Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit
gepubliceerd op 22 november 2006

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 december 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, tot toekenning van een eindejaarspremie

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006202771
pub.
22/11/2006
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 SEPTEMBER 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 december 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, tot toekenning van een eindejaarspremie (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 1 december 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, tot toekenning van een eindejaarspremie.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 september 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden Collectieve arbeidsovereenkomst van 1 december 2005 Toekenning van een eindejaarspremie (Overeenkomst geregistreerd op 4 april 2006 onder het nummer 79298/CO/323) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die tot de bevoegdheid behoren van het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden. HOOFDSTUK II. - Definities

Art. 2.Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst moet worden verstaan onder : - "werknemers" : de bedienden, de arbeiders en de conciërges, zowel mannen als vrouwen, zoals gedefinieerd in artikelen 3, 5 en 7 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 december 2005 betreffende de beroepsindeling en de lonen, afgesloten binnen het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, met uitsluiting van de dienstboden, zoals gedefinieerd in artikel 8 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst; - "brutoloon" : - het brutoloon, met inbegrip van de contractuele premies en voordelen in natura die rechtstreeks verbonden zijn aan de door de werknemers verrichte prestaties waarop sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd zijn; - premies en gelijkaardige voordelen die worden toegekend onafhankelijk van het aantal effectief gewerkte dagen tijdens het aangiftekwartaal; - "fonds" : het "Waarborg- en Sociaal fonds voor het beheer van gebouwen". HOOFDSTUK III. - Bedrag Afdeling 1. - Bedienden

Art. 3.Voor zover voldaan wordt aan de hierna vermelde voorwaarden wordt een jaarlijkse premie gelijk aan het maandloon betaald aan de bedienden.

Commerciële medewerkers die geheel of gedeeltelijk op basis van commissies worden vergoed, hebben eveneens recht op een (eventueel) beperkte eindejaarspremie begrensd tot het hoogste bedrag van de 3de categorie, tenzij de vaste wedde hoger is dan het bedrag van de 3de categorie. In dat geval wordt de premie beperkt tot het bedrag van de vaste wedde.

Deze premie wordt rechtstreeks betaald door de werkgevers. Afdeling 2. - Huisbewaarders met een arbeidsovereenkomst

voor bedienden

Art. 4.Voor zover voldaan wordt aan de voorwaarden hierna vermeld, wordt aan de huisbewaarders met een arbeidsovereenkomst voor bedienden, een jaarlijkse premie toegekend waarvan het bedrag als volgt wordt vastgesteld : - in december 2005, 4,17 pct. van het verdiende brutoloon van het dienstjaar; - in december 2006, 6,25 pct. van het verdiende brutoloon van het dienstjaar; - vanaf december 2007, 8,33 pct. van het verdiende brutoloon van het dienstjaar.

Deze premie wordt rechtstreeks betaald door de werkgevers. Afdeling 3. - Arbeiders en huisbewaarders

met een arbeidsovereenkomst voor werklieden

Art. 5.Voor zover voldaan wordt aan de voorwaarden hierna vermeld, wordt aan de arbeiders en huisbewaarders met een arbeidsovereenkomst voor werklieden een jaarlijkse premie toegekend waarvan het bedrag als volgt wordt vastgesteld : - in december 2005, 4,17 pct. van het verdiende brutoloon van het dienstjaar; - in december 2006, 6,25 pct. van het verdiende brutoloon van het dienstjaar; - vanaf december 2007, 8,33 pct. van het verdiende brutoloon van het dienstjaar.

Deze premie wordt betaald door het fonds volgens modaliteiten vastgelegd door de raad van bestuur van het fonds in hoofdstuk IV, afdeling 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Afdeling 4. - Overgangsmaatregelen voor arbeiders en huisbewaarders

met een arbeidsovereenkomst voor werklieden

Art. 6.Voor de arbeiders en huisbewaarders die, voor de inwerkingtreding van deze overeenkomst, recht hadden op een eindejaarspremie (of een gelijkwaardig voordeel), betalen de werkgevers : - in december 2005 : het verschil tussen het bedrag waarop ze recht hebben (op basis van dezelfde toekenningsmodaliteiten en berekeningswijze die van toepassing waren bij de betaling van de laat-ste premie) en de tussenkomst van het fonds, vastgelegd op 4,17 pct. van het verdiende brutoloon van het dienstjaar; - in december 2006 : het verschil tussen het bedrag waarop ze recht hebben (op basis van dezelfde toekenningsmodaliteiten en berekeningswijze die van toepassing waren bij de betaling van de laatste premie) en de tussenkomst van het fonds, vastgelegd op 6,25 pct. van het verdiende brutoloon van het dienstjaar. HOOFDSTUK IV. - Modaliteiten Afdeling 1. - Bedienden en huisbewaarders

met een arbeidsovereenkomst voor bedienden

Art. 7.De te vervullen voorwaarden zijn de volgende : - verbonden zijn door een arbeidsovereenkomst, op het ogenblik van de betaling van de premie behalve voor de in artikel 10 vermelde gevallen; - op het ogenblik van de betaling van de premie een anciënniteit in de sector hebben van minstens 60 werkdagen; - in de onderneming in dienst zijn getreden ten laatste de eerste dag van het beschouwde dienstjaar; voor de werknemers die in de onderneming in dienst zijn getreden na de eerste dag van het beschouwde dienstjaar en die een effectieve aanwezigheid hebben van ten minste zestig werkdagen, verhoudt de premie zich tot het uitbetaalde brutoloon.

Onder "dienstjaar" wordt verstaan : de periode van twaalf maanden ingaand op 1 juli van het vorig kalenderjaar en aflopend op 30 juni van het lopend kalenderjaar.

Art. 8.Het bedrag van de premie mag worden herleid naar rato van de afwezigheden in de loop van het jaar, die niet voortspruiten uit de toepassing van de wettelijke, reglementaire en conventionele bepalingen inzake jaarlijkse vakantie, wettelijke feestdagen, kort verzuim, beroepsziekte, arbeidsongeval en bevallingsrust en van 60 dagen ziekte of ongeval.

Art. 9.Behoudens andere bepalingen overeengekomen op ondernemingsvlak, wordt deze premie betaald samen met het loon van december.

Art. 10.Hebben recht op de premie berekend naar rato van de prestaties van het lopende dienstjaar, wanneer zij de onderneming verlaten voor de datum van betaling van de premie en voor zover zij een anciënniteit van zestig werkdagen hebben in de sector op het ogenblik van hun vertrek : a) de werknemers die, behalve om dwingende reden, door de werkgever in de loop van het jaar werden ontslagen;b) de gepensioneerden;c) de bruggepensioneerden (in toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.17 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975, aangevuld bij de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17bis, gesloten op 29 januari 1976 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1976); d) de gerechtigden van een brugrustpensioen (in toepassing van het koninklijk besluit nr.95 van 28 september 1982 betreffende het brugrustpensioen voor werknemers - Belgisch Staatsblad van 29 september 1985).

Hebben recht op een premie naar rato van de prestaties van het lopende dienstjaar, de werknemers die in de loop van het jaar zelf ontslag hebben genomen en voor zover zij een anciënniteit in de sector van minstens 5 jaar kunnen bewijzen.

Art. 11.De eindejaarspremie zal eveneens naar rato worden uitbetaald aan de werknemers die werden aangeworven binnen het kader van een contract voor bepaalde duur van minstens zes maand en die de onderneming verlaten voor de betaling van de premie.

Het recht op de premie berekend naar rato van de prestaties van het lopende dienstjaar wordt per volledig gepresteerde kalendermaand toegekend. Afdeling 2. - Arbeiders en huisbewaarders

met een arbeidsovereenkomst voor werklieden

Art. 12.De te vervullen voorwaarden zijn de volgende : - op 30 juni van het dienstjaar verbonden zijn door een arbeidsovereenkomst met een werkgever uit de sector, behalve voor de in artikel 15 vermelde gevallen; - op 30 juni van het dienstjaar een anciënniteit in de sector hebben van minstens zestig werkdagen; - in de onderneming in dienst zijn getreden ten laatste de eerste dag van het beschouwde dienstjaar; voor de werknemers die in de onderneming in dienst zijn getreden na de eerste dag van het beschouwde dienstjaar en die een effectieve aanwezigheid hebben van ten minste zestig werkdagen, verhoudt de premie zich tot het uitbetaalde brutoloon.

Onder "dienstjaar" wordt verstaan : de periode van twaalf maanden ingaand op 1 juli van het vorige kalenderjaar en aflopend op 30 juni van het lopende kalenderjaar.

Art. 13.Het bedrag van de premie mag worden herleid naar rato van de afwezigheden in de loop van het jaar, die niet voortspruiten uit de toepassing van de wettelijke, reglementaire en conventionele bepalingen inzake jaarlijkse vakantie, wettelijke feestdagen, kort verzuim, beroepsziekte, arbeidsongeval en bevallingsrust en van 60 dagen ziekte of ongeval.

Art. 14.Behoudens andere bepalingen overeengekomen op ondernemingsvlak, wordt deze premie betaald eind december van het kalenderjaar waarin het dienstjaar afloopt.

Art. 15.Hebben recht op de premie berekend naar rato van de prestaties van het lopende dienstjaar, wanneer zij de onderneming verlaten voor de datum van betaling van de premie en voor zover zij een anciënniteit van 60 werkdagen hebben in de sector op het ogenblik van hun vertrek : a) de werknemers die, behalve om dwingende reden, door de werkgever in de loop van het jaar werden ontslagen;b) de gepensioneerden;c) de bruggepensioneerden (in toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.17 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975, aangevuld bij de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17bis, gesloten op 29 januari 1976 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1976); d) de gerechtigden van een brugrustpensioen (in toepassing van het koninklijk besluit nr.95 van 28 september 1982 betreffende het brugrustpensioen voor werknemers - Belgisch Staatsblad van 29 september 1985).

Hebben recht op een premie naar rato van de prestaties van het lopende dienstjaar, de werknemers die in de loop van het jaar zelf ontslag hebben genomen en voor zover zij een anciënniteit in de sector van minstens 5 jaar kunnen bewijzen. HOOFDSTUK V. - Interpretatie van de overeenkomst

Art. 16.Bij interpretaties van deze overeenkomst is enkel de raad van bestuur van het fonds bevoegd om uitspraak te doen daaromtrent. HOOFDSTUK VI. - Duur van de overeenkomst

Art. 17.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 december 2005.

Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2004 (koninklijk besluit van 1 september 2005 - Belgisch Staatsblad van 16 november 2005), gesloten in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie.

Zij wordt gesloten voor een onbepaalde duur en kan door één van de partijen opgezegd worden, mits een opzegging van drie maanden, gericht bij aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^