Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 03 mei 1999
gepubliceerd op 04 juni 1999

Koninklijk besluit tot wijziging van het KB/WIB 92

bron
ministerie van financien
numac
1999003335
pub.
04/06/1999
prom.
03/05/1999
ELI
eli/besluit/1999/05/03/1999003335/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

3 MEI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het KB/WIB 92 (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 108 van de Grondwet;

Gelet op de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen, inzonderheid op de artikelen 5, 7, 36, 37 en 41;

Gelet op het KB/WIB 92, inzonderheid : - op de artikelen 30 en 84; - op artikel 90, § 1, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 januari 1995 en 10 januari 1997; - op artikel 93, § 1, eerste lid, vervangen door het koninklijke besluit van 22 oktober 1993 en gewijzigd door de koninklijke besluiten van 20 januari 1994 en 10 januari 1997 en § 2, ingevoegd door het koninklijk besluit van 22 oktober 1993; - op de artikelen 137, 145 en 166;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van 23 april 1999;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting van 28 april 1999;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1,vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende : - dat dit besluit als voorwerp heeft de overeenstemming van sommige bepalingen van het KB/WIB 92 met het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals gewijzigd door de artikelen 5, 7, 36, 37 en 41 van de wet van 15maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen; - dat de voornoemde artikelen van de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen, in werking zullen treden de tiende dag volgend op hun bekendmaking in het Belgisch Staatsblad; - dat het dus noodzakelijk is, teneinde iedere vorm van juridische onzekerheid te vermijden, dat de bepalingen van dit besluit op dezelfde datum in werking treden; - dat dit besluit derhalve bij hoogdringendheid moet worden genomen;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 30 tweede lid van het KB/WIB 92, worden de woorden "bij de overeenkomstig artikel 297 van hetzelfde Wetboek aangewezen dienst" vervangen door de woorden "bij de bevoegde dienst".

Art. 2.In artikel 84 van hetzelfde besluit worden de woorden "bij de krachtens artikel 297 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 aangewezen" vervangen door de woorden "bij de bevoegde".

Art. 3.In artikel 90, § 1, eerste lid van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 januari 1995 en 10 januari 1997, worden de woorden "bij de krachtens artikel 297 van hetzelfde Wetboek aangewezen" vervangen door de woorden "bij de bevoegde".

Art. 4.In artikel 93, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen door het koninklijk besluit van 22 oktober 1993 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 20 januari 1994 en 10 januari 1997, en § 2, van hetzelfde besluit, ingevoegd door het koninklijk besluit van 22 oktober 1993, worden de woorden "bij de krachtens artikel 297 van hetzelfde Wetboek aangewezen" vervangen door de woorden "bij de bevoegde".

Art. 5.In artikel 137, van hetzelfde besluit, worden de woorden "bij de krachtens artikel 297 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 aangewezen" vervangen door de woorden "bij de bevoegde".

Art. 6.In artikel 145, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid wordt vervangen door het volgende lid : « Directe belastingen zomede de onroerende voorheffing verjaren door verloop van vijf jaren vanaf de datum waarop ze dienen betaald te zijn krachtens artikel 413 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.» 2° het volgende lid wordt tussen het eerste lid, zoals vervangen door artikel 6, 1o, van dit besluit, en het tweede lid ingevoegd : « De roerende voorheffing en de bedrijfsvoorheffing verjaren door verloop van vijf jaren vanaf de datum van uitvoerbaarverklaring van het kohier waarin ze zijn opgenomen krachtens artikel 304, § 1, 2° lid, van hetzelfde Wetboek.» 3° in het derde lid, worden de woorden "Die termijn" vervangen door de woorden "De termijn bedoeld in de vorige leden".

Art. 7.In artikel 166, § 3, van hetzelfde besluit, worden de woorden "In geval van bezwaar of van beroep" vervangen door de woorden "In geval van bezwaar, van een in artikel 376 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde aanvraag om ontheffing of van een vordering in rechte".

Art. 8.Dit besluit heeft uit werking met ingang van 6 april 1999.

Art. 9.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 3 mei 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van fiscale geschillen, Belgisch Staatsblad van 27 maart 1999. Wetten op de Raad van State, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 12 januari 1973, Belgisch Staatsblad van 21 maart 1973.

Wet van 4 juli 1989, Belgisch Staatsblad van 25 juli 1989.

Wet van 4 augustus 1996, Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1996, erratum 8 oktober 1996 .

Koninklijk besluit van 27 augustus 1993 tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, Belgisch Staatsblad van 13 september 1993.

Koninklijk besluit van 22 oktober 1993, Belgisch Staatsblad van 29 oktober 1993.

Koninklijk besluit van 20 januari 1994, Belgisch Staatsblad van 9 februari 1994.

Koninklijk besluit van 3 januari 1995, Belgisch Staatsblad van 17 januari 1995.

Koninklijk besluit van 10 januari 1997, Belgisch Staatsblad van 11 februari 1997.

^