Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 09 maart 1998
gepubliceerd op 04 september 1998

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 april 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de tewerkstelling

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1998012077
pub.
04/09/1998
prom.
09/03/1998
ELI
eli/besluit/1998/03/09/1998012077/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

9 MAART 1998. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 april 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de tewerkstelling (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 29 april 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de tewerkstelling.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 maart 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 april 1997 Tewerkstelling (Overeenkomst geregistreerd op 17 juni 1997 onder het nummer 44273/COB/311, door de Minister van Tewerkstelling en Arbeid op 30 juni 1997 goedgekeurd als tewerkstellingsakkoord met directe uitwerking met toepassing van het koninklijk besluit van 24 februari 1997*) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken. HOOFDSTUK II. - Bevordering van de tewerkstelling

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in uitvoering van de wet van 26 juli 1996 betreffende de bevordering van de tewerkstelling en de preventieve vrijwaring van de concurrentiekracht, en meer in het bijzonder van hoofdstuk IV van titel III van deze wet, evenals van het koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende meer precieze voorwaarden voor de tewerkstellingsakkoorden, gesloten in uitvoering van de artikelen 7, § 2, 30, § 2 en 33 van de voornoemde wet.

Ze herneemt de bepalingen van het protocol van sectoraal akkoord, getekend in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken op 28 maart 1997.

Art. 3.Het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken" komt tegemoet in de initiatieven die worden genomen om de problemen van de kinderopvang voor de kinderen van de werknemers van het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken op te lossen, volgens modaliteiten overeen te komen in de raad van bestuur van het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken", nadien goedgekeurd door het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken.

Art. 4.Een toeslag van 4.000 F per maand boven op de R.V.A.-uitkering wordt door het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken toegekend in geval van gedeeltelijke beroepsloopbaanonderbreking van de werknemers van 50 jaar of ouder, in de voorwaarden vastgesteld door artikel 42quater van de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 1980 tot vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken.

Vanaf 1 juli 1997 wordt het bedrag van de toeslag, voorzien in voorgaand lid op 4.400 F per maand gebracht.

Een prorata van dezelfde bedragen wordt eveneens betaald aan de werknemers verbonden met een arbeidsovereenkomst van minstens 27 uren per week, indien ze ten laste van de R.V.A. genieten van een onderbrekingsuitkering en ten minste vijf jaar anciënniteit hebben in de sector in het kader van een arbeidsovereenkomst die minstens weekprestaties van 27 uren voorziet.

Het bedrag van deze toeslagen wordt op 1 januari van elk jaar geïndexeerd, na beslissing door de raad van bestuur van het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken". De eerste indexatie kan plaatshebben vanaf 1 januari 1998, rekening houdende met de evolutie van de index vanaf 1 juli 1997.

Art. 5.Een aanpassingstoelage wordt toegekend door het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken" aan de werknemers die zich in de onmogelijkheid bevinden hun functie verder uit te oefenen om redenen van overmacht ingevolge definitieve lichamelijke ongeschiktheid.

Deze toelage wordt betaald vanaf het vertrek van de werknemer volgens de voorwaarden en modaliteiten vastgesteld door de raad van bestuur van het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken".

Het bedrag van de toelage wordt vastgesteld op 5.000 F per maand gedurende 24 maanden voor een voltijdse werknemer; het wordt prorata berekend voor de deeltijdse werknemers.

Art. 6.Een forfaitaire en éénmalige toelage van 100.000 F wordt toegekend door het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken" aan de ondernemingen die een bruggepensioneerde vervangen door een werknemer tewerkgesteld in het kader van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur. Dit bedrag wordt prorata temporis berekend in geval van vervanging door een deeltijdse werknemer.

Art. 7.Het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken" kan tegemoetkomen in de kosten van de beroepsopleiding, georganiseerd door de werkgevers van de sector, volgens modaliteiten overeen te komen in de raad van bestuur van het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken".

Art. 8.De raad van bestuur van het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken" wordt ermee belast de toekenningscriteria en de uitvoeringsmodaliteiten vast te stellen voor de toelagen en tegemoetkomingen voorzien in de artikelen 4 tot 7 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 9.Het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken" kent financiële tegemoetkomingen toe in de kost van de initiatieven ter bevordering van de tewerkstelling, in het bijzonder van de risicogroepen zoals bepaald door artikel 173 van de wet van 29 december 1990 houdende sociale bepalingen.

Met het oog op de financiering van deze tegemoetkomingen storten de werkgevers in juni 1997 en in juni 1998 aan het sociaal fonds een bijdrage van 0,20 pct. berekend op basis van vier maal de brutolonen van de werknemers van het eerste trimester.

De werkgevers laten aan het sociaal fonds, vóór 1 mei van beide jaren een kopie van de aangifte aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid voor het eerste trimester geworden. Deze aangifte dient als basis voor de berekening van het bedrag van de verschuldigde bijdrage.

De bepalingen van artikel 15 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 november 1983 tot instelling van een fonds voor bestaanszekerheid, genaamd het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken" en tot vaststelling van de statuten ervan, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 2 mei 1984 zijn van toepassing.

De bijdrage van 0,20 pct. maakt het de werkgevers mogelijk de vrijstelling te vragen van de verplichtingen inzake R.V.A.-stages en E.W.E.-contracten, in overeenstemming met de wettelijke bepalingen terzake.

Art. 10.De raad van bestuur verzekert de financiering van deze tewerkstellingsmaatregelen volgens de verdeelsleutels voorzien in het sectoraal protocolakkoord van 28 maart 1997 ( 25 pct. van de bijdrage van 0,20 pct. van de bruto loonmassa voor de maatregelen voorzien in artikel 7 van deze overeenkomst, 25 pct. van deze bijdrage voor de maatregelen voorzien in de artikelen 5 en 6 van deze overeenkomst en 50 pct. van deze bijdrage voor de maatregelen voorzien in artikel 4 van deze overeenkomst).

Art. 11.In voorkomend geval kan de raad van bestuur van het "Sociaal fonds voor de grote kleinhandelszaken" de nodige beslissingen nemen om het bedrag van de toelagen en tussenkomsten voorzien in de artikelen 4 tot 7 aan te passen om de besteding van de financiële middelen bedoeld in artikel 10 aan te passen. HOOFDSTUK III. - Beroepsopleiding

Art. 12.De werkgevers kennen aan hun werknemers gedurende de duur van deze overeenkomst een aantal vormingsdagen gedurende hun arbeidstijd toe, gelijk aan één dag per werknemer uitgedrukt in voltijdse equivalenten. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen

Art. 13.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1998.

Art. 14.De collectieve arbeidsovereenkomst van 13 september 1993, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de bevordering van de tewerkstelling van de risicogroepen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 23 juni 1995, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 9 september 1995, wordt opgeheven.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 9 maart 1998.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (*) Koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende nadere voorwaarden met betrekking tot de tewerkstellingsakkoorden in toepassing van de artikelen 7, § 2, 30, § 2 en 33 van de wet van 26 juli 1996 tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Belgisch Staatsblad van 11 maart 1997).

^