Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 03 juni 2007
gepubliceerd op 05 juli 2007

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 november 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid in de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest en organisatie van het "Sociaal Fonds Sociale Maribel van de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en van het Waalse Gewest"

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2007201802
pub.
05/07/2007
prom.
03/06/2007
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

3 JUNI 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 november 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid in de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest en organisatie van het "Sociaal Fonds Sociale Maribel van de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en van het Waalse Gewest" (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 november 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid in de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest en organisatie van het "Sociaal Fonds Sociale Maribel van de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en van het Waalse Gewest".

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 3 juni 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 november 2006 Maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid in de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest en organisatie van het "Sociaal Fonds Sociale Maribel van de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en van het Waalse Gewest" (Overeenkomst geregistreerd op 12 januari 2007 onder het nummer 81546/CO/329.02)

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten overeenkomstig de bepalingen van de wet van 5 december 1968 op de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités en het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 2002).

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de organisaties die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en van het Waalse Gewest.

Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden en bedienden, onder welk statuut ook tewerkgesteld.

Art. 4.Onder "koninklijk besluit" wordt verstaan : het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 2002).

Onder "sociaal fonds" wordt begrepen : het "Sociaal Fonds Sociale Maribel voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en van het Waalse Gewest".

Art. 5.Overeenkomstig artikel 2 van het koninklijk besluit, komt een werknemer die, per trimester, minstens 50 pct. is tewerkgesteld van het aantal arbeidsuren of arbeidsdagen bepaald in de sector of in de organisatie voor een voltijdse betrekking, in aanmerking voor een vermindering van de werkgeversbijdragen.

Art. 6.De partijen komen overeen de inning van de bijdrageverminderingen toe te vertrouwen aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (R.S.Z.).

Art. 7.De werkgevers verbinden zich ertoe het bedrag van de bijdrageverminderingen bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit integraal te besteden aan de financiering van bijkomende werkgelegenheid.

Art. 8.Als, in afwijking van de verplichting om het tewerkstellingsvolume te handhaven, een werkgever verplicht is om het tewerkstellingsvolume te verminderen, mag hij niet worden uitgesloten uit de voordelen van de Sociale Maribel, op voorwaarde dat : - hij vooraf per aangetekende brief de vermindering van het arbeidsvolume meldt aan het sociaal fonds, met opgave van de vermindering die het arbeidsvolume uitgedrukt in voltijdse equivalenten ondergaat bij toepassing van de voorgestelde vermindering over een volledig kalenderjaar alsook de motivatie van de genoemde vermindering; - het sociaal fonds zijn instemming betuigt met het voorstel van vermindering van het arbeidsvolume op basis van vastgestelde objectieve criteria en bij gemotiveerde beslissing.

Art. 9.In toepassing van het koninklijk besluit zal elke werkgever die een financiële tegemoetkoming van het sociaal fonds geniet, jaarlijks een gedetailleerd verslag bezorgen aan het sociaal fonds ten laatste, op de datum die vastgesteld is in het reglement van het sociaal fonds.

Het niet naleven van deze bepalingen kan aanleiding geven tot sancties bepaald door het sociaal fonds.

Art. 10.Dit verslag moet minstens volgende gegevens bevatten : - de totale tewerkstelling uitgedrukt in personen en arbeidsuren voor de referentieperiode en voor de betrokken periode; - de nominatieve lijst van werknemers die dank zij de financiële tussenkomst van het sociaal fonds in dienst werden genomen, met hun arbeidsstelsel, hun functie en loonschaal, hun rang op de salarisschaal, het plafond van hun loon en de eventuele cofinanciering.

Indien nodig is het sociaal fonds gemachtigd bijkomende informatie op te vragen.

Een model van dit verslag zal door het sociaal fonds worden uitgewerkt.

Art. 11.Bij het voormelde verslag moet het bewijs worden gevoegd dat dit verslag in de ondernemingsraad, of bij ontstentenis, met de vakbondsafvaardiging of bij ontstentenis, met minstens twee regionale of nationale verantwoordelijken van de vakorganisaties die in het paritair subcomité zijn vertegenwoordigd, werd besproken en eventueel goedgekeurd.

Bij gebreke van akkoord binnen de 15 dagen die volgen op de betekening van het verslag door de werkgever aan de vertegenwoordigers van de werknemers, kan de meest gerede partij het verslag overmaken aan het sociaal fonds, dat zal beslissen.

Art. 12.Het sociaal fonds stuurt tegen 30 juni van elk kalenderjaar de volgende documenten aan de leidinggevend ambtenaar van de Federale Overheidsdienst voor Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg : 1. de lijst van de werkgevers die tijdens het gehele vorige kalenderjaar een financiële tegemoetkoming hebben genoten van het sociaal fonds;2. de lijst van de werkgevers die, in toepassing van artikel 14, het tewerkstellingsvolume van hun werknemers op wie het koninklijk besluit toepasbaar is hebben kunnen verminderen, tijdens het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar in de loop waarvan de lijst werd verstrekt, waarbij per werkgever de informatie wordt aangegeven die de werkgever heeft medegedeeld aan het sociaal fonds in toepassing van artikel 14 van het koninklijk besluit.

Art. 13.De werkgever is verplicht zonder verwijl alle nuttige inlichtingen aan het sociaal fonds door te geven en meer bepaald de arbeidsovereenkomsten, de verbreking van de overeenkomst, de vervangingen, de tenlasteneming door de ziekteverzekering en alle elementen die een wijziging van de subsidie tot gevolg kunnen hebben.

Het niet naleven van deze bepalingen kan aanleiding geven tot sancties bepaald door het sociaal fonds.

Art. 14.Tenzij het sociaal fonds beslist de termijn te verkorten, moeten de nieuwe indienstnemingen en de verhoging van het globaal tewerkstellingsvolume verwezenlijkt worden binnen de zes maanden die volgen op de betekening van de aanvaarding van de aanvraag tot toekenning van een financiële tussenkomst, zoals bepaald in artikel 18 van het koninklijk besluit, behalve wanneer er schriftelijk een afwijking wordt gevraagd aan het sociaal fonds.

Art. 15.De vervanging van de werknemers waarvan het contract geschorst of afgelopen is en waarvan de werkpost wordt gesubsidieerd door het sociaal fonds moet gebeuren binnen de zes maanden die volgen op het einde van het contract of het begin van de schorsing ervan, behalve voor een afwijking die schriftelijk werd aangevraagd aan het sociaal fonds.

In geval van niet-vervanging binnen de voorgeschreven termijn kan de raad van beheer van het sociaal fonds van rechtswege beslissen over de intrekking van de subsidie voor deze post.

Art. 16.Het sociaal fonds bepaalt de criteria die in rekening moeten worden genomen voor de goedkeuring van de aanvragen tot toekenning van een financiële tegemoetkoming.

Het sociaal fonds stelt het plafond van zijn tegemoetkomingen vast.

Het sociaal fonds kan geen jaarlijkse tegemoetkoming toekennen voor de toegekende banen in functie van het koninklijk besluit die de geplafonneerde reële loonkosten overschrijdt van de werknemer zoals vastgesteld per voltijds equivalent in het koninklijk besluit.

Het sociaal fonds kan voor de werknemers aangeworven in functie van het koninklijk besluit van 5 februari 1997 en wier loon, voor de betrokken werknemer, op het einde van de loopbaan het plafond vastgesteld in het koninklijk besluit zal overschrijden, een jaarlijkse tegemoetkoming toekennen die overeenstemt met de reële loonkosten van de werknemers geplafonneerd op 31.532 EUR, per voltijds equivalent.

De tegemoetkoming van het sociaal fonds is beperkt tot de bezoldigde effectieve of ermee gelijkgestelde prestaties.

De plafonds beoogd in dit artikel kunnen worden geïndexeerd, bij beslissing van het beheerscomité van het sociaal fonds, volgens de regels bepaald door de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de koppeling van de bezoldigingen aan het indexcijfer van de comsumptieprijzen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 14 september 1997 (Belgisch Staatsblad van 22 oktober 1997). De spil bedraagt op 1 januari 2007, 104,14 (basis 2004).

Onder "loonkosten" moet worden verstaan : het brutoloon van de werknemer, vermeerderd met de werkgeversbijdragen aan de sociale zekerheid. Het brutoloon omvat het loon alsook het geheel van de vergoedingen en voordelen die aan de werknemer verschuldigd zijn door of krachtens wettelijke of reglementaire bepalingen alsook de vergoedingen en voordelen die verschuldigd zijn krachtens collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in het paritair orgaan waaronder de werkgever valt.

Art. 17.De werkgevers die van plan zijn om een bijkomende inspanning te doen inzake tewerkstelling ter uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst moeten een aanvraag indienen tot toekenning van een financiële tegemoetkoming bij het sociaal fonds per ter post aangetekende brief.

Deze aanvraag tot toekenning van een financiële tegemoetkoming wordt opgesteld en ondertekend door de werkgever en zal ten minste een gedetailleerde omschrijving moeten omvatten van de verbintenissen inzake het scheppen van banen waarin voorzien is.

Het model van akte van kandidaatstelling, alsook van de lijst van de toe te voegen documenten wordt vastgesteld door het sociaal fonds.

Art. 18.Een kopie van de aanvraag tot toekenning van een financiële tegemoetkoming wordt vooraf voor informatie en bespreking voorgelegd aan de ondernemingsraad, of bij gebreke daarvan aan de vakbondsafvaardiging, of bij gebreke daarvan aan de werknemers.

De vertegenwoordigers van de werknemers of de werknemers beschikken over een termijn van 15 dagen vanaf de kennisgeving van de aanvraag tot toekenning van een financiële tegemoetkoming om schriftelijk opmerkingen aan de werkgever mede te delen. De eventuele opmerkingen worden hierbij gevoegd.

Art. 19.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2007 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd. Zij kan worden opgezegd door elke partij met een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend per ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en van het Waalse Gewest.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 3 juni 2007.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^