Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 juni 2002
gepubliceerd op 11 oktober 2002

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2002012716
pub.
11/10/2002
prom.
12/06/2002
ELI
eli/besluit/2002/06/12/2002012716/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 JUNI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden, geregistreerd onder het nummer 51489/CO/314;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 juni 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 2000 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerd op 27 juli 2001 onder het nummer 58167/CO/314) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die behoren tot de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen. HOOFDSTUK II. - Eindejaarspremie A. Haarkappers

Art. 2.Aan de werknemers wordt een eindejaarspremie toegekend onder de volgende voorwaarden.

Art. 3.De eindejaarspremie wordt toegekend aan alle werknemers (arbeiders en bedienden) die tijdens de referteperiode, in het stelsel van de vijfdaagse werkweek, ten minste 65 gepresteerde of gelijkgestelde dagen tellen die in aanmerking komen voor de onderwerping aan de sociale zekerheid, of ten minste 78 gepresteerde of gelijkgestelde dagen in het stelsel van de zesdaagse werkweek.

Art. 4.Voor het jaar 2000 wordt aan de werknemers een eindejaarspremie betaald die gelijk is aan 2 pct. van het brutojaarloon van de referteperiode, betaalbaar in december 2000.

Vanaf 2001 wordt aan de werknemers een eindejaarspremie betaald die gelijk is aan 4 pct. van het brutojaarloon van de referteperiode, betaalbaar in december 2001.

Vanaf 2002 wordt aan de werknemers een eindejaarspremie betaald die gelijk is aan 8,33 pct. van het brutojaarloon van de referteperiode, betaalbaar vanaf december 2002.

De referteperiode is de periode die begint op 1 juli van het voorbije jaar en eindigt op 30 juni van het lopende jaar.

Art. 5.Het bedrag van de eindejaarspremie bepaald in artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verhoogd met de werkgeversbijdrage voor de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

De bijdragen zullen worden geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid die ze zal terugstorten aan het Fonds voor bestaanszekerheid van het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen.

De praktische modaliteiten betreffende de uitbetaling van de premie aan de werknemers worden door de raad van bestuur van het sectoraal fonds bepaald.

B. Schoonheidszorgen

Art. 6.Aan de werknemers wordt een eindejaarspremie toegekend onder de volgende voorwaarden.

Art. 7.De eindejaarspremie wordt toegekend aan alle werknemers die tijdens de referteperiode, in het stelsel van de vijfdaagse werkweek, minstens 65 gepresteerde of gelijkgestelde dagen tellen die in aanmerking komen voor de onderwerping aan de sociale zekerheid, of ten minste 78 gepresteerde of gelijkgestelde dagen in het stelsel van de zesdaagse werkweek.

Art. 8.Voor het jaar 2000 wordt aan de werknemers een eindejaarspremie betaald die gelijk is aan 2 pct. van het brutojaarloon van de referteperiode, betaalbaar in december 2000.

Vanaf 2001 wordt aan de werknemers een eindejaarspremie betaald die gelijk is aan 4 pct. van het brutojaarloon van de referteperiode, betaalbaar in december 2001.

Vanaf 2002 wordt aan de werknemers een eindejaarspremie betaald die gelijk is aan 8,33 pct. van het bruto jaarloon van de referteperiode, betaalbaar vanaf december 2002.

De referteperiode is de periode die begint op 1 juli van het voorbije jaar en eindigt op 30 juni van het lopende jaar.

Art. 9.Het bedrag van de eindejaarspremie bepaald in artikel 8 van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verhoogd met de werkgeversbijdrage voor de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

De bijdragen zullen worden geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid die ze zal terugstorten aan het Fonds voor bestaanszekerheid van het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen.

De praktische modaliteiten betreffende de uitbetaling van de premie aan de werknemers worden door de raad van bestuur van het sectoraal fonds bepaald.

C. Fitness en/of body-buildingcentra, sauna en/of zonnecentra

Art. 10.Aan de werknemers wordt een eindejaarspremie toegekend onder de volgende voorwaarden. 1. Arbeiders Art.11. De eindejaarspremie wordt toegekend aan de arbeiders die tijdens de referteperiode, in het stelsel van de vijfdaagse werkweek, ten minste 65 gepresteerde of gelijkgestelde dagen tellen die in aanmerking komen voor de onderwerping aan de sociale zekerheid, of ten minste 78 gepresteerde of gelijkgestelde dagen in het stelsel van de zesdaagse werkweek.

Art. 12.Voor het jaar 2000 wordt aan de werknemers een eindejaarspremie betaald die gelijk is aan 5 pct. van het brutojaarloon van de referteperiode, betaalbaar in december 2000.

Vanaf 2001 wordt aan de werknemers een eindejaarspremie betaald die gelijk is aan 8,33 pct. van het brutojaarloon van de referteperiode, betaalbaar vanaf december 2001.

De referteperiode is de periode die begint op 1 juli van het voorbije jaar en eindigt op 30 juni van het lopende jaar.

Art. 13.Het bedrag van de eindejaarspremie bepaald in artikel 12 van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verhoogd met de werkgeversbijdrage voor de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

De bijdragen zullen worden geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid die ze zal terugstorten aan het Fonds voor bestaanszekerheid van het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen.

De praktische modaliteiten betreffende de uitbetaling van de premie aan de werknemers worden door de raad van bestuur van het sectoraal fonds bepaald. 2. Bedienden Art.14. De eindejaarspremie wordt toegekend aan de bedienden die tijdens de referteperiode, in het stelsel van de vijfdaagse werkweek, ten minste 65 gepresteerde of gelijkgestelde dagen tellen die in aanmerking komen voor de onderwerping aan de sociale zekerheid, of ten minste 78 gepresteerde of gelijkgestelde dagen in het stelsel van de zesdaagse werkweek.

Art. 15.Aan de bedienden wordt een eindejaarspremie betaald die gelijk is aan 8,33 pct. van het brutojaarloon van de referteperiode.

De referteperiode is de periode die begint op 1 juli van het voorbije jaar en eindigt op 30 juni van het lopende jaar.

Art. 16.Het bedrag van de eindejaarspremie bepaald in artikel 15 van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verhoogd met de werkgeversbijdrage voor de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

De bijdragen zullen worden geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid die ze zal terugstorten aan het Fonds voor bestaanszekerheid van het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen.

De praktische modaliteiten betreffende de uitbetaling van de premie aan de werknemers worden door de raad van bestuur van het sectoraal fonds bepaald. HOOFDSTUK III. - Geldigheid en bijzondere beschikking

Art. 17.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vernietigt en vervangt de artikelen 3, 4, 5, 6, 13, 14, 15, 27, 28, 29, 30, 31, 32 en 33 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 1999, geregistreerd onder het nummer 51489/CO/314.

Art. 18.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor onbepaalde tijd. Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2000 en kan door een van de partijen met drie maanden vooropzeg worden opgezegd.

De opzegging wordt gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen bij een ter post aangetekende brief.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 juni 2002.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^