Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 04 november 2018
gepubliceerd op 16 november 2018

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 januari 2018, gesloten in het Paritair Comité voor de koopvaardij, voor de officieren, andere dan stafofficieren, voor de eerste maal ingeschreven als officier op de poollijst zoals bedoeld in artikel 1bis, 1° van de besluitwet van 7 februari 1945 en dit na 23 januari 2018 en tewerkgesteld door een Belgische maatschappij

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2018013915
pub.
16/11/2018
prom.
04/11/2018
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

4 NOVEMBER 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 januari 2018, gesloten in het Paritair Comité voor de koopvaardij, voor de officieren, andere dan stafofficieren, voor de eerste maal ingeschreven als officier op de poollijst zoals bedoeld in artikel 1bis, 1° van de besluitwet van 7 februari 1945 en dit na 23 januari 2018 en tewerkgesteld door een Belgische maatschappij (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de koopvaardij;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 januari 2018, gesloten in het Paritair Comité voor de koopvaardij, voor de officieren, andere dan stafofficieren, voor de eerste maal ingeschreven als officier op de poollijst zoals bedoeld in artikel 1bis, 1° van de besluitwet van 7 februari 1945 en dit na 23 januari 2018 en tewerkgesteld door een Belgische maatschappij.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 november 2018.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de koopvaardij Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 januari 2018 Voor de officieren, andere dan stafofficieren, voor de eerste maal ingeschreven als officier op de poollijst zoals bedoeld in artikel 1bis, 1° van de besluitwet van 7 februari 1945 en dit na 23 januari 2018 en tewerkgesteld door een Belgische maatschappij (Overeenkomst geregistreerd op 5 maart 2018 onder het nummer 145018/CO/316) Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op : a. de werkgevers van de ondernemingen waarvan de activiteit tot de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de koopvaardij behoort;b. alle officieren, andere dan stafofficieren, zijnde de officieren die een geldig STCW-certificaat bezitten en die ingeschreven zijn op de poollijst zoals bedoeld in artikel 1bis, 1° van de besluitwet van 7 februari 1945 vanaf 24 januari 2018, zijnde 2de officier, 3de werktuigkundige, elektricien, 3de officier, 4de werktuigkundige, aspirant officier, aspirant werktuigkundige, aspirant officier zonder STCW, aspirant werktuigkundige zonder STCW. Zijn uitgesloten van deze collectieve arbeidsovereenkomst : - de officieren die reeds ingeschreven zijn op de poollijst vóór 24 januari 2018 als officier of als stafofficier; - de werkgevers en de zeevarenden van de ondernemingen die zeeschepen uitbaten die hoofdzakelijk opereren in de shortsea en die voor die schepen zijn toegetreden tot de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 2005 aangaande de zeevarenden ingeschreven in de pool der zeelieden en die worden tewerkgesteld op shortsea schepen die de Belgische vlag voeren; - de werkgevers en de zeevarenden van de ondernemingen die sleepboten exploiteren, waarvan de verrichte sleepactiviteit "zeevervoer" is; - de werkgevers en de zeevarenden van de ondernemingen die commerciële zeeschepen exploiteren die uitsluitend passagiers vervoeren met een maximum van 12 passagiers; - de werkgevers en de zeevarenden van de ondernemingen die zeeschepen exploiteren waarvan de verrichte activiteiten baggerwerken zijn.

A. Definities

Artikel 1.In toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verstaan : - onder "stafofficier" : alle zeevarenden ingeschreven op de poollijst als kapitein, eerste officier, hoofdwerktuigkundige en tweede werktuigkundige; - onder "officieren" : alle zeevarenden zoals vermeld in het toepassingsgebied rubriek b. van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst; - onder "basisloon" : het maandloon, zonder enige vermeerdering, zoals het voorkomt in de hierbij gevoegde loonschalen (kolom 1 van de bijlage); - onder "maand" : een kalendermaand. Voor de afrekening van de lonen telt elke volle maand 30 dagen en worden de fracties van de maanden berekend a rato van het aantal kalenderdagen; - onder "maandelijkse bruto bezoldiging vaart" : alle per maand in toepassing van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst uitgekeerde lonen en vergoedingen; - onder "normaal uurloon" : 1/169ste van het toepasselijk basisloon; - onder "lange omvaart" : de vaart op alle zeeschepen behalve die welke worden gebruikt voor de kustvaart.

B. Loonvoorwaarden

Art. 2.Per effectief gepresteerde maand hebben de lagere officieren recht op : a) Het basisloon zoals vermeld in kolom 1 van de hierbij gevoegde loonschalen (bijlage);b) De lumpsum zee vermeld in kolom van de hierbij gevoegde loonschalen.De lumpsum zee omvat : i. op weekdagen (van maandag tot en met vrijdag) : alle effectief gepresteerde uren die de dagelijkse grens van 8 effectieve uren overschrijden; ii. op zaterdagen : alle effectief gepresteerde uren; iii. veiligheidswachten onbemande machinekamer (UMS) : indien in een onbemande machinekamer een werktuigkundige wordt aangeduid om in geval van alarm en opgelegde controle, een prestatie te leveren, dan is de vergoeding hiervoor opgenomen in de lumpsum zee. De betreffende werktuigkundige moet gekwalificeerd zijn; c) Het verlof zijnde 98 pct.van het basisloon. Dit omvat het wettelijk betaald verlof, de gepresteerde uren op zon- en feestdagen, het extra verlof en het conventioneel verlof.

Na 1 kalenderjaar effectieve dienst in dezelfde rang heeft de 2de officier, 3de werktuigkundige en de 1ste elektricien recht op een anciënniteitsbonus van 250 EUR bruto per maand effectieve vaart.

Na 2 kalenderjaren effectieve dienst in dezelfde rang heeft de 2de officier, 3de werktuigkundige en de 1ste elektricien recht op een anciënniteitsbonus van 127 EUR bruto, dus 377 EUR bruto in totaal per maand effectieve vaart.

Na 1 kalenderjaar effectieve dienst in dezelfde rang heeft de 3de officier, 4de werktuigkundige, de aspirant officier en de aspirant werktuigkundige recht op een anciënniteitsbonus van 226 EUR bruto per maand effectieve vaart.

Na 2 kalenderjaren effectieve dienst in dezelfde rang heeft de 3de officier, 4de werktuigkundige, de aspirant officier en de aspirant werktuigkundige recht op een anciënniteitsbonus van 113 EUR bruto, zijnde 339 EUR bruto in totaal per maand effectieve vaart.

Overmacht : Er wordt geen bijkomende vergoeding betaald voor arbeid : - in verband met de veiligheid van het schip, de lading en de ingescheepte personen; - in verband met het verlenen van hulp aan andere in nood zijnde schepen of personen; - in verband met brandweer-, sloep- en alle gelijkaardige oefeningen, die door de internationale conventies zijn voorgeschreven; - in verband met de formaliteiten voor tol, quarantaine en medische aangelegenheden; - in verband met het bepalen van het bestek van het schip en alle andere meteorologische observaties; - in verband met het aflossen van de wachten; - in verband met de milieubescherming en de oefeningen hiervoor.

C. Reisduur Reisduur

Art. 3.1. De officier werkt in een systeem van 4 maanden op, 2 maanden af (of pro rata).

In samenspraak met de reder kan de officier overstappen naar het systeem van equal terms, waarbij evenredige periodes van vaart en verlof gelden. 2. Na 4 ononderbroken maanden aan boord mag de contractuele reisduur door de werkgever of door de officier beëindigd worden in gelijk welke haven met redelijke transportfaciliteiten.In beide gevallen heeft de officier recht op repatriëring op kosten van de werkgever met inbegrip van het vervoer van zijn persoonlijke bagage met een maximum van 40 kg. Indien de werkgever of lagere officier de contractuele reisduur krachtens voormelde bepalingen wenst te beëindigen, moet hij de andere partij hiervan ten minste 2 weken vóór de aankomst in de eerstvolgende haven, die het schip zal binnenlopen, in kennis stellen. 3. Indien de periode van 4 maanden een einde neemt in een niet-Europese haven en het schip in een Europese haven verwacht wordt, dan mag de werkgever de contractuele reisduur verlengen tot bij aankomst in de Europese haven.4. Indien het schip vóór het verstrijken van de periode van 4 maanden een Europese haven aandoet, en naar een niet-Europese bestemming vertrekt, mag na 3 maanden een einde gesteld worden aan de contractuele reisduur en gelden de bepalingen van paragraaf 2 inzake vooropzeg, kosten van repatriëring en vervoer van bagage.5. Indien de periode van 4 ononderbroken maanden aan boord op verzoek van de werkgever overschreden wordt, wordt het basisloon vanaf de 5de maand verhoogd met 10 pct. Verblijf aan de wal in het buitenland

Art. 4.Wanneer een officier in dienst in het buitenland in opdracht van de werkgever, tijdelijk aan de wal moet blijven, zullen de onkosten daarvan door de werkgever worden gedragen.

D. Arbeidsvoorwaarden Wachtenstelsel

Art. 5.Op zee wordt het driewachtenstelsel toegepast. Uitzondering wordt enkel gemaakt voor bepaalde vaartuigen van kleine tonnenmaat waarop het speciaal regime voorzien in artikel 24 wordt toegepast.

Arbeidsduur

Art. 6.In toepassing van regel 2.3, norm A2.3 van de Maritieme Arbeidsconventie 2006, aangenomen door de Internationale Arbeidsconferentie van 23 februari 2006 en door België geratificeerd op 10 augustus 2013, wordt bepaald dat het minimum aantal rusttijden niet minder mag bedragen dan 10 uren per periode van 24 uur en 77 uren per periode van 7 dagen.

De rusturen mogen worden verdeeld over niet meer dan twee perioden waarvan er één ten minste een lengte heeft van zes uur, en de intervallen tussen twee opeenvolgende rusttijden mogen niet meer dan veertien uur bedragen.

Verder dient de werkgever gevolg te geven aan artikel 32 van het koninklijk besluit van 30 september 2014Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/09/2014 pub. 09/10/2014 numac 2014014360 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008 tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006 sluiten tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008 tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerwerknemers (ITF) inzake het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006.

Arbeidsduur op weekdagen - wachtlopende officieren a. Op zee en in de haven, wanneer de wachten doorlopen : - van maandag tot en met vrijdag : 8 uur per dag volgens wachtenstelsel; - 's zaterdags : 8 uur volgens wachtenstelsel;

Op dagen van aankomst en vertrek : - van maandag tot en met vrijdag : 8 uur per dag; - 's zaterdags : 8 uur.

In de havens waar een andere werkregeling bestaat dan de hierboven vermelde wachtregeling, kunnen de wachturen gewijzigd worden, zonder dat de hierboven vermelde duur mag overschreden worden in een tijdspanne van 12 uur.

Arbeidsduur op weekdagen - dagofficieren Onder "dagofficieren" wordt verstaan : de officieren die niet ingedeeld zijn in het wachtenstelsel of die gedurende de dag werken en 's nachts vrij zijn. a. Op zee en in de haven, wanneer de wachten doorlopen : - van maandag tot en met vrijdag : 8 uur per dag te verrichten tussen 6 uur en 18 uur; - 's zaterdags : 8 uur te verrichten tussen 6 uur en 18 uur. b. Op dagen van aankomst en vertrek : zonder rekening te houden met de begrenzingen vermeld onder a.: - van maandag tot en met vrijdag : 8 uur per dag; - 's zaterdags : 8 uur.

In de havens waar een andere werkregeling bestaat dan de hierboven vermelde wachtregeling, kunnen de wachturen gewijzigd worden, zonder dat de hierboven vermelde duur mag overschreden worden in een tijdspanne van 12 uur.

Werkzaamheden op zon- en feestdagen

Art. 7.Werk op zon- en feestdagen mag slechts opgedragen worden binnen volgende beperkingen en tijdsbegrenzingen. 1. Wachtlopende officieren Op zee en in de haven, wanneer de wachten doorlopen, wordt op zondagen gewerkt volgens het wachtenstelsel. Op de Belgische wettelijke feestdagen mogen slechts de voor het voeren van het schip, de dienst van de opvarenden, de bescherming van het milieu, de veiligheid en de gezondheid noodzakelijke werkzaamheden opgedragen worden.

Dringende werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor de normale exploitatie van het schip, ter beoordeling van de kapitein, mogen eveneens opgedragen worden.

De vergoeding voor werk op zon- en feestdagen is opgenomen in de vergoeding voor verlof in artikel 2, c). 2. Dagofficieren Op zee en in de haven, wanneer de wachten doorlopen kunnen er op zondagen arbeidsprestaties gevergd worden tussen 6 en 18 uur. Op Belgische wettelijke feestdagen mogen slechts de voor het voeren van het schip, de dienst van de opvarenden, de bescherming van het milieu, de veiligheid en de gezondheid noodzakelijke werkzaamheden opgedragen worden.

Dringende werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor de normale exploitatie van het schip, ter beoordeling van de kapitein, mogen eveneens opgedragen worden.

De vergoeding voor werk op zon- en feestdagen is opgenomen in de vergoeding voor verlof in artikel 2, c).

Personeelsbezetting

Art. 8.Voor de lange omvaart : Er zal voldoende personeel aan boord zijn om de wachten zodanig in te richten dat noch de kapitein, noch de hoofdwerktuigkundige regelmatig wacht moeten lopen.

E. Vakantie Jaarlijkse vakantie

Art. 9.Indien de officier werkt in het systeem van 4 maanden op, 2 maanden af of pro rata, heeft de officier recht op 15 kalenderdagen vrijaf per maand aan boord. Hierin zijn inbegrepen jaarlijkse vakantie, compensatiedagen, extra vakantie, conventionele vakantie en feestdagen.

Indien er in samenspraak gekozen wordt voor het "equal terms" systeem (evenredige periodes van vaart en verlof) blijven de lonen zoals vermeld in bijlage van toepassing.

Toepassing van de vakantie

Art. 10.De vakantiedagen/vrije dagen onderbreken het dienstverband niet.

Studieverlof

Art. 11.Aan de officieren die de voorwaarden vervullen tot deelneming aan een examen of cursus voor het verwerven of vernieuwen van een vaarbevoegdheidsbewijs, zal op hun aanvraag, zo spoedig mogelijk, studieverlof zonder loon worden toegestaan, indien de vereisten van de dienst het toelaten.

De verlofaanvraag moet ingediend worden bij de werkgever ten minste 2 maanden vóór de datum van het gevraagde verlof.

De aanvraag, alsmede de toelating, moeten schriftelijk geschieden. De inwilliging van de aanvraag mag niet langer dan één jaar verdaagd worden.

Bij onderbreking van de dienst, uit oorzaak van studie, met toestemming van de werkgever, worden de diensttijden vóór en onmiddellijk na het studieverlof geacht aaneen te sluiten.

F. Repatriëring

Art. 12.Behalve bij wederzijdse overeenkomst om de contractuele reisduur te verbreken, hebben de officieren het recht om ten laste van de werkgever gerepatrieerd te worden. Zij moeten de reisweg en de wijze van repatriëring volgen door de werkgever of zijn vertegenwoordiger aangeduid.

De kosten ten laste van de werkgever in geval van repatriëring behelzen : - de reiskosten tot aankomst in de plaats van aanwerving; - kost en inwoning van de officier vanaf het ogenblik dat hij het schip verlaat tot zijn aankomst op de repatriëringsbestemming; - het vervoer van zijn persoonlijke bagage met een maximum van 40 kg; - medische behandeling, indien noodzakelijk, totdat de gezondheidstoestand van de officier hem toelaat te reizen naar de repatriëringsbestemming.

De officier heeft het recht op zijn loon tot zijn aankomst in de plaats van aanwerving; dit op voorwaarde dat hij de terugreis ondernomen heeft langs de weg en binnen de termijn door de werkgever vastgelegd.

Indien de officier echter ontscheept is op grond van tuchtmaatregelen, verliest hij het recht op zijn loon voor de reisdagen.

Indien de officier recht heeft op zijn loon, dan heeft hij eveneens recht op de vergoeding voor een met die periode overeenstemmend aantal vakantiedagen zoals voorzien in artikel 9.

G. Beëindiging van het dienstverband

Art. 13.Na een periode van 12 maanden dienst bij dezelfde werkgever heeft de officier recht op volgende opzegtermijn niettegenstaande het bestaan van opeenvolgende overeenkomsten van bepaalde duur. a. De opzeg van het dienstverband door de werkgever zal geschieden met inachtneming van de hierna vermelde termijnen : Alle lagere officieren : Na 1 jaar : 2 weken; Na 3 jaar : 6 weken;

Na 5 jaar : 3 maanden;

Na 10 jaar : 6 maanden.

De werkgever behoudt zich het recht voor de officier in effectieve dienst te houden gedurende 75 pct. van de opzegtermijn. De vakantiedagen/vrije dagen door de officier opgebouwd vóór de aanvang van de opzegperiode kunnen door de werkgever niet als opzegtermijn gebruikt worden. b. De opzeg van het dienstverband door de officier zal geschieden met inachtneming van de hierna vermelde termijnen : Alle lagere officieren : Na 1 jaar : 1 week; Na 3 jaar : 3 weken;

Na 5 jaar : 6 weken;

Na 10 jaar : 3 maanden.

De officier kan zijn vakantiedagen/vrije dagen gebruiken als opzegtermijn. Indien de officier onvoldoende vakantiedagen/vrije dagen heeft voor zijn opzegtermijn, kan de werkgever eisen dat de officier voor de resterende opzegtermijn effectieve prestaties uitvoert. In dit geval is de repatriëring ten laste van de werkgever.

Art. 14.Bij opzeg van het dienstverband, zoals vermeld in artikel 13, a., is de werkgever verplicht de lonen, inclusief vakantiegeld, zoals vermeld in de bijgevoegde loonschalen, te betalen voor het gedeelte van de opzegperiode dat er effectief prestaties verricht worden. Voor het gedeelte van de opzegperiode dat de officier vrijgesteld is van prestaties is de werkgever verplicht de stand-by lonen te betalen verhoogd met 17,42 pct. vakantiegeld.

Art. 15.Bij ontslag van een officier op grond van een tuchtmaatregel is de werkgever niet gehouden de in artikel 13 gestelde opzegtermijn te eerbiedigen.

Getuigschrift

Art. 16.Officieren hebben, bij beëindiging van het dienstverband, recht op een getuigschrift.

Rapporten van departementsoversten aan de werkgever over officieren

Art. 17.Iedere officier heeft het recht inzage te nemen van de rapporten, die door de kapitein en zijn departementsoverste over hem bij de werkgever werden ingediend.

De werkgever is gehouden deze rapporten op zijn kantoor voor te leggen, op eenvoudige aanvraag van de betrokkene.

H. Reis- en verplaatsingskosten

Art. 18.Wanneer een officier reist voor rekening van de werkgever, zal deze hem de nodige reisbiljetten bezorgen. Voorafgaandelijk aanvaarde kosten zullen, mits voorlegging van een rekening, door de werkgever worden terugbetaald.

Administratieve kosten door de officier gemaakt om geldige reisdocumenten, zoals internationaal paspoort en visum, te verkrijgen, worden eveneens door de werkgever terugbetaald.

Art. 19.De officier heeft recht op een vaste vergoeding van 50 EUR bij elke aan- en afmonstering ter dekking van lokale reis- en verplaatsingskosten. Indien de lokale reis- en verplaatsingskosten het bedrag van 50 EUR overschrijden, zal het verschil door de werkgever terugbetaald worden indien dit voorafgaandelijk door de werkgever werd toegezegd.

I. Speciale clausules

Art. 20.De reder zal het volgende ter beschikking stellen van de officieren zolang ze zich aan boord van het schip bevinden : - voldoende voedsel van goede kwaliteit; - accommodatie conform de relevante IAO (Internationale Arbeidsorganisatie) conventies; - een matras, hoofdkussens, overtrekken, lakens en dekens en minstens 2 handdoeken. De lakens, overtrekken en handdoeken zullen minstens één maal per week door zuivere worden vervangen; - degelijk eetgerei; - recreatiefaciliteiten conform de relevante IAO-conventies.

Bovendien zal de reder het kombuis voorzien van keukengerei en materiaal dat gewoonlijk gebruikt wordt om te koken.

Maaltijden

Art. 21.De voedselvoorziening aan boord mag niet als een economisch probleem beschouwd worden en alle leden van de bemanning zijn in principe gelijkgesteld voor wat de maaltijden betreft.

Op schepen die passagiers aan boord hebben, kan hiervoor nochtans uitzondering bestaan voor officieren die samen met de passagiers hun eetmalen gebruiken.

Eetwaren zullen in geen geval, zonder toelating van de reder, door leden van de bemanning aan wal mogen gebracht worden.

De controle op de voedselvoorraden en -verbruik wordt waargenomen door het conventionele overlegorgaan zoals voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 2005 tot oprichting van een conventioneel overlegorgaan "organisatie voor veiligheid en gezondheid".

Werk- en beschermkledij

Art. 22.Buiten de overalls en werkschoenen die de werkgever de zeevarende moet bezorgen, moet hij bovendien doeltreffende beschermingskledij ter beschikking stellen nodig voor de uit te voeren werkzaamheden.

Verlies van plunje

Art. 23.De vergoeding voor verlies of vernieling van plunje (persoonlijke bagage) aan boord van het schip of gedurende de reis van en naar het schip zal maximum 5.000,00 EUR bedragen.

Voorwerpen met een waarde hoger dan 250,00 EUR worden enkel vergoed indien ze vooraf bij de werkgever of kapitein door middel van een lijst werden aangegeven.

J. Bijzondere regeling

Art. 24.Het tweewachtenstelsel kan worden ingevoerd op schepen die het driewachtenstelsel niet kunnen toepassen, daar hun technische installatie niet toelaat een voldoende aantal bemanningsleden in te schepen.

Dit kan slechts geschieden na paritair overleg tussen de organisaties die deel uitmaken van het Paritair Comité voor de koopvaardij.

Art. 25.In geval van verschillen tussen de Nederlandstalige, Franstalige en Engelstalige uitgave zal de Nederlandstalige tekst primeren op de Franstalige en/of Engelstalige.

Art. 26.De collectieve arbeidsovereenkomst van 22 oktober 2015 voor kapiteins en officieren ingeschreven op de poollijst zoals bedoeld in artikel 1bis, 1° van de besluitwet van 7 februari 1945 en tewerkgesteld door een Belgische maatschappij, met als registratienummer 130307, evenals de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 oktober 2015, met als registratienummer 130306, zijnde het raamakkoord aangaande de vaststelling van de loonvoorwaarden voor stafofficieren ingeschreven op de poollijst zoals bedoeld in artikel 1bis, 1° van de Belgische maatschappij op een "equal terms" basis blijven enkel geldig voor de 2de officier, 3de werktuigkundige, elektricien, 3de officier, 4de werktuigkundige, aspirant officier, aspirant werktuigkundige, aspirant officier zonder STCW en aspirant werktuigkundige zonder STCW, officieren ingeschreven op de poollijst vóór 24 januari 2018.

Art. 27.Deze collectieve arbeidsovereenkomst zal na 6 en na 12 maanden geëvalueerd worden door de sociale partners.

Art. 28.Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door elk van de partijen worden opgezegd met een opzegtermijn van 3 maanden, betekend bij aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de koopvaardij en aan elk van de ondertekenende partijen.

De termijn van 3 maanden vangt aan vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter van het paritair comité is toegestuurd.

Art. 29.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking de dag van de ondertekening, zijnde 24 januari 2018.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 november 2018.

De Minister van Werk, K. PEETERS

Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 januari 2018, gesloten in het Paritair Comité voor de koopvaardij, voor de officieren, andere dan stafofficieren, voor de eerste maal ingeschreven als officier op de poollijst zoals bedoeld in artikel 1bis, 1° van de besluitwet van 7 februari 1945 en dit na 23 januari 2018 en tewerkgesteld door een Belgische maatschappij Koninklijke Belgische Redersvereniging

1 Basisloon

2 Uurloon

3 150 pct.

4 Zondag 8 u

5 Zondag 9 u

6 Lumpsum zee

7 Lumpsum bijwerk

8 Stand-by

9 Betaald verlof

2de officier 3de werktuigkundige

2 209,00

13,07

19,61

13,07

26,14

1 617,00

808,50

2 818,00

2 164,82

1ste elektricien

2 209,00

13,07

19,61

13,07

26,14

1 617,00

808,50

2 818,00

2 164,82

3de officier 4de werktuigkundige

1 408,00

8,33

12,50

8,33

16,66

1 031,00

515,50

1 795,00

1 379,84

Asp.officier Asp. officier z STCW Asp. eng./Asp. eng. z STCW

886,00

5,24

7,86

5,24

10,49

648,00

324,00

1 202,00

868,28


Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 4 november 2018.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^