Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 06 maart 2007
gepubliceerd op 19 maart 2007

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 juli 2002 tot uitvoering van Hoofdstuk IIIbis van Titel III van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2007022348
pub.
19/03/2007
prom.
06/03/2007
ELI
eli/besluit/2007/03/06/2007022348/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

6 MAART 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 juli 2002 tot uitvoering van Hoofdstuk IIIbis van Titel III van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op Hoofdstuk IIIbis ingevoegd in Titel III bij de wet van 5 juni 2002 en gewijzigd bij de wetten van 22 augustus 2002 en 24 december 2002, de koninklijke besluiten van 2 februari 2004 en 3 maart 2004 en de wetten van 9 juli 2004, 27 december 2005 en 27 december 2006;

Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2002 tot uitvoering van Hoofdstuk IIIbis van Titel III van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op de artikelen 8, 9, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 mei 2006, 10, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 april 2003, 14, 16, 17, 20, 21, 23, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 april 2003, 24 en 25;

Gelet op het advies van de Commissie voor begrotingscontrole, gegeven op 9 maart 2006;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 13 maart 2006;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 april 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 14 juni 2006;

Gelet op het advies nr. 41.843/1 van de Raad van State, gegeven op 27 december 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 8 van het koninklijk besluit van 15 juli 2002 tot uitvoering van Hoofdstuk IIIbis van Titel III van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wordt opgeheven.

Art. 2.In artikel 9, § 2, eerste lid, van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « zijn (haar) personen ten laste » vervangen door de woorden « hun personen ten laste ».

Art. 3.In artikel 10 van hetzelfde koninklijk besluit, zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 april 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt vervangen als volgt : « § 1.Als het gezin dat conform artikel 37decies, § 1, van de wet is samengesteld, een persoon bevat die zich wegens zijn gezondheidstoestand in een afhankelijkheidssituatie bevindt of in een daarmee gelijkgestelde situatie, kan die persoon een gezin op zich alleen vormen. » 2° in § 2, eerste lid, worden de woorden « of in een daarmee gelijkgestelde situatie » ingevoegd tussen de woorden « zijn gezondheidstoestand » en de woorden « , de rechthebbende »;3° § 2 wordt aangevuld als volgt : « j) hij is op 1 januari van het jaar waarin de maximumfactuur is toegekend in het raam van een gereglementeerde vorm van gezinsplaatsing in een bepaald gezin geplaatst.Het bewijs daarvan wordt geleverd met elk document uit het dossier van de rechthebbende of met elk bewijsmiddel dat door hem wordt aangebracht. »; 4° § 3, eerste lid, wordt vervangen als volgt : « Indien § 1 van toepassing is, vormt de betrokken persoon toch een gezin met zijn (haar) echtgenote (echtgenoot) of de persoon waarmee hij (zij) een feitelijk gezin vormt, alsook met hun personen ten laste in de hypothese dat die personen dezelfde hoofdverblijfplaats hebben als hij (zij).»

Art. 4.In het opschrift van Hoofdstuk IV van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « en uitgevoerd door de verzekeringsinstellingen » geschrapt.

Art. 5.In artikel 14 van hetzelfde koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede lid worden de woorden « Hoofdstuk II » vervangen door de woorden « Hoofdstuk III »;2° het derde lid wordt vervangen als volgt : « Als een van de rechthebbenden van het in het eerste lid bedoelde gezin zich tijdens het betrokken kalenderjaar in een van de in artikel 37novies van de wet opgesomde situaties bevindt, kunnen de bepalingen van Hoofdstuk III voor het volledige kalenderjaar op die rechthebbende, zijn (haar) echtgenote (echtgenoot) of de persoon waarmee hij (zij) een feitelijk gezin vormt, alsook hun personen ten laste, worden toegepast.»

Art. 6.In artikel 16 van hetzelfde koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden « en voor zover geen enkele rechthebbende van dat gezin zich in een van de in artikel 37novies opgesomde situaties bevindt » worden geschrapt.2° de volgende woorden worden bijgevoegd : « , behalve wanneer het gezin bedoeld in artikel 37decies, § 1, van de wet enkel is samengesteld uit de personen bedoeld in artikel 37octies van de wet ».

Art. 7.In artikel 17, eerste lid, van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « betreffende het recentste jaar waarvoor een belasting is ingekohierd » vervangen door de woorden « in het derde jaar dat voorafgaat aan dat waarvoor het recht op de maximumfactuur is onderzocht ».

Art. 8.In artikel 20, 2°, wordt het woord « toepasselijke » vervangen door het woord « hoogste ».

Art. 9.In artikel 21, tweede lid, van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « de keuze bedoeld in » vervangen door de woorden « de toepassing van ».

Art. 10.In artikel 23, vierde lid, van hetzelfde koninklijk besluit, worden de woorden « het laagste inkomensgrensbedrag, bedoeld in artikel 37undecies van de wet » vervangen door de woorden « een van de eerste twee inkomensgrensbedragen, bedoeld in artikel 37undecies van de wet ».

Art. 11.In artikel 24, eerste lid, worden de woorden « de keuze bedoeld in » vervangen door de woorden « de toepassing van ».

Art. 12.In artikel 25 van hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden « al naargelang het geval » en « of met betrekking tot de maximumfactuur uitgevoerd door de Administratie van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit » geschrapt.

Art. 13.In bijlagen 1 en 2 wordt de volgende zin ingevoegd na de zin « Ik geef mijn verzekeringsinstelling en de met de controle belaste organen van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering de toestemming, om mijn bruto belastbare inkomens bij de Administratie van de Ondernemings- en Inkomstenfiscaliteit na te gaan. » : « Ik bevestig hierbij geen aanslagbiljet betreffende de personenbelasting meer te ontvangen (deze vermelding schrappen wanneer wel een aanslagbiljet betreffende de personenbelasting werd ontvangen). »

Art. 14.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006, met uitzondering van de artikelen 4, 8, 10 en 12 die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2005.

Art. 15.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 6 maart 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

^