Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 augustus 2001
gepubliceerd op 11 december 2001

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Gent, houdende storting, voor wat het Gentse havengebied betreft, van de bijzondere bijdrage voor de scholing van laaggeschoolde en/of met langdurige volledige werkloosheid bedreigde havenarbeiders, en tot vaststelling van een bijkomende inspanning betreffende vorming en tewerkstelling

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2001012728
pub.
11/12/2001
prom.
10/08/2001
ELI
eli/besluit/2001/08/10/2001012728/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 AUGUSTUS 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Gent, houdende storting, voor wat het Gentse havengebied betreft, van de bijzondere bijdrage voor de scholing van laaggeschoolde en/of met langdurige volledige werkloosheid bedreigde havenarbeiders, en tot vaststelling van een bijkomende inspanning betreffende vorming en tewerkstelling (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de haven van Gent;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Gent, houdende storting, voor wat het Gentse havengebied betreft, van de bijzondere bijdrage voor de scholing van laaggeschoolde en/of met langdurige volledige werkloosheid bedreigde havenarbeiders, en tot vaststelling van een bijkomende inspanning betreffende vorming en tewerkstelling.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Nice, 10 augustus 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 26 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 1 april 1999.

Bijlage Paritair Subcomité voor de haven van Gent Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1999 Storting, voor wat het Gentse havengebied betreft, van de bijzondere bijdrage voor de scholing van laaggeschoolde en/of met langdurige volledige werkloosheid bedreigde havenarbeiders, en tot vaststelling van een bijkomende inspanning betreffende vorming en tewerkstelling (Overeenkomst geregistreerd op 14 juli 1999 onder het nummer 51470/COF/301.02)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de haven van Gent.

De artikelen 2, 3 en 4 werden gesloten in toepassing van onderafdeling 1 "Inspanningen ten voordele van de werklozen", van afdeling VI, hoofdstuk III van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgische actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen.

Het artikel 5 werd gesloten ter uitvoering van afdeling IV, hoofdstuk II van voormelde wet van 26 maart 1999 en van het koninklijk besluit van 4 juni 1999 houdende de vormvoorwaarden waaraan de collectieve arbeidsovereenkomst en het akkoord betreffende vorming en tewerkstelling dienen te voldoen.

Art. 2.De bijzondere bijdrage van 0,10 pct. in 1999 en 2000 bestemd voor integratie van personen uit risicogroepen, berekend op het volledige loon van de werknemer, wordt geïnd door het Fonds voor Bestaanszekerheid voor de haven van Gent. Dit fonds voor bestaanszekerheid, zoals bedoeld bij de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, zal de ontvangen gelden boeken op een afzonderlijke rekening.

Art. 3.Het fonds voor bestaanszekerheid zal de aldus beschikbare gelden aanwenden om jongere en oudere havenarbeiders met plaatsingsmoeilijkheden opnieuw te integreren in het havengebeuren.

Rekening houdende met de evolutie van het technologisch gebeuren in de haven en de noodzaak om van laaggeschoolde arbeiders naar meer technisch gevormde en onderlegde arbeiders over te stappen, zullen de "laaggeschoolde" en/of "met langdurige volledige werkloosheid" bedreigde havenarbeiders een aangepaste scholing ontvangen.

Dit zal onder meer geschieden door het verzekeren van een opleiding en/of bijscholing tot bediener van mechanische tuigen en andere technische taken binnen het havenbedrijf.

Art. 4.Het fonds voor bestaanszekerheid houdt alle nodige documenten ter beschikking met het oog op het toezicht.

Art. 5.In uitvoering van artikel 5a van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het havenbedrijf, betreffende het sociaal akkoord 1999-2000 voor de havenarbeiders, zal ook in de haven van Gent voor de betrokken havenarbeiders een boventallige inspanning geleverd worden ten behoeve van de opleiding, her- en bijscholing ten belope van 0,5 pct.

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang vanaf 1 januari 1999 en geldt voor de jaren 1999 en 2000.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 augustus 2001.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^