Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 september 2009
gepubliceerd op 18 september 2009

Koninklijk besluit betreffende de loopbaan van financieel medewerker en tot wijziging van sommige bepalingen houdende het niveau D bij de Federale Overheidsdienst Financiën en de Pensioendienst voor de Overheidssector

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2009003347
pub.
18/09/2009
prom.
10/09/2009
ELI
eli/besluit/2009/09/10/2009003347/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

10 SEPTEMBER 2009. - Koninklijk besluit betreffende de loopbaan van financieel medewerker en tot wijziging van sommige bepalingen houdende het niveau D bij de Federale Overheidsdienst Financiën en de Pensioendienst voor de Overheidssector


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het organiek reglement van de Federale Overheidsdienst Financiën en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het statuut van het rijkspersoneel;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het organiek reglement van de Pensioendienst voor de overheidssector en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het statuut van het rijkspersoneel;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 maart 2005 houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van sommige ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën en de Administratie der pensioenen van het Ministerie van Financiën en houdende diverse bepalingen tot uitvoering van het koninklijk besluit van 5 september 2002 houdende hervorming van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 maart 2005 houdende de bijzondere bepalingen met betrekking tot de bezoldigingsregeling van het personeel van de Federale Overheidsdienst Financiën en de Pensioendienst voor de Overheidssector;

Overwegende dat aan de titularissen van de graad van financieel medewerker eveneens de mogelijkheid dient te worden geboden om deel te nemen aan gecertificeerde opleidingen en zo hun competenties verder te ontwikkelen;

Overwegende dat omwille van de invoering van gecertificeerde opleidingen in het niveau D, aan de titularissen van de afgeschafte graad van assistent bij financiën, met de weddeschaal 30S1, nog eens de mogelijkheid dient te worden geboden om via een opleidingsactiviteit te kiezen voor de loopbaan van financieel medewerker;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën geaccrediteerd bij de Minister van Financiën, gegeven op 15 april 2008;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën geaccrediteerd bij de Minister van Pensioenen, gegeven op 13 mei 2008;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken van 24 september 2008;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Staatssecretaris voor Begroting van 4 december 2008;

Gelet op het advies van het Directiecomité van de Pensioendienst voor de Overheidssector van 15 december 2008;

Gelet op het advies van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Financiën van 23 januari 2009;

Gelet op het onderhandelingsprotocol van 17 april 2009 van het Sectorcomité II - Financiën;

Gelet op advies 46.773/2 van de Raad van State, gegeven op 23 juni 2009 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, Onze Minister van Begroting, Onze Minister van Pensioenen en Onze Staatssecretaris voor Begroting en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het organiek reglement van de Federale Overheidsdienst Financiën en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het statuut van het rijkspersoneel

Artikel 1.Artikel 9quinquies decies, van het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het organiek reglement van de Federale Overheidsdienst Financiën en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het statuut van het rijkspersoneel, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 3 maart 2005, wordt opgeheven.

Art. 2.Artikel 49 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 3 maart 2005, wordt opgeheven.

Art. 3.In bijlage V van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 3 maart 2005 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 april 2007, worden opgeheven : 1° punt 6;2° punt 7;3° punt 8. HOOFDSTUK II. - Wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het organiek reglement van de Pensioendienst voor de Overheidssector en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het statuut van het rijkspersoneel

Art. 4.Artikel 9quinquies decies van het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot vaststelling van het organiek reglement van de Pensioendienst voor de overheidssector en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het statuut van het rijkspersoneel, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 3 maart 2005, wordt opgeheven.

Art. 5.Artikel 49 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 3 maart 2005, wordt opgeheven.

Art. 6.In bijlage V van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 3 maart 2005 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 april 2007, worden opgeheven : 1° punt 3;2° punt 4. HOOFDSTUK III. - Wijziging van het koninklijk besluit van 3 maart 2005 houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van sommige ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën en de Administratie der pensioenen van het Ministerie van Financiën en houdende diverse bepalingen tot uitvoering van het koninklijk besluit van 5 september 2002 houdende hervorming van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen

Art. 7.Het opschrift van het koninklijk besluit van 3 maart 2005 houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van sommige ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën en de Administratie der pensioenen van het Ministerie van Financiën en houdende diverse bepalingen tot uitvoering van het koninklijk besluit van 5 september 2002 houdende hervorming van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen wordt vervangen als volgt : « Koninklijk besluit van 3 maart 2005 houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van sommige ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën en van de Pensioendienst voor de Overheidssector en houdende diverse bepalingen tot uitvoering van het koninklijk besluit van 5 september 2002 houdende hervorming van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen. »

Art. 8.In hetzelfde besluit wordt een artikel 6bis ingevoegd, luidende : «

Art. 6bis.De in artikel 6 bedoelde ambtenaren worden op 1 augustus 2006 ambtshalve benoemd in de graad van financieel medewerker op voorwaarde dat ze, uiterlijk op 30 juni 2010, een met dit doel georganiseerde opleiding hebben gevolgd : - bij de Nationale School voor Fiscaliteit en Financiën, wat betreft de ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën; - bij het Vormingscentrum van de Pensioendienst voor de Overheidssector, wat betreft de ambtenaren van de Pensioendienst voor de overheidssector.

De berekening van de graadanciënniteit vangt aan vanaf de datum van benoeming in de nieuwe graad.

De in het eerste lid bedoelde ambtenaren worden ingeschaald in de weddeschaal DF1 verbonden aan de graad van financieel medewerker. De bepalingen van artikel 5, § 1, tweede tot en met het zesde lid en § 2, zijn op hen van toepassing. ». HOOFDSTUK IV. - Wijziging van het koninklijk besluit van 3 maart 2005 houdende de bijzondere bepalingen met betrekking tot de bezoldigingsregeling van het personeel van de Federale Overheidsdienst Financiën en van de Pensioendienst voor de overheidssector

Art. 9.In artikel 4 van het koninklijk besluit van 3 maart 2005 houdende de bijzondere bepalingen met betrekking tot de bezoldigingsregeling van het personeel van de Federale Overheidsdienst Financiën en van de Pensioendienst voor de overheidssector, worden de bepalingen onder 1° en 2° vervangen als volgt : « 1° weddeschaal DF1 14.322,70 - 19.505,18 3/1 x 218,66 4/2 x 259,00 10/2 x 349,05 (Kl. 18j. - N.D. - G.A.) 2° weddeschaal DF2 15.322,70 - 20.505,18 3/1 x 218,66 4/2 x 259,00 10/2 x 349,05 (Kl. 18j. - N.D. - G.A.) ».

Art. 10.In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de bepalingen van punt D vervangen als volgt : « D. Graden behorend tot niveau D Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 11.Het opschrift van hoofdstuk III van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « HOOFDSTUK III. - Competentiemetingen, gecertificeerde opleidingen en premie voor competentieontwikkeling verbonden aan sommige bijzondere graden ».

Art. 12.In hoofdstuk III van hetzelfde besluit wordt een afdeling VIIbis ingevoegd die de artikelen 22bis en 22ter bevat, luidende : « Afdeling VIIbis - Financieel medewerker

Art. 22bis.De ambtenaar bekleed met de graad van financieel medewerker, die bezoldigd wordt in de weddeschaal DF1 en geslaagd is voor een gecertificeerde opleiding ontvangt een jaarlijkse premie voor competentieontwikkeling van 1.000 EUR. De geldigheidsduur van de gecertificeerde opleiding verbonden aan de graad van financieel medewerker bedraagt acht jaar. »

Art. 22ter.§ 1. De administratief medewerker bezoldigd : - in de weddeschaal DA1; - in de weddeschaal DA2 of DA3, zonder geslaagd te zijn voor een gecertificeerde opleiding die toegang verleent tot de weddeschaal DA4, die wordt benoemd in de graad van financieel medewerker, verkrijgt de weddeschaal DF1 en mag zich onmiddellijk inschrijven voor een gecertificeerde opleiding die verbonden is aan deze graad.

In afwijking van artikel 36 van het koninklijk besluit van 7 augustus 1939 betreffende de evaluatie en de loopbaan van het rijkspersoneel, verliest de in het vorige lid bedoelde ambtenaar, in voorkomend geval, het voordeel van zijn premie voor competentieontwikkeling verbonden aan de graad van administratief medewerker. § 2. De administratief medewerker bezoldigd in de weddeschaal DA2 of DA3 en geslaagd in de gecertificeerde opleiding die toegang verleent tot de weddeschaal DA4, verkrijgt de weddeschaal DF1 bij zijn benoeming in de graad van financieel medewerker.

De in het vorige lid bedoelde ambtenaar behoudt of verkrijgt het recht op de premie voor competentieontwikkeling, bij zijn benoeming in de graad van financieel medewerker. Bij het verstrijken van de geldigheidsduur van de gecertificeerde opleiding wordt hij bevorderd in de weddeschaal DF2 mits de statutaire vereisten vervuld zijn. § 3. De administratief medewerker bezoldigd in de weddeschaal DA4, die wordt benoemd in de graad van financieel medewerker verkrijgt de weddeschaal DF2. »

Art. 13.Artikel 28, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « De toelage blijft ten persoonlijke titel toegekend aan de ambtenaar voor de duur dat hij de functie van chef bij de dienst der inkohieringen uitoefent en sluit de toekenning uit van de jaarlijkse directiepremie, zoals bepaald in artikel 32 van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene federale overheidsdiensten gemene graden. »

Art. 14.In hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk Vbis ingevoegd dat artikel 28bis bevat, luidende : « Hoofdstuk Vbis. - Bijzondere bepalingen met betrekking tot de directiepremie

Art. 28bis.Onder de voorwaarden vermeld in de artikelen 32 en 33bis van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddenschalen der aan verscheidene federale overheidsdiensten wordt aan de financieel medewerkers en de titularissen van de afgeschafte graad van assistent bij financiën en sectiechef bij financiën een jaarlijkse directiepremie van 500 EUR toegekend. »

Art. 15.In artikel 32, § 1, derde kolom, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 april 2007, wordt de bepaling onder 1° vervangen als volgt : « 1° bij wege van overgangsmaatregel de administratief medewerker die op 16 augustus 2005 geslaagd was voor of vrijgesteld was van de competentietest bepaald in artikel 218 van het koninklijk besluit van 5 september 2002 houdende hervorming van de loopbaan van sommige ambtenaren in de Rijksbesturen, opgeheven bij het koninklijk besluit van 10 augustus 2005. ». HOOFDSTUK V. - Overgangs- en slotbepalingen

Art. 16.§. 1. De ambtenaren die houder zijn van de graad van financieel medewerker op de datum van de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad en die zich inschrijven voor de eerste gecertificeerde opleiding waarvoor zij zich kunnen inschrijven in hun functiefamilie worden geacht ingeschreven te zijn op 31 augustus 2006, mits zij op die datum de statutaire vereisten vervullen. Indien zij de vereisten vervullen na 31 augustus 2006 en voor de datum van bekendmaking van dit besluit, worden zij geacht ingeschreven te zijn op de datum waarop zij aan de voorwaarden voldoen.

Het eerste lid is eveneens van toepassing op de ambtenaren bedoeld in artikel 6bis van het koninklijk besluit van 3 maart 2005 houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van sommige ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën en van de Pensioendienst voor de Overheidssector en houdende diverse bepalingen tot uitvoering van het koninklijk besluit van 5 september 2002 houdende hervorming van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen, zoals ingevoegd bij dit besluit.

Art. 17.Voor de personeelsleden van het niveau D die slagen voor een gecertificeerde opleiding en de premie voor competentieontwikkeling met terugwerkende kracht uitbetaald krijgen voor vorige jaren, wordt de voor die jaren uitbetaalde integratiepremie telkens in mindering gebracht van de premie voor competentieontwikkeling.

Art. 18.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2007, met uitzondering van : - de artikelen 1 en 4 die uitwerking hebben met ingang van 1 december 2008; - artikel 2 dat uitwerking heeft met ingang van : a) 1 september 2006 voor de titularissen van de graad van technisch medewerker;b) 1 september 2007 voor de titularissen van de graad van administratief medewerker;c) de datum van publicatie van dit besluit in het Belgisch Staatsblad voor de titularissen van de graad van financieel medewerker; - de artikelen 3, 3°, 12 en 17 die uitwerking hebben met ingang van 1 september 2006; - artikel 5 dat uitwerking heeft met ingang van : a) 1 september 2007 voor de titularissen van de graad van administratief medewerker;b) de datum van de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad voor de titularissen van de graad van financieel medewerker; - artikel 7 dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2006; - artikel 8 dat uitwerking heeft met ingang van 1 augustus 2006; - artikel 13 dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2007; - de artikelen 14 en 15 die uitwerking hebben met ingang van 17 augustus 2005; - de artikelen 3, 1°, 6, 1°, 10 en 16 die in werking treden de dag waarop dit besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 19.Onze Eerste Minister, Onze Minister van Financiën en Onze Minister van Pensioenen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 10 september 2009 ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Begroting, G. VANHENGEL De Minister van Pensioenen, M. DAERDEN De Staatssecretaris voor Begroting, M. WATHELET

^