Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 november 2006
gepubliceerd op 10 januari 2007

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 2006, gesloten in het Nationaal Paritair Comité voor de sport, betreffende het vakantiegeld van de betaalde voetballer

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006203648
pub.
10/01/2007
prom.
10/11/2006
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 NOVEMBER 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 2006, gesloten in het Nationaal Paritair Comité voor de sport, betreffende het vakantiegeld van de betaalde voetballer (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Nationaal Paritair Comité voor de sport;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 2006, gesloten in het Nationaal Paritair Comité voor de sport, betreffende het vakantiegeld van de betaalde voetballer.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 november 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Nationaal Paritair Comité voor de Sport Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 2006 Vakantiegeld van de betaalde voetballer (Overeenkomst geregistreerd op 8 augustus 2006 onder het nummer 80531/CO/223)

Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de voetbalclubs en de betaalde voetbalspelers die gebonden zijn door een arbeidsovereenkomst volgens de wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars, afgesloten vanaf 1 juli 2003.

Art. 2.Vakantiegeld De betaalde voetballer ontvangt in de hoofdvakantiemaand van zijn werkgever-club : - zijn normale wedde op de gewone uitbetalingsdatum; - een premie als dubbel vakantiegeld.

Het dubbel vakantiegeld is niet inbegrepen in de normale maandelijkse bezoldiging. Hiervan kan contractueel niet worden afgeweken. Op het dubbel vakantiegeld worden afzonderlijk afhoudingen gedaan voor de sociale zekerheid en de bedrijfsvoorheffing.

De partijen gaan ervan uit dat op het dubbel vakantiegeld de geplafonneerde RSZ voor betaalde sportbeoefenaars en de bedrijfsvoorheffing voor exceptionele vergoedingen van toepassing is.

Het dubbel vakantiegeld telt niet mee voor de berekening van de groepsverzekeringspremies en er dienen derhalve geen groepsverzekeringsbijdragen op berekend te worden.

Art. 3.Noties "vakantiejaar" en "vakantiedienstjaar" Inzake de noties "vakantiedienstjaar" en "vakantiejaar" wordt verwezen naar de wetgeving inzake jaarlijkse vakantie. Dit betekent dat een vakantiedienstjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.

Art. 4.Berekeningswijze De sociale partners komen overeen voor de looptijd van de collectieve arbeidsovereenkomst voor betaalde voetballers het "dubbel vakantiegeld" als volgt te beperken : 1. De berekeningswijze voor het vast gedeelte van de wedde : - voor het vakantiejaar 2007 : per werkelijk gepresteerde of ermee gelijkgestelde maand in de loop van het vakantiedienstjaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van 94 pct.van de brutowedde van de maand waarin de hoofdvakantie ingaat; - voor het vakantiejaar 2008 : per werkelijk gepresteerde of ermee gelijkgestelde maand in de loop van het vakantiedienstjaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van 96 pct. van de brutowedde van de maand waarin de hoofdvakantie ingaat; - voor het vakantiejaar 2009 : per werkelijk gepresteerde of ermee gelijkgestelde maand in de loop van het vakantiedienstjaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van 98 pct. van de brutowedde van de maand waarin de hoofdvakantie ingaat; - vanaf het vakantiejaar 2010 : per werkelijk gepresteerde of ermee gelijkgestelde maand in de loop van het vakantiedienstjaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van 100 pct. van de brutowedde van de maand waarin de hoofdvakantie ingaat. 2. De berekeningswijze voor het variabele gedeelte van de wedde : per gepresteerde of daarmee gelijkgestelde maand tijdens het vakantiedienstjaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van de volledige contractuele of overeengekomen bruto winstpremie van de eerste ploeg in de Belgische nationale competitie van toepassing op de eerste competitiewedstrijd van het nieuwe seizoen in het vakantiedienstjaar, ongeacht het feit of de speler effectief aan deze wedstrijd heeft deelgenomen.In geval de betaalde voetballer op dat ogenblik niet in dienst was van de huidige werkgever dient de berekening te gebeuren op de eerst verschuldigde winstpremie.

Het dubbel vakantiegeld bedraagt echter minimaal 1/12de van het minimumloon voor betaalde sportbeoefenaars.

In geval van onvolledige prestaties tijdens een maand gebeurt de berekening pro rata de werkelijk gepresteerde of gelijkgestelde dagen in de loop van die maand.

Voor de gelijkgestelde periodes wordt verwezen naar de vakantiewetgeving.

Art. 5.Tijdstip uitbetaling Het tijdstip van betaling van het dubbel vakantiegeld wordt geregeld bij het koninklijk besluit van 30 maart 1967. Artikel 45 van dit koninklijk besluit bepaalt dat het dubbel vakantiegeld verschuldigd is op het moment van het nemen van de hoofdvakantie. De hoofdvakantiemaand voor voetballers is de maand juni. Het vakantiegeld dient dan ook betaald te worden in de maand juni, op hetzelfde tijdstip als de uitbetaling van het loon van mei. Er dient een aparte fiche voor het vakantiegeld opgemaakt te worden en overhandigd te worden aan de speler op het voorziene tijdstip van betaling.

Art. 6.Vakantiegeld uit dienst Indien de arbeidsovereenkomst met de betaalde voetballer wordt beëindigd is vakantiegeld uit dienst verschuldigd. Op het ogenblik van de uitdiensttreding betaalt de werkgever-club aan de speler : 1. De berekeningswijze voor het vast gedeelte van de wedde : - voor het vakantiejaar 2007 : per werkelijk gepresteerde of ermee gelijkgestelde maand in de loop van het vakantiejaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van 94 pct.van de normaal verdiende volledige vaste brutowedde van de maand van vertrek; - voor het vakantiejaar 2008 : per werkelijk gepresteerde of ermee gelijkgestelde maand in de loop van het vakantiejaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van 96 pct. van de normaal verdiende volledige vaste brutowedde van de maand van vertrek; - voor het vakantiejaar 2009 : per werkelijk gepresteerde of ermee gelijkgestelde maand in de loop van het vakantiejaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van 98 pct. van de normaal verdiende volledige vaste brutowedde van de maand van vertrek; - vanaf het vakantiejaar 2010 : per werkelijk gepresteerde of ermee gelijkgestelde maand in de loop van het vakantiejaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van 100 pct. van de normaal verdiende volledige vaste brutowedde van de maand van vertrek. 2. De berekeningswijze voor het variabele gedeelte van de wedde : per gepresteerde of daarmee gelijkgestelde maand tijdens het vakantiejaar bij de huidige werkgever een toeslag van 1/12de van de volledige contractuele of overeengekomen bruto winstpremie van de eerste ploeg in de Belgische nationale competitie van toepassing op de eerste competitiewedstrijd van het nieuwe seizoen in het vakantiedienstjaar, ongeacht het feit of de speler effectief aan deze wedstrijd heeft deelgenomen.In geval de betaalde voetballer op dat ogenblik niet in dienst was van de huidige werkgever dient de berekening te gebeuren op de eerste normale verschuldigde winstpremie. 3. Indien de betaalde voetballer het vakantiegeld nog niet heeft ontvangen die op het vakantiedienstjaar bij de huidige werkgever betrekking heeft, betaalt de werkgever hem eveneens het nog verschuldigde vakantiegeld zoals uiteengezet onder artikel 3. Het vakantiegeld uit dienst bedraagt echter minimaal 1/12de van het minimumloon voor betaalde sportbeoefenaars.

In geval van onvolledige prestaties tijdens een maand gebeurt de berekening pro rata de werkelijk gepresteerde of gelijkgestelde dagen in de loop van die maand.

Voor de gelijkgestelde periodes wordt verwezen naar de vakantiewetgeving.

Op het vakantiegeld uit dienst worden eveneens afzonderlijk afhoudingen gedaan voor de sociale zekerheid en de bedrijfsvoorheffing en telt niet mee voor de berekening van de groepsverzekeringspremies.

Art. 7.Intentieverklaring De sociale partners verklaren zich akkoord de modaliteiten en de berekeningsbasis van het dubbel vakantiegeld verder te bespreken, waaruit blijkt dat de betrokken partijen de intentie hebben op dit punt de afgesloten collectieve arbeidsovereenkomst uit te willen breiden.

Art. 8.Inwerkingtreding Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2006 en wordt gesloten voor onbepaalde duur. Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door elk van de partijen worden opgezegd ten vroegste vanaf 1 juli 2010, met respect van een opzegperiode van 6 maanden per aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het Nationaal Paritair Comité voor de sport, die de leden hiervan inlicht.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 november 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^