Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 juni 2008
gepubliceerd op 03 september 2008

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 oktober 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Sociaal Fonds Sociale Maribel voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector" en vaststelling van zijn statuten

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2008012694
pub.
03/09/2008
prom.
12/06/2008
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 JUNI 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 oktober 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Sociaal Fonds Sociale Maribel voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector" en vaststelling van zijn statuten (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende het fonds voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector;

Op de voordracht van De Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 oktober 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Sociaal Fonds Sociale Maribel voor de Vlaamse welzijns en gezondheidssector" en vaststelling van zijn statuten.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 juni 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 oktober 2007 Oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Sectoraal Fonds Sociale Maribel voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector" en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 29 november 2007 onder het nummer 85880/CO/331) A. Oprichting

Artikel 1.Bij deze collectieve arbeidsovereen-komst en bij toepassing van artikel 1, alinea 1, 1°, van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, richt het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector een fonds voor bestaanszekerheid op, waarvan de statuten hierna zijn vastgesteld.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector.

Onder "werkgevers" wordt verstaan : de werkgevers die hun voornaamste activiteit uitoefenen in één of meerdere activiteiten omschreven in artikel 1, 1°, van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, en die georganiseerd zijn als vereniging zonder winstoogmerk of als een instelling met sociaal oogmerk waarvan de statuten bepalen dat de vennoten geen vermogensvoordeel nastreven.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2008 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd voor 30 juni van ieder jaar, met uitwerking op 1 januari van het daaropvolgende jaar.

De opzegging dient betekend te worden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector.

De voorzitter laat een kopie van de opzegging aan elk der ondertekenende partijen geworden alsook aan de Minister van Tewerkstelling en Arbeid alsook aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

B. Statuten HOOFDSTUK I. - Benaming en maatschappelijke zetel

Art. 4.Met ingang van 1 januari 2008 wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht, genaamd « Sectoraal Fonds Sociale Maribel voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector », waarvan de maatschappelijke en administratieve zetel gevestigd is in de gebouwen van VESOFO - Handelskaai 48, te 1000 Brussel.

Deze zetel kan bij unanieme beslissing van het beheerscomité van het fonds, voorzien bij artikel 12, elders overgeplaatst worden. Het beheerscomité betekent zijn beslissing aan de voorzitter van het Paritair Comité en aan de Minister van Werk. HOOFDSTUK II. - Doel

Art. 5.Het fonds voor bestaanszekerheid opgericht door deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft als enig doel het beheer van de gemutualiseerde som van de bijdragevermindering bedoeld in het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profitsector.

Het fonds is belast met : - het ontvangen van de som van de bijdrageverminderingen vermeld in alinea 1; - het toekennen van tewerkstellingsmiddelen uit de som van de geïnde bijdrageverminderingen volgens de modaliteiten voorzien in het koninklijk besluit van 18 juli 2002 en in de collectieve arbeidsovereenkomsten van de sector.

Art. 6.In het kader van het doel omschreven in artikel 5 kan het fonds een gedeelte van de som van de bijdrageverminderingen bedoeld in artikel 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst gebruiken ter dekking van de personeels-, innings- en administratiekosten.

Art. 7.In het kader van het doel omschreven in artikel 5 vervult het fonds alle opdrachten toevertrouwd aan de sectorale fondsen krachtens het koninklijk besluit van 18 juli 2002. HOOFDSTUK III. - Financiering

Art. 8.De geldmiddelen van het fonds bestaan uit : - de som van de bijdrageverminderingen vermeld in artikel 5, alinea 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, met inbegrip van de renten; - de andere geldmiddelen die zouden toegekend worden door of krachtens een sectorale collectieve arbeidsovereenkomst om de in artikel 9 bedoelde administratiekosten te dekken.

Art. 9.De administratiekosten worden elk jaar vastgesteld door het beheerscomité voorzien bij artikel 11.

Deze kosten worden uitsluitend gedekt door : - de tussenkomsten bedoeld in artikel 6; - de eventuele middelen die ter beschikking worden gesteld door of krachtens een sectorale collectieve arbeidsovereenkomst. De administratiekosten omvatten eveneens de kosten met betrekking tot de tussenkomst van de bedrijfsrevisor aangeduid bij toepassing van artikel 22. HOOFDSTUK IV. - Rechthebbenden, toekenning en betaling van de bijdrageverminderingen

Art. 10.De betrokken werkgevers ontvangen de tussenkomsten van het fonds overeenkomstig de doelstellingen in hoofdstuk II van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK V. - Beheer

Art. 11.Het fonds wordt beheerd door een paritair beheerscomité bestaande uit veertien effectieve leden.

Deze leden worden aangeduid door en onder de leden van het betrokken paritair comité, voor de helft op voordracht van de representatieve werkgeversorganisaties en voor de andere helft op voordracht van de representatieve werknemersorganisaties.

Art. 12.De leden van het beheerscomité worden aangesteld voor dezelfde periode als deze van hun mandaat van lid van het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector.

Het mandaat van lid van het beheerscomité vervalt door ontslagneming of door overlijden of wanneer het mandaat als lid van het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector een einde neemt of wanneer de duur van het mandaat is verstreken of wanneer de organisatie die het lid heeft voorgedragen om zijn vervanging verzoekt of wanneer de betrokkene geen deel meer uitmaakt van de organisatie die hem voorgedragen heeft.

Het nieuw lid voltooit desgevallend het mandaat van zijn voorganger.

De mandaten van de leden van het beheerscomité zijn hernieuwbaar.

Art. 13.De beheerders van het fonds gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan in verband met verbintenissen aangegaan door het fonds. Hun verantwoordelijkheid beperkt zich tot de uitvoering van hun mandaat.

Art. 14.Het beheerscomité kiest elke twee jaar een voorzitter en een ondervoorzitter onder zijn leden, beurtelings en respectievelijk uit de werknemersafvaardiging en uit de werkgeversafvaardiging. Het duidt eveneens de persoon aan die met het secretariaat wordt belast.

Art. 15.Het beheerscomité beschikt over de meest uitgebreide bevoegdheden voor het beheer en de administratie van het fonds, binnen de limieten gesteld krachtens de wet van 7 januari 1958, deze statuten en het koninklijk besluit van 18 juli 2002.

Tenzij andersluidende beslissing van het beheerscomité treedt dit laatste in al zijn handelingen op en handelt het in rechte via de voorzitter en de ondervoorzitter gezamenlijk, elk desgevallend vervangen door een lid van het beheerscomité daartoe door het beheerscomité aangesteld.

Het beheerscomité heeft onder meer als opdrachten : - het toekennen van de som van de bijdrageverminderingen overeenkomstig de bepalingen bedoeld in artikel 5 en het opvolgen van deze toekenning; - alle nodige maatregelen te treffen voor de uitvoering van de bepalingen van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 en van zijn uitvoeringsbesluiten; - over te gaan tot de eventuele aanwerving en afdanking van het personeel van het fonds; - controle uit te oefenen en alle nodige maatregelen te treffen voor de uitvoering van deze statuten; - de administratiekosten vast te stellen; - tijdens de maand juni van elk jaar schriftelijk verslag over te maken aan het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector over de vervulling van zijn opdrachten; - aan de bevoegde instanties de verslagen voorzien krachtens het koninklijk besluit van 18 juli 2002 over te maken.

Art. 16.Het beheerscomité vergadert minstens eenmaal per semester.

Het beheerscomité vergadert, hetzij op uitnodiging van de voorzitter ambtshalve handelend, hetzij op vraag van ten minste de helft van zijn leden hetzij op vraag van een der in zijn schoot vertegenwoordigde organisaties.

De uitnodigingen moeten de agenda bevatten. De notulen worden opgemaakt door de secretaris, aangewezen door het beheerscomité en ondertekend door degene die de vergadering heeft voorgezeten.

Uittreksels uit deze notulen worden door de voorzitter en de ondervoorzitter ondertekend.

Art. 17.Het beheerscomité kan slechts geldig vergaderen en beslissen indien minstens de helft zowel van de leden van de werknemersafvaardiging als van de leden van de werkgeversafvaardiging aanwezig is of bij volmacht vertegenwoordigd is. Elk lid kan drager zijn van maximaal één volmacht.

Art. 18.Behoudens anders luidende bepalingen in het huishoudelijk reglement opgesteld door het Beheerscomité worden zijn beslissingen getroffen bij eenparigheid van stemmen van de aanwezige leden. HOOFDSTUK VI. - Oprichting van kamers

Art. 19.Het beheerscomité zal in zijn midden voor onderstaande deelsectoren specifieke secties oprichten, hierna "kamers" genoemd.

Deze kamers zijn samengesteld voor de helft uit de representatieve werkgeversorganisaties en voor de andere helft uit de representatieve werknemersorganisaties. De leden van deze kamers zullen voor minstens de helft aangesteld worden onder de leden van het beheerscomité of onder andere leden van het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector.

Art. 20.In het kader van de reglementering betreffende de Sociale Maribel zal iedere kamer voor zijn deelsector bij unanimiteit voorstellen doen over, onder meer, de toekenning van de bijkomende tewerkstelling.

De beslissingen en maatregelen die hieruit voortvloeien zullen nochtans door het beheerscomité dienen bekrachtigd te worden. In geval van tekortkomende functionering van een kamer zal voor de betrokken deelsector(en) het beheerscomité de nodige beslissingen en maatregelen kunnen nemen.

Art. 21.Er worden twee kamers opgericht in het sectoraal fonds voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector die volgens hun activiteit geïdentificeerd worden overeenkomstig de codes die voor de RSZ multifunctionele verklaring gebruikt worden, zijnde : 1. Kamer "Kinderopvang", waaronder onder meer ressorteren : de kinderkribben, peutertuinen, diensten voor opvanggezinnen, diensten voor thuisopvang van zieke kinderen, buitenschoolse kinderopvang;2. Kamer "Welzijns- en gezondheidsinstellingen en diensten" : alle instellingen en diensten behorende tot het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, maar die niet zijn toegewezen aan de kamer "Kinderopvang". HOOFDSTUK VII. - Controle

Art. 22.Overeenkomstig artikel 12 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, duidt het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector in hoedanigheid van revisor een bedrijfsrevisor aan ter controle van het beheer van het fonds.

Deze moet minstens één maal per jaar verslag uitbrengen bij het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector.

Bovendien licht hij/zij het beheerscomité van het fonds regelmatig in over de resultaten van zijn onderzoeken en doet de aanbevelingen die hij/zij nodig acht. HOOFDSTUK VIII. - Balans en rekeningen

Art. 23.Elk jaar worden op 31 december de "balans en rekeningen" van het verlopen dienstjaar afgesloten. HOOFDSTUK IX. - Ontbinding en vereffening

Art. 24.Het fonds is opgericht voor een onbepaalde duur.

Art. 25.Het fonds wordt ontbonden door het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector ingevolge een gebeurlijke vooropzeg, zoals voorzien door artikel 3.

Na betaling van het passief, wordt beslist over de bestemming van de goederen en waarden van het fonds. Deze bestemming moet in overeenstemming zijn met het doel waartoe het fonds werd opgericht.

Het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector duidt de vereffenaars aan onder de leden van het beheerscomité van het fonds.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 juni 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET

^