Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 juli 2003
gepubliceerd op 15 september 2003

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het verzekeringswezen, betreffende de mobiliteit

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2003012607
pub.
15/09/2003
prom.
10/07/2003
ELI
eli/besluit/2003/07/10/2003012607/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 JULI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het verzekeringswezen, betreffende de mobiliteit (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het verzekeringswezen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Besluit :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2001, gesloten in het Paritair Comité voor het verzekeringswezen, betreffende de mobiliteit.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 juli 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het verzekeringswezen Collectieve arbeidsovereenkomst van 13 november 2001 Mobiliteit (Overeenkomst geregistreerd op 13 november 2001 onder het nummer 60358/CO/306) Inleiding Deze overeenkomst wordt gesloten ter uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 22 december 2000 en de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19sexies van 30 maart 2001(1).

Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het verzekeringswezen. (1) Collectieve arbeidsovereenkomst nr.19sexies van 30 maart 2001 tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19ter van 5 maart 1991 ter vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19 van 26 maart 1975 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers, koninklijk besluit van 14 juni 2001, Belgisch staatsblad van 29 juni 2001.

Art. 2.Artikel 1, A, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 november 1975 betreffende de voorwaarden van de bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers wordt opgeheven.

Commentaar Concreet is de werkgeversbijdrage van 80 pct. van de vervoerskosten, zoals bepaald in punt II van het sectoraal akkoord van 25 april 1991, verschuldigd, onafhankelijk van het loonpeil.

Geldigheid

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 april 2001 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.

Aanbeveling In overeenstemming met het interprofessioneel akkoord van 22 december 2000 bevelen de sociale onderhandelaars de ondernemingen aan gebruik te maken van het nieuwe kader, van de fiscale en de eventuele gewestelijke stimuli om : - een evaluatie te maken van de bestaande initiatieven inzake bedrijfsvervoerplannen en de succesfactoren en hinderpalen in kaart te brengen; - het invoeren van bedrijfsvervoerplannen te onderzoeken en de mogelijkheid om collectief vervoer op het niveau van de onderneming te organiseren; - alternatieve vormen van vervoer aan te moedigen inclusief het gebruik van de fiets en carpooling.

Aangemoedigd door de regeringsbeslissingen inzake mobiliteit, dringen de sociale partners erop aan dat de mobiliteit op korte termijn een onderwerp wordt voor overleg op het vlak van de sector en de ondernemingen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 juli 2003.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^