.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 oktober 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage- Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 mei 2003 Bestaanszekerheid (Overeenkomst geregistreerd op 20 juni 2003 onder het nummer 66587/CO/116)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is toepasselijk op de werkgevers en op de arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid.

Met « arbeiders » wordt verstaan : de arbeiders en de arbeidsters.

Aanvullende werkloosheidsuitkeringen bij gedeeltelijke werkloosheid

Art. 2.De arbeiders die ten minste zes maanden anciënniteit in de onderneming hebben en die gedeeltelijk werkloos worden gesteld ingevolge economische of technische redenen of ingevolge overmacht in hoofde van de onderneming hebben recht, ten laste van hun werkgever en gedurende een periode van maximum vijftig dagen per jaar, op een aanvullende werkloosheidsuitkering vastgelegd vanaf 1 januari 2003 op 6,9410 EUR per dag gedeeltelijke werkloosheid en vanaf 1 januari 2004 op 7,20 EUR per dag gedeeltelijke werkloosheid.

Voor de arbeiders, jonger dan 19 jaar, wordt deze uitkering vastgelegd, eveneens gedurende een periode van maximum vijftig dagen per jaar, op 6,2469 EUR per dag gedeeltelijke werkloosheid vanaf 1 januari 2003 en op 6,48 EUR per dag gedeeltelijke werkloosheid vanaf 1 januari 2004.

Vergoedingen bij ontslag om economische of technische redenen of redenen van structurele aard

Art. 3.De arbeiders die door hun werkgever worden ontslagen om economische of technische redenen, of redenen van structurele aard hebben recht, ten laste van hun werkgever, op een vergoeding waarvan het bedrag als volgt wordt vastgelegd : - 54,5366 EUR na 1 jaar dienst; - 111,5521 EUR na 2 jaar dienst; - 163,6097 EUR na 5 jaar dienst; verhoogd met een bedrag van 14,8736 EUR per jaar dienst boven de 5 jaar, evenwel beperkt tot een maximumbedrag van 461,0820 EUR na 25 jaar dienst.

Aanvullende werkloosheidsuitkeringen bij ontslag om economische of technische redenen of redenen van structurele aard

Art. 4.Onverminderd de vergoeding bij ontslag om economische of technische redenen of redenen van structurele aard, zoals bepaald in artikel 3 hierboven, wordt volgende bijzondere regeling van aanvullende werkloosheidsuitkering voorzien voor arbeiders volgens onderstaand schema, die om economische of technische redenen of redenen van structurele aard worden ontslagen.

Arbeiders met een anciënniteit in de onderneming van 10 tot minder dan 15 jaar in de onderneming ontvangen het in artikel 2 voorziene dagbedrag van aanvullende werkloosheidsuitkering voor de eerste 44 bewezen dagen effectieve werkloosheid, die aanvangen vanaf het verstrijken van de opzeggingstermijn of vanaf het verstrijken van de door de opzeggingsvergoeding gedekte periode.

Voor arbeiders met een anciënniteit in de onderneming van 15 tot minder dan 20 jaar in de onderneming wordt dit gebracht op de eerste 66 bewezen dagen effectieve werkloosheid.

Voor arbeiders met een anciënniteit in de onderneming van 20 jaar en meer wordt dit gebracht op de eerste 88 bewezen dagen effectieve werkloosheid.

Het recht op deze aanvullende werkloosheidsuitkering vervalt vanaf de eerste dag van werkhervatting.

Art. 5.De in de ondernemingen bestaande voor de arbeiders gunstiger stelsels blijven behouden.

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een onbepaalde duur en treedt in werking op 1 januari 2003, met uitzondering van artikel 4, dat vanaf 1 maart 2003 in werking treedt.

Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 mei 2001 betreffende de bestaanszekerheid, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, in uitvoering van het nationaal akkoord 2001-2002 van 7 maart 2001, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 april 2002 (Belgisch Staatsblad van 27 juli 2002).

Zij kan door elk der partijen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter wordt toegezonden. De poststempel geldt als bewijs.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 oktober 2003.

De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE

^