Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 december 2002
gepubliceerd op 11 februari 2003

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 1997 tot uitvoering van artikel 71, § 1bis , van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2002023110
pub.
11/02/2003
prom.
10/12/2002
ELI
eli/besluit/2002/12/10/2002023110/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 DECEMBER 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 1997 tot uitvoering van artikel 71, § 1bis , van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, inzonderheid op artikel 71, § 1bis , ingevoegd bij de wet van 22 december 1989;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 1997 tot uitvoering van artikel 71, § 1bis , van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 1 maart 2000;

Gelet op de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg, inzonderheid op artikel 15, derde lid;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 20 september 2002;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 22 november 2002;

Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de politiehervorming met ingang van 1 januari 2002 heeft geleid tot de oprichting van de korpsen van de lokale politie, met als gevolg een overgang van personeelsleden van de federale politie naar de korpsen van de lokale politie en omgekeerd;

Overwegende dat dit koninklijk besluit om redenen van begroting in een uitzondering voorziet op artikel 3 van het koninklijk besluit van 25 april 1997 tot uitvoering van artikel 71, § 1bis , van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, wat de uitbetalingsbevoegdheid betreft van de gezinsbijslag aan de personeelsleden van de federale politie die overgaan naar de korpsen van de lokale politie en aan de personeelsleden van de korpsen van de lokale politie die overgaan naar de federale politie;

Overwegende dat het dus noodzakelijk is dat dit koninklijk besluit zo spoedig mogelijk wordt genomen, ten einde moeilijke regularisaties tussen de kinderbijslaginstellingen onderling te vermijden;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 25 april 1997 tot uitvoering van artikel 71, § 1bis , van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 1 maart 2000, wordt aangevuld als volgt : « 11° « de federale politie en de korpsen van de lokale politie » : de politiediensten, zoals bepaald in de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus. ».

Art. 2.In artikel 3, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden « onverminderd artikel 6 » vervangen door de woorden « onverminderd de artikelen 3bis en 6 ».

Art. 3.In hetzelfde besluit wordt een artikel 3bis ingevoegd, luidende : « Art. 3bis . Ingeval van een voortgezet recht geopend door een rechthebbende, personeelslid van de federale politie of van de korpsen van de lokale politie, die overgaat naar de korpsen van de lokale politie, respectievelijk naar de federale politie, is de kinderbijslaginstelling van de nieuwe werkgever bevoegd : 1° onverminderd 2°, de eerste dag van het volgende kwartaal, wanneer deze rechthebbende in de loop van het kwartaal overgaat;2° de eerste dag van het kwartaal, wanneer deze rechthebbende op de eerste dag van dit kwartaal overgaat.»

Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002.

Art. 5.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 december 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE

^