3 FEBRUARI 2000. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het ministerieel besluit van 29 november 1999 tot wijziging van het ministerieel besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1° en § 3, vervangen door de wet van 18 juli 1990;

Gelet op het ontwerp van officiële Duitse vertaling van het ministerieel besluit van 29 november 1999 tot wijziging van het ministerieel besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling van het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De bij dit besluit gevoegde tekst is de officiële Duitse vertaling van het ministerieel besluit van 29 november 1999 tot wijziging van het ministerieel besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven.

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 3 februari 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE

Bijlage 29. NOVEMBER 1999 - Ministerieller Erlass zur Abänderung des Ministeriellen Erlasses vom 30.Januar 1995 zur Regelung der Kostenerstattung durch den Staat für die Hilfeleistung, die die öffentlichen Sozialhilfezentren einem Bedürftigen gewährt haben, der die belgische Staatsangehörigkeit nicht besitzt und nicht im Bevölkerungsregister eingetragen ist Der Minister der Sozialen Eingliederung, Aufgrund des Gesetzes vom 2. April 1965 bezüglich der Übernahme der von den öffentlichen Sozialhilfezentren gewährten Hilfeleistungen, insbesondere des Artikels 11 § 2, ersetzt durch das Gesetz vom 9. Juli 1971;

Aufgrund des Grundlagengesetzes vom 8. Juli 1976 über die öffentlichen Sozialhilfezentren, insbesondere des Artikels 57ter Absatz 2, eingefügt durch das Gesetz vom 15. Juli 1996;

Aufgrund des Ministeriellen Erlasses vom 30. Januar 1995 zur Regelung der Kostenerstattung durch den Staat für die Hilfeleistung, die die öffentlichen Sozialhilfezentren einem Bedürftigen gewährt haben, der die belgische Staatsangehörigkeit nicht besitzt und nicht im Bevölkerungsregister eingetragen ist, abgeändert durch den Königlichen Erlass vom 12. Dezember 1996 und den Ministeriellen Erlass vom 2.

Februar 1999;

Aufgrund der Stellungnahme des Finanzinspektors vom 4. November 1999;

Aufgrund des Einverständnisses des Ministers des Haushalts vom 4.

November 1999;

Aufgrund der Dringlichkeit, dadurch begründet, dass der grosse Zustrom von Asylsuchenden in den letzten Monaten zu einer ständigen Überlastung der eröffneten Aufnahmezentren führt, dass die Asylsuchenden demzufolge für ihre Aufnahme immer öfter direkt an die öffentlichen Sozialhilfezentren verwiesen werden, dass die Regierung die Sozialhilfe der ÖSHZ von einer finanziellen Hilfe zu einer materiellen Hilfe umorientieren möchte, um der zur Zeit beeinträchtigten Qualität der Aufnahmepolitik entgegenzuwirken; da die ÖSHZ, die Asylsuchenden Sozialhilfe auf materiellem Wege im Rahmen einer Aufnahmeinitiative gewähren, daher dringend auf angemessene Weise vergütet werden müssen;

Aufgrund des Gutachtens des Staatsrates vom 10. November 1999, abgegeben in Anwendung von Artikel 84 Absatz 1 Nr. 2 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat, Erlässt: Artikel 1 - Artikel 6 des Ministeriellen Erlasses vom 30. Januar 1995 zur Regelung der Kostenerstattung durch den Staat für die Hilfeleistung, die die öffentlichen Sozialhilfezentren einem Bedürftigen gewährt haben, der die belgische Staatsangehörigkeit nicht besitzt und nicht im Bevölkerungsregister eingetragen ist, aufgehoben durch den Ministeriellen Erlass vom 2. Februar 1999, wird mit folgendem Wortlaut wieder aufgenommen: « Artikel 6 - In Abweichung von den Bestimmungen der Artikel 1, 2, 3 und 5 erstattet der Staat die Kosten für die Aufnahme von bedürftigen Asylsuchenden, die über eine Aufnahmeinitiative untergebracht sind, welche von einem Sozialhilfezentrum oder im Auftrag eines Sozialhilfezentrums auf der Grundlage eines zwischen dem Staat und dem ÖSHZ in Ausführung von Artikel 57ter Absatz 2 des Grundlagengesetzes vom 8. Juli 1976 über die öffentlichen Sozialhilfezentren abgeschlossenen Abkommens organisiert wird, zurück.

Die Rückerstattung besteht aus einem Pauschalbetrag von 1 110 BEF pro Tag und pro belegten Aufnahmeplatz. Wenn ein im Rahmen einer Aufnahmeinitiative angebotener Aufnahmeplatz nicht belegt wird, beläuft die Rückerstattung sich im Hinblick auf eine Vergütung der festen Kosten für die Organisation dieses Aufnahmeplatzes auf höchstens 60% des vorerwähnten Betrags.

Der Betrag von 1110 BEF wird einmal jährlich, am 1. Januar, der Entwicklung des Verbraucherpreisindexes angepasst, wobei als Basisindex der Index des Monats Juni 1996, nämlich 122,17, gilt.

Innerhalb der in Artikel 11 § 1 des Gesetzes vom 2. April 1965 bezüglich der Übernahme der von den öffentlichen Sozialhilfezentren gewährten Hilfeleistungen vorgesehenen Grenzen erstattet der Staat auch die Kosten für medizinische und pharmazeutische Leistungen zurück. » Art. 2 - Vorliegender Erlass tritt am Tag seiner Veröffentlichung im Belgischen Staatsblatt in Kraft.

Brüssel, den 29. November 1999 J. VANDE LANOTTE Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 3 februari 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE