Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 04 december 2001
gepubliceerd op 21 december 2001

Koninklijk besluit tot wijziging, met het oog op de omschakeling naar de euro, van diverse bepalingen inzake ambtenarenzaken die ressorteren onder de bevoegdheid van het Ministerie van Economische Zaken

bron
ministerie van economische zaken
numac
2001003568
pub.
21/12/2001
prom.
04/12/2001
ELI
eli/besluit/2001/12/04/2001003568/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

4 DECEMBER 2001. - Koninklijk besluit tot wijziging, met het oog op de omschakeling naar de euro, van diverse bepalingen inzake ambtenarenzaken die ressorteren onder de bevoegdheid van het Ministerie van Economische Zaken


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op de Verordeningen (EG) nr. 1103/97 van de Raad van 17 juni 1997 inzake bepaalde beschikkingen betreffende de invoering van de euro en nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 oktober 1951 betreffende het verlenen van bijzondere toelagen aan de personen belast met cursussen voor beroepsopleiding in het Ministerie van Economische Zaken en Middenstand, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 december 1953;

Gelet op het koninklijk besluit van 27 december 1961 tot vaststelling van de werkingsmodaliteiten van de Nationale Raad voor de Coöperatie, van de Commissies en hun respectieve bureaus;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 september 1962 tot vaststelling van het bedrag der presentie- en vacatiegelden en der vergoedingen voor reis- en verblijfsonkosten toegekend aan de Commissaris-Verslaggever en de Adjunct-Commissarissen-Verslaggevers, genomen ter uitvoering van artikel 3 van de wet van 27 mei 1960 tot bescherming tegen het misbruik van economische machtspositie;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 april 1965 houdende toekenning van presentiegelden aan de voorzitter, leden, plaatsvervangende leden en deskundigen van de Raad voor het Verbruik, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 27 april 1970 en 9 oktober 1985;

Gelet op het koninklijk besluit van 27 september 1976 betreffende de forfaitaire toelage voor ondergrondse schouwingen en de toelagen per ondergrondse schouwing die aan sommige personeelsleden van het Bestuur Kwaliteit en Veiligheid worden toegekend;

Gelet op het koninklijk besluit van 12 juli 1991 tot vaststelling van het administratief en geldelijk statuut van de voorzitter, de verslaggevers en de rechtskundig adviseur van de Commissie tot regeling der prijzen;

Gelet op het koninklijk besluit van 5 februari 1992 houdende algemene regeling van de toelagen en vergoedingen toegekend aan de enquêteurs belast met de uitvoering van onderzoeken die worden georganiseerd door het Nationaal Instituut voor de Statistiek, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 november 1996;

Gelet op het koninklijk besluit van 30 april 1993 betreffende de vaststelling van het bedrag van de vergoedingen toegekend aan de voorzitter en de leden van de Raad voor de Mededinging, aan de deskundigen, alsook aan elke persoon die met de Raad dient samen te werken, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 september 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 1 maart 1998 tot vaststelling van diverse geldelijke bepalingen toepasselijk op de bijzondere graden bij het Ministerie van Economische Zaken, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 25 maart 1998, 25 juni 1999 en 4 maart 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 oktober 2000 houdende vaststelling van het bedrag van de vergoedingen en presentiegelden van de leden en van de jaarlijkse toelage van de secretaris en de adjunct-secretaris van de Hoge Raad voor de Statistiek;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 16 maart 2001;

Gelet op de bevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 25 juni 2001;

Gelet op de bevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 16 mei 2001;

Gelet op het protocol nr. 63 van 26 oktober 2001 van het Sectorcomité IV;

Op de voordracht van Onze Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Wijziging van diverse bepalingen Afdeling 1. - Aanpassing van het koninklijk besluit van 24 oktober

1951 betreffende het verlenen van bijzondere toelagen aan de personen belast met cursussen voor beroepsopleiding in het Ministerie van Economische Zaken en Middenstand

Artikel 1.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 24 oktober 1951 betreffende het verlenen van bijzondere toelagen aan de personen belast met cursussen voor beroepsopleiding in het Ministerie van Economische Zaken en Middenstand, worden de in frank uitgedrukte bedragen die in de tweede kolom van de volgende tabel worden vermeld, vervangen door de in euro uitgedrukte bedragen van de derde kolom van dezelfde tabel.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Afdeling 2. - Aanpassing van het koninklijk besluit van 27 december

1961 tot vaststelling van de werkingsmodaliteiten van de Nationale Raad voor de Coöperatie, van de Commissies en hun respectieve bureaus

Art. 2.In artikel 23, tweede lid, 2°, b) van het koninklijk besluit van 27 december 1961 tot vaststelling van de werkingsmodaliteiten van de Nationale Raad voor de Coöperatie, van de Commissies en hun respectieve bureaus, worden de woorden « honderd frank » en « vijftig frank » respectievelijk vervangen door de woorden « 2,48 EUR » en « 1,24 EUR ». Afdeling 3. - Aanpassing van het koninklijk besluit van 18 september

1962 tot vaststelling van het bedrag der presentie- en vacatiegelden en der vergoedingen voor reis- en verblijfsonkosten toegekend aan de Commissaris-Verslaggever en de Adjunct-Commissarissen-Verslaggevers, genomen ter uitvoering van artikel 3 van de wet van 27 mei 1960 tot bescherming tegen het misbruik van economische machtspositie

Art. 3.In artikel 1, 2° van het koninklijk besluit van 18 september 1962 tot vaststelling van het bedrag der presentie- en vacatiegelden en der vergoedingen voor reis- en verblijfsonkosten toegekend aan de Commissaris-Verslaggever en de Adjunct-Commissarissen-Verslaggevers, genomen ter uitvoering van artikel 3 van de wet van 27 mei 1960 tot bescherming tegen het misbruik van economische machtspositie, worden de woorden « hetzelfde bedrag » vervangen door de woorden « 9,92 en 8,06 EUR ». Afdeling 4. - Aanpassing van het koninklijk besluit van 28 april 1965

houdende toekenning van presentiegelden aan de voorzitter, leden, plaatsvervangende leden en deskundigen van de Raad voor het Verbruik

Art. 4.In artikel 1, eerste lid van het koninklijk besluit van 28 april 1965 houdende toekenning van presentiegelden aan de voorzitter, leden, plaatsvervangende leden en deskundigen van de Raad voor het Verbruik, worden de woorden « 120 000 BEF » vervangen door de woorden « 2.974,73 EUR ». Afdeling 5. - Aanpassing van het koninklijk besluit van 27 september

1976 betreffende de forfaitaire toelage voor ondergrondse schouwingen en de toelagen per ondergrondse schouwing die aan sommige personeelsleden van het Bestuur Kwaliteit en Veiligheid worden toegekend

Art. 5.In de hierna vermelde bepalingen van het koninklijk besluit van 27 september 1976 betreffende de forfaitaire toelage voor ondergrondse schouwingen en de toelagen per ondergrondse schouwing die aan sommige personeelsleden van het Bestuur Kwaliteit en Veiligheid worden toegekend, worden de in frank uitgedrukte bedragen die in de tweede kolom van de volgende tabel worden vermeld, vervangen door de in euro uitgedrukte bedragen van de derde kolom van dezelfde tabel.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Afdeling 6. - Aanpassing van het koninklijk besluit van 12 juli 1991

tot vaststelling van het administratief en geldelijk statuut van de voorzitter, de verslaggevers en de rechtskundig adviseur van de Commissie tot regeling der prijzen

Art. 6.In de hierna vermelde bepalingen van het koninklijk besluit van 12 juli 1991 tot vaststelling van het administratief en geldelijk statuut van de voorzitter, de verslaggevers en de rechtskundig adviseur van de Commissie tot regeling der prijzen, worden de in frank uitgedrukte bedragen die in de tweede kolom van de volgende tabel worden vermeld, vervangen door de in euro uitgedrukte bedragen van de derde kolom van dezelfde tabel.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Afdeling 7. - Aanpassing van het koninklijk besluit van 5 februari

1992 houdende algemene regeling van de toelagen en vergoedingen toegekend aan de enquêteurs belast met de uitvoering van onderzoeken die worden georganiseerd door het Nationaal Instituut voor de Statistiek

Art. 7.In de hierna vermelde bepalingen van het koninklijk besluit van 5 februari 1992 houdende algemene regeling van de toelagen en vergoedingen toegekend aan de enquêteurs belast met de uitvoering van onderzoeken die worden georganiseerd door het Nationaal Instituut voor de Statistiek, worden de in frank uitgedrukte bedragen die in de tweede kolom van de volgende tabel worden vermeld, vervangen door de in euro uitgedrukte bedragen van de derde kolom van dezelfde tabel.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Afdeling 8. - Aanpassing van het koninklijk besluit van 30 april 1993

betreffende de vaststelling van het bedrag van de vergoedingen toegekend aan de voorzitter en de leden van de Raad voor de Mededinging, aan de deskundigen, alsook aan elke persoon die met de Raad dient samen te werken

Art. 8.In artikel 1, § 1, tweede lid van het koninklijk besluit van 30 april 1993 betreffende de vaststelling van het bedrag van de vergoedingen toegekend aan de voorzitter en de leden van de Raad voor de Mededinging, aan de deskundigen, alsook aan elke persoon die met de Raad dient samen te werken, worden de woorden « 1 200 BEF » vervangen door de woorden « 29,75 EUR ». Afdeling 9. - Aanpassing van het koninklijk van 1 maart 1998 tot

vaststelling van diverse geldelijke bepalingen toepasselijk op de bijzondere graden bij het Ministerie van Economische Zaken

Art. 9.In de hierna vermelde bepalingen van het koninklijk besluit van 1 maart 1998 tot vaststelling van diverse geldelijke bepalingen toepasselijk op de bijzondere graden bij het Ministerie van Economische Zaken, worden de in frank uitgedrukte weddenschalen die in de tweede kolom van de volgende tabel worden vermeld, vervangen door de in euro uitgedrukte weddenschalen van de derde kolom van dezelfde tabel.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Afdeling 10. - Aanpassing van het koninklijk besluit van 16 oktober

2000 houdende vaststelling van het bedrag van de vergoedingen en presentiegelden van de leden en van de jaarlijkse toelage van de secretaris en de adjunct-secretaris van de Hoge Raad voor de Statistiek

Art. 10.In de hierna vermelde bepalingen van het koninklijk besluit van 16 oktober 2000 houdende vaststelling van het bedrag van de vergoedingen en presentiegelden van de leden en van de jaarlijkse toelage van de secretaris en de adjunct-secretaris van de Hoge Raad voor de Statistiek, worden de in frank uitgedrukte bedragen die in de tweede kolom van de volgende tabel worden vermeld, vervangen door de in euro uitgedrukte bedragen van de derde kolom van dezelfde tabel.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK II. - Slotbepalingen

Art. 11.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.

Art. 12.Onze Minister van Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 december 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, J. VANDE LANOTTE De Minister van Economie, Ch. PICQUE

^