Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 09 maart 2021
gepubliceerd op 23 maart 2021

Koninklijk besluit houdende het verplicht aanbrengen van een waarschuwing op plastic mondschermen betreffende hun gebruik op plaatsen waar het dragen van een mondmasker verplicht is om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken en het uit de handel nemen van plastic mondschermen die deze waarschuwing niet dragen

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2021020612
pub.
23/03/2021
prom.
09/03/2021
ELI
eli/besluit/2021/03/09/2021020612/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

9 MAART 2021. - Koninklijk besluit houdende het verplicht aanbrengen van een waarschuwing op plastic mondschermen betreffende hun gebruik op plaatsen waar het dragen van een mondmasker verplicht is om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken en het uit de handel nemen van plastic mondschermen die deze waarschuwing niet dragen


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Wetboek van economisch recht, artikel IX.4, §§ 1, eerste lid, 1°, en 3, 1° en 3° ;

Gelet op het advies CRB 2020-2120 van de bijzondere raadgevende commissie Verbruik als vertegenwoordiger van de betrokken sectoren, gegeven op 9 november 2020;

Gelet op het feit dat de sectoren van de betrokken producten werden geconsulteerd conform artikel IX.4, § 1, tweede lid, van het Wetboek van economisch recht;

Gelet op de mededeling aan de Europese Commissie, op 15 december 2020, overeenkomstig artikel 5, lid 1, van richtlijn 2015/1535/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij;

Gelet op advies 68.686/1 van de Raad van State, gegeven op 15 februari 2021, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat bij gebrek aan geharmoniseerde norm, volgens artikel IX.3 van het Wetboek van economisch recht de conformiteit met de algemene veiligheidsverplichting voorzien in artikel IX.2 van het Wetboek van economisch recht wordt beoordeeld rekening houdend met de in de betrokken sectoren geldende gedragscodes;

Overwegende dat het verplicht dragen van een mondmasker of elk ander alternatief in stof, zoals voorzien in het ministerieel besluit van 28 oktober 2020Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 28/10/2020 pub. 28/10/2020 numac 2020010455 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken sluiten houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken wordt beschouwd als een in de betrokken sectoren geldende gedragscode inzake productveiligheid;

Overwegende dat indien het dragen van een mondmasker of elk ander alternatief in stof omwille van medische redenen onmogelijk is, alleen gelaatsschermen mogen worden gebruikt volgens het ministerieel besluit van 28 oktober 2020Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 28/10/2020 pub. 28/10/2020 numac 2020010455 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken sluiten houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken;

Overwegende dat plastic mondschermen een kleinere oppervlakte hebben dan de gelaatsschermen en onvoldoende bescherming bieden tegen de projectie van speekseldruppels;

Overwegende dat plastic mondschermen een zodanige vorm kunnen hebben dat ze een vergaarbak zouden kunnen vormen voor ziektekiemen uitgestoten via de luchtwegen en dat in dit geval die ziektekiemen wegens de beperkte afscherming vervolgens gemakkelijk zouden kunnen verspreid worden onder de vorm van aerosolen;

Overwegende dat de Wereldgezondheids-organisatie in haar Interim Richtlijn van 5 juni 2020 met referentienummer: WHO/2019-nCov/IPC Masks/2020.4 stelt dat gelaatsschermen een inferieure bescherming bieden tegen overdracht via druppeltjes in vergelijking met de alternatieven uit stof en dat de plastic mondschermen die nog minder afschermen dan een gelaatsscherm, daardoor een hoger risico op overdracht van COVID-19 vertegenwoordigen en dus niet het veiligheidsniveau bieden waaraan de gebruikers zich redelijkerwijze mogen verwachten;

Overwegende dat de plastic mondschermen niet gebruikt mogen worden als een mondmasker of elk ander alternatief in stof op plaatsen waar het dragen van een mondmasker verplicht is;

Op de voordracht van de Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° plastic mondscherm: een mond- en neusvizier bestaande uit een plastic scherm dat voor de mond en de neus wordt geplaatst en ter hoogte van de neus of de kin wordt op zijn plaats gehouden en waarvoor de opening tussen het gezicht en de randen van het scherm niet afgedicht is met filterend materiaal;2° gelaatsscherm: een vizier bestaande uit een doorzichtig plastic scherm dat voor het gezicht wordt geplaatst en door middel van een hulpmiddel tegen het voorhoofd op zijn plaats wordt gehouden.

Art. 2.Op de kleinhandelsverpakking van plastic mondschermen wordt een duidelijke en begrijpelijke waarschuwing, met inachtneming van de taalvereisten bedoeld in artikel IX.9 van het Wetboek van economisch recht, aangebracht die de gebruikers informeert dat deze plastic mondschermen niet als mondmasker of gelaatsscherm mogen worden gebruikt op de plaatsen waar het dragen van een mondmasker verplicht is.

Art. 3.De in artikel 2 bedoelde waarschuwing staat vermeld in alle reclame- en informatievormen beschikbaar bij de aankoop, met inbegrip van de verkoop op afstand.

Art. 4.De plastic mondschermen die de waarschuwing zoals bedoeld in artikel 2 niet dragen, worden uit de handel genomen.

Art. 5.De gebruikers die de plastic mondschermen hebben gekocht zonder de in artikel 2 bedoelde waarschuwing, worden door de producenten en distributeurs op de hoogte gebracht van deze waarschuwing.

Art. 6.De minister bevoegd voor de bescherming van de veiligheid van de consumenten is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 maart 2021.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, P.-Y. DERMAGNE

^