Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 05 maart 2006
gepubliceerd op 10 mei 2006

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2005, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006200507
pub.
10/05/2006
prom.
05/03/2006
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

5 MAART 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2005, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2005, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 5 maart 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2005 Statuut van de syndicale afvaardiging (Overeenkomst geregistreerd op 2 juni 2005 onder het nummer 74928/CO/142.04) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werkliedenpersoneel. HOOFDSTUK II. - Algemene beginselen

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in uitvoering van en overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 24 mei 1971 in de Nationale Arbeidsraad betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen van het personeel der ondernemingen, regelt het statuut van de syndicale afvaardigingen van het werkliedenpersoneel.

Art. 3.§ 1. De werkgevers van de ondernemingen bedoeld bij artikel 1er kennen dat hun werkliedenpersoneel bij hen vertegenwoordigd is door een syndicale afvaardiging waarvan de leden aangewezen of verkozen zijn onder het verenigd werkliedenpersoneel van de onderneming. § 2. Onder "verenigd werkliedenpersoneel" wordt verstaan : het werkliedenpersoneel aangesloten bij een der organisaties die de bij artikel 2 bedoelde overeenkomst van 24 mei 1971 ondertekend hebben.

Art. 4.De werkgevers verbinden er zich toe op het personeel geen enkele druk uit te oefenen om het te beletten bij een vakbond aan te sluiten en aan de niet-aangesloten werklieden geen andere voorrechten dan aan de aangesloten werklieden toe te kennen.

De syndicale afvaardigingen verbinden er zich toe in de ondernemingen de praktijken van paritaire verhoudingen, die met de geest van deze collectieve arbeidsovereenkomst stroken, na te leven.

Art. 5.De werkgevers en de syndicale afvaardigingen : - geven in alle omstandigheden blijk van rechtvaardigheid, billijkheid en verzoening die bepalend is voor de goede sociale verhoudingen in de onderneming; - leven de sociale wetgeving, de collectieve arbeidsovereenkomsten en het arbeidsreglement na en bundelen hun inspanningen teneinde de naleving ervan te verzekeren.

HOOFSTUK III. - Oprichting en samenstelling van de syndicale afvaardiging

Art. 6.§ 1. Op schriftelijk verzoek van één of meerdere in het paritair subcomité vertegenwoordigde werknemersorganisaties, wordt een syndicale afvaardiging van het werkliedenpersoneel ingesteld, waarvan het aantal effectieve en plaatsvervangende afgevaardigden, op grond van het aantal in de onderneming tewerkgestelde werklieden als volgt wordt vastgesteld : 35-50 werklieden : 2 effectieve afgevaardigden + 2 plaatsvervangende afgevaardigden; 51-150 werklieden : 3 effectieve afgevaardigden + 3 plaatsvervangende afgevaardigden; 151-200 werklieden : 4 effectieve afgevaardigden + 4 plaatsvervangende afgevaardigden.

Voor de ondernemingen waar meer dan 200 werklieden tewerkgesteld zijn, wordt een bijkomende effectieve en een bijkomende plaatsvervangende afgevaardigde aangewezen per begonnen schijf van 50 werklieden. § 2. Voor de ondernemingen waar minder dan 35 werklieden tewerkgesteld zijn is de oprichting van een syndicale afvaardiging facultatief.

Nochtans vallen de syndicale afvaardigingen die in deze onderneming reeds bestaan of die er gebeurlijk opgericht worden onder de toepassing van dit statuut. § 3. De grenzen en getallen, die hierboven vastgesteld worden, kunnen het voorwerp uitmaken van gunstiger akkoorden, gesloten op het vlak van de ondernemingen. § 4. De plaatsvervangende afgevaardigden wonen de vergaderingen van de afvaardiging en de audiënties slechts bij in geval van afwezigheid of verhindering van effectieve afgevaardigden en in dezelfde verhouding.

Art. 7.Om het mandaat van afgevaardigde te kunnen uitoefenen moeten de leden van het werklieden personeel aangesloten zijn bij een der in het paritair subcomité vertegenwoordigde werknemersorgani-saties aan volgende voorwaarden voldoen : 1. 18 jaar oud zijn op het ogenblik van de aanstelling;2. sedert 1 jaar in de sector en 6 maanden in de onderneming tewerkgesteld zijn. HOOFDSTUK IV. - Aanduiding van de afgevaardigden

Art. 8.De syndicale afvaardiging wordt ingesteld op initiatief van een der in het paritair subcomité vertegenwoordigde vakverenigingen.

De in het paritair subcomité vertegenwoordigde vakverenigingen zullen het onderling eens worden om de syndicale afgevaardigden aan te wijzen, van wie de naam schriftelijk aan het ondernemingshoofd wordt medegedeeld.

Het ondernemingshoofd bericht binnen acht dagen ontvangst van deze mededeling, waardoor aldus de erkenning van de voorgedragen syndicale afvaardiging wordt bevestigd.

Bij ontstentenis van een akkoord worden de betwiste gevallen aan het bevoegde paritair subcomité door de meest gerede partij ter verzoening voorgelegd.

Bij ontstentenis van een akkoord tussen de vakverenigingen, zullen de syndicale afgevaardigden door middel van verkiezingen worden aangewezen. De verkiezingsprocedure zal in overleg met werkgevers en vakbonden worden vastgesteld.

Art. 9.§ 1. De verkozen of aangestelde afgevaardigden worden uitgekozen op de grond van het gezag waarover zij bij de uitvoering van hun kiese opdrachten moeten beschikken en van hun bevoegdheid welke een degelijke kennis van de onderneming en van de bedrijfstak omvat. § 2. Het mandaat van de syndicale afgevaardigden duurt in principe 4 jaar, het is stilzwijgend hernieuwbaar, telkens voor een nieuwe periode van 4 jaar.

Art. 10.§ 1. Het mandaat van syndicale afgevaardigde neemt een einde : - zodra de syndicale afgevaardigde geen deel meer uitmaakt van het werkliedenpersoneel dat hij moest vertegenwoordigen; - wanneer de afgevaardigde geen deel meer uitmaakt van de vakorganisatie waartoe hij behoorde bij zijn aanstelling; - in geval van ontslag om dringende reden of om economische of technische redenen; - op schriftelijk verzoek van de werknemersorganisatie die de kandidatuur van de afgevaardigde heeft voorgedragen. § 2. Indien het mandaat van een syndicale afgevaardigde om gelijk welke reden een einde neemt tijdens de uitoefening ervan, heeft de werknemersorganisatie waartoe deze afgevaardigde behoort, bij ontstentenis van een plaatsvervangende afgevaardigde, het recht de persoon aan te duiden die het mandaat zal voleindigen. HOOFDSTUK V. - Bevoegdheid van de syndicale afvaardiging

Art. 11.de syndicale afvaardiging wordt zo vlug mogelijk en binnen de 7 werkdagen door de werkgever ontvangen : a) naar aanleiding van elke vraag betreffende : - de arbeidsverhoudingen; - de onderhandelingen met het oog op het sluiten van collectieve arbeidsovereenkomsten of collectieve akkoorden in de schoot van de onderneming, zonder dat daarbij afbreuk wordt gedaan aan de collectieve arbeidsovereenkomsten of akkoorden die op andere vlakken zijn gesloten; - de toepassing in de onderneming van de sociale wetgeving, van de collectieve arbeidsovereenkomsten, van het arbeidsreglement en van de individuele arbeidsovereenkomsten; - de toepassing van de loonschalen en van de classificatieregels; - de naleving van de algemene beginselen bepaald in deze collectieve arbeidsovereenkomsten; b) naar aanleiding van elk geschil of betwisting van collectieve aard die zich in de onderneming voordoet of wanneer dergelijke geschillen of betwistingen dreigen te ontstaan;c) naar aanleiding van elk individueel geschil of betwisting dat niet kon opgelost worden na te zijn ingediend langs de gewone hiërarchische weg door de belanghebbende werkman, op zijn verzoek bijgestaan door zijn syndicale afgevaardigde.

Art. 12.Bij ontstentenis van een ondernemingsraad of van een comité voor preventie en bescherming op het werk zal de syndicale afvaardiging de taken, rechten en opdrachten kunnen uitoefenen die aan deze raad werden toegekend. HOOFDSTUK VI. - Statuut van de leden van de syndicale afvaardiging

Art. 13.Het mandaat van syndicale afgevaardigde mag geen aanleiding geven tot enig nadeel voor diegene die het uitoefent. Dit betekent dat de afgevaardigden recht hebben op de normale promoties en bevorderingen van de categorie van werklieden waartoe zij behoren.

Art. 14.De leden van de syndicale afvaardiging kunnen gedurende het normaal werkrooster over de nodige tijd en faciliteiten beschikken om de in deze overeenkomst omschreven syndicale opdrachten en activiteiten collectief of individueel uit te oefenen.

De uren nodig voor de uitoefening van deze opdrachten worden in gemeenschappelijk overleg op het vlak van de onderneming bepaald.

Bij gebrek aan akkoord wordt in ieder geval een minimum van 8 uren per maand en per afgevaardigde toegekend. Deze uren worden bezoldigd op grond van het normaal gemiddeld loon van elke betrokkene.

De kredieturen zijn in principe niet overdraagbaar van een afgevaardigde op een andere. Op niveau van het bedrijf kan echter een kredieturenpot worden samengesteld, voorzover de 58 kredieturen per trimester per afgevaardigde niet worden overschreden.

De onderneming stelt een lokaal ter beschikking van de syndicale afgevaardigden, teneinde hen toe te laten hun opdracht passend te vervullen.

Art. 15.De leden van de syndicale afvaardiging vergaderen minstens om de twee maanden met het ondernemingshoofd of met zijn afgevaardigde.

Op verzoek van de helft der afvaardiging mogen er buitengewone vergaderingen worden gehouden. In dit geval wordt de voorgestelde agenda bij het aan het ondernemingshoofd gericht verzoek gevoegd. De buitengewone vergadering zal worden gehouden binnen acht dagen volgende op de indiening van het verzoek.

De vergaderingen worden tijdens de arbeidsuren gehouden. De er aan gewijde tijd wordt als effectieve werktijd betaald. De gebeurlijke reiskosten vallen ten laste van de werkgever.

Art. 16.De syndicale afvaardiging kan mondeling of schriftelijk overgaan tot alle mededelingen die nuttig zijn voor het personeel, zonder dat zulks de organisatie van eht werk mag verstoren. Deze mededelingen moeten van professionele of syndicale aard zijn.

Op de arbeidsplaats en gedurende de werkuren zullen, mits instemming van de werkgever, die zijn toestemming niet willekeurig mag weigeren, voorlichtingsvergaderingen voor het personeel van de onderneming kunnen ingericht worden door de syndicale afvaardiging.

Art. 17.De vrijgestelden van de syndicale organisaties zullen, mits toestemming van de werkgever, die zijn toestemming niet willekeurig mag weigeren, de vergaderingen kunnen bijwonen die de afgevaardigden onderling beleggen binnen de omheining van de onderneming alsmede de vergaderingen die er door de syndicale afgevaardigden zullen ingericht worden.

Art. 18.In geval van noodzaak, erkend door de syndicale afvaardiging of door de werkgever, doen de partijen, na de andere partij vooraf te hebben verwittigd, beroep op de vrijgestelden van hun respectieve organisaties. In geval van blijvend meningsverschil, moeten zij eveneens een dringend verhaal indienen bij het verzoeningsbureau van het paritair subcomité.

Art. 19.§ 1. De effectieve en plaatsvervangende leden van de syndicale afvaardiging mogen niet worden afgedankt om redenen die eigen zijn aan de uitoefening van hun mandaat.

De werkgever die voornemens is een effectieve of plaatsvervangende syndicale afgevaardigde om gelijk welke reden, behalve dringende reden, af te danken, verwittigt voorafgaandelijk de syndicale afvaardiging evenals de syndicale organisatie die de kandidatuur van deze afgevaardigde heeft voorgedragen.

Deze verwittiging gebeurt bij een ter post aangetekend schrijven dat uitwerking heeft op de derde dag volgend op de datum van de verzending.

De betrokken syndicale organisatie beschikt over een termijn van zeven dagen om mee te delen dat zij de geldigheid van de voorgenomen afdanking weigert te aanvaarden. Deze mededeling zal gebeuren bij een ter post aangetekend schrijven; de bovenvermelde periode van zeven dagen neemt een aanvang op de dag waarop het door de werkgever toegezonden schrijven uitwerking heeft. Het uitblijven van reactie van de syndicale organisatie moet beschouwd worden als een aanvaarding van de geldigheid van de voorgenomen afdanking. Indien de syndicale organisatie weigert de geldigheid van de voorgenomen afdanking te aanvaarden, heeft de meest gerede partij de mogelijkheid het geval aan het oordeel van het verzoeningsbureau van het paritair subcomité voor te leggen. De maatregel tot afdanking mag niet worden uitgevoerd gedurende de duur van deze procedure. Indien het verzoeningsbureau tot geen eenparige beslissing is kunnen komen binnen de dertig dagen van de aanvraag tot tussenkomst, zal het geschil betreffende de geldigheid van de redenen, die dor de werkgever worden ingeroepen om de afdanking te verantwoorden, aan de arbeidsrechtbank worden voorgelegd. § 2. In geval van afdanking van een effectieve of plaatsvervangende syndicale afgevaardigde wegens dringende reden, moet de syndicale afvaardiging daarvan onmiddellijk op de hoogte worden gebracht. § 3. Een forfaitaire vergoeding is door de werkgever verschuldigd in navolgende gevallen : 1. indien hij een effectieve of plaatsvervangende syndicale afgevaardigde afdankt, zonder de onder § 1 vermelde procedure na te leven;2. indien, op het einde van deze procedure de geldigheid van de redenen van afdanking, rekening houdend met de bepaling zoals vastgesteld in het § 1, door het verzoeningsbureau of door de arbeidsrechtbank niet wordt erkend;3. indien de werkgever een effectieve of plaatsvervangende syndicale afgevaardigde heeft ontslagen wegens dringende reden en de arbeidsrechtbank het ontslag ongegrond heeft verklaard;4. indien de arbeidsovereenkomst werd beëindigd wegens een zware fout van de werkgever, de voor de effectieve of plaatsvervangende syndicale afgevaardigde een reden is tot onmiddellijke beëindiging van de overeenkomst. De forfaitaire vergoeding is gelijk aan de brutobezoldiging van één jaar, onverminderd de toepassing van de artikelen 39 en 40 van de wet van 3 juli 1978 op de arbeidsovereenkomst (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978). HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen

Art. 20.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2005 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan worden opgezegd op verzoek van de meest gerede partij, mits een opzegging van drie maanden, gericht bij ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 maart 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^