Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 september 2007
gepubliceerd op 26 september 2007

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de permanente vorming

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2007012468
pub.
26/09/2007
prom.
12/09/2007
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 SEPTEMBER 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de permanente vorming (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de non-ferro metalen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de permanente vorming.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 september 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota's (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de non-ferro metalen Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2007 Permanente vorming (Overeenkomst geregistreerd op 3 mei 2007 onder het nummer 82718/CO/105)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de non-ferro metalen en op de werklieden die zij tewerkstellen.

Onder "werklieden" wordt verstaan : de werklieden en de werksters.

Art. 2.De ondertekenende partijen onderschrijven de noodzaak van permanente vorming als middel tot verhoging van de competentie van de werklieden en bijgevolg van de ondernemingen.

Art. 3.De bedrijfstak bevestigt te voldoen aan de in het interprofessioneel akkoord 2007 - 2008 bepaalde opleidingsinspanning van 1,9 pct. van de loonmassa alsook aan de door het interprofessioneel akkoord gevraagde opleidingsinspanning middels de jaarlijkse verhoging van de vormingsinspanning van iedere onderneming afzonderlijk, de bedrijfsopleidingsplannen en de rapportering van de opleidingen in het paritair contactcomité, zoals bepaald in de artikelen 4, 5 en 6.

Art. 4.In uitvoering van het interprofessioneel akkoord, dat alle bedrijfstakken oproept om de inspanningen jaarlijks te verhogen met 0,1 pct., bedraagt de vormingsinspanning van elke onderneming vanaf 2007 minstens 1 pct. en vanaf 2008 minstens 1,1 pct. van de totale bruto loonmassa.

Onder vorming en opleiding wordt zowel de formele als de meer informele opleiding, zoals "on the job training", "mentorship"..., bedoeld.

De op ondernemingsvlak reeds bestaande inspanningen inzake vorming en opleiding voor werklieden kunnen in aanmerking genomen worden voor de berekening van de bovengenoemde doelstellingen. De bedrijfstak roept de ondernemingen op om de nodige aandacht aan vorming en opleiding te besteden en vraagt de ondernemingen waar de gestelde norm reeds wordt overschreden om deze inspanning te continueren.

Art. 5.§ 1. De ondernemingen stellen jaarlijks een bedrijfsopleidingsplan op vóór 1 april van het desbetreffende jaar.

Voor het jaar 2007 wordt bij uitzondering het bedrijfsopleidingsplan uiterlijk tegen 30 juni 2007 opgesteld.

In de bedrijfsopleidingsplannen wordt rekening gehouden met de inspanningen inzake vorming die de ondernemingen nu reeds doen, wordt ook "on-the-job-training" gevaloriseerd, en wordt zoveel mogelijk aandacht geschonken aan alle werkliedencategorieën, ook aan de laaggeschoolden.

In dit verband wordt de ondernemingsraad, krachtens haar opdrachten voorzien bij de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 9 van 9 maart 1972, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, houdende ordening van de in de Nationale Arbeidsraad gesloten nationale akkoorden en collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de ondernemingsraden, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 12 september 1972, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 25 november 1972, eveneens geraadpleegd.

Bij ontstentenis van een ondernemingsraad wordt de vakbondsafvaardiging geraadpleegd.

Voor de ondernemingen zonder syndicale afvaardiging wordt het bedrijfsopleidingsplan voorgelegd aan het paritair comité.

Permanente vorming is een wederzijds engagement zowel van werkgever als van werknemer. § 2. Indien de onderneming geen bedrijfsopleidingsplan heeft opgesteld of indien de raadpleging van de ondernemingsraad, bij ontstentenis de syndicale afvaardiging en bij ontstentenis het paritair comité, niet heeft plaatsgehad, kan de onderneming niet genieten van de financiële ondersteuning van tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten gunste van de risicogroepen zoals vastgesteld in de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2007 betreffende de tewerkstelling en opleiding van risicogroepen.

Art. 6.De ondernemingen brengen in het paritair contactcomité verslag uit van welke opleidingen aan welke categorieën van werklieden zijn gegeven volgens de modaliteiten die in het paritair contactcomité afgesproken worden.

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007 en treedt buiten werking op 31 december 2008.

De opzegging wordt betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het paritair comité en aan elk van de ondertekende organisaties.

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heft de bepalingen op van deze van 27 april 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de permanente vorming, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 3 juli 2005, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 19 juli 2005.

Zij vervangt de bepalingen van hoofdstuk VII, afdeling 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het protocol van sectoraal akkoord 2007 - 2008.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 september 2007.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^