Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 11 juni 2019
gepubliceerd op 17 juni 2019

Koninklijk besluit betreffende de erkenning van VZW's als beroepsvereniging of als federatie van beroepsverenigingen

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie en federale overheidsdienst justitie
numac
2019013281
pub.
17/06/2019
prom.
11/06/2019
ELI
eli/besluit/2019/06/11/2019013281/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

11 JUNI 2019. - Koninklijk besluit betreffende de erkenning van VZW's als beroepsvereniging of als federatie van beroepsverenigingen


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, artikel 9:24, § 3;

Gelet op advies 65.868/2 van de Raad van State, gegeven op 29 april 2019, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Middenstand en de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° de minister : de minister bevoegd voor Middenstand;2° VZW : de vereniging zonder winstoogmerk zoals bedoeld in Boek 9 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen;3° FOD Economie : de Federale Overheidsdienst Economie;K.M.O., Middenstand en Energie.

Art. 2.Elke VZW die wil worden erkend als beroepsvereniging of als federatie van beroepsverenigingen als bedoeld in artikel 9:24, § 1, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, dient haar aanvraag in bij de Algemene Directie K.M.O.-beleid van de FOD Economie. De aanvraag wordt per post of per e-mail verstuurd en bevat : 1° het ondernemingsnummer;2° een verklaring van de aanvragende VZW dat ze geen enkel(e) ander(e) beroep, ambacht noch activiteit uitoefent dan degene die haar toegelaten zijn door artikel 9:24, § 2, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen;3° indien de aanvragende VZW minstens een jaar actief is op het moment van haar aanvraag, een verslag van haar activiteiten of enig ander document waaruit blijkt dat haar werking conform artikel 9:24, § 2, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen is.

Art. 3.De minister of zijn afgevaardigde beslist over een aanvraag tot erkenning uiterlijk binnen de dertig dagen volgend op de dag van ontvangst van een volledig dossier. Bij ontstentenis van beslissing binnen deze termijn wordt de beslissing geacht gunstig te zijn.

De Algemene Directie K.M.O.-beleid stuurt de aanvragende VZW een ontvangstbevestiging binnen de vijf dagen volgend op de dag van ontvangst van de aanvraag.

Wanneer een aanvraag onvolledig is, nodigt de Algemene Directie K.M.O.-beleid van de FOD Economie binnen vijftien dagen volgend op de dag van ontvangst van de aanvraag de aanvrager uit om zijn aanvraag te vervolledigen. De periode van dertig dagen waarbinnen de FOD Economie moet beslissen, wordt in dat geval onderbroken. De aanvrager beschikt over een termijn van vijftien dagen volgend op de dag van ontvangst van de uitnodiging om de aanvraag te vervolledigen. Er wordt een herinnering naar de aanvragende VZW verstuurd indien wordt vastgesteld dat het dossier niet aangevuld werd binnen deze termijn van vijftien dagen. De aanvrager beschikt over een nieuwe termijn van vijftien dagen volgend op de dag van ontvangst van de herinnering om zijn aanvraag te vervolledigen. Na het verlopen van deze termijn wordt de aanvraag tot registratie geweigerd.

De aanvragende VZW wordt binnen de termijn bedoeld in het eerste lid op de hoogte gebracht van de beslissing om haar de erkenning toe te kennen of te weigeren en in voorkomend geval van de redenen van de weigering.

Art. 4.De erkenning wordt door de minister of zijn afgevaardigde ingetrokken wanneer de VZW : 1° niet meer voldoet aan de erkenningsvoorwaarden;2° dit zelf uitdrukkelijk vraagt;3° ontbonden wordt.

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 mei 2019.

Art. 6.De minister bevoegd voor Middenstand en de minister bevoegd voor Justitie, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 juni 2019.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, K. GEENS De Minister van Middenstand, Zelfstandigen en K.M.O.'s, D. DUCARME

^