Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 09 april 2007
gepubliceerd op 16 mei 2007

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 december 2001 ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2007200948
pub.
16/05/2007
prom.
09/04/2007
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

9 APRIL 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 december 2001 ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 december 2001 ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 9 april 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 2002 Vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 december 2001 ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking (Overeenkomst geregistreerd op 14 mei 2003 onder het nummer 66177/CO/318.02) HOOFDSTUK I. - Voorafgaandelijke bepaling

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst verleent uitvoering aan de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking.

Dit akkoord is eveneens gesloten in uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering houdende hervorming van het stelsel van de aanmoedigingspremies in de social-profitsector. HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en de werkgevers van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse gemeenschap.

Onder "werknemers", wordt verstaan : het mannelijke en vrouwelijke arbeiders- en bediendepersoneel dat tewerkgesteld is. HOOFDSTUK III. - Recht op een tijdskrediet

Art. 3.De in artikel 2 genoemde werknemers hebben binnen de hierna bepaalde grenzen en voorwaarden recht op een tijdskrediet voor een maximumperiode van 5 jaar over de gehele loopbaan, op te nemen per minimumperiode van 3 maanden en per afzonderlijke periode van maximum 1 jaar, al dan niet aaneengesloten : 1° hetzij door hun arbeidsprestaties volledig te schorsen ongeacht de arbeidsregeling waarin zij in de onderneming tewerkgesteld zijn op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving als verricht overeenkomstig artikel 12;2° hetzij door hun arbeidsprestaties te verminderen tot een halftijdse betrekking voorzover zij ten minste ten belope van 3/4de van een voltijdse betrekking in de onderneming tewerkgesteld zijn gedurende de 12 maanden voorafgaand aan de schriftelijke kennisgeving als verricht overeenkomstig artikel 12.

Art. 4.De perioden van schorsing of vermindering van arbeidsprestaties met 1/2e, ingevolge de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen, worden in mindering gebracht op de maximumduur van 5 jaar.

Art. 5.§ 1. Om recht te hebben op het tijdskrediet als bedoeld in artikel 3, moet de werknemer door een arbeidsovereenkomst met de werkgever verbonden zijn geweest gedurende 12 maanden in de loop van de 15 maanden die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving als verricht overeenkomstig artikel 12. § 2. De in artikel 2 genoemde werknemers hebben slechts recht op tijdskrediet vanaf het tweede jaar mits de minimale effectieve tewerkstellingsgraad zoals afgeleid uit het door de Vlaamse regering vastgesteld urencontingent gewaarborgd is. HOOFDSTUK IV. - Recht op 1/5e loopbaanvermindering

Art. 6.De in artikel 2 genoemde werknemers die tewerkgesteld zijn in een voltijdse arbeidsregeling gespreid over 5 of meer dagen, hebben recht op een loopbaanvermindering ten belope van één dag per week of 2 halve dagen over dezelfde duur, voor een maximumperiode van 5 jaar over de gehele loopbaan.

Dit recht wordt uitgeoefend per periode van minimum 6 maanden.

Art. 7.Om recht te hebben op een loopbaanvermindering als bedoeld in artikel 6 moet de werknemer gelijktijdig de volgende voorwaarden vervullen : 1° door een arbeidsovereenkomst met de werkgever verbonden zijn geweest gedurende de 5 jaar die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving als verricht overeenkomstig artikel 12.2° in een voltijdse arbeidsregeling tewerkgesteld zijn geweest gedurende de laatste 12 maanden van de 5 jaar als bedoeld in 1°.

Art. 8.De periode van vermindering van arbeidsprestaties met 1/5e, 1/4e en 1/3e ingevolge de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen (Belgisch Staatsblad van 24 januari 1985) worden in mindering gebracht op de maximumduur van 5 jaar als bedoeld in artikel 6.

Art. 9.Om de goede werkorganisatie te kunnen verzekeren wordt op sectoraal vlak aan de diensten, die de loopbaanvermindering met 1/5e wensen te organiseren voor werknemers in een arbeidsweek van 37 uur met ongelijke dagindeling, de mogelijkheid geboden om de modaliteiten op bedrijfsniveau te bepalen ten belope van één dag per week of een gelijkwaardige regeling. HOOFDSTUK V. - Recht van de werknemers van 50 jaar en ouder op een vermindering van de arbeidsprestaties

Art. 10.De in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst genoemde werknemers die de leeftijd van 50 jaar hebben bereikt hebben zonder maximumduur recht op : 1° een loopbaanvermindering ten belope van een dag per week of 2 halve dagen per week voor zover zij tewerkgesteld zijn in een arbeidsregeling gespreid over 5 of meer dagen; Dit recht wordt uitgeoefend per periode van minimum 6 maanden. 2° een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking.

Art. 11.§ 1. Om recht te hebben op : 1° een loopbaanvermindering als bedoeld in artikel 10, 1°, moet de werknemer ofwel voltijds ofwel ten belope van 4/5de van een voltijdse betrekking in de onderneming tewerkgesteld zijn in het raam van artikel 6, op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving als verricht overeenkomstig artikel 12;2° een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking als bedoeld in artikel 10, 2°, moet de werknemer ten minste ten belope van 3/4e van een voltijdse betrekking in de onderneming tewerkgesteld zijn gedurende het jaar voorafgaand aan de schriftelijke kennisgeving als verricht overeenkomstig artikel 12. § 2. Om recht te hebben op een loopbaanvermindering of een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking als bedoeld in artikel 10 moet de in artikel 2 genoemde werknemer de in § 1 genoemde voorwaarden bovendien gelijktijdig de volgende voorwaarden vervullen : 1° ten minste 50 jaar oud zijn op het ogenblik van de gewenste begindatum van de uitoefening van het recht;2° door een arbeidsovereenkomst met de werkgever verbonden zijn geweest gedurende de 5 jaar die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving als verricht overeenkomstig artikel 12;3° op het ogenblik van schriftelijke kennisgeving als verricht overeenkomstig artikel 12 een anciënniteit van 20 jaar als werknemer hebben. HOOFDSTUK VI. - Gemeenschappelijke bepalingen

Art. 12.§ 1. De werknemers die het recht op tijdskrediet, loopbaanvermindering of vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking als bedoeld in de artikelen 3, 6 en 10 wensen uit te oefenen dienen dit 3 maanden op voorhand aan te vragen bij de werkgever.

De aanvraag moet schriftelijk gebeuren overeenkomstig de bepalingen van artikel 12, §§ 3 en 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001. § 2. De werknemer die gebruik wenst te maken van de vermindering van de arbeidsprestaties, behoudt zijn oorspronkelijke arbeidsovereenkomst. In een bijlage wordt de toepasselijke uurregeling en de ingangsdatum ervan door partijen overeengekomen.

De werknemer die gebruik maakt van de regelingen beschreven in deze collectieve arbeidsovereenkomst, behoudt zijn oorspronkelijke functie en tewerkstellingsplaats, tenzij door partijen schriftelijk anders wordt overeengekomen.

Voor de werknemer die rechtstreeks leiding geeft aan een groep medewerkers wordt het behouden van zijn oorspronkelijke functie en tewerkstellingsplaats positief onderzocht maar kan niet automatisch gegarandeerd worden. De afspraken worden schriftelijk vastgelegd.

Art. 13.§ 1. In uitvoering van artikel 15, § 7, van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001 bedraagt de drempel, waarbinnen werknemers zoals bepaald in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelijktijdig het recht op tijdskrediet, loopbaanvermindering of vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking als bedoeld in de artikelen 3, 6 en 10 van deze collectieve arbeidsovereenkomst kunnen uitoefenen, 8 pct. Deze drempel kan op niveau van de onderneming worden verhoogd. § 2. Per functiecategorie of per werkeenheid kan op hetzelfde ogenblik 1 persoon per begonnen schijf van 4 werknemers van de maatregelen van deze collectieve arbeidsovereenkomst genieten.

Art. 14.De werknemers en werkneemsters kunnen aanspraak maken op de aanmoedigingspremie voor alle maatregelen vermeld onder het hoofdstuk III van het besluit van de Vlaamse regering, houdende hervorming van het stelsel van de aanmoedigingspremies in de social-profitsector. HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen

Art. 15.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 december 2001 ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking.

Art. 16.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2003 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, mits een opzeggingstermijn van 3 maanden, per aangetekend schrijven, gericht aan de voorzitter van het paritair subcomité.

Dit akkoord zal neergelegd worden bij de Vlaamse Minister bevoegd voor werkgelegenheidsbeleid.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 9 april 2007.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^