Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 05 december 2012
gepubliceerd op 14 maart 2013

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de toekenning van een eindejaarstoelage aan het personeel van de centra voor beroepsopleiding en/of -readaptatie erkend door het "Agence wallonne pour l'Intégration professionnelle des Personnes handicapées" (1)

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2012200822
pub.
14/03/2013
prom.
05/12/2012
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

5 DECEMBER 2012. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de toekenning van een eindejaarstoelage aan het personeel van de centra voor beroepsopleiding en/of -readaptatie erkend door het "Agence wallonne pour l'Intégration professionnelle des Personnes handicapées" (AWIPH) (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de toekenning van een eindejaarstoelage aan het personeel van de centra voor beroepsopleiding en/of -readaptatie erkend door het "Agence wallonne pour l'Intégration professionnelle des Personnes handicapées" (AWIPH).

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 5 december 2012.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de socio-culturele sector Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2011 Toekenning van een eindejaarstoelage aan het personeel van de centra voor beroepsopleiding en/of -readaptatie erkend door het "Agence wallonne pour l'Intégration professionnelle des Personnes handicapées" (AWIPH) (Overeenkomst geregistreerd op 27 juli 2011 onder het nummer 104963/CO/329) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de centra voor beroepsopleiding en/of -readaptatie erkend door het "Agence wallonne pour l'Intégration professionnelle des Personnes handicapées" en die ressorteren onder het Paritair Comité voor de socio-culturele sector. § 2. Voor deze collectieve arbeidsovereenkomst moet onder "werknemer" : het mannelijk en vrouwelijke bediende- en arbeiderspersoneel worden verstaan ongeacht het type overeenkomst dat hen bindt met de werkgever. § 3. Deze overeenkomst is eveneens van toepassing op de werknemers ter beschikking gesteld van de centra binnen de grenzen van hun bevoegdheid ten opzichte van hen.

Art. 2.Een eindejaarstoelage is verschuldigd aan de werknemers beoogd in artikel 1 hierboven volgens de hierna bepaalde modaliteiten. HOOFDSTUK II. - Gemeenschappelijke bepalingen

Art. 3.§ 1. Een eindejaarstoelage is samengesteld uit een forfaitair en een variabel gedeelte. § 2. Het bedrag van de eindejaarstoelage wordt als volgt berekend : 1. voor het forfaitair gedeelte : a) 344,25 EUR (bedragen berekend op basis van oktober 2010) telkens verhoogd met een percentage in functie van de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen;worden in aanmerking genomen, de indexen die van kracht zijn in oktober van het betalingsjaar; het percentage wordt vastgesteld tot en met het vierde tiende. b) Met toepassing van het drieledig kaderakkoord voor het Waalse privé non-profitsector 2010-2011 van 24 februari 2011, ontvangen vanaf 1 januari 2010 de werknemers bedoeld in artikel 1, overeenkomstig de modaliteiten vastgesteld in deze collectieve arbeidsovereenkomst, ten laste van hun werkgever, voor de jaren 2010 en volgende, een aanvullende eindejaarstoelage van een geïndexeerd brutobedrag van 94,41 EUR (dit bedrag wordt berekend op basis van oktober 2010).Het wordt geïndexeerd volgens dezelfde bepalingen als die welke hierboven zijn vermeld, artikel 3, § 2, 1., a). 2. voor het variabel gedeelte : Het variabel gedeelte bedraagt 2,5 pct.van het brutojaarloon dat als basis gediend heeft voor de berekening van het loon dat verschuldigd is aan de rechthebbende voor de maand oktober van het beschouwde jaar.

Art. 4.§ 1. De totaliteit van het bedrag van de toelage wordt in december vereffend aan de werknemer die, verbonden door een arbeidsovereenkomst, houder is van een functie die effectieve of gelijkgestelde volledige arbeidsprestaties omvat en die de totaliteit van zijn loon heeft of zou hebben genoten tijdens de gehele duur van de referentieperiode (van 1 januari tot 30 september van het jaar waarvoor de toelage is verschuldigd). § 2. Wanneer een werknemer geen recht heeft op de totaliteit van de toelage ingevolge onvolledige arbeidsprestaties (deeltijds), wordt dit bedrag verminderd naar rato van het loon dat hij heeft of zou hebben ontvangen. § 3. Wanneer een werknemer die volledige arbeidsprestaties verricht geen recht heeft op de totaliteit van het bedrag van de toelage, aangezien hij in dienst getreden is bij het centrum of het heeft verlaten in de loop van de referentieperiode, wordt dit bedrag verminderd naar rato van de verrichte of gelijkgestelde arbeidsprestaties tijdens de referentieperiode. § 4. Elke gewerkte of gelijkgestelde maand tijdens de referentieperiode geeft recht op 1/9e van het bedrag van de toelage, berekend overeenkomstig artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 5. Elke indiensttreding die ingaat vóór de dertiende dag van de maand wordt beschouwd als een indiensttreding van een hele maand.

Art. 5.§ 1. De eindejaarstoelage is niet verschuldigd aan de werknemers die ontslagen werden om dringende reden, noch voor arbeidsprestaties verricht gedurende een niet afdoende proefperiode. § 2. De werknemers in proefperiode op het ogenblik van de betaling van de eindejaarstoelage hebben geen recht op deze toelage HOOFDSTUK III. - Overgangsbepaling

Art. 6.De aanvullende eindejaarstoelage bedoeld in artikel 3, § 2, b) verschuldigd voor 2010 wordt betaald uiterlijk 15 dagen vóór de datum waarvoor de werkgevers de bewijsstukken moeten bezorgen aan de AWIPH met toepassing van het besluit ad hoc zonder dat deze storting mag gebeuren na 31 december 2011. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen

Art. 7.De partijen komen overeen om de Regering van het Waalse Gewest te informeren over de goede uitvoering van deze overeenkomst.

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking op 1 januari 2010 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd. Zij heft de overeenkomst van 14 februari 2000, geregistreerd op 11 mei 2000 onder het nummer 54874/CO/329 op en vervangt deze.

Zij kan worden opgezegd door elke partij met een opzeggingstermijn van drie maanden per ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector die er kennis van geeft aan alle ondertekenende organisaties.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 december 2012.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^