Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 08 maart 2005
gepubliceerd op 25 maart 2005

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 oktober 1999 tot vaststelling van het bestek van toepassing op de semafoondienst en van de procedure inzake de toekenning van individuele vergunningen

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2005011152
pub.
25/03/2005
prom.
08/03/2005
ELI
eli/besluit/2005/03/08/2005011152/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

8 MAART 2005. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 oktober 1999 tot vaststelling van het bestek van toepassing op de semafoondienst en van de procedure inzake de toekenning van individuele vergunningen


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Sinds 1989 levert Belgacom een semafoondienst aan het publiek. De voorwaarden daartoe zijn sinds 1999 opgenomen in het koninklijk besluit van 4 oktober 1999 tot vaststelling van het bestek van toepassing op de semafoondienst en van de procedure inzake de toekenning van individuele vergunningen, dat voorziet in een impliciete verlenging van de vergunningsduur van vijf jaar. Dergelijke verlenging is voor Belgacom niet aanvaardbaar, vermits het aantal gebruikers van de semafoondienst gestaag terugloopt dankzij het succes van alternatieve mobiele communicatietechnologieën. Bovendien kan de huidige vergunninghouder niet garanderen dat eventuele wisselstukken nog vijf jaar voorradig zullen blijven. Belgacom heeft echter het engagement aangegaan om de semafoondienst nog twee jaar aan te bieden.

Dit besluit heeft daarom tot doel de termijn van de verlenging van de vergunning voor semafonie in te korten tot twee jaar. Na het verstrijken van deze periode van twee jaar kan de vergunninghouder de betrokken dienst stopzetten, mits een opzeggingstermijn van één jaar in acht werd genomen. Aan de vergunninghouder wordt eveneens de verplichting opgelegd de nog resterende gebruikers over de voorgenomen stopzetting te informeren.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid, M. VERWILGHEN De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Advies 37.405/4 van de afdeling wetgeving van de Raad van State De Raad van State, afdeling wetgeving, vierde kamer, op 14 juni 2004 door de Minister van Economie verzocht haar, binnen een termijn van vijf werkdagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit « tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 oktober 1999 tot vaststelling van het bestek van toepassing op de semafoondienst en van de procedure inzake de toekenning van individuele vergunningen », heeft op 16 juni 2004 het volgende advies gegeven : Volgens artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, ingevoegd bij de wet van 4 augustus 1996 en gewijzigd bij de wet van 2 april 2003, moeten in de adviesaanvraag in het bijzonder de redenen worden aangegeven tot staving van het spoedeisende karakter ervan.

In het onderhavige geval luidt de motivering in de brief met de adviesaanvraag als volgt : « De bijzondere redenen voor de hoogdringendheid van dit besluit kunnen worden gemotiveerd aan de hand van het feit dat het bestaande koninklijk besluit enkel een verlenging van de vergunning voorziet voor een termijn van vijf jaar. Bij gebrek aan wisselstukken voor deze technologie kan de huidige vergunninghouder (met name Belgacom) geen engagement aangaan voor dergelijke periode. De verlenging van de vergunning dient bijgevolg dringend te worden ingekort, vermits de huidige vergunning van Belgacom afloopt in juni 2004. » Overeenkomstig artikel 84, § 3, eerste lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State bepaalt de Raad van State, afdeling wetgeving, zich tot het onderzoek van de rechtsgrond, van de bevoegdheid van de steller van de handeling, alsmede van de vraag of aan de voorgeschreven vormvereisten is voldaan.

Het aldus onderzochte ontwerp geeft aanleiding tot de volgende opmerking.

Luidens artikel 84, § 1, tweede lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State dient de motivering met betrekking tot het spoedeisend karakter ervan, zoals die in de brief met de adviesaanvraag staat, te worden overgenomen in de aanhef van het ontwerpbesluit.

De kamer was samengesteld uit : Mevr. M.-L. Willot-Thomas, kamervoorzitter, De heren : P. Lienardy, P. Vandernoot, staatsraden;

Mevr. P. Gothot, griffier.

Het verslag werd uitgebracht door de heer L. Detroux, auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd nagezien onder toezicht van de heer P. Lienardy.

De griffier, C. Gigot.

De voorzitter, M.-L. Willot-Thomas.

8 MAART 2005. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 oktober 1999 tot vaststelling van het bestek van toepassing op de semafoondienst en van de procedure inzake de toekenning van individuele vergunningen ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven inzonderheid op artikel 89, § 1, vervangen bij de wet van 19 december 1997, en artikel 92bis, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 28 oktober 1996 en vervangen bij de wet van 19 december 1997;

Gelet op het koninklijk besluit van 4 oktober 1999 tot vaststelling van het bestek dat van toepassing is op de semafoondienst en van de procedure inzake de toekenning van individuele vergunningen;

Gelet op het advies van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie, gegeven op 19 maart 2004;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 29 maart 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 9 juni 2004;

Gelet op het besluit van de Ministerraad van 9 juni 2004 over het verzoek om advies door de Raad van State binnen een termijn van vijf dagen;

Gelet op advies 37.405/4 van de Raad van State, gegeven op 16 juni 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid om de duur van de verlenging van de vergunning in te korten. De bijzondere redenen voor de hoogdringendheid van dit besluit kunnen worden gemotiveerd aan de hand van het feit dat het bestaande besluit enkel een verlenging van de vergunning voorziet voor een termijn van vijf jaar. Bij gebrek aan wisselstukken voor deze technologie kan de huidige vergunninghouder (met name Belgacom) geen engagement aangaan voor dergelijke periode.

De verlenging van de vergunning dient bijgevolg dringend te worden ingekort, vermits de huidige vergunning van Belgacom afloopt in juni 2004;

Op de voordracht van Onze Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid en van de Minister van Werk en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 16, § 2, van het koninklijk besluit van 4 oktober 1999 tot vaststelling van het bestek dat van toepassing is op de semafoondienst en van de procedure inzake de toekenning van individuele vergunningen, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede lid worden de woorden « vijf jaar » vervangen door de woorden « twee jaar » en wordt de volgende zin toegevoegd : « Vanaf het verstrijken van de eerste periode van twee jaar kan de dienst op elk moment worden beëindigd mits eerbiediging van de procedure vermeld in het derde en vierde lid »;2° in het derde lid worden de woorden « twee jaar » vervangen door de woorden « één jaar »;3° er wordt een vierde lid toegevoegd, luidend als volgt : « Tegelijk met de opzeg van de vergunning stelt de semafoonoperator zijn klanten op de hoogte van de voorziene beëindiging van de dienst ».

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 16 juni 2004.

Art. 3.Onze minister bevoegd voor Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 8 maart 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid M. VERWILGHEN De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

^