Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 02 augustus 2007
gepubliceerd op 23 augustus 2007

Koninklijk besluit tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de rechtbank van koophandel te Kortrijk

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2007009749
pub.
23/08/2007
prom.
02/08/2007
ELI
eli/besluit/2007/08/02/2007009749/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

2 AUGUSTUS 2007. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de rechtbank van koophandel te Kortrijk


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, inzonderheid op artikel 84, gewijzigd bij de wet van 17 juli 1997, op artikel 85, gewijzigd bij de wet van 15 juli 1970, op artikel 86, op artikel 88, gewijzigd bij de wet van 15 juli 1970, op artikel 89, gewijzigd bij de wet van 17 februari 1997, op artikel 90, gewijzigd bij de wet van 22 december 1998, op artikel 91, gewijzigd bij de wetten van 3 augustus 1992, 11 juli 1994 en 28 maart 2000, op artikel 92, gewijzigd bij de wetten van 3 augustus 1992 en 28 november 2000 en op de artikelen 93, 95 en 96;

Gelet op het koninklijk besluit van 30 oktober 1970 tot vaststelling van het bijzonder reglement van de rechtbank van koophandel te Kortrijk, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 1 oktober 1971, 20 december 1974, 6 juni 1991 en 19 januari 1999;

Gelet op de adviezen van de eerste voorzitter van het hof van beroep te Gent, van de eerste voorzitter van het arbeidshof te Gent, van de procureur-generaal bij het hof van beroep te Gent, van de voorzitter van de rechtbank van koophandel te Kortrijk, van de procureur des Konings te Kortrijk, van de hoofdgriffier van de rechtbank van koophandel te Kortrijk en van de stafhouder van de Orde van advocaten te Kortrijk;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De rechtbank van koophandel te Kortrijk bestaat uit zes kamers.

Art. 2.De inleiding van de zaken geschiedt als volgt : - op donderdag voor de eerste kamer, behalve in de hierna vermelde gevallen; - elke eerste en derde woensdag van de maand voor de vijfde kamer : de vorderingen strekkende tot faillietverklaring, de rechtsmiddelen tegen vonnissen of beschikkingen inzake faillissement en alle vorderingen en geschillen rechtstreeks ontstaan uit het faillissement overeenkomstig de voorschriften van de faillissementswet en waarvan de gegevens voor de oplossing zich bevinden in het bijzonder recht dat van toepassing is op het stelsel van het faillissement, evenals de vorderingen tot gerechtelijke ontbinding van vennootschappen en alle geschillen in verband met de gerechtelijk bevolen vereffening van vennootschappen; - op de dag dat de kamer zitting houdt aan dewelke de behandeling is toegewezen van de gerechtelijke akkoorden : de aanvragen tot het bekomen van een gerechtelijk akkoord, de rechtsmiddelen tegen vonnissen inzake gerechtelijk akkoord en alle vorderingen en geschillen rechtstreeks ontstaan uit het gerechtelijk akkoord overeenkomstig de voorschriften van de wet betreffende het gerechtelijk akkoord en waarvan de gegevens voor de oplossing zich bevinden in het bijzonder recht dat van toepassing is op het stelsel van het gerechtelijk akkoord; - op de dag dat de kamer zitting houdt aan dewelke de behandeling is toegewezen van de hoofdzaak : de vorderingen tot gedwongen tussenkomst en de verzoeken tot vrijwillige tussenkomst; - op donderdag en op maandag : de vorderingen in kort geding en zoals in kort geding; - op dinsdag inzake rechtsbijstand.

Art. 3.De dagen en uren van de zittingen worden vastgesteld als volgt : - de eerste kamer, op donderdag om 10 uur; - de tweede kamer, op dinsdag om 9 u. 30 m.; - de derde kamer, op vrijdag om 9 u. 30 m.; - de vierde kamer, op maandag om 9 u. 30 m.; - de vijfde kamer, op woensdag om 9 u. 30 m.; - de kamer voor handelsonderzoek, op dinsdag om 14 uur; - de zitting in kort geding en zoals in kort geding op donderdag om 9 u. 30 m.; - de zitting in kort geding op maandag om 14 uur; - de zitting zoals in kort geding op maandag om 14 u. 30 m.; - het bureau voor rechtsbijstand op dinsdag om 9 u. 15 m.

De zittingen duren ten minste drie uren, rolregeling en uitspraak van vonnissen niet inbegrepen.

Art. 4.Wanneer de behoeften van de dienst het rechtvaardigen, kan de voorzitter van de rechtbank hetzij van ambtswege of op verzoek van een rechter-kamervoorzitter, na het advies van de procureur des Konings en van de hoofdgriffier te hebben ingewonnen : - beslissen dat één of meer kamers bijkomende of buitengewone zittingen zullen houden op de dagen en uren die hij vaststelt; - beslissen om het aantal kamers, hun bevoegdheid en het aantal zittingen voorlopig te wijzigen.

In beide gevallen wordt zijn beschikking onmiddellijk ter kennis gebracht van de eerste voorzitter van het hof van beroep en van de procureur des Konings en ter griffie aangeplakt.

Art. 5.De voorzitter van de rechtbank bepaalt de dagen en uren van de vakantiezittingen en wijst de magistraten aan die er zitting nemen.

Wanneer de behoeften van de dienst het rechtvaardigen, kan de voorzitter van de rechtbank die lijst te allen tijde wijzigen.

Art. 6.Het koninklijk besluit van 30 oktober 1970 tot vaststelling van het bijzonder reglement van de rechtbank van koophandel te Kortrijk, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 1 oktober 1971, 20 december 1974, 6 juni 1991 en 19 januari 1999, wordt opgeheven.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2007.

Art. 8.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 2 augustus 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX

^