Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 11 november 2002
gepubliceerd op 29 november 2002

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
2002022993
pub.
29/11/2002
prom.
11/11/2002
ELI
eli/besluit/2002/11/11/2002022993/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

11 NOVEMBER 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 93, vijfde, zesde en zevende lid, en artikel 93bis, ingevoegd bij de wet van 7 april 1995;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 213, tweede lid, artikel 214, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 14 juni 2001, en artikel 225, § 3, eerste lid, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 juni 2001 en 6 mei 2002;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de uitkeringsverzekering voor werknemers, gegeven op 18 september 2002;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 15 oktober 2002;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 31 oktober 2002;

Gelet op de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door het feit dat de hoegrootheid van de vergoeding voor de invalide gerechtigde zonder gezinslast, alleenstaande, verhoogd wordt van 45 pct. tot 50 pct. van het gederfde loon en dat voor dezelfde categorie van gerechtigden, die de hoedanigheid hebben van regelmatig werknemer, de minimumuitkering verhoogd wordt met 1 %; dat bovendien het maandbedrag aan inkomen om als persoon ten laste beschouwd te kunnen worden van een arbeidsongeschikt erkende gerechtigde, tevens verhoogd wordt; dat deze maatregelen in werking treden op 1 januari 2003 zodat het derhalve noodzakelijk is dat de verzekeringsinstellingen en de sociaal verzekerden zo snel mogelijk op de hoogte worden gebracht van deze maatregelen;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 213, tweede lid, van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wordt het getal « 45 » vervangen door het getal « 50 ».

Art. 2.In artikel 214 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 14 juni 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, eerste lid, 2°, a), wordt het bedrag « 28,0090 » vervangen door het bedrag « 28,2891 »;2° in § 2 worden het eerste, tweede en derde lid vervangen door de volgende leden : « § 2.Het minimumdagbedrag van de invaliditeitsuitkering toegekend aan niet-regelmatige werknemers is gelijk aan het in werkdagen gewaardeerde bedrag van het leefloon dat wordt toegekend krachtens de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie.

Voor de gerechtigden met persoon ten laste, als bedoeld in artikel 93 van de gecoördineerde wet, stemt dat bedrag overeen met het bedrag dat wordt toegekend aan twee samenwonende personen.

Voor de gerechtigden die geen persoon ten laste hebben, stemt dat bedrag overeen met het bedrag dat wordt toegekend aan een alleenstaande persoon. »

Art. 3.In artikel 225, § 3, eerste lid, van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 juni 2001 en 6 mei 2002, wordt de tweede zin vervangen door de volgende zin : « Nochtans wordt met dit inkomen, alsook met de hiervoren bedoelde pensioenen, renten, tegemoetkomingen en uitkeringen slechts rekening gehouden indien het totale bedrag ervan per maand meer is dan het maximumbasisdagbedrag van de werkloosheidsuitkering toegekend in toepassing van de artikelen 111, derde lid, en 114, § 1, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, vermenigvuldigd met 26. »

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2003, met uitzondering van artikel 2, 2°, dat uitwerking heeft met ingang van 1 oktober 2002.

Art. 5.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 november 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE

^