Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 06 december 2010
gepubliceerd op 23 december 2010

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 september 2008, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de arbeidsomstandigheden en de verloning en andere arbeidsmodaliteiten in de sector

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2010012327
pub.
23/12/2010
prom.
06/12/2010
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

6 DECEMBER 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 september 2008, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de arbeidsomstandigheden en de verloning en andere arbeidsmodaliteiten in de sector (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het glasbedrijf;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 september 2008, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de arbeidsomstandigheden en de verloning en andere arbeidsmodaliteiten in de sector.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 6 december 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het glasbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 september 2008 Arbeidsomstandigheden en de verloning en andere arbeidsmodaliteiten in de sector (Overeenkomst geregistreerd op 24 februari 2009 onder het nummer 91008/CO/115) Voorwoord De sociale gesprekspartners van het Paritair Comité voor het glasbedrijf stemmen volledig in met het interprofessioneel akkoord 2007-2008 van 2 februari 2007.

Overeenkomstig dit interprofessioneel akkoord, en in het bijzonder de wet van 26 juli 1996 betreffende de promotie van de arbeid en het preventieve behoud van het concurrentievermogen, wordt de verhoging van de loonkosten met 5 pct. voor de komende twee jaar als indicatieve loonnorm aanvaard in functie van de economische situatie van de onderneming of de subsector.

Deze loonnorm omvat de inflatiekost en de baremieke verhogingen.

Bijgevolg, zullen de onderhandelaars in het belang van de economische activiteit en de tewerkstelling en rekening houdend met het internationaal karakter van de sector, en in het bijzonder de economische realiteit van elke subsector of van elke onderneming, op het niveau van de subsector of van de onderneming, de discussies leiden met het oog op de onderhandeling van een overwogen en redelijke evolutie van de loonkosten.

TITEL I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.De huidige collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het glasbedrijf.

Onder "arbeiders", verstaat men : zowel arbeiders als arbeidsters.

TITEL II. - Arbeidsvoorwaarden HOOFDSTUK I. - Arbeidsduur

Art. 2.Gemiddelde duur De overeengekomen wekelijkse arbeidsduur mag op jaarbasis gemiddeld de 38 uur per week niet overschrijden.

Art. 3.Overuren In uitvoering van de artikelen 16 tot 18 van de wet van 3 juli 2005 houdende diverse bepalingen betreffende het sociaal overleg, mag de grens van 65 uren waarbinnen overuren mogen worden gepresteerd op jaarbasis in het kader van extra werk (artikel 25 van de wet van arbeidswet van 16 maart 1971) of werkzaamheden wegens een onvoorziene omstandigheid (artikel 26, § 1, 3° van de arbeidswet van 16 maart 1971) op 130 uren worden gebracht. Wat de verhogingsmaatregelen van de interne grens van 130 uren betreft, zijn de procedures en voorwaarden voorzien in de voornoemde wet van 3 juli 2005 houdende diverse bepalingen betreffende het sociaal overleg integraal van toepassing.

Het Paritair Comité voor het glasbedrijf zal zich niet verzetten tegen de ondernemingsakkoorden om artikel 26bis, § 2 van de arbeidswet van 16 maart 1971 toe te passen (verhoging van de interne grens van 65 uren en verhoging tot 130 uren van de quota aan overuren waarvoor er een keuze mogelijk is tussen rustdagen en betaling) onder de vorm van een collectieve arbeidsovereenkomst ondertekend door de vakbondssecretarissen.

Wanneer op lokaal vlak een probleem overduidelijk niet werd opgelost, zal de meest gerede partij een aangetekende brief sturen aan de voorzitter van het paritair comité. Het verzoeningsbureau zal dan binnen de kortste termijn en maximum 30 werkdagen na ontvangst van de vraag van de voorzitter van het paritair comité, uitspraak doen. HOOFDSTUK II. - Minimum aanwervingsloon

Art. 4.§ 1. Het minimum aanwervingsloon wordt vastgesteld op 9,00 EUR/u, op 1 januari 2007. Dit bedrag moet tegenover het spilindexcijfer 103,96 (basis 2004 = 100) worden gesteld. § 2. Dit bedrag zal geïndexeerd worden tijdens de duur van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst en is gebonden aan een 38-urige werkweek. § 3. Bij de aanwerving, mag men een minimum aanwervingsloon betalen gelijk aan 95 pct. van het minimumloon vermeld in de eerste paragraaf gedurende maximum acht weken effectieve arbeid. Het systeem mag maar één keer toegepast worden voor dezelfde arbeider behalve voor de studenten.

Art. 5.Vanaf de dag van de ondertekening van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst wordt elk voorziene systeem op het vlak van de subsectoren van de glasnijverheid of van een onderneming, betreffende de uurlonen voor arbeiders jonger dan 21 jaar, op onomkeerbare wijze geschrapt. HOOFDSTUK III. - Minimale ploegenpremies

Art. 6.Wanneer het werk in twee of in drie "draaiende" ploegen is ingericht, worden aan de arbeiders, zonder onderscheid van leeftijd, de volgende ploegenpremies toegekend voor een arbeidsregeling van 38 uren per week vanaf 1 januari 2007 :

Ploeg

EUR per uur

Equipe

EUR par heure

Namiddag

0,3912

De l'après-midi

0,3912

Nacht

1,2183

De nuit

1,2183


De bovenvermelde bedragen stemmen overeen met het spilindexcijfer 103,96 (basis 2004 = 100).

Deze minimumbedragen worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen zoals voorzien in artikel 7 van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK IV. - Koppeling van de lonen en de lonen en de ploegenpremies aan het indexcijfer van de consumptieprijzen

Art. 7.De effectief betaalde lonen aan de arbeiders zijn normaal gebonden aan het indexcijfer van de consumptieprijzen dat maandelijks door de Federale Overheidsdienst voor Economie wordt bepaald en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad, overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomsten van 30 september 1998, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, geregistreerd onder het nummer 72208 en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 februari 2006, geregistreerd onder het nummer 80260.

TITEL III. - Bestaanszekerheid

Art. 8.De werkgevers kennen een uitkering toe, per werkloosheidsdag, aan de arbeiders die meer dan minstens zes maanden anciënniteit tellen in de onderneming, wanneer de gedeeltelijke werkloosheid te wijten is aan economische en/of technische redenen, met uitzondering van de gedeeltelijke werkloosheid die voortvloeit uit stakingen of gevolgen van stakingen in de onderneming of in andere ondernemingen.

Worden beschouwd als gedeeltelijk werkloos, de arbeiders van wie de arbeidsovereenkomst nog niet geschorst is.

Deze uitkering wordt toegekend zonder beperking van het aantal werkloosheidsdagen in het kalenderjaar.

Deze uitkering voor een 38-urige werkweek wordt op 1 januari 2007 vastgesteld op 7,4500 EUR per werkloosheidsdag in een stelsel van 5 dagen/week.

Op 1 december 2008, wordt het bovenvermelde bedrag verhoogt tot 7,6000 EUR per dag.

Deze minimale uitkering varieert volgens geen indexeringssysteem.

TITEL IV. - Andere minimale voordelen HOOFDSTUK I. - Eindejaarspremie

Art. 9.De arbeiders die tussen 1 november 2006 en 31 oktober 2007 en van 1 november 2007 tot 31 oktober 2008 volledige prestaties kunnen voorleggen hebben voor elke referteperiode recht op een eindejaarspremie gelijk aan het uurloon voor minimum 18 werkuren, in een 38-urige werkweek.

Deze minimale eindejaarspremie is niet van toepassing voor de ondernemingen die het systeem van de extrawettelijke bijslag bij het vakantiegeld. De extrawettelijke bijslag blijft onveranderd in deze ondernemingen. HOOFDSTUK II. - Vakbondspremie

Art. 10.De patronale bijdrage aan het sociaal fonds voor de arbeiders uit de glasnijverheid wordt, per actief tewerkgestelde arbeider, vastgesteld op het equivalent van 120,00 EUR voor de boekjaren 2007 en 2008. HOOFDSTUK III. - Vakbondsopleiding

Art. 11.Met het oog op de financiering van de vakbondsopleiding wordt de werkgeversbijdrage aan het sociaal fonds voor de arbeiders uit de glasnijverheid dat opgericht werd op 14 januari 1965, vastgesteld per jaar en per actief tewerkgestelde arbeider, voor de boekjaren 2007 en 2008, zodanig dat zij een bedrag van 125.000 EUR per jaar aan het sociaal fonds garandeert.

Het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de glasnijverheid" dat hiertoe op 1 oktober 1987 werd opgericht zal de nodige elementen voor de opstelling van het bijdragepercentage aan de R.S.Z. verschaffen.

TITEL V. - Carenzdag

Art. 12.De eerste dag werkonbekwaamheid van arbeiders wegens ziekte of ongeval in het privéleven, "carenzdag" genoemd, overeenkomstig de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, die niet betaald wordt door de werkgever, wanneer de werkonbekwaamheidsduur geen veertien (14) dagen bedraagt, geeft recht op de volgende maatregel.

Vanaf 1 januari 2007, wordt de eerste "carenzdag" per kalenderjaar betaald door de werkgever aan de arbeiders die reeds 5 jaar of meer anciënniteit tellen in de onderneming op het ogenblik van de betrokken werkonbekwaamheid.

De voordeligere stelsels die in de onderneming van kracht zijn blijven van toepassing.

TITEL VI. - Tweede pensioenpijler

Art. 13.De ondertekenende partijen van de huidige overeenkomst bevelen de werkgevers van de sector aan, op het niveau van de onderneming of de groep, de invoering van een groepsverzekering te voorzien voor de arbeiders na overleg op lokaal vlak.

TITEL VII. - Opeenvolgende arbeidsovereenkomsten

Art. 14.In geval van opeenvolgende arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur of vervangingsovereenkomsten, zal de gedekte periode door de bedoelde arbeidsovereenkomsten in aanmerking worden genomen voor de berekening van de anciënniteit in geval van definitieve aanwerving voor zover er geen onderbreking plaats heeft gehad in de opeenvolging van deze contracten van meer dan 4 weken.

TITEL VIII. - Diverse maatregelen HOOFDSTUK I. - Vervoerskosten

Art. 15.Artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1991, gesloten in de schoot van het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de vervoerskosten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 19 september 1991, zal als volgt worden gewijzigd : « De werkgevers betalen de vervoerskosten aan alle arbeiders ten belope van 60 pct. van de prijs van het sociaal abonnement (treinkaart) in 2e klasse van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen, hierna genoemd de NMBS, ongeacht het gebruikte transportmiddel.

De werkgever komt enkel tussen in de vervoerskosten wanneer de afgelegde afstand gelijk of meer bedraagt dan vijf (5) kilometer, behalve wanneer het transport door de NMBS wordt georganiseerd. » Artikel 6 van dezelfde overeenkomst van 15 mei 1991 zal als volgt worden gewijzigd : « Voor het transport georganiseerd door de werkgevers met financiële tussenkomst van de arbeiders, mag de tussenkomst van de werkgevers niet lager liggen dan 60 pct. van de prijs van het sociaal abonnement in 2e klasse van de NMBS voor de afgelegde afstand, zonder afbreuk te doen aan de voordeligere maatregelen op het niveau van de ondernemingen. » HOOFDSTUK II. - Statuut van de vakbondsafvaardiging

Art. 16.De collectieve arbeidsovereenkomst van 9 augustus 1972, gesloten in de schoot van het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardigingen, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, zal in artikel 8 aangepast worden om te voorzien dat om effectief of plaatsvervangend vakbondsafgevaardigde te worden, de arbeiders op de datum van de verkiezing of van de aanstelling niet ouder dan 21 jaar maar tenminste 18 jaar oud moeten zijn. HOOFDSTUK III. - Campagne "Schone kleren op het werk"

Art. 17.Schone kleren zijn kleren vervaardigd in goede werkomstandigheden. De Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) heeft een reeks normen en overeenkomsten bepaald die moeten gerespecteerd die overal en op elk ogenblik moeten gerespecteerd worden. Schonen kleren zijn kleren die vervaardigd werden met respect voor de fundamentele arbeidsnormen voorgeschreven door de IAO. Het betreft in het bijzonder de overeenkomsten van de IAO nr. 1, 26, 29, 87, 98, 100, 105, 111, 122, 131, 138, 155 en 182.

In het kader van deze "schone kleren" campagne, engageren de werkgevers zich om enkel schone kleren ter beschikking te stellen van de arbeiders die in correcte arbeidsomstandigheden werden vervaardigd. HOOFDSTUK IV. - Sociaal Europees akkoord over kristallijn silica

Art. 18.Op 25 april 2006 werd er een akkoord ondertekend voor de bescherming van de gezondheid van werknemers door de naleving van goede praktijken in het kader van de behandeling van kristallijn silica en producten die deze stof bevatten, dat van kracht is geworden op 25 oktober 2006.

De werkgevers en de arbeiders engageren zich om de "Gids goede praktijken voor de bescherming van de gezondheid van de werkgevers in het kader van de behandeling van kristallijn silica en de producten die deze stof bevatten" te respecteren zoals gepubliceerd op 25 oktober 2006 en beschikbaar op de website van NEPSI (www.nepsi.eu).

TITEL IX. - Sociaal overleg

Art. 19.In geval van sociale conflicten, bevestigen de werkgevers en de arbeiders hun vaste intentie om de aangepaste conventionele bemiddelingsprocedures te volgen, met inbegrip van het beroep doen op de voorzitter van het paritair comité in zijn hoedanigheid van sociaal bemiddelaar.

TITEL X. - Sociale vrede

Art. 20.Tot 31 december 2008, verbinden de ondertekenende vakbonden van de huidige overeenkomst en hun leden zich ertoe geen enkele algemene en collectieve eis bij de werkgevers die ressorteren onder de sector van het glasbedrijf meer te stellen, ten gunste van de arbeiders buiten de uitvoeringsmaatregelen van de huidige overeenkomst.

De ondertekenende partijen van de huidige overeenkomst gaan echter akkoord om onderhandelingen te starten op het niveau van de sector van de spiegelmakerij en van de ondernemingen die niet tot de spiegelmakerij behoren.

Indien de sociale vrede niet nageleefd wordt, indien de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 1987, gesloten in de schoot van het Paritair comité voor het glasbedrijf, betreffende de sociale vrede en prestaties van openbaar nut in vredestijd, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 22 september 1987, niet nageleefd wordt door de vakbondsorganisaties, zullen de sancties voorzien in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 1987 toegepast worden.

TITEL XI. - Geldigheid

Art. 21.De huidige collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 april 2007 betreffende de arbeidsvoorwaarden en de verloning en de andere arbeidsmodaliteiten in de sector (geregistreerd onder het nr. 85036). Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt van kracht op 1 januari 2007 en verliest haar uitwerking op 31 december 2008.

Deze huidige arbeidsovereenkomst wordt te goeder trouw gesloten en de ondertekenende partijen verbinden er zich toe om ze te doen naleven bij hun lastgevers, zowel naar de letter als naar de geest.

De huidige collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten ter uitvoering van de wet van 26 juli 1996 betreffende de bevordering van de werkgelegenheid en het preventieve behoud van de competitiviteit en van haar uitvoeringsbesluiten.

Art. 22.De voordeligere maatregelen van de collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in de schoot van de ondernemingen of de subsectoren behouden hun uitwerking tijdens de ganse duur van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 23.Deze huidige collectieve arbeidsovereenkomst zal worden neergelegd ter Griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen en een aanvraag tot algemene verbindend verklaring bij koninklijk besluit wordt gevraagd door de ondertekenende partijen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 6 december 2010.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^