Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 08 januari 2016
gepubliceerd op 19 februari 2016

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 januari 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de apotheken en tarificatiediensten, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2015204804
pub.
19/02/2016
prom.
08/01/2016
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

8 JANUARI 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 januari 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de apotheken en tarificatiediensten, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de apotheken en tarificatiediensten;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 januari 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de apotheken en tarificatiediensten, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 8 januari 2016.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de apotheken en tarificatiediensten Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 januari 2015 Statuut van de vakbondsafvaardiging (Overeenkomst geregistreerd op 4 maart 2015 onder het nummer 125705/CO/313) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de apotheken en tarificatiediensten.

Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder "werknemers" : de mannelijke en vrouwelijke werknemers die in een apotheek en de tarificatiediensten werken met uitsluiting van het onderhoudspersoneel.

Art. 2.De werkgevers erkennen dat hun werknemers, aangesloten bij één der ondertekenende vakverenigingen, het recht hebben zich bij hen te laten vertegenwoordigen door een syndicale afvaardiging waarvan het statuut bij deze overeenkomst wordt geregeld.

Art. 3.De werkgevers gaan de verbintenis aan de vakbondsafvaardiging te ontvangen, generlei drukking op het personeel uit te oefenen om te verhinderen dat het tot een vakvereniging zou toetreden, noch aan niet gesyndiceerde werknemers blijken van voorkeur te geven ten opzichte van gesyndiceerde werknemers.

Art. 4.De syndicale afgevaardigden van personeel moeten onder alle omstandigheden : a) een geest van rechtvaardigheid, van billijkheid en verzoeningsgezindheid aan de dag leggen;b) elke tekortkoming aan de sociale wetgeving, de arbeidsreglementen van de onderneming, de collectieve arbeidsovereenkomsten, alsook aan de arbeidstucht en aan het beroepsgeheim, persoonlijk vermijden en door hun collega's doen vermijden;c) het optreden van de leiding der onderneming en van haar vertegenwoordigers op verschillende gezagsposten niet bemoeilijken en vice versa.

Art. 5.De ondertekenende vakverenigingen gaan de verbintenis aan de vrijheid van vereniging te eerbiedigen en te zorgen dat hun leden uit hun syndicale propaganda alle methoden weren, die niet overeen te brengen zijn met de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5 van 24 mei 1971, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen van het personeel, aangevuld met de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5bis van 30 juni 1971, noch met deze overeenkomst. HOOFDSTUK II. - Bevoegdheden van de syndicale afvaardiging

Art. 6.De syndicale afvaardiging heeft het recht door de werkgever of door zijn vertegenwoordigers te worden gehoord naar aanleiding van elk geschil of betwisting van collectieve aard die zich in de onderneming voordoet; zij heeft hetzelfde recht, wanneer dergelijke geschillen of betwistingen dreigen te ontstaan.

Art. 7.Elke individuele klacht wordt langs de gewone hiërarchische weg ingediend door de belanghebbende werknemer die op zijn verzoek wordt bijgestaan door zijn syndicale afgevaardigde.

De syndicale afvaardiging heeft het recht te worden gehoord naar aanleiding van elk individueel geschil of betwisting die langs deze weg niet kon worden opgelost.

Art. 8.Ten einde de in voorgaande artikelen 6 en 7 bedoelde geschillen of betwistingen te voorkomen, moet de syndicale afvaardiging van het personeel voorafgaandelijk door de werkgever worden ingelicht over de veranderingen die de contractuele of gebruikelijke arbeids- en beloningsvoorwaarden kunnen wijzigen, met uitzondering van inlichtingen die behoren tot de persoonlijke sfeer.

Zij zal inzonderheid worden ingelicht over de wijzigingen welke voortvloeien uit de wet, de collectieve arbeidsovereenkomsten of de bepalingen van algemene aard die in de individuele arbeidsovereenkomsten zijn opgenomen, voornamelijk de bepalingen die een weerslag hebben op de loonschalen en de regelen van de beroepsclassificatie.

Art. 9.De werkgever of zijn vertegenwoordiger zal de syndicale afvaardiging zo spoedig mogelijk ontvangen, ten laatste binnen de 14 dagen na het indienen van het verzoek. Gehoor wordt aldus verleend naar aanleiding van gelijk welke betwisting aangaande : a) inbreuken op de algemene beginselen bepaald in de artikelen 2 tot 5 van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 1971, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen van het personeel der ondernemingen;b) het nakomen van de sociale wetgeving, de arbeidsreglementen van de onderneming, de collectieve arbeidsovereenkomsten en de individuele arbeidsovereenkomsten, inzonderheid opdat voor het gesyndiceerd personeel van de onderneming de weddeschalen en de classificeringsregelen worden toegepast, voorzien in het kader van de geldende wetten en collectieve arbeidsovereenkomsten;c) de arbeidsverhoudingen.

Art. 10.De syndicale afvaardiging is bevoegd om onderhandelingen te voeren voor het sluiten van collectieve overeenkomsten of van akkoorden in de schoot van de onderneming met 50 en meer werknemers, onverminderd de collectieve overeenkomsten of de akkoorden die op andere vlakken zijn gesloten.

Art. 11.De syndicale afvaardiging is niet bevoegd om aangelegenheden te behandelen die behoren tot de bevoegdheid van paritaire instellingen op het vlak van de onderneming bestaande of in het leven te roepen krachtens een wets- of reglementsbepaling, zoals onder meer de ondernemingsraad, het comité voor preventie en bescherming op het werk.

De syndicale afvaardiging mag evenwel toezicht houden op de inrichting en de werking van deze instellingen en op de uitvoering van hun beslissingen die de werknemers aanbelangen. HOOFDSTUK III. - Samenstelling van de afvaardiging

Art. 12.Op vraag van één of meerdere representatieve werknemersorganisaties wordt een syndicale afvaardiging opgericht in de ondernemingen met 50 en meer werknemers met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur van 4/5 of meer, wanneer ten minste 25 pct. van de totale getalsterkte van de werknemers gesyndiceerd is.

Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt onder "onderneming" verstaan : de technische bedrijfseenheid in de zin van de wetgeving betreffende de sociale verkiezingen.

Meerdere juridische entiteiten worden vermoed, tot het tegendeel wordt bewezen, een technische bedrijfseenheid te vormen, indien het bewijs kan worden geleverd : (1) dat ofwel deze juridische entiteiten deel uitmaken van eenzelfde economische groep of beheerd worden door eenzelfde persoon of door personen die onderling een economische band hebben, ofwel dat deze juridische entiteiten eenzelfde activiteit hebben of activiteiten die op elkaar afgestemd zijn;(2) en dat er elementen bestaan die wijzen op een sociale samenhang tussen deze juridische entiteiten, zoals met name een gemeenschap van mensen verzameld in dezelfde gebouwen of in nabije gebouwen, een gemeenschappelijk personeelsbeheer, een gemeenschappelijk personeelsbeleid, een gemeenschappelijk arbeidsreglement is of arbeidsreglementen die gelijkaardige bepalingen bevatten. Dit vermoeden kan echter worden weerlegd als de werkgever(s) het bewijs levert(en) dat het personeelsbeheer en -beleid geen sociale criteria aan het licht brengen, kenmerkend voor het bestaan van een technische bedrijfseenheid.

De berekening van het aantal werknemers gebeurt op grond van het gemiddeld aantal werknemers die gedurende de vier trimesters, voorafgaand aan het trimester waarin de aanvraag is gesteld, volgens de RSZ-aangifte, in de onderneming zijn tewerkgesteld.

Voor de berekening van het aantal bedoelde werknemers, worden alle werknemers in aanmerking genomen zoals vermeld in § 1, 1ste lid van dit artikel.

Elke werkgever is verplicht, op schriftelijke aanvraag van een representatieve vakbondsorganisatie, het aantal in zijn onderneming tewerkgestelde werknemers schriftelijk mede te delen, ook al werd er nog geen enkele aanvraag tot oprichting van een syndicale afvaardiging gesteld.

Ten einde de syndicalisatiegraad vast te stellen wordt rekening gehouden met het aantal gesyndiceerden tewerkgesteld binnen de onderneming op het ogenblik van de indiening van de vraag tot oprichting van een syndicale afvaardiging.

In geval van betwisting aangaande het aantal gesyndiceerde werknemers die in de onderneming werken, wordt beroep gedaan op de voorzitter van het paritair comité, die de door de werknemersorganisaties daartoe aan hem overgemaakte ledenlijsten vergelijkt met de personeelslijst die hem door de werkgever wordt medegedeeld.

Art. 13.De vakorganisatie die een initiatief neemt met het oog op de oprichting van een syndicale afvaardiging moet bij aangetekende brief de andere syndicale organisaties verwittigen van haar inzicht.

Deze verwittigen binnen de 14 dagen, per aangetekende brief, de initiatief nemende organisatie dat zij aanspraak maken op minstens één mandaat.

Bij ontstentenis van reactie binnen voormelde termijn, worden zij geacht geen aanspraak te maken op vertegenwoordiging.

Op straffe van nietigheid wordt het verzoek tot oprichting van een syndicale afvaardiging bij de werkgever ingediend bij middel van een gemeenschappelijke aangetekende brief vanwege die syndicale organisaties die aanspraak maken op minstens één mandaat.

In deze brief zullen bedoelde syndicale organisaties verwijzen naar de beschikkingen van de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging gesloten in het Paritair Comité voor de apotheken en de tarificatiediensten.

De werkgever kan zich binnen een termijn van 15 dagen na het indienen van het hierboven vermelde verzoek verzetten tegen de oprichting van een syndicale afvaardiging met een aangetekende brief aan de syndicale organisaties die het verzoek hebben opgestuurd.

Art. 14.De afvaardiging bestaat uit hetzelfde aantal effectieve en plaatsvervangende leden. De afgevaardigden kunnen een hunner tot voorzitter kiezen.

De syndicale afvaardiging wordt bepaald als volgt : Vanaf 50 werknemers : 2 effectieve afgevaardigden en 2 plaatsvervangers. HOOFDSTUK IV. - Aanduiding van de afgevaardigden

Art. 15.Om de functie van effectief afgevaardigden of van plaatsvervanger te mogen uitoefenen, moeten de werknemers aan de volgende vereisten voldoen : 1. in regel te zijn om in België te werken;2. a) ten minste één jaar als werknemer hebben gewerkt en;b) niet minder dan twaalf opeenvolgende maanden bij de onderneming in dienst zijn en de pensioengerechtigde leeftijd niet bereikt hebben;3. niet in een opzeggingsperiode zijn op het ogenblik van de aanduiding;4. geen deel uitmaken van het leidinggevend personeel in de zin van de wetgeving betreffende de ondernemingsraden;5. lid zijn van één der erkende vakorganisaties.

Art. 16.De syndicale vakorganisaties die aanspraak maken op minstens één mandaat, zullen zich vóór het indienen van de gemeenschappelijke aanvraag bedoeld in artikel 13, onderling akkoord stellen nopens de verdeling der mandaten in verhouding tot het respectieve ledental in de onderneming.

Bij gebrek aan intersyndicaal akkoord, kan de meeste gerede partij hierbij beroep doen op het verzoeningsinitiatief van de voorzitter van het paritair comité voor het beheer van apotheken en tarificatiediensten : het aantal van mandaten zal verdeeld worden volgens het aantal vakbondslidmaatschappen a rato van de regel D'Hondt.

Op het ogenblik dat het gemeenschappelijk verzoek volgens artikel 13 aan de werkgever wordt opgestuurd zullen de vakorganisaties afschrift van dit verzoek samen met de lijst der mogelijk effectieve en plaatsvervangende kandidaten, beperkt tot het aantal volgens artikel 14 te begeven zetels, bij aangetekende brief toesturen aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de apotheken en de tarificatiediensten. Zij leggen aan de werkgever, ten laatste 30 dagen na het indienen van het verzoek waarvan sprake in artikel 13, schriftelijk de definitieve lijst voor van de effectieve en plaatsvervangende afgevaardigden die worden voorgedragen. Deze termijn wordt geschorst in geval van betwisting in verband met de in artikel 12 bepaalde getalsterkte.

Art. 17.De plaatsvervangende leden zetelen in de plaats van een effectief lid : 1. ingeval dit lid verhinderd is;2. wanneer het effectief lid overleden is, de vereisten bepaald bij artikel 15 niet meer vervult of wanneer zijn mandaat een einde heeft genomen overeenkomstig artikel 22.

Art. 18.Elke organisatie zal tijdig zorgen voor de vervanging van haar afgevaardigden die hun opdracht niet meer vervullen. Deze vervanging zal geschieden overeenkomstig de bepalingen van artikelen 15 tot 17.

Art. 19.De werkgever kan zich altijd om ernstige redenen tegen de aanduiding of het behoud van een afgevaardigde verzetten. De werkgever laat in het eerste geval aan de betrokken vakvereniging voor werknemers weten waarom hij zich verzet, zulks binnen de 14 werkdagen na voorlegging van de in artikel 16, 3de lid bedoelde lijst.

Bij onenigheid tussen de partijen, wordt het geschil aan het verzoeningsbureau van het paritair comité voorgelegd, die de partijen, gebeurlijk bijgestaan door een raadsman, zal aanhoren en het geschil beslechten.

Art. 20.De syndicale afvaardiging wordt officieel ingesteld binnen de 14 dagen na het verstrijken van de termijn, bedoeld in artikel 19, 1ste lid. In geval van onenigheid tussen de partijen gaat deze termijn in na betekening van de beslissing van het verzoeningsbureau bedoeld in artikel 19, 2de lid.

Ter gelegenheid van de officiële instelling stellen de partijen, in uitvoering van hoofdstuk V, de werkingsmodaliteiten van de syndicale afvaardiging vast.

Art. 21.Het mandaat van afgevaardigde duurt 4 jaar en is hernieuwbaar.

De werkgever verwittigt alle representatieve organisaties per aangetekend schrijven van het nakende verstrijken van het mandaat. In dit geval, zo de werknemersorganisaties niet overgaan tot de hernieuwde aanstelling overeenkomstig de procedure bepaald in artikel 13 vóór het verstrijken van de mandaten, nemen de mandaten een einde bij het verstrijken ervan.

Indien de werkgever niet overgaat tot deze melding binnen de gestelde termijn, worden de mandaten stilzwijgend vernieuwd.

Art. 22.Het mandaat van syndicale afgevaardigde neemt een einde : a) wanneer de termijn verstrijkt;b) wanneer een afgevaardigde ontslag neemt.Het ontslag moet schriftelijk ter kennis van de werkgever worden gebracht; c) wanneer de afgevaardigde geen deel meer uitmaakt van het personeel van de onderneming;d) wanneer hij naar een andere technische bedrijfseenheid wordt overgeplaatst tenzij de werkgever dezelfde blijft;e) wanneer hij geen deel meer uitmaakt van de vakorganisatie waartoe hij behoorde bij zijn aanstelling.In dit geval verwittigt de vakvereniging de werkgever bij aangetekende brief en duidt zo nodig, de plaatsvervanger aan; f) ingeval hij in de onderneming met een leidinggevende functie wordt belast. HOOFDSTUK V. - Werking

Art. 23.Bewust van de medeverantwoordelijkheid inzake personeelsproblematiek, bekijkt en behandelt de afgevaardigde de gestelde problemen met de nodige objectiviteit.

Art. 24.De voltallige of niet voltallige afvaardiging komt tijdens de normale diensturen met de werkgever samen.

De uren besteed aan deze vergaderingen en het krediet van 2 uur per maand ter voorbereiding van deze vergaderingen, worden beschouwd als normale arbeidsuren voor het personeel, zowel voor wat de berekening van de arbeidstijd betreft als wat de betaling van het loon aangaat.

Voor het tijdsgedeelte van de samenkomst dat de normale arbeidsduur overschrijdt, is evenwel geen overloon verschuldigd.

De syndicale afgevaardigde verwittigt zijn hiërarchische overste op voorhand van zijn deelneming aan een vergadering en waakt erover dat dit het goed verloop van de diensten van de onderneming niet verstoort.

Art. 25.De leden van de syndicale afvaardiging beschikken over de nodige tijd en faciliteiten - in onderling akkoord met de werkgever te bepalen en bezoldigd als arbeidstijd - om de in deze overeenkomst omschreven syndicale opdrachten en activiteiten in de onderneming collectief of individueel uit te oefenen.

Met het oog op het gebruik van die tijd en die faciliteiten dienen de leden van de syndicale afvaardiging vooraf de werkgever in te lichten en in akkoord met hem ervoor te zorgen dat dit gebruik het goed verloop van de diensten in de onderneming niet verstoort. In geval van meningsverschil stelt de werkgever de betrokken syndicale organisatie hiervan in kennis met vermelding van zijn motivatie.

De onderneming stelt permanent of occasioneel een lokaal ter beschikking van de syndicale afvaardiging, ten einde haar toe te staan haar opdracht passend te vervullen.

Art. 26.De syndicale afvaardiging kan overgaan tot alle schriftelijke, digitale en mondelinge mededelingen ten nutte van het personeel. Deze mededelingen dienen van syndicale of professionele aard te zijn.

In akkoord met de werkgever, kunnen op de arbeidsplaats en gedurende de rustpauzes, voorlichtingsvergaderingen voor het personeel van de onderneming worden belegd door de syndicale afvaardiging. De werkgever mag dit akkoord niet willekeurig weigeren. HOOFDSTUK VI. - Statuut van vakbondsafgevaardigde

Art. 27.Het mandaat van de syndicale afgevaardigde mag geen aanleiding geven tot enig nadeel of speciale voordelen voor diegene die het uitoefent. Dit betekent dat de afgevaardigden recht hebben op de normale promoties van de categorie werknemers waartoe zij behoren.

Art. 28.§ 1. De afgevaardigde mag niet worden ontslagen om redenen die eigen zijn aan de uitoefening van zijn mandaat. § 2. De werkgever die voornemens is een syndicale afgevaardigde om gelijk welke reden, met uitzondering van dringende redenen, te ontslaan, verwittigt voorafgaandelijk de syndicale afvaardiging evenals de syndicale organisatie die de kandidatuur van de afgevaardigde heeft voorgedragen. Deze verwittiging gebeurt bij aangetekend schrijven dat uitwerking heeft op de derde dag volgend op de datum van verzending.

De syndicale organisatie beschikt over een termijn van zeven dagen om mee te delen dat zij niet akkoord gaat met de redenen van de voorgenomen afdanking.

Deze mededeling zal gebeuren bij aangetekend schrijven. De periode van zeven dagen neemt een aanvang op de dag waarop het door de werkgever toegezonden schrijven uitwerking heeft. De betrokken syndicale organisatie en de werkgever zijn verplicht alles in het werk te stellen om het geschil op te lossen op het vlak van de onderneming. § 3. Indien op het niveau van de onderneming geen overeenkomst kan bereikt worden, wort dit geschil overgemaakt aan het paritair comité.

Bij gebrek aan akkoord in het verzoeningsbureau van het paritair comité binnen de 30 dagen, kan het geschil worden voorgelegd aan de Arbeidsrechtbank.

Art. 29.In geval van ontslag van een syndicale afgevaardigde wegens zware fout, moet de syndicale afvaardiging en de syndicale organisatie die de afgevaardigde heeft aangesteld daarvan onmiddellijk worden op de hoogte gebracht per aangetekend schrijven.

Art. 30.Een forfaitaire vergoeding is door de werkgever verschuldigd in volgende gevallen : 1) indien hij een syndicale afgevaardigde ontslaat, zonder de in voornoemde artikelen 28 en 29 bepaalde procedure na te leven;2) indien, op het einde van deze procedure, de geldigheid van de redenen van ontslag, rekening houdend met de bepalingen van artikel 28, § 3, door het verzoeningsbureau van het paritair comité of door de Arbeidsrechtbank niet wordt erkend;3) indien de werkgever een afgevaardigde heeft ontslagen wegens dringende reden en de Arbeidsrechtbank het ontslag ongegrond heeft verklaard;4) indien de arbeidsovereenkomst werd beëindigd wegens zware fout van de werkgever die voor de afgevaardigde een reden is tot onmiddellijke beëindiging van de overeenkomst. De forfaitaire vergoeding is gelijk aan de bruto bezoldiging van één jaar, onverminderd de toepassing van de wettelijke beschikkingen inzake de opzeggingsvergoedingen, vastgelegd bij wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Deze vergoeding is niet verschuldigd wanneer de syndicale afgevaardigde de vergoeding ontvangt, bepaald in de wet van 19 maart 1991Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/03/1991 pub. 22/12/2009 numac 2009000842 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten. HOOFDSTUK VII. - Geldigheidsduur

Art. 31.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2015.

Zij is gesloten voor onbepaalde tijd en kan worden opgezegd door elk van de partijen met een opzeggingstermijn van drie maanden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de apotheken en tarificatiediensten.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 8 januari 2016.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^