Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 07 juni 2004
gepubliceerd op 01 juli 2004

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 april 2002 tot vaststelling van de forfaitaire tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen voor de specifieke kosten van de diensten thuisverpleging en van de voorwaarden voor het toekennen van die tegemoetkoming

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2004022002
pub.
01/07/2004
prom.
07/06/2004
ELI
eli/besluit/2004/06/07/2004022002/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 JUNI 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 april 2002 tot vaststelling van de forfaitaire tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen voor de specifieke kosten van de diensten thuisverpleging en van de voorwaarden voor het toekennen van die tegemoetkoming


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 37, § 13, vervangen bij de wet van 10 augustus 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 april 2002 tot vaststelling van de forfaitaire tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen voor de specifieke kosten van de diensten thuisverpleging en van de voorwaarden voor het toekennen van die tegemoetkoming.

Gelet op het advies van de Overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen, gegeven op 15 december 2003;

Gelet op het advies van de Commissie voor Begrotingscontrole, gegeven op 17 december 2003;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 22 december 2003;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 januari 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 18 februari 2004;

Gelet op het advies nr 36.980/1 van de Raad van State, gegeven op 27 april 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 16 april 2002 tot vaststelling van de forfaitaire tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen voor de specifieke kosten van de diensten thuisverpleging en van de voorwaarden voor het toekennen van die tegemoetkoming, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 1 wordt het woord "omschreven" vervangen door het woord "bedoeld";2° § 2 wordt vervangen als volgt : « §2.Om aanspraak te hebben op de forfaitaire tegemoetkoming zoals bedoeld in artikel 2, § 1, eerste lid, voldoen de diensten thuisverpleging blijvend aan de volgende voorwaarden : a) geleid worden door verpleegkundigen die verantwoordelijk zijn voor de organisatie van de dienst thuisverpleging, voor de coördinatie, voor de programmering, voor de continuïteit, voor de kwaliteit en voor de evaluatie van de verzorging en die gezag en toezicht uitoefenen over minimum 7 verpleegkundigen.Dit minimumaantal wordt uitgedrukt in voltijds equivalent (VTE) en de verantwoordelijke verpleegkundigen worden niet meegerekend bij de bepaling van dat minimum; b) de permanente opleiding van de verpleegkundigen garanderen met ten minste 20 uur opleiding per jaar per VTE;c) per VTE per jaar voor 25 uur overlegvergadering en peer review met betrekking tot de patiënten garanderen;d) beschikken over een uniek derdebetalersnummer.» 3° § 3, eerste lid wordt vervangen als volgt : « § 3.Om aan te tonen dat ze over verpleegkundigen zoals bedoeld in § 2, 1°, beschikken, bezorgen de diensten thuisverpleging aan de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering een lijst met het personeelsbestand, alsmede een afschrift van de overeenkomst die de verpleegkundige aan de dienst thuisverpleging bindt, of een afschrift van de beraadslaging van de inrichtende macht ingeval het om een openbare dienst gaat. De dienst thuisverpleging deelt ook de namen van de verantwoordelijke verpleegkundigen mee. » 4° In § 3, tweede lid vervalt het woord « andere ».

Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 1, 2° vervallen de woorden « volledig door de werkgever bezoldigde.» 2° In § 2 wordt de eerste zin vervangen als volgt : « De diensten thuisverpleging bezorgen aan de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering volgende documenten : » 3° In § 2, 1° wordt het woord « loontrekkend » ingevoegd tussen de woorden « dat het » en de woorden « verpleegkundig personeel.» 4° In § 3 worden in de eerste zin de woorden « per aangetekende brief » ingevoegd tussen de woorden « volgende gegevens » en het woord « bezorgen.» 5° In § 4, wordt het tweede lid vervangen als volgt : "Dat aantal forfaitaire tegenmoetkomingen kan nooit het kleinste van de twee volgende aantallen overschrijden : - het resultaat, afgerond op één decimaal na de komma, van de deling door 14 van het gemidded aantal van VTE verpleegkundigen (exclusief de verantwoordelijke verpleegkundigen) gedurende het kwartaal; - het gemiddelde aantal van VTE verantwoordelijke verpleegkundigen die beantwoorden aan de voorwaarden van artikel 1, § 2, 1° en artikel 3, § 1, 1° gedurende het kwartaal. 6° In § 6, tweede lid worden de woorden « artikel 3, § 2 » vervangen door de woorden « artikel 3, § 1.» 7° In § 7 worden de woorden « per aangetekende brief » ingevoegd tussen de woorden « moeten vergezellen » en de woorden « aan op de Dienst.»

Art. 3.In artikel 4 van hetzelfde koninklijk besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° De eerste zin wordt vervangen als volgt : « Voor de toepassing van dit besluit kan de Dienst voor geneeskundige verzorging zich steunen op de gegevens van de RSZ of RSZ-PPO en past hij de volgende regels toe : » 2° Punt 1° wordt vervangen als volgt : « 1° aantal VTE dagen per kwartaal : - voor de loontrekkende verpleegkundigen die voltijds in de dienst thuisverpleging werken, zijn dit de dagen die volledig bezoldigd werden door de werkgever en dit volgens de definitie die daarover wordt gegeven in het kader van de RSZ; - voor de statutaire verpleegkundigen die van de RSZ-PPO afhangen, wordt alleen rekening gehouden met de dagen die overeenstemmen met de bovenvermelde definitie; - de activiteit van de loontrekkende of statutaire verpleegkundigen die deeltijds in de dienst thuisverpleging werken, wordt omgezet in VTE-dagen, rekening houdende met de gegevens op de lijst met het personeelsbestand zoals bedoeld in artikel 1, § 3. Een VTE-dag komt overeen met 7 uur 36 minuten, zelfs verdeeld over verscheidene dagen; - voor de verpleegkundigen die noch statutair of loontrekkend zijn, wordt het aantal uren gepresteerd in de dienst thuisverpleging omgezet in VTE-dagen. Deze gepresteerde uren worden aan de Dienst medegedeeld op basis van een verklaring op erewoord. Een VTE-dag komt overeen met 7 uur 36 minuten, zelfs verdeeld over verscheidene dagen. Per fysieke persoon en per dag kan maximum 7 uur 36 minuten in aanmerking worden genomen. » 3° Punt 2° wordt opgeheven.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Art. 5.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 7 juni 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

^