Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 11 mei 2009
gepubliceerd op 16 juni 2009

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 23 december 1998 inzake uitrusting van zeeschepen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement

bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
numac
2009014136
pub.
16/06/2009
prom.
11/05/2009
ELI
eli/besluit/2009/05/11/2009014136/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

11 MEI 2009. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 23 december 1998 inzake uitrusting van zeeschepen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 juni 1972 op de veiligheid van de vaartuigen, artikel 4, 1°, gewijzigd bij de wet van 22 januari 2007;

Gelet op het koninklijk besluit van 23 december 1998 inzake uitrusting van zeeschepen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 december 1999, 4 september 2002 en 9 november 2003;

Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 5 februari 2009;

Gelet op advies 46.138/4 van de Raad van State, gegeven op 30 maart 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Eerste Minister en de Staatssecretaris voor Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 23 december 1998 inzake uitrusting van zeeschepen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1973, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 december 1999, 4 september 2002 en 9 november 2003, worden in de eerste zin de woorden « Voor de toepassing van dit besluit ter omzetting van richtlijn 96/98/EG van de Raad van de Europese Unie van 20 december 1996 inzake uitrusting van zeeschepen, gewijzigd bij richtlijn 98/85/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 11 november 1998, bij richtlijn 2001/53/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 10 juli 2001, bij richtlijn 2002/75/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 2 september 2002 en bij richtlijn 2002/84/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 5 november 2002 » vervangen door de woorden « Voor de toepassing van dit besluit ter omzetting van richtlijn 96/98/EG van de Raad van de Europese Unie van 20 december 1996 inzake uitrusting van zeeschepen, gewijzigd bij richtlijn 98/85/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 11 november 1998, bij richtlijn 2001/53/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 10 juli 2001, bij richtlijn 2002/75/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 2 september 2002, bij richtlijn 2002/84/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 5 november 2002 en bij richtlijn 2008/67/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 30 juni 2008 ».

Art. 2.Artikel 4, § 4, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 4 september 2002 en vervangen bij het koninklijk besluit van 9 november 2003, wordt vervangen als volgt : « § 4. Uitrusting die als « nieuwe apparatuur » is vermeld onder de kolom « benaming » van bijlage A.1 of is verplaatst van bijlage A.2 naar A.1 en is vervaardigd in overeenstemming met typegoedkeuringsprocedures die reeds op het grondgebied van de betrokken lidstaat van kracht waren voor 21 juli 2009, mag gedurende een periode van twee jaar gerekend vanaf deze datum in de handel worden gebracht en aan boord van een schip uit de Gemeenschap worden geplaatst. ».

Art. 3.In hetzelfde besluit wordt bijlage A, vervangen bij het koninklijk besluit van 9 november 2003, vervangen door de bijlage gevoegd bij dit besluit.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 21 juli 2009.

Art. 5.De minister bevoegd voor maritieme zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 11 mei 2009.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, H. VAN ROMPUY De Staatssecretaris voor Mobiliteit, E. SCHOUPPE

Bijlage bij het koninklijk besluit van 11 mei 2009 tot wijziging van het koninklijk besluit van 23 december 1998 inzake uitrusting van zeeschepen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement BIJLAGE A Lijst van gebruikte afkortingen Circ.: Circulaire.

COLREG: Verdrag inzake de internationale bepalingen ter voorkoming van aanvaringen op zee (International Regulations for Preventing Collisions at Sea).

COMSAR: IMO subcomité inzake Radiocommunicatie, opsporing en redding.

EN: Europese norm.

ETSI: Europees Instituut voor Telecommunicatienormen.

FSS: Internationale code voor brandveiligheidsystemen.

FTP: Internationale code voor brandproefprocedures.

HSC: Internationale code voor de veiligheid van hogesnelheidsvaartuigen (High Speed Craft Code).

IBC: Internationale Code inzake het vervoer van chemicaliën in bulk (International Bulk Chemical Code).

ICAO: Internationale Burgerluchtvaartorganisatie.

IEC: Internationale Elektrotechnische Commissie (International Electro-technical Commission).

IMO: Internationale Maritieme Organisatie.

ISO: Internationale Organisatie voor Normalisatie.

ITU: Internationale Telecommunicatie Unie.

LSA: reddingsmiddel (Life saving appliance).

MARPOL: Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen (International Convention for the Prevention of Pollution from Ships).

MEPC: Comité voor bescherming van het mariene milieu (Marine Environment Protection Committee).

MSC: Maritieme Veiligheidscommissie (Maritime Safety Committee).

SOLAS: het Internationaal Verdrag voor de beveiliging van mensenlevens op zee.

Res.: resolutie.

BIJLAGE A.1 UITRUSTING WAARVOOR IN INTERNATIONALE INSTRUMENTEN REEDS GEDETAILLEERDE BEPROEVINGSNORMEN BESTAAN Op heel bijlage A.1 van toepassing zijnde noten a) Algemeen: Naast de specifiek vermelde internationale beproevingsnormen staat een aantal bepalingen, waaraan de hand moet worden gehouden bij het typeonderzoek zoals vermeld in de modules voor beoordeling van de overeenstemming van bijlage B, in de toepasselijke voorschriften van de internationale verdragen en de desbetreffende resoluties en circulaires van de IMO.b) Kolom 5: Wanneer IMO resoluties worden vermeld, zijn alleen de beproevingsnormen in de desbetreffende delen van de bijlagen bij de resoluties van toepassing en niet de bepalingen van de resoluties zelf.c) Kolom 5: Van kracht zijnde versies van de internationale verdragen en beproevingsnormen.Ten behoeve van een correcte verwijzing naar de relevante normen moet op de beproevingsverslagen, certificaten van overeenstemming en verklaringen van overeenstemming worden aangegeven welke norm en welke versie daarvan werd toegepast. d) Kolom 5: Wanneer twee benamingen van groepen beproevingsnormen worden gescheiden door een « of » voldoet elk van deze groepen aan alle beproevingseisen waarmee overeenstemming met de IMO prestatienormen kan worden aangetoond.Het volstaat bijgevolg op basis van één van deze groepen te testen om aan te tonen dat aan de eisen van de desbetreffende internationale instrumenten is voldaan.

Bijgevolg zijn wanneer een ander scheidingsteken (komma) wordt gebruikt, alle opgesomde referenties van toepassing. e) Kolom 6: Een kruisje onder H betekent: module H plus certificaat van ontwerponderzoek.f) De in deze bijlage vastgestelde eisen gelden onverminderd de uitrustingseisen in de internationale verdragen. Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^