Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 06 november 1999
gepubliceerd op 09 november 2000

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1998, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende de vaststelling van de buitengewone bijdrage voor het vierde kwartaal 1998 aan het "Sociaal fonds voor de ondernemingen voor de terugwinning van metalen"

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1999012767
pub.
09/11/2000
prom.
06/11/1999
ELI
eli/besluit/1999/11/06/1999012767/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

6 NOVEMBER 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1998, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende de vaststelling van de buitengewone bijdrage voor het vierde kwartaal 1998 aan het "Sociaal fonds voor de ondernemingen voor de terugwinning van metalen" (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 1991, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen houdende coördinatie van de statuten van het "Sociaal Fonds voor de ondernemingen voor de terugwinning van metalen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 15 september 1993, inzonderheid op artikel 27 van de statuten;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1998, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende de vaststelling van de buitengewone bijdrage voor het vierde kwartaal 1998 aan het "Sociaal fonds voor de ondernemingen voor de terugwinning van metalen".

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 6 november 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Koninklijk besluit van 15 september 1993, Belgisch Staatsblad van 5 november 1993.

Bijlage Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1998 Buitengewone bijdrage voor het vierde kwartaal 1998 aan het "Sociaal fonds voor de ondernemingen voor de terugwinning van metalen" (Overeenkomst geregistreerd op 2 juli 1998 onder het nummer 48564/CO/142.01) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, werklieden en werksters van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen. HOOFDSTUK II. - Buitengewone bijdrage

Art. 2.Overeenkomstig artikel 27 van de statuten vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 1991, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, houdende coördinatie van de statuten van het "Sociaal Fonds voor de ondernemingen voor de terugwinning van metalen", algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 15 september 1993, wordt een buitengewone bijdrage bepaald voor het vierde kwartaal 1998.

Art. 3.Deze buitengewone bijdrage, verschuldigd door de bij artikel 5 van voormelde statuten bedoelde werkgevers, wordt bepaald op 0,50 pct. van de onbegrensde brutolonen aan 108 pct., die voor de werklieden en werksters aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid worden aangegeven voor het vierde kwartaal 1998.

Art. 4.De inning en de invordering van de bijdrage worden door de Rijksdienst voor sociale zekerheid verzekerd bij toepassing van artikel 7 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid.

Art. 5.De aldus door de Rijksdienst voor sociale zekerheid aan het fonds gestorte som is bestemd voor de uitkeringen voorzien in artikel 17, 1ste en 2de lid van voormelde statuten. HOOFDSTUK III. - Slotbepaling

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 oktober 1998 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1998.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 6 november 1999.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^