Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 04 juli 2001
gepubliceerd op 21 november 2001

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, houdende wijziging van de statuten van het "Sociaal Fonds voor het goederenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden"

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2001012645
pub.
21/11/2001
prom.
04/07/2001
ELI
eli/besluit/2001/07/04/2001012645/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

4 JULI 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, houdende wijziging van de statuten van het "Sociaal Fonds voor het goederenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden" (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, tot wijziging van de benaming van het "Sociaal fonds voor het vervoer van goederen met motorvoertuigen" in "Sociaal fonds voor het goederenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden" en wijziging van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 november 1999, inzonderheid op de artikelen 7 en 11;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, houdende wijziging van de statuten van het "Sociaal Fonds voor het goederenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden".

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 juli 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Koninklijk besluit van 25 november 1999, Belgisch Staatsblad van 28 december 1999.

Bijlage Paritair Comité voor het vervoer Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 1999 Wijziging van de statuten van het "Sociaal Fonds voor het goederenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden" (Overeenkomst geregistreerd op 2 februari 2000 onder het nummer 53850/CO/140.04.08.09) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en behoren tot de subsectoren voor het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden, voor de goederenbehandeling voor rekening van derden en voor de afhandeling op luchthavens alsook op hun werklieden. § 2. Onder "subsector voor het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden", wordt bedoeld de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en die zich inlaten met : 1° het goederenvervoer voor rekening van derden door middel van een voertuig met of zonder motor voor hetwelk een vervoersvergunning vereist is welke door de bevoegde overheid afgeleverd werd;2° het goederenvervoer voor rekening van derden door middel van een voertuig met of zonder motor voor hetwelk geen vervoersvergunning vereist is;3° het verhuur met chauffeur van voertuigen met of zonder motor bestemd voor het goederenvervoer ten lande, voertuigen voor dewelke een vervoersvergunning vereist is welke door de bevoegde overheid afgeleverd werd;4° het verhuur met chauffeur van voertuigen met of zonder motor bestemd voor het goederenvervoer ten lande, voertuigen voor dewelke geen vervoersvergunning vereist is. Voor de toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomsten worden de taxibestelwagens, met name de voertuigen waarvan het laadvermogen gelijk is aan of kleiner is dan 500 kilogrammen en uitgerust met een taximeter, beschouwd als voertuigen voor dewelke geen vervoersvergunning vereist is. § 3. Onder "subsector voor goederenbehandeling voor rekening van derden", wordt bedoeld de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en die, buiten de havenzones, zich inlaten met : 1° alle behandeling van goederen voor rekening van derden ter voorbereiding van het vervoer en/of ter afwerking van het vervoer, onafgezien het gebruikt vervoermiddel;2° en/of alle logistieke diensten ter voorbereiding van het vervoer van goederen voor rekening van derden en/of ter afwerking van dit vervoer, onafgezien het gebruikt vervoermiddel. § 4. Onder "subsector voor de afhandeling op luchthavens" wordt bedoeld de werkgevers ressorterend onder het Paritair Comité voor het vervoer en die luchthavenbijstand verlenen aan luchtvaartuigen die de Belgische luchthavens aandoen.

Onder "luchthavenbijstand" wordt onder andere verstaan : logistieke en administratieve bijstand verlenen aan luchtvaartuigen, aan bemanningsleden, aan passagiers, aan bagage, aan post en aan vracht (afhandeling, sortering, verzending) zowel op de inschepingsvloer als in en rond de vliegtuigen en in de luchthavengebouwen.

Worden niet onder "luchthavenbijstand" begrepen de activiteiten met betrekking tot de bevoorrading met motorbrandstoffen en smeermiddelen alsook de bereiding van maaltijden, "inflight catering" genoemd. § 5. Onder "werklieden" wordt bedoeld de werklieden en werksters.

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden met werklieden gelijkgesteld de personen verbonden door een arbeidsovereenkomst geregeld door de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, die hoofdzakelijk handenarbeid verrichten ongeacht de juridische kwalificatie die door de partijen aan hun overeenkomst werd gegeven.

Art. 2.Artikel 7 en artikel 11 van de statuten vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, houdende wijziging van de benaming van het "Sociaal Fonds voor het vervoer van goederen met voertuigen" in "Sociaal Fonds voor het goederenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden" en wijziging van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 november 1999 (Belgisch Staatsblad van 28 december 1999), worden vervangen door de volgende bepalingen : «

Art. 7.Het sociaal fonds voorziet een vergoeding in geval van beschadiging, verlies of diefstal van persoonlijke bezittingen toebehorend aan de categorieën van werklieden bepaald door de raad van beheer, beschadiging, verlies of diefstal die plaatsvinden tijdens de beroepsverplaatsingen, en dit tot een maximumbedrag van 60 000 BEF per schadegeval.

De raad van beheer van het sociaal fonds zal de toekenningsmodaliteiten en de uitbetalingsprocedure van deze vergoeding vastleggen.

Art. 11.De financiering van het in artikel 6 bedoelde contract voor bijstandsverlening, van de in artikel 7 voorziene vergoeding en van de werkingskosten van het sociaal fonds wordt gedekt door de intresten van de kapitalen voortspruitend uit de bijdragen.

Voor de toepassing van dit artikel wordt onder "werkingskosten" bedoeld : de werkingskosten van het fonds verhoogd met de toelagen toegekend krachtens artikel 21. »

Art. 3.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 5 februari 1998. § 2. Zij is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan door elk van de contracterende partijen worden opgezegd. Deze opzegging moet minstens drie maanden op voorhand geschieden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer, die zonder verwijl de betrokken partijen in kennis zal stellen. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum van verzending van bovengenoemde aangetekende brief.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 juli 2001.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^