Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 november 2008
gepubliceerd op 20 november 2008

Koninklijk besluit houdende inwerkingtreding van artikel 13 van de wet van 17 mei 2004 tot omzetting in het Belgisch recht van de Richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de roerende voorheffing

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2008003453
pub.
20/11/2008
prom.
12/11/2008
ELI
eli/besluit/2008/11/12/2008003453/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 NOVEMBER 2008. - Koninklijk besluit houdende inwerkingtreding van artikel 13 van de wet van 17 mei 2004 tot omzetting in het Belgisch recht van de Richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de roerende voorheffing (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 17 mei 2004 tot omzetting in het Belgisch recht van de Richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de roerende voorheffing, artikel 13 en artikel 15, § 1, gewijzigd bij de wet van 20 juni 2005;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 30 september 2008;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Staatssecretaris van Begroting van 7 oktober 2008;

Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door het feit dat : - artikel 9 van de Richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende de belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van een rentebetaling met ingang van 1 juli 2005 in een automatische uitwisseling van inlichtingen voorziet betreffende inkomsten uit spaargelden en dat op grond van artikel 9, § 2, van de voormelde richtlijn de gegevensverstrekking ten minste eenmaal per jaar, binnen de zes maanden na afloop van het belastingjaar van de betreffende lidstaat en voor alle gedurende dat jaar verrichte rentebetalingen gebeurt; - artikel 9, § 3, van dezelfde richtlijn, ter voorkoming van wetsconflicten, stelt dat de bepalingen van de Richtlijn 77/799/EEG betreffende de wederzijdse bijstand tussen lidstaten van toepassing blijven voorzover Richtlijn 2003/48/EG niet voorziet in afwijkende bepalingen; - artikel 15, § 1, van de wet van 17 mei 2004 de inwerkingtreding van artikel 13 van deze wet aan de Koning delegeert en dat tot op heden geen koninklijk besluit tot inwerkingtreding werd genomen; - de uiteindelijk doelstelling van de Richtlijn 2003/48/EG, volgens artikel 1 van deze richtlijn, is het mogelijk maken dat inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling die in een lidstaat worden verricht aan uiteindelijk gerechtigden die een natuurlijk persoon zijn en hun fiscale woonplaats in een andere lidstaat hebben, effectief worden belast overeenkomstig het nationale recht van laatstgenoemde lidstaat, dat ter omzetting van de richtlijn een besluit tot inwerkingtreding moet worden genomen en dat de inwerkingtreding van artikel 13 van de wet van 17 mei 2004 wordt bepaald vanaf de dag waarop dit besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt teneinde deze doelstelling van de richtlijn te respecteren; - het zou aangewezen zijn om een gelijkwaardige behandeling te verzekeren tussen enerzijds de inwonende belastingplichtigen natuurlijke personen die rentebetalingen ontvangen vanuit Oostenrijk, het Groothertogdom Luxemburg, Zwitserland, San Marino, Liechtenstein, Aruba, de Nederlandse Antillen, Anguilla, de Kaaimaneilanden, Montserrat, de Turks en Caicos Eilanden en de Britse Maagdeneilanden en anderzijds de belastingplichtigen die rentebetalingen vanuit de 24 andere Lidstaten van de Europese Unie ontvangen;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 45.318/2, gegeven op 20 oktober 2008, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Onverminderd artikel 15, § 2, van de wet van 17 mei 2004 tot omzetting in het Belgisch recht van de Richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de roerende voorheffing, treedt artikel 13 van diezelfde wet in werking de dag waarop het huidig besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 2.Onze Minister die bevoegd is voor Financiën, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Bruxelles, 12 november 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 17 mei 2004, Belgisch Staatsblad van 27 mei 2004, tweede editie. Wet van 20 juni 2005, Belgisch Staatsblad van 24 juni 2005, derde editie.

^