Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 maart 2015
gepubliceerd op 24 maart 2015

Koninklijk besluit tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Nationale Bank van België

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2015003094
pub.
24/03/2015
prom.
10/03/2015
ELI
eli/besluit/2015/03/10/2015003094/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

10 MAART 2015. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Nationale Bank van België


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, artikel 36, derde lid;

Gelet op de uitgifte van een proces-verbaal in authentieke vorm van 14 januari 2015, opgemaakt door notaris Peter Van Melkebeke, te Brussel, van de beraadslagingen en besluiten van de Regentenraad van de Nationale Bank van België, naamloze vennootschap, houdende wijziging van de statuten van de Bank;

Op de voordracht van de Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Worden goedgekeurd de volgende wijzigingen aan de statuten van de Nationale Bank van België, aangenomen door de Regentenraad van 14 januari 2015 : 1° In artikel 3 worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in het eerste lid worden de woorden ", aan toonder" geschrapt;b) het tweede lid wordt opgeheven.2° Artikel 23 wordt vervangen als volgt : " § 1.De Bank draagt bij tot de stabiliteit van het financiële stelsel. Hiertoe en overeenkomstig de bepalingen van Hoofdstuk IV/3 van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België zorgt zij met name voor de opsporing, de beoordeling en de opvolging van de verschillende factoren en ontwikkelingen die de stabiliteit van het financiële stelsel kunnen aantasten, bepaalt zij door middel van aanbevelingen welke maatregelen de diverse betrokken autoriteiten ten uitvoer zouden moeten leggen om bij te dragen tot de stabiliteit van het financiële stelsel als geheel, met name door de robuustheid van het financiële stelsel te versterken, door systeemrisico's te voorkomen en door de gevolgen van een eventuele verstoring te beperken, en stelt zij met dat doel de onder haar bevoegdheid vallende maatregelen vast.

Voor alle beslissingen en verrichtingen die in het kader van haar bijdrage tot de stabiliteit van het financiële stelsel worden genomen, geniet de Bank dezelfde graad van onafhankelijkheid als vastgesteld in artikel 130 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. § 2. De Bank mag daarenboven belast worden met de inzameling van statistische gegevens of met de internationale samenwerking die verband houden met iedere taak bedoeld in artikel 21.". 3° Artikel 23bis, § 1, wordt aangevuld met de woorden "en overeenkomstigde Europese regels betreffende het Gemeenschappelijk Toezichtsmechanisme".4° Een artikel 23ter wordt ingevoegd, luidende : "Art.23ter. § 1. De Bank voert de taken uit van de afwikkelingsautoriteit, die gemachtigd is om de afwikkelingsbevoegdheden uit te oefenen overeenkomstig de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014003234 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand enenergie, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot wijziging van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, de wet van 16 februari 2009 op het herverzekeringsbedrijf, de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de wet van 21 december 2009 op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, de wet van 28 april 1999 houdende omzetting van Richtlijn 98/26/EG van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en de wet van 15 december 2004 betreffende financiële zekerheden en houdende diverse fiscale bepalingen inzake zakelijkezekerheidsovereenkomsten en leningen met betrekking tot financiële instrumenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003194 bron federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst justitie Wet op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003195 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse bepalingen sluiten op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen. § 2. De werkingskosten die betrekking hebben op de taken bedoeld in paragraaf 1 worden gedragen door de instellingen die onder de in paragraaf 1 bedoelde wetgeving vallen, volgens de door de Koning vastgestelde regels. § 3. De bepalingen van artikel 23bis, § 3, zijn van toepassing voor wat betreft de in dit artikel bedoelde taken. In het bijzonder dient het al dan niet bestaan van een zware fout te worden beoordeeld op grond van de concrete omstandigheden van het betrokken geval, en inzonderheid van de hoogdringendheid waarmee die personen werden geconfronteerd, van de praktijken op de financiële markten, van de complexiteit van het betrokken geval, van de bedreigingen voor de bescherming van het spaarwezen en van het gevaar voor schade aan de nationale economie.". 5° Artikel 27 wordt vervangen als volgt : "De organen van de Bank bestaan uit de gouverneur, het Directiecomité, de Regentenraad, het College van Censoren, de Sanctiecommissie en het Afwikkelingscollege, onverminderd hoofdstuk VIII.". 6° Artikel 28.1., eerste zin, wordt vervangen als volgt : "De gouverneur staat in voor de leiding van de Bank; hij zit het Directiecomité, de Regentenraad en het Afwikkelingscollege voor.". 7° Artikel 28.5 wordt vervangen als volgt : "De gouverneur bezorgt aan de voorzitter van de Kamer van volksvertegenwoordigers het jaarverslag bedoeld in artikel 284, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, alsook een jaarlijks verslag over de taken van de Bank met betrekking tot het prudentieel toezicht op de financiële instellingen en over haar taken in het kader van haar opdracht om bij te dragen tot de stabiliteit van het financiële stelsel als bedoeld in Hoofdstuk IV/3 van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België. De gouverneur kan door de bevoegde commissies van de Kamer van volksvertegenwoordigers worden gehoord, op verzoek van die commissies of op zijn eigen initiatief.

De mededelingen die krachtens dit artikel worden verricht, mogen door hun inhoud of de omstandigheden echter geen risico inhouden voor de stabiliteit van het financiële stelsel.". 8° Een artikel 33bis wordt ingevoegd, luidende : "Art.33bis. § 1. Binnen de Bank wordt een Afwikkelingscollege opgericht, dat bevoegd is voor de taken bedoeld in artikel 23ter. § 2. Het Afwikkelingscollege bestaat uit de volgende personen : 1° de gouverneur;2° de vicegouverneur;3° de directeur die verantwoordelijk is voor het departement belast met het prudentieel toezicht op de banken en de beursvennootschappen;4° de directeur die verantwoordelijk is voor het departement belast met het prudentieel beleid en de financiële stabiliteit;5° de directeur die door de Bank is aangewezen als verantwoordelijke voor de afwikkeling van kredietinstellingen;6° de voorzitter van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten;7° de voorzitter van het directiecomité van de Federale Overheidsdienst Financiën;8° de leidende ambtenaar van het Afwikkelingsfonds;9° 4 leden die door de Koning worden aangewezen bij een in Ministerraad overlegd besluit;en 10° een magistraat die door de Koning wordt aangewezen. § 3. De personen bedoeld in paragraaf 2, eerste lid, 9° worden benoemd op grond van hun specifieke competenties op bancair gebied en op het vlak van financiële analyse.

De personen bedoeld in paragraaf 2, eerste lid, 9° en 10°, worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van 4 jaar. Zij kunnen maar van hun functies worden ontheven door de autoriteiten die hen benoemd hebben, indien zij niet langer voldoen aan de voorwaarden voor de uitoefening van hun functies of indien zij een zware fout hebben begaan. § 4. De Koning stelt bij een in Ministerraad overlegd besluit het volgende vast : 1° de organisatie en de werking van het Afwikkelingscollege en van de diensten belast met de voorbereiding van de werkzaamheden ervan;2° de voorwaarden voor de uitwisseling van informatie tussen het Afwikkelinscollege en derden, met inbegrip van de andere organen en diensten van de Bank;en 3° de maatregelen die moeten worden genomen om belangenconflicten tussen het Afwikkelingscollege en de andere organen en diensten van de Bank te vermijden. § 5. In geval van schending van de bepalingen van boek II, titels IV en VIII, van de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014003234 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand enenergie, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot wijziging van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, de wet van 16 februari 2009 op het herverzekeringsbedrijf, de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de wet van 21 december 2009 op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, de wet van 28 april 1999 houdende omzetting van Richtlijn 98/26/EG van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en de wet van 15 december 2004 betreffende financiële zekerheden en houdende diverse fiscale bepalingen inzake zakelijkezekerheidsovereenkomsten en leningen met betrekking tot financiële instrumenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003194 bron federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst justitie Wet op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003195 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse bepalingen sluiten op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen en van de maatregelen genomen in uitvoering daarvan, vervangt het Afwikkelingscollege het Directiecomité voor de toepassing van afdeling 3 van hoofdstuk IV/1 van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België.". 9° In artikel 37, worden de woorden "lid van de Sanctiecommissie" vervangen door de woorden "lid van de Sanctiecommissie, lid van het Afwikkelingscollege". 10° In artikel 38.2 worden de woorden ", de leden van het Afwikkelingscollege" ingevoegd tussen de woorden "De regenten" en de woorden "en de meerderheid van de censoren". 11° In artikel 41 worden de volgende wijzigingen aangebracht: a) in punt 1 worden de woorden "voor de toezichtsopdrachten bedoeld in artikel 23bis en voor de opdrachten bedoeld in Hoofdstuk IV/3 van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België," ingevoegd tussen de woorden "Behalve voor de taken en verrichtingen die van het ESCB afhangen," en de woorden "heeft de Minister van Financiën, langs zijn vertegenwoordiger om";b) in punt 2 worden de woorden "voor de toezichtsopdrachten bedoeld in artikel 23bis en voor de opdrachten bedoeld in Hoofdstuk IV/3 van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België," ingevoegd tussen de woorden "Behalve voor de taken en verrichtingen die van het ESCB afhangen," en de woorden "houdt hij toezicht op de verrichtingen van de Bank".12° In artikel 61, eerste lid, wordt het woord "laatste" vervangen door het woord "derde".

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

De wijzigingen aan de statuten bedoeld in artikel 1, 4° tot 6° en 8° tot 10°, zullen echter uitwerking verkrijgen op de dag van de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad van het koninklijk besluit genomen krachtens het artikel 202, § 1, tweede lid, van de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014003234 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand enenergie, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot wijziging van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, de wet van 16 februari 2009 op het herverzekeringsbedrijf, de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de wet van 21 december 2009 op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, de wet van 28 april 1999 houdende omzetting van Richtlijn 98/26/EG van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en de wet van 15 december 2004 betreffende financiële zekerheden en houdende diverse fiscale bepalingen inzake zakelijkezekerheidsovereenkomsten en leningen met betrekking tot financiële instrumenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003194 bron federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst justitie Wet op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003195 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse bepalingen sluiten houdende diverse bepalingen.

Art. 3.De minister die bevoegd is voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 maart 2015.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Financiën, J. VAN OVERTVELDT

^