Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 05 maart 2012
gepubliceerd op 25 mei 2012

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juli 2010 tot instelling van een minimaal bedrag van de aanvullende vergoeding bij bepaalde vormen van brugpensioen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2012200971
pub.
25/05/2012
prom.
05/03/2012
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

5 MAART 2012. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juli 2010 tot instelling van een minimaal bedrag van de aanvullende vergoeding bij bepaalde vormen van brugpensioen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juli 2010 tot instelling van een minimaal bedrag van de aanvullende vergoeding bij bepaalde vormen van brugpensioen.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 5 maart 2012.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 2011 Vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juli 2010 tot instelling van een minimaal bedrag van de aanvullende vergoeding bij bepaalde vormen van brugpensioen (Overeenkomst geregistreerd op 13 juli 2011 onder het nummer 104757/CO/126)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders/arbeidsters van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking.

Art. 2.De aanvullende vergoeding bij brugpensioen wordt berekend, geïndexeerd en geherwaardeerd conform de regels vastgelegd in de toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomsten.

Art. 3.De aanvullende vergoeding waarvan het aldus bepaalde bedrag lager is dan 117 EUR per maand, wordt verhoogd tot 117 EUR. De verhoging zal evenwel nooit tot gevolg hebben dat het totale brutomaandbedrag van de werkloosheidsuitkering en de aanvullende vergoeding, hoger ligt dan de toepasselijke inhoudingsgrenzen zoals bepaald in artikel 130 van de wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten (na indexering en herwaardering).

De verhoging van de berekende aanvullende vergoeding wordt in voorkomend geval beperkt tot beloop van de toepasselijke inhoudingsgrens.

Art. 4.De minimale aanvullende vergoeding bij brugpensioen zoals bepaald in artikel 3 is van toepassing in het geval van : - brugpensioen vanaf 58 jaar in de zin van de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juni 2011 betreffende het sectoraal brugpensioen, evenals in geval van brugpensioenen die zijn toegekend op basis van vroegere collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende het sectoraal brugpensioen, afgesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking; - brugpensioen vanaf 56 jaar, en mits een beroepsverleden van 40 jaar als loontrekkende in de zin van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 92 van 20 december 2007, verlengd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 96 van 20 februari 2009 en hoofdstuk VII, afdeling 2 van de wet van 12 april 2011Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/04/2011 pub. 28/04/2011 numac 2011012030 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende aanpassing van de wet van 1 februari 2011 houdende verlenging van de crisismaatregelen en uitvoering van het interprofessioneel akkoord, en tot uitvoering van het compromis van de Regering met betrekking tot het ontwerp van interprofessioneel akkoord sluiten (IPA-wet), maar pas vanaf het ogenblik dat de bruggepensioneerde de leeftijd van 58 jaar bereikt, en mits hij in totaal een sectorale anciënniteit van 30 jaar aantoont.

Art. 5.De eventuele verhoging van de normaal berekende, geïndexeerde en geherwaardeerde aanvullende vergoeding, die voortvloeit uit de toepassing van de artikelen 3 en 4, en het deel van de sociale bijdragen dat op deze verhoging betrekking heeft, kan door de werkgever na afloop van elk kalenderjaar worden gerecupereerd bij het fonds voor bestaanszekerheid, volgens de daarvoor voorziene procedure en modaliteiten.

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een onbepaalde duur en treedt in werking op 1 oktober 2011.

Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een opzegging van zes maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 maart 2012.

De Minister van Werk, M. DE CONINCK I

^